Notulen  Gemeenteraad

De gemeenteraad wordt verzocht het verslag van vorige zitting goed te keuren.

Na overlegcomité van 5 maart 2021 werden nieuwe richtlijnen uitgevaardigd met betrekking tot enkele versoepelingen met ingang op 8 maart 2021.

Gelet op de kleinere ruimtes en het gevaar op samenscholing in de sportinfrastructuur in beheer van dienst sport, nam de burgemeester op 8 maart 2021 het besluit om de coronamaatregelen opgenomen in het Ministerieel Besluit van 5 maart 2021 op één punt te verstrengen voor sporten INDOOR tot zolang de richtlijnen voor sport niet versoepelen.

Het gaat om onderstaande door het ministerieel besluit behouden versoepeling:

Prioriteit voor jongeren en het onderwijs

• Vanaf 8 maart zijn georganiseerde buitenactiviteiten (sport en andere) toegelaten:

  • voor kinderen (-13 jaar) met max. 10 binnen of 25 buiten
  • voor jongeren (-19 jaar) met max. 10 buiten

• Het publiek bij sporttrainingen wordt beperkt tot één persoon per kind.

  
  

De versoepeling omtrent 'publiek bij sporttrainingen' willen wij verbieden, om samenscholing of het samenbrengen van mensen in kleine ruimten te vermijden. Een zwemles of sporttraining is niet van die aard dat die aantrekkelijk is voor publiek. Wij vragen om het kind te begeleiden tot aan de sportles en dan de infrastructuur te verlaten.

- voor zwembad: helpen bij omkleden is toegestaan, nadien vragen wij het zwembad te verlaten

- voor sporthallen: het afzetten en ophalen van het kind gebeurt buiten 

Deze verstrenging willen we graag aanhouden en laten verlengen tot zolang de richtlijnen voor sport niet versoepelen.

Art. 134§1 juncto art. 135 van de nieuwe gemeentewet.

Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en latere wijzigingen.

Tijdens het samenstellen van het meerjarenplan 2020-2025 werd beslist om op voorhand te bepalen wanneer we tevreden zijn over het resultaat van de doelstellingen en acties. Wanneer vinden we dat we de goede dingen hebben gedaan en de dingen goed hebben gedaan? Dit zullen we doen aan de hand van indicatoren.

Het meerjarenplan bestaat uit drie niveaus: beleidsdoelstelling, actieplan en actie. Elke prioritaire actie en beleidsdoelstelling maken we concreter met behulp van een indicator: dit kunnen 1 of meerdere indicatoren zijn. Voor het niveau van de actieplannen zijn er geen indicatoren. Dit is het tussenniveau en zorgt voor structuur in ons meerjarenplan. Dit niveau hoeft niet geëvalueerd te worden.

We wensen transparant te zijn en duidelijk te maken welke ambitie we hebben met onze acties en beleidsdoelstellingen. Deze indicatoren zullen ons helpen om onze ambitie in het meerjarenplan te duiden. We beseffen dat we niet alle factoren zelf in de hand hebben. Er zijn ook factoren van buitenaf die een invloed uitoefenen en bepalen of een actie of beleidsdoelstelling wel of niet gerealiseerd zal zijn.

We gebruiken zowel numerieke als tekst indicatoren. Een numerieke indicator is een bepaalde waarde die we willen bereiken. Een tekst indicator kan een ja/nee indicator zijn (we behalen iets of we behalen het niet), dit kan ook een stappenplan zijn.

We zullen deze indicatoren voor de eerste maal gebruiken bij de tussentijdse evaluatie in 2021 en bij de beleidsevaluatie op het einde van 2021.

Het is mogelijk dat we bij aanpassing van het meerjarenplan merken dat het noodzakelijk is om bepaalde indicatoren te wijzigen.

Bijlage:

Excel met een overzicht van de indicatoren:

- elk tabblad behandelt een beleidsdoelstelling

- bovenaan elk tabblad vind je de indicatoren op het niveau van de beleidsdoelstelling, daarna krijg je per prioritaire actie een overzicht van de indicatoren op actieniveau.

Op de gemeenteraad van 17 december 2020 werd het principe financiële verdeelsleutel 2021-2026 voor brandweer zone Kempen goedgekeurd. De verdeelsleutel wordt jaarlijks aangepast aan de meest recente gegevens:

• bevolkingsaantal 2020
• KI 2019
• correctiefactor aanrijtijden (niet gewijzigd)
• correctie DGH op basis van cijfers 2020

In de zoneraad van brandweerzone Kempen werd in zitting van 20 maart 2021 de verdeelsleutel voor 2022 vastgelegd. Deze wordt ter bekrachtiging voorgelegd aan de gemeenteraad.

Hogergenoemde aanpassingen geeft volgende verdeling:

Vanaf 2022 zal ook een verrekening van de goederen gebeuren volgens het principe vastgelegd in de zoneraad van 31 oktober 2020. Er is een lichte bijsturing daar in het principe slechts twee in plaats van alle cijfers na de komma van het percentage meegenomen werden. De effectieve bedragen zijn bijgevolg:

Dit wordt verrekend in het investeringsbudget per gemeente.

De verdeelsleutel moet door alle gemeenteraden goedgekeurd zijn. Indien een gemeenteraad de verdeelsleutel niet goedkeurt, zal de gouverneur een beslissing nemen.

Wet 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, BS 31 juli 2007.

KB van 23/08/2014 houdende vaststelling van de inventaris- en schattingsregels van de roerende en onroerende goederen van de gemeenten aangewend voor de uitvoering van de

opdrachten van de brandweerdiensten.

Naar aanleiding van de zeer snelle verspreiding van het coronavirus COVID-19 in België en de naburige landen werd op 13 maart 2020 beslist om in België dringende maatregelen te nemen, die ondertussen al verschillende keren wijzigden. De maatregelen werden getroffen om de verspreiding van de epidemie tegen te gaan ter bescherming van de openbare gezondheid.

Het MB van 28 oktober 2020 houdende de dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, bepaalt dat de lokale overheid de drukke plaatsen moet definiëren waar een mondmasker verplicht is. Op 20 oktober werd bij burgemeesterbesluit vastgelegd op welke plaatsen dit voor het grondgebied van Geel geldt (op basis van het MB van 18 oktober). Op 29 oktober 2020 werd dit besluit nog uitgebreid met de hele lengte van de Stationsstraat.

Het overlegcomité van 28 april 2021 heeft de opstart van het buitenplan bevestigd. Met de heropening van de terrassen van de horeca op 8 mei 2021 is na overleg met de politie gebleken dat het noodzakelijk is om de mondmaskerplicht beperkt uit te breiden op een bepaalde locatie op bepaalde tijdstippen, namelijk de weekendavonden in de Peperstraat. Uit het toezicht door de politie blijkt dat er op vrijdag- en zaterdagavond regelmatig veel volk aanwezig is op de straat. In het bijzonder geldt dit wanneer de terrassen van de aanwezige horecazaken sluiten. 

