Terug
Gepubliceerd op 21/09/2021

2021_CBS_02558 - Omgevingsvergunning - (202100431) Bouwen van een woning, afbraak bijgebouw te St.-Gerebernusstraat 35 - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 20/09/2021 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Griet Smaers

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2021_CBS_02558 - Omgevingsvergunning - (202100431) Bouwen van een woning, afbraak bijgebouw te St.-Gerebernusstraat 35 - Vergunning 2021_CBS_02558 - Omgevingsvergunning - (202100431) Bouwen van een woning, afbraak bijgebouw te St.-Gerebernusstraat 35 - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 03/10/2021


Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2021114053

Dossiernummer gemeente: 202100431

 

De gemeente Geel heeft op 7 juli 2021 een aanvraag ontvangen voor bouwen van een woning en afbraak van een bijgebouw. De aanvraag werd op 4 augustus 2021 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

de heer Mattias Stynen wonende te Hulstsestraat 4 te 2431 Laakdal en mevrouw Thessa Van Limbergen wonende te Hulstsestraat 4 te 2431 Laakdal

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: St.-Gerebernusstraat 35

Kadastrale ligging: afdeling 5 sectie N nr. 987Y

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Er zijn geen historische dossiers voor deze aanvraag.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De aanvraag beoogt het bouwen van een eengezinswoning. De constructie wordt ingeplant op 12 meter uit de as van de weg. De bouwdiepte van de woning bedraagt 12 meter op het gelijkvloers en 10,46 meter op verdieping. De bouwbreedte bedraagt 11,40 meter. Er wordt voldoende afstand gehouden van de laterale perceelsgrenzen. De constructie telt twee bouwlagen en wordt afgewerkt met een plat dak. De hoogte bedraagt 6,55 meter.

 

Het perceel is momenteel nog bebost. Voor het ontbossen van het perceel is er een boscompensatieformulier aan het dossier toegevoegd. Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft dit voorstel bekeken en mee opgenomen in hun advies.

 

De woning voldoet aan de hedendaagse standaard van wooncomfort. Er wordt gebruik gemaakt van kwaliteitsvolle, duurzame materialen. Het ontwerp is architectonisch verantwoord en past binnen de onmiddellijke omgeving, die gekenmerkt wordt door bebouwing in verschillende stijlen en volumes.

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 20 augustus 2021 werd het advies ontvangen van Agentschap voor Natuur en Bos

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

Op 7 september 2021 werd het advies ontvangen van de dienst Openbare Werken van Stad Geel.

Motivatie en voorwaarden riolering

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein.

Men dient de reeds aanwezige wachtaansluiting op te zoeken en te gebruiken. Vermoedelijk zijn de