De andere locaties blijven ongewijzigd.

Het besluit van de burgemeester van 18 mei 2021 wordt als bijlage aan dit besluit toegevoegd.

Art. 134§1 juncto art. 135 van de nieuwe gemeentewet.

Het decreet Lokaal Bestuur

Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en latere wijzigingen

Gelet op het schrijven d.d. 16/04/2021 van de Stichting Kempens Landschap;

Gelet op de eerder beslissing van de stad om lid te worden van Kempens Landschap vzw;

Gelet op artikel 40 en 41 Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Overwegende dat de activiteiten van Kempens Landschap vzw worden verdergezet onder de (nieuwe) rechtsvorm van een stichting van openbaar nut, opgericht onder de naam "Stichting Kempens Landschap" met als (nieuw) ondernemingsnummer 0749.895.122;

Overwegende dat Stichting Kempens Landschap van deze gelegenheid wenst gebruik te maken om de afspraken met de deelnemende lokale besturen te herbevestigen via de bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst;

Overwegende dat in samenwerkingsovereenkomst de voormalige werkingsprincipes van- en tussen de gemeente en Stichting Kempens Landschap worden hernomen, rekening houdende met de nieuwe rechtsvorm van Stichting Kempens Landschap als stichting van openbaar nut.

Overwegende dat Stichting Kempens Landschap in het algemeen belang een wezenlijke bijdrage levert tot het bewaren en publiek toegankelijk maken van landschappen en erfgoed, en dit door middel van verwerving, opwaardering en advisering.

De gemeente is aangesloten is bij het intergemeentelijk samenwerkingsverband IKA;

De gemeente werd per aangetekend schrijven van 26 maart 2021 opgeroepen om deel te nemen aan de algemene ver­gadering tevens jaarvergadering van IKA die op 15 juni 2021 plaats heeft in Den Eyck, Houtum 39 te 2460 Kasterlee;    

De agenda van de algemene vergadering van IKA bevat volgende agendapunten :

1.    Kennisneming verslagen van IKA van de Raad van Bestuur en van de commissaris over het boekjaar 2020.   

2.    Goedkeuring van de jaarrekening van afgesloten op 31 december 2020 (balans, resultatenrekening, winstverdeling, boekhoudkundige besluiten en waarderingsregels).

3.    Vaststelling uitkeringen overeenkomstig art. 6:114 en volgend WVV. 

4.    Kwijting te verlenen afzonderlijk aan de bestuurders en de commissaris van IKA met betrekking tot het boekjaar 2020.  

5.    Kapitaalverhoging aandelen kengetal 9d (Storm Retie)

6.    Statutaire benoemingen en mededelingen

      Actualiseren van het register van de deelnemers

De gemeente heeft een dossier met documentatiestukken ontvangen per brief van 26 maart 2021;

Omdat we geconfronteerd worden met het coronavirus en bijhorende maatregelen om de pandemie COVID-19 in te dijken, staat het op heden niet vast onder welke vorm deze Algemene Vergadering zal kunnen plaatsvinden;

Gelet op de huidige federale richtlijnen alsook de politiebesluiten van de gouverneurs en de informatie via het Agentschap Binnenlands Bestuur omtrent de coronamaatregelen (en de mogelijke evolutie in en aanpassing van deze richtlijnen en informatie) en de impact hiervan op de bijeenkomst voor de algemene vergadering, kan desgevallend overgegaan worden tot het houden van een digitale Algemene Vergadering indien dit noodzakelijk mocht blijken;

Daarenboven heeft de Raad van Bestuur van IKA besloten over te gaan tot een kapitaalverhoging ter dekking van de 100% van het kapitaal Storm Retie;

Deze kapitaalsverhoging wordt georganiseerd om de namens de gemeenten aangehouden financieel vaste activa ook in de gemeentelijke boekhouding te kunnen opvolgen;

Deze kapitaalverhoging kan gefinancierd worden met middelen beschikbaar in de schoot van IKA;

Tenslotte neemt de gemeenteraad kennis van het verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering, en neemt zij kennis van de balans, resultatenrekening en winstverdeling.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 432, alinea 3 dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoor­diger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering;

De gemeente is deelnemer van de dienstverlenende vereniging Cipal (hierna kortweg “Cipal”);

Bij gemeenteraadsbesluit van 04/02/2019 werd de vertegenwoordiger van de gemeente op de algemene vergaderingen van Cipal aangeduid.

De gemeente werd opgeroepen tot de algemene vergadering van Cipal van 24 juni 2021 met de volgende agendapunten:

1. Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemer(s)
2. Jaarverslag van de raad van bestuur en verslag van de commissaris over de enkelvoudige jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2020
3. Goedkeuring van de enkelvoudige jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2020, afgesloten op 31 december 2020
4. Jaarverslag van de raad van bestuur en verslag van de commissaris over de geconsolideerde jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2020
5. Goedkeuring van de geconsolideerde jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2020, afgesloten op 31 december 2020
6. Kwijting te verlenen afzonderlijk aan de bestuurders en aan de commissaris voor de uitoefening van hun mandaat tijdens het boekjaar 2020
7. Vaststelling van wijziging van vaste vertegenwoordiger commissaris
8. Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering

Er wordt verwezen naar de toelichtende nota van Cipal betreffende de agendapunten van deze algemene vergadering, alsook naar de voorstellen van de raad van bestuur van Cipal.

Er zijn geen redenen voorhanden om goedkeuring van de agendapunten te weigeren.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en in het bijzonder op art. 40 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad en inzake de intergemeentelijke samenwerking.

De statuten van Cipal.

Stad Geel is deelnemer aan de opdrachthoudende vereniging Pidpa.

Op 18 juni 2021 om 11u30 vindt de algemene vergadering van Pidpa plaats.

De agenda van deze algemene vergadering bevat volgende agendapunten :

1. Nazicht van de raadsbesluiten voor de afgevaardigden

2. Verslag van de raad van bestuur over het jaar 2020

3. Verslag van de commissaris over het jaar 2020

4. Goedkeuring van de jaarrekening, afgesloten op 31 december 2020

5. Decharge te verlenen aan bestuurders en commissaris

6. Toetredingen/uitbreidingen van opdracht

7. Benoemingen

8. Varia

    - Synergie Pidpa/water-link en samenwerking Pidpa/Aquafin – stand van zaken – mondelinge toelichting ter vergadering

    - Vragen van vennoten

9. Goedkeuring van het verslag van de algemene vergadering

Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om deze agendapunten goed te keuren op basis van:

1. Brief van Pidpa van 26 april 2021 met agenda en bijlagen :

• verslag van de raad van bestuur over het jaar 2020 en het duurzaamheidsverslag 2020
• de jaarrekening over het boekjaar 2020
• het verslag van de commissaris over 2020
• Toelichting toetredingen/uitbreidingen
• Toelichting benoemingen
• model als raadsbeslissing

2. Besluit van gemeenteraad d.d. 4 maart 2019 betreffende de aanduiding van :

- mevrouw Griet Ceusters als afgevaardigde en

- de heer Luc Verguts als plaatsvervangend afgevaardigde

voor de huidige legislatuur op de algemene vergaderingen van Pidpa.

De bijgevoegde documenten omvatten de verslaggeving omtrent de werking van Pidpa over het voorbije jaar 2020. Daarnaast worden nog volgende punten behandeld: toetredingen en/of uitbreidingen van de opdracht van Pidpa bij verschillende gemeenten en benoemingen. Deze punten kunnen goedgekeurd worden.

De statuten van de opdrachthoudende vereniging Pidpa
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

De intergemeentelijke vereniging PONTES heeft een uitnodiging gestuurd voor een algemene vergadering op 24 juni 2021. Aangezien de gemeente aandeelhouder is in deze vereniging, moet een gemeentelijk vertegenwoordiger worden aangeduid en moet tevens het mandaat van deze vertegenwoordiger worden vastgesteld.

Deze vertegenwoordiger moet volgens de statuten een gemeenteraadslid zijn.

De stad Geel is deelnemer in de intergemeentelijke vereniging PONTES.

PONTES heeft een uitnodiging gestuurd voor de algemene vergadering met opgave van de agenda in de bijlagen. Daarbij werden alle documenten toegevoegd die een toelichting bevatten bij de geagendeerde onderwerpen.

Aangezien er geen bezwaren bestaan ten aanzien van de voorgestelde agenda en ontwerpbesluiten, kan de voorgestelde agenda worden goedgekeurd en het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger dienovereenkomstig worden vastgesteld.

Bij besluit van 4 maart 2019 zijn de gemeenteraadsleden Tom Corstjens en Lea Neyens aangeduid als respectievelijk effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente op de buitengewone en gewone algemene vergaderingen van PONTES.

Oorspronkelijk werd deze algemene vergadering fysiek gepland. Op 24 juni 2021 vindt de gemeenteraad van Geel plaats. De aan te stellen vertegenwoordiger moet een gemeenteraadslid zijn. Op het CBS van 17 mei l.l. werd daarom beslist dat er geen vertegenwoordiger kon gemandateerd worden om op de algemene vergadering de agendapunten namens de stad Geel goed te keuren.

Pontes heeft ondertussen doorgegeven dat de algemene vergadering niet fysiek maar digitaal zal plaatsvinden, bovendien tijdens een tijdsblok voorafgaand aan de gemeenteraad.

Het decreet over het lokaal bestuur, in het bijzonder de artikelen  432 en artikel 454

Op 21 mei 2012 verklaarde het toenmalige schepencollege zich akkoord met de onteigening en de voorwaarden inzake een perceel grond deel uitmakende van ‘herziening BPA Wijdbosch 2005’, met als bestemming ‘zone voor een woonproject’.

Er werd een onteigeningsdossier opgestart door de stad Geel (in naam van de Geelse Huisvesting (GHV)), betreffende het perceel gelegen te Geel, 1^ste afdeling, sectie H, nr. 1427/A, inneming 12 conform het onteigeningsplan ‘Herziening BPA Wijdbosch 2005’, opgemaakt door IOK.

Gelet op het feit dat de Geelse Huisvesting niet gemachtigd is om onteigeningen te realiseren en er geen enkele medewerking was van de toenmalige eigenaars om minnelijk te verkopen, startte de stad namens de GHV de onteigeningsprocedure op. Bij vonnis van de vrederechter van Geel d.d. 19 september 2012 werd de onteigening uitgesproken. Ingevolge het vonnis tot onteigening uitgesproken door de rechtbank van eerste aanleg te Turnhout, d.d. 3 maart 2014 werd de stad Geel in bezit gesteld van voornoemd perceel. Dit perceel dient dus nog overgedragen te worden van de stad Geel aan de Geelse Huisvesting.

De Geelse Huisvestiging is momenteel bezig met de realisatie van een huisvestingsproject in het binnengebied van Wydbosch, het is dus noodzakelijk dat bovenvermeld perceel wordt overdragen.

De Geelse Huisvesting betaalde in 2012 de kosten dewelke betrekking hadden op de onteigening, stelden notariaat Verbist en Eerens aan om de notariële akte inzake (kosteloze) verkoop van de stad Geel aan de GHV op te maken en neemt de notariskosten voor hun rekening.

Gelet op het feit dat de stad Geel bovenvermelde onteigening uitvoerde namens de Geelse Huisvesting en hun doel tot realisatie van een woonproject, is het dan ook aangewezen dat het perceel wordt overgedragen aan de GHV.

Op de stuurgroep werden de energieresultaten voor het jaar 2020 voorgesteld door Engie. 

Volgende opmerking werden hierbij gemaakt

1. De baseline gas werd contractueel bepaald op de verbruiken van 1 jaar, zijnde 2016.

Gas totaalverbruik voor 2020 = 55% boven target. Hier zien we vooral een groot meerverbruik in het tweede semester. Dit is deels te wijten aan Covid-19

Engie stelt voor om de baseline gas te berekenen op het gemiddeld verbruik van 3 jaren (in plaats van 1 jaar) omdat dit een juister verbruik zou vertegenwoordigen. Dienst patrimonium vroeg hiervoor aan het Vlaams Energie Bedrijf (VEB) om een studie te maken met een vergelijking van de basis berekening 2016 en over de jaren 2016-2017-2018.

VEB stelt dat de berekening over een periode van 3 jaar aanvaardbaar is, de waardes zijn significanter en niet per definitie in het voordeel van Engie.

2. Gezien er niet kan gesproken worden over een normaal jaar is het voor Engie moeilijk om de bonus/malus eenduidig te bepalen. 

• Er is zowel positieve als negatieve invloed. Volgens de inschatting van Engie is deze eerder negatief voor het algemeen verbruik.
• Het is vrijwel onmogelijk om de complete impact in kaart te brengen. Om dit te vermijden stelt Engie voor om een vaste malus € 20.000 te betalen. Dit omdat vooral het gasverbruik nog niet geheel geoptimaliseerd is. (€3.500 voor AGB Sport, € 2.095,50 voor AGB Cultuur en € 14.404,50 voor stad Geel, berekend volgens de verdeelsleutel)

3. Verbruik elektriciteit in tekenacademie Kollegestraat 118.

• Het hoofdverbruik zijn de keramische ovens. Dit is puur afhankelijk van de gebruikers en Engie heeft hier zelf geen impact op. Engie stelde voor om de elektriciteit van deze site apart te monitoren. Echter is de kost hiervoor vrij hoog vergeleken met de besparing die we wensen te verwezenlijken. 
• De hoge investering is niet in verhouding tot de besparing die verwezenlijkt kan worden en daardoor stelt de stuurgroep voor om het elektrisch verbruik van deze site buitenbeschouwing te laten.

In de stuurgroep werden de voorstellen van Engie positief onthaald op voorwaarde dat ze hiervoor een duidelijk gemotiveerde vraag aan het bestuur zouden stellen.

Engie heeft per brief van 24 maart 2021, waarvan kopij in bijlage, een voorstel ingediend om 

1. Een aangepaste baseline voor Gas en Primaire energie te bekomen.
2. Een vaste bonus/malus op de verbruiken van 2020 te bekomen.

Indien het bestuur akkoord gaat met de aanpassing van de baseline zal het contract met Engie ‘EE_17_P0028_001_bijlage 1 – Technische specificaties’ aangepast worden. In bijlage het aangepaste contract.

Motivatie Engie Solution:

1.Aanpassen van de Baseline voor Gas en Primaire energie

In de basisovereenkomst is de baseline bepaald op basis van de verbruiken van 1 jaar, 2016.

Indien we deze baseline projecteren op de verbruiken van 2017 en 2018 zien we een relevante afwijking tussen de baseline en de effectieve verbruiken van deze 2 jaren.

In samenspraak met de facilitator van het contract VEB werd vastgesteld dat het bepalen van een baseline met gegevens over 3 jaar een resultaat geeft dat accurater is voor de opvolging van de energieverbruiken over de volgende jaren.

De nieuwe baseline voor gas en primaire energie werd bepaald door het VEB en overgemaakt aan de stuurgroep.

Graag vragen wij de goedkeuring van deze nieuwe baseline voor de verdere opvolgingen van de verbruiken.

2.Voorstel tot verrekening energiecontract 2020 n.a.v. gewijzigde verbruiken door Corona maatregelen

Sinds midden maart 2020 zijn er door toedoen van corona een aantal maatregelen van kracht die het energieverbruik in de gebouwen sterk beïnvloeden, zowel in de positieve als in de negatieve zin.

Tijdens het overleg van de stuurgroep is gebleken dat het correct becijferen van deze invloeden haast onmogelijk is.

Om deze reden zouden wij willen voorstellen om voor 2020 een malus vast te leggen die niet

exact berekend is, maar het resultaat is van een aantal vaststellingen en wel onderbouwde

theoretische aannames.

Impact op elektriciteitsverbruik

Negatief

- Continu draaien van alle luchtgroepen (vooral site WEDBOS)

- Aantal luchtverversingen werd verhoogd

- Geen mogelijkheden tot optimalisatie

Een simulatie voor de impact op het gebouw WEDBOS wordt toegevoegd in bijlage.

Dit geeft een meerverbruik van ongeveer 65.000 kWh

Positief

De sluiting van de scholen heeft een positieve invloed gehad op het verbruik. Een simulatie voor deze impact wordt toegevoegd in bijlage.

Dit geeft een minverbruik van ongeveer 5.000 kWh

Indien we zowel de positieve als de negatieve impact toepassen op het totaal elektrisch verbruik komen we op een reëel verbruik van 8% boven het target.

Gezien een malus enkel van toepassing is vanaf een verbruik van 10% boven het target stellen wij voor om geen verrekening toe te passen op het elektriciteitsverbruik.

Impact op het gasverbruik

De negatieve impact op het gasverbruik is vooral te wijten aan de continue ventilatie met 100% buitenlucht en het regelmatig verluchten van niet geventileerde ruimtes door het openen van de ramen.

Om een zo correct mogelijke bepaling te doen van de impact op het verbruik werd een vergelijking gemaakt van het verbruik per graad dag tijdens de eerste 3 maanden van het jaar (zonder coronamaatregelen) en de laatste drie maanden van het jaar (met coronamaatregelen).

Dit verschil wordt verder toegepast voor het verbruik de ganse periode van april tot december (het niet toepassen van de bonus-malus op het gasverbruik tussen januari en maart werd reeds in het verleden goedgekeurd).

Dit geeft in het totaal als resultaat een malus van ongeveer € 16.500 (te verdelen tussen stad en AGB Cultuur volgens de verdeelsleutel).

Impact op de primaire energie

Voor de bepaling van de baseline voor de primaire energie van het zwembad in het aantal sluitingsdagen een bepalende factor.

Gezien de grote afwijking van het aantal sluitingsdagen in de referentiejaren en 2020 menen we te kunnen stellen dat de baseline in deze situatie niet meer relevant is.

Indien we rekening houden met de sluitingsdagen en de berekening maken voor de bonus/malus met de nieuw berekende baseline komen we aan een malus van ongeveer € 5.750,00.

Gelet op het feit dat door het hoog aantal sluitingsdagen de baseline niet relevant is voor 2020 zouden we kunnen voorstellen geen malus toe te passen voor de primaire energie van het zwembad.

Wij zijn er ons echter van bewust dat door het niet optimaal functioneren van een aantal installaties van het zwembad (WKK, warmtepomp) het toepassen van een beperkte malus correcter zou zijn.

Daarom stellen we voor op voor de primaire energie van het zwembad en malus toe te passen van € 3.500,00.

Voorstel patrimonium/stuurgroep:

1. Baseline gas aanpassen naar een basisberekening over de jaren 2016-2017-2018, volgens de berekening van het VEB.
2. De elektriciteit voor de site tekenacademie buiten beschouwing te laten en dus uit het contract te halen
3. Het aangepast contract ‘EE_17_P0028_001_bijlage 1 – Technische specificaties’ goed te keuren.
4. De malus is wellicht / deels door extra verbruik veroorzaakt tgv Covid 19.  Hierdoor wordt de malus van 40.799,74 herleid tot een malus voor het jaar 2020 en deze vast te leggen op een vast bedrag van € 20.000, waarvan €3.500 voor AGB Sport, € 2.095,50 voor AGB Cultuur en € 14.404,50 voor stad Geel.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur.

Het besluit van de gemeenteraad van maandag 11 december 2017 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die kunnen beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018. Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht. De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen. Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het college van burgemeester en schepenen van 25 juni 2018 heeft de financieringswijze en go/nogo voor de BAFO fase van de overheidsopdracht "aanbesteden van een onderhoud- en energieprestatiecontract met een ESCO" goedgekeurd waarbij het Vlaams Energie Bedrijf optreedt als aankoopcentrale.

Op 24 september 2018 keurde het college van burgemeester en schepenen het afsluiten van een Onderhoud en Energie prestatie contract goed.

Op 28 september 2018 keurde het vast bureau het afsluiten van een Onderhoud en Energie prestatie contract goed.

Op 25 september 2018 keurde het directiecomité AGB Cultuur het afsluiten van een Onderhoud en Energie prestatie contract goed.

Op 24 september 2018 keurde het directiecomité AGB Sport het afsluiten van een Onderhoud en Energie prestatie contract goed.

Het Vlaams Energie Bedrijf kreeg de goedkeuring om de opdracht “Energie prestatie diensten stad Geel” te gunnen aan de economisch meest voordelige (rekening houdend met de gunningscriteria) bieder, zijnde Engie Cofely Services NV, Simon Bolivarlaan 34 -1000 Brussel, tegen het onderhandelde bedrag van € 1 480 000 excl. Btw voor de 4 entiteiten samen.

Op 17 maart 2020 keurde het Directiecomité AGB Cultuur de voorlopige oplevering goed.

Op 23 maart 2020 keurde het college van burgemeester en schepenen de voorlopige oplevering goed.

Op 7 april 2020 keurde het Directiecomité AGB Sport de voorlopige oplevering goed.

Om het project vergunbaar te achten, moet er een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) opgemaakt worden dat voorziet in een bestemmingswijziging van KMO-zone naar woongebied.

In het meerjarenplan 2020-2025 is er pas in 2022 budget voorzien om een RUP op te maken. Alvorens de procedure van de opmaak van het RUP op te starten, is het dan ook aangewezen dat er eerst een samenwerkingsovereenkomst tussen de stad en de projectontwikkelaars PJ INVEST bv & APART CONSULTING bv wordt opgemaakt waarin de afspraken over de financiering van de opmaak van het RUP en de projectregie worden vastgelegd. 

De stad zal de projectregie op zich nemen vanuit haar taak om de ontwikkeling van strategische projecten van derden te begeleiden naar een kwaliteitsvol en uitvoeringsgericht stedenbouwkundig plan en stadsproject. 

De opdracht voor opmaak van een RUP Hart voor Ten Aard zal worden gegund via een raamovereenkomst voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen. Deze raamovereenkomst werd afgesloten tussen de stad en een stedenbouwkundig studiebureau erkend voor de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen.

In het kader van het doorlopen van de plan-MER-procedure kan het nodig zijn om een extern studiebureau aan te stellen. Hiervoor zal beroep worden gedaan op een raamovereenkomst met een studiebureau erkend voor de opmaak van milieueffectenbeoordelingen.

De stad staat in voor de begeleiding van de opmaak van het RUP en bewaakt de kwaliteit doorheen alle stappen. Het is de bevoegdheid van de gemeenteraad om het RUP goed te keuren.

PJ INVEST bv & APART CONSULTING bv verbinden zich ertoe een financiële bijdrage te leveren voor alle kosten inherent aan de opmaak van het RUP én desgevallend de projectregiekosten. De financiële bijdrage moet de financiering dekken van gemeentelijke regiekosten die gepaard gaan met de opmaak en het procedureverloop van een RUP alsook voor de bijhorende (verplichte) ondersteunende studies, het vooronderzoek, de participatie- en overlegmomenten en de nazorg (eventuele rechtsgeschillen, communicatie achteraf, informatie stadswebsite en beantwoorden van informatieve vragen).

De financiële bijdrage sluit het opleggen van stedenbouwkundige lasten niet uit. Na de voorlopige vaststelling van het ontwerp RUP zal een overeenkomst worden opgemaakt aangaande de stedenbouwkundige lasten.

Op 21 september 2015 besliste het college van burgemeester en schepenen om de mogelijkheden voor het “Hart voor Ten Aard” verder te onderzoeken. Het college van burgemeester en schepenen stemde in zitting van 11 april 2016 in met de voorlopige afbakening van het studiegebied, stelde de projectschepen aan en stemde in met het voorstel voor de vervolgstappen in het project. Op 11 april 2017 besliste het college van burgemeester en schepenen om bureau Omgeving op basis van de raamovereenkomst voor de ondersteuning van de dienst stadsontwikkeling aan te stellen als ontwerpbureau voor de opmaak van het Masterplan voor het Hart voor Ten Aard. 

Tijdens het college van burgemeester en schepenen in zitting van 23 oktober 2017 werd de stedenbouwkundige visie, opgemaakt door bureau Omgeving, principieel goedgekeurd door het college, alsook een voorstel m.b.t. de maximale woondichtheid voor dit project. Deze maximale woondichtheid moest duidelijkheid scheppen bij verdere gesprekken met geïnteresseerde projectontwikkelaars.

Stedenbouwkundige visie

In de stedenbouwkundige visie werden vier belangrijke uitdagingen voor Ten Aard omschreven als antwoord op de probleemstelling dat de explosieve groei van de woonkern van Ten Aard weegt op het dorpsgevoel en de leefbaarheid van Ten Aard:

• In de eerste plaats moet het de ambitie zijn om een ‘nieuw hart voor Ten Aard’ te creëren, een nieuwe centrale plek waar het dorpsleven zich kan concentreren.
• Het kanaal en Turnhoutseweg zijn ruimtes die weinig relaties onderhouden met het dorp en bijgevolg beter zouden moeten worden ingebed in het leven van de bewoners. Het verzachten van de barrières die deze grote infrastructuren vormen, is een tweede belangrijke uitdaging.
• Verder moet het dorp zijn landelijk karakter en zijn landelijke verschijningsvorm bewaren. Dat betekent dat mogelijke verdichtingsprojecten binnen de woonzone met de nodige voorzichtigheid en fijngevoeligheid moeten worden benaderd en dat zij de eigenheid van de kern moeten ondersteunen en niet vernietigen.
• Tot slot zijn de uitbouw en de herwaardering van een traag netwerk voor fietsers en voetgangers binnen het dorp enerzijds en tussen het dorp en de omliggende waardevolle open ruimte anderzijds essentieel om de bewoners van Ten Aard op een veilige en aangename manier in contact te brengen met de groenstructuur, de natuurrijkdom en het aantrekkelijke landschap.

Intussen hebben er gesprekken plaatsgevonden tussen projectontwikkelaars PJ INVEST bv & APART CONSULTING bv en de belangrijkste grondeigenaars. Uit deze gesprekken is naar voor gekomen dat deze grondeigenaars hun eigendommen wensen te verkopen aan de projectontwikkelaars voor de realisatie van een totaalproject. Tevens werd er door TRiAS architecten een eerste ontwerpvoorstel opgemaakt.

Op 11 januari 2021 heeft het college van burgemeester en schepenen reeds een aantal principiële standpunten ingenomen met betrekking tot de woondichtheid (aantal woningen), de voorgestelde woontorens, publieke ruimten en de opmaak van een samenwerkingsovereenkomst.

Tijdens een beleidsoverleg op 12 maart 2021 hebben de ontwikkelaars een toelichting gegeven over o.a. de afbakening van de projectzone (met inbegrip van het onderzoek m.b.t. een mogelijke uitbreiding van de projectsite richting de kerk en de kerktuin van Ten Aard), de gewenste woondichtheid en bouwvolumes, de uitwerking van een visie m.b.t. de mobiliteitsafwikkeling en een parkeerbalans, voorstel tot invulling van de Pastorie/ pastorietuin, de invulling van de publieke groene ruimtes en de verharde publieke pleinfuncties, de concrete invulling van kernversterkende functies en voorzieningen en het geven van een tijdelijke invulling aan de Bloemmolens tijdens de RUP-procedure.

Alle partijen zijn van oordeel dat de werken en de opdracht in het algemeen belang van beide partijen dienen te worden samengevoegd en hiervoor een samenwerkingsovereenkomst op te stellen welke de nodige afspraken vastlegt.

Door een samenwerking aan te gaan kunnen beide partijen gedeeltelijk de kosten delen en hun project dus voordelig uitvoeren.

De dienst OW&V adviseert de gemeenteraad de samenwerkingsovereenkomst -welke integraal deel uitmaakt van dit besluit- goed te keuren. 

De stad Geel en Geelse Huisvesting werken samen aan het ontwerp voor de weg- en rioleringswerken / omgevingsaanleg ikv. het bouwproject 'de Leunen' van Geelse Huisvesting.

Het projectgebied van Geelse Huisvesting is begrensd door Eendenstraat / Wielewaalstraat in het noorden, Eendenstraat in het oosten, Zwanenstraat / Koekoekstraat in het zuiden en Duivenstraat in het westen. De stad zal samen hiermee ook  aangrenzende stoepen en bermen van deze projectzone mee herinrichten. Een schets van de projectzone is terug te vinden op p. 9-10 van de samenwerkingsovereenkomst in bijlage. 

Om zowel de nodige afspraken, taak- en kostenverdeling als projectzone voor de studie, ontwerp en uitvoering vast te leggen, werd een samenwerkingsovereenkomst tussen beide partijen opgesteld. 

De geplande weg- en rioleringswerken en omgevingsaanleg vindt plaats op private eigendom waarbij na definitieve oplevering  de wegenis (incl. riolering, groen, speelplein) wordt overgedragen aan de stad. 

De aanleg omvat volgende zaken:

• Aanleg van een nieuwe riolering (vuil- en regenwater, incl. wadi)
• Plaatsen van huisaansluitputjes
• Aanleg van wegenis, incl. stoepen, inritten en trage verbindingen
• Aanleg van openbare parkeerplaatsen
• Aanleg groenvoorziening en speelplein (later door stad)

In overleg met studiebureau Veerle Piedfort, Rodekruisstraat 82/1 te 2260 Westerlo en de dienst grondgebonden zaken van de stad werd een wegenisdossier opgesteld. 

Groenaanleg

De groenaanleg op (toekomstig) openbaar domein valt 100% ten laste van ontwikkelaar Matexi. Om schade tijdens bouwwerken te voorkomen, mag de groenaanleg pas uitgevoerd worden nadat 70% van de nieuwe woningen zijn opgetrokken. Hiervoor wordt het geraamde bedrag van de groen- en speelpleinaanleg naar de stadskas gestort en zal de stad in een later stadium de groenaanleg uitvoeren en in samenspraak met de bewoners het speelplein aanleggen. In tussentijd legt de ontwikkelaar alle groenzones aan als gazon en onderhoud deze tot definitieve oplevering. 

Fasering

De werken worden uitgevoerd in 2 grote fasen:

• Fase 1: zijde Laarsveld     (zuid)        2021-2022
• Fase 2: zijde Lemersveld  (noord)
  1. Riolering:                                    2024
  2. Wegen:                                       2024-2027 (ifv. bebouwing)

Oplevering en vrijgave waarborg

De werken worden gefaseerd uitgevoerd. De gehele waarborg wordt voor de start van de werken gestort en ifv. de vordering van de werken gefaseerd vrijgegeven bij oplevering van de betreffende fase.  Bij voorlopige oplevering vindt, per fase, de vrijgave van 95% van de gestelde borg plaats. De resterende 5% wordt vrijgegeven bij definitieve oplevering.  Het behouden van 5% waarborg tem. definitieve oplevering is een bijkomende voorwaarde opgelegd door stad als aanvulling op de omgevingsvergunning waar het behoud van 2,5% werd gevraagd.

De voorlopige oplevering kan pas plaatsvinden zodra zowel technisch -geen opmerkingen op uitvoering- als administratief - een volledig einddossier- alles in orde is. Bij het voorlopig opleveren van de laatste fase moet een gebundeld einddossier met as-builtplan van het gehele project aangeleverd worden. 

De definitieve oplevering en overdracht vindt plaats 2 jaar na voorlopige oplevering. 

Omgevingsvergunning -lasten

Onder andere volgende lasten zijn opgenomen in de omgevingsvergunning en dienen gerealiseerd te worden met de uitvoering van het wegenisdossier. Het niet voldoen aan deze lasten kan weigering tot voorlopige oplevering tot gevolg hebben. 

• De trage verbinding vanuit het project richting Laarsveld en gelegen tussen de woningen Laarsveld 45 en 47 moet voorzien worden van een verharding zoals afgesproken met de dienst Openbare Werken & Verkeer.
• De afsluiting tussen de trage weg en de twee aanpalende percelen dient opgericht te worden in samenspraak met deze aanpalenden. De afsluiting moet gelijkaardig zijn aan de beide zijden van de voetweg

Voor het eerste punt werd afgesproken de bestaande trage weg in gras te behouden, echter wel de ondergrond uit te voeren in een verstevigde splitverharding die daarna ingezaaid wordt. Dit biedt een stevige ondergrond en zal eventuele latere put-, plas- en slijkvorming voorkomen doch het groene uitzicht behouden. 

Het college van burgemeester en schepenen leverde op 04 november 2019 de omgevingsvergunning af voor de aanleg van de private verkaveling ‘Laar – Laarsveld - Lemersveld’, met voorwaarde dat een werkendossier (wegenisdossier) werd opgesteld en voorgelegd aan de gemeenteraad. 

Kadastrale ligging: Afdeling 13008, sectie H, perceel 1330P, 1332H2, 1337A, 1337B, 1338_, 1339B, 1339C, 1339D, 1339E, 1339F, 1339G, 1340_, 1341D2, 1341G2, 1341K2, 1341L2, 1341M2, 1341N2, 1341P2, 1341R2, 1341S2, 1342G, 1342H, 1342K, 1342L, 1342M, 1342N, 1342P, 1343C, 1346F, 1346G, 1346H, 1346K, 1348G, 1348H, 1349G, 1349H, 1351B, 1351C, 1352A, 1352B, 1354D 

De gemeenteraad van 04 juni 2020 kende volgende straatnamen toe: Joanna Cocxstraat en Emilia Biddeloostraat

1. Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen.
2. Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
3. Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
4. Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en     concessies, en latere wijzigingen.
5. Het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB), Welzijnswet en Codex over het welzijn op het werk.
6. Wet van 11 februari 2013 tot vaststelling van sancties en maatregelen voor werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen.
7. De verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van     persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.

N.a.v. de goedkeuring van het toekomstplan stedelijke werkplaats heeft de studiedienst 'groen' alle taken gebundeld die momenteel of in de toekomst niet (meer) in eigen beheer worden uitgevoerd. Uit deze taken werden de zaken gedistilleerd die door doelgroepenwerknemers kunnen uitgevoerd worden. Om elk bedrijf de kans te geven om in te tekenen op de werkzaamheden waarin zij zich gespecialiseerd hebben, werden alle taken gebundeld per type. Het indelen van de opdrachten heeft geleid tot een bestek met 10 percelen (soorten van werkzaamheden). 

Perceel 1 “Maaibeheer (steeds met afvoer maaisel)”
Perceel 2 “Heidebeheer”
Perceel 3 “Terreinverbetering van terreinen met ecologische waarde”
Perceel 4 “Terreininrichting”
Perceel 5 “Bosbeheer”
Perceel 6 “Kleine landschapselementenbeheer”
Perceel 7 “Landschapszorg”
Perceel 8 “Waterbeheer”
Perceel 9 “Pesticiden vrij beheer van openbaar domein”
Perceel 10 “Omvormingsbeheer van openbaar domein om kruidgroei te vermijden”

Afhankelijk van de omvang en de aard van de werken kan voor elk perceel een beroep gedaan worden op een of meerdere  posten (1-11), gaande van een ploegbegeleider, arbeiders, hand gedragen tot grotere machines en voertuigen tot het afvoeren van diverse materialen.

Het gezamenlijke meerjarenplan 2020-2025 werd goedgekeurd door de raden op 16/12/2019, en aangepast op 17/12/2020. In 2020 zijn we gestart met de uitvoering van het plan. De jaarrekening 2020 bevat de rapportering over het eerste jaar van het plan.
De jaarrekening 2020 is (voor de eerste maal) opgemaakt volgens de nieuwe regels voor de beleids- en beheerscyclus (BBC 2020). Een belangrijk gevolg is dat de gemeente en het OCMW samen 1 rapporteringsentiteit vormen en bijgevolg een geïntegreerde jaarrekening maken. Juridisch blijven stad en OCMW echter 2 afzonderlijke entiteiten. Daarom stemmen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn elk over hun deel van de gezamenlijke jaarrekening.

Tot en met 2019 maakten de stad en het OCMW een aparte jaarrekening op. Om een vergelijking met het verleden mogelijk te maken wordt in een aantal rapporten een vergelijking tussen de jaarrekening 2020 en de gecumuleerde jaarrekeningen 2019 van stad en OCMW gemaakt.

De nieuwe regelgeving BBC2020 voorziet dat de opbouw van het meerjarenplan en van de jaarrekening zo veel als mogelijk op elkaar afgestemd zijn, wat een transparante rapportering over de realisatiegraad van de doelstellingen mogelijk maakt.

De jaarrekening bevat een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting. Daarnaast wordt bijkomende documentatie als achtergrondinformatie bij de jaarrekening aan de raadsleden aangeboden.

Omdat de rapportering over de evaluatie van de acties organisatiebeheersing aanleunt bij de beleidsevaluatie wordt ze mee opgenomen in de jaarrekening.            

De beleidsevaluatie
Voor de beleidsevaluatie legt de regelgeving geen gestandaardiseerd schema op. De bedoeling is dat het een beknopt en leesbaar document is dat de raadsleden een antwoord geeft op de vraag in welke mate en tegen welke kost de acties en beleidsdoelstellingen uit de strategische nota van het meerjarenplan gerealiseerd werden.
Het besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus schrijft voor dat er minstens 2 keer per jaar een opvolging en evaluatie moet gebeuren van de prioritaire acties.
1. Opvolgingsrapportering
Dit is een tussentijdse rapportering over de periode van 1 januari tot 30 juni. Dit rapport (periode 01/01/2020 tot 30/06/2020) werd voorgelegd aan de raden van 30 september 2020.
2. Eindevaluatie.
De eindevaluatie over de periode van 1 januari tot 31 december vind je terug in het rapport van de beleidsevaluatie. Dit rapport maakt onderdeel uit van de jaarrekening. Het rapport wordt voorafgegaan door een inleiding die duiding geeft bij het rapport.

Tijdens het samenstellen van het meerjarenplan 2020-2025 hebben we beslist om op voorhand te bepalen wanneer we tevreden zijn over het resultaat van de doelstellingen en acties. Wanneer vinden we dat we de goede dingen hebben gedaan en de dingen goed hebben gedaan? Als gevolg van de coronacrisis zijn we er niet in geslaagd het kader voor opvolging en evaluatie met indicatoren af te werken voor 30 juni 2020 (voor de opvolgingsrapportering). Ook voor de eindevaluatie van 2020 zullen we nog niet kunnen werken met het kader voor evaluatie en opvolging met indicatoren. Vanaf de evaluatie in 2021 wensen we dit wel te doen.
Daarom werken we voor de eindevaluatie van 2020 met een vereenvoudigd evaluatiekader zonder indicatoren.

Evaluatie acties organisatiebeheersing 2020
Het decreet lokaal bestuur schrijft voor dat het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem en de elementen daarin die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. De algemeen directeur rapporteert jaarlijks over organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.

Op 4 maart 2019 keurde de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn het organisatiebeheersingssysteem goed.

In het meerjarenplan 2020-2025 hebben een aantal acties het label organisatiebeheersing gekregen. De evaluatie van de acties organisatiebeheersing vind je terug in het rapport 'evaluatie acties organisatiebeheersing'.
Omdat deze rapportering aanleunt bij de beleidsevaluatie wordt ze mee opgenomen in de jaarrekening.

De financiële nota
De financiële nota van de jaarrekening bevat:
•             de doelstellingenrekening (schema J1);
•             de staat van het financieel evenwicht (schema J2);
•             de realisatie van de kredieten (schema J3);
•             de balans (schema J4);
•             de staat van opbrengsten en kosten (schema J5).

De jaarrekeningen 2020 van AGB Sport en AGB Cultuur zijn nog niet vastgesteld. In schema J2 is het bijgevolg niet mogelijk om het geconsolideerd financieel evenwicht weer te geven.

De toelichting
De toelichting van de jaarrekening bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van de jaarrekening die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. Ze omvat minstens:
•             een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (schema T1);
•             een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar economische aard (schema T2);
•             de investeringsprojecten (schema T3);
•             een overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4);
•             een overzicht van de financiële risico’s met een omschrijving van die risico’s en van de middelen en mogelijkheden waarover het bestuur beschikt of kan beschikken om die risico’s te dekken;
•             een verwijzing naar de plaats waar de documentatie beschikbaar is;
•             een toelichting bij de balans (schema T5);
•             de waarderingsregels;
•             de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen;
•             een verklaring van de materiële verschillen tussen de gerealiseerde en de geraamde ontvangsten en uitgaven;
•             de toelichting over de kosten, opbrengsten, uitgaven en ontvangsten met een buitengewone invloed op het budgettair resultaat van het boekjaar en het overschot of tekort van het boekjaar;
•             een overzicht van de overgedragen (gedeelten van) kredieten voor investeringen en financiering.

De dia’s van de toelichting bij de jaarrekening 2020 van de financieel directeur zijn eveneens in het dossier opgenomen.

De documentatie
Naast het ontwerp van de jaarrekening stelt het bestuur ook de bijbehorende documentatie aan de raadsleden ter beschikking. De documentatie bevat minstens de volgende onderdelen (artikel 4 van het ministerieel besluit van 26 juni 2018 (MB BBC)):
•             het overzicht van alle beleidsdoelstellingen die in de jaarrekening zijn opgenomen, met de bijbehorende actieplannen, acties, ontvangsten en uitgaven;
•             een overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies voor het boekjaar in kwestie;
•             een overzicht van de beleidsvelden per beleidsdomein;
•             een overzicht van de verbonden entiteiten;
•             een overzicht van de personeelsinzet;
•             een overzicht van de opbrengst per belastingsoort.

De jaarrekening 2020 wordt opgemaakt volgens de regels over de beleids- en beheerscyclus (BBC). De regels die van toepassing zijn voor de opmaak van de jaarrekening zijn vastgelegd in:
· het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
· het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC);
- het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC).
Die regelgeving kan worden geraadpleegd op de website van het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB): https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/regelgeving.

Procedure:
De beleidsrapporten worden overeenkomstig artikel 249 van het decreet over het lokaal bestuur vastgesteld door de raden van beide rechtspersonen, maar de inhoud ervan is gemeenschappelijk. Het bestuur bezorgt het ontwerp van de jaarrekening minstens 14 dagen voor de raadszitting waarop het geagendeerd is aan ieder lid van de raad. Vanaf dat moment moeten de raadsleden ook de bijbehorende documentatie ter beschikking krijgen.

Dit subsidiereglement zorgt ervoor dat onder voorbehoud van de jaarlijkse goedkeuring van het overeenstemmend krediet binnen het stedelijk budget een toelage toegekend wordt voor individuele kadervorming voor Geelse jongeren.

Dit reglement treedt in werking vanaf goedkeuring van de gemeenteraad van 3 juni 2021 met een terugwerkende kracht voor individuele vormingen die plaats gevonden hebben tussen 1 januari 2021 en de goedkeuring van het reglement. 

De stad streeft ernaar de kwaliteit van jeugdverenigingen te verhogen door het ondersteunen van vormingen. Individuele Geelse jongeren tussen de 16 en 30 jaar die een kadervorming volgen tot het behalen van een attest (hoofd)animator in het jeugdwerk, kunnen beroep doen op dit subsidiereglement.

KB van 14 november 1983

Het decreet lokaal bestuur

Dit subsidiereglement zorgt ervoor dat onder voorbehoud van de jaarlijkse goedkeuring van het overeenstemmend krediet binnen het stedelijk budget een toelage toegekend wordt aan het jeugdwerk van de stad Geel.

Dit reglement treedt in werking vanaf goedkeuring van de gemeenteraad van 3 juni 2021 met een terugwerkende kracht voor jeugdwerk die plaats gevonden hebben tussen 1 januari 2021 en de goedkeuring van het reglement.

Stad Geel stimuleert jeugdverenigingen om een permanente en inhoudelijke kwaliteitsvolle jeugdwerking uit te bouwen. Jeugdwerkinitiatieven kunnen beroep doen op een toelage van de stad om hun werking te financieren.

Dit reglement is van toepassing voor de subsidiëring van het jeugdwerk van Geel. Op basis van een aanvraag en de opgelegde voorwaarden, opgenomen in dit subsidiereglement, kunnen er door de jeugdwerkinitiatieven volgende subsidies aangevraagd worden:

• de werkingssubsidies;
• subsidies jeugdwerkinfrastructuur;
• impulssubsidies;
• projectsubsidies;
• subsidies voor het vervoer van kampmateriaal.

KB van 14 november 1983

Het decreet lokaal bestuur

De Vlaamse regering keurde op 26 juni 2020 een plan goed om heropflakkeringen van COVID-19 in te dijken. De zorgraden met hun netwerk kregen hierin een belangrijke rol toebedeeld. Eind oktober 2020 sloten de lokale besturen van de eerstelijnszone (ELZ) Zuiderkempen een samenwerkings-overeenkomst af met de zorgraad van de ELZ. Daardoor kon deze laatste beschikken over een subsidie waarmee o.a. een halftijdse coördinator gedurende zes maanden zou worden ingeschakeld om de lokale huisbezoekers/bellers te ondersteunen. Sinds half oktober 2020 is An Laenen, medewerker van lokaal bestuur Meerhout, halftijds aan de slag als coördinator van de lokale contact tracers.

In het besluit van de Vlaamse regering van 13 november 2020 werden de lokale besturen dan zelf opgeroepen om initiatief te nemen en daarmee complementair aan hetgeen de zorgraad doet, in te zetten op (optie 1) sensibilisering, preventie, bronopsporing of (optie 2 = volledig optie 1 + bijkomend) contactonderzoek. De lokale besturen binnen de ELZ Zuiderkempen kozen voor optie 1. Dit was in grote lijnen een keuze om de toenmalige werking verder te zetten en daarvoor als lokaal bestuur een financiering te ontvangen van 0.125 euro per inwoner.

Op de zitting van het college van burgemeester en schepenen op 12/04/2021 en de zitting van de gemeenteraad op 03/05/2021 werd dit reeds goedgekeurd tot en met juni 2021 aangezien de Vlaamse financiering eveneens tot die datum zou lopen. De Vlaamse regering heeft op 07/05/2021 beslist om de financiering te verlengen tot en met 31/08/2021. 

Aangezien Vlaanderen de financiering verlengt tot tot en met 31/08/2021, vraagt Vlaanderen eveneens aan de lokale besturen om hun engagement verder te zetten voor optie 1 tot en met 31/08/2021. 

Volgende beslissing ligt voor: 

• De verlenging van het engagement van de zes lokale besturen voor optie 1 met de toe te voegen addenda aan de eerder afgesloten verwerkingsovereenkomsten tot en met 31/08/2021.

Gezien de lokale besturen het terreinwerk in optie 1 verder zullen opnemen, is het zinvol om ook dat engagement te bevestigen aan Vlaanderen en het voorziene addendum, toegevoegd aan dit besluit, goed te keuren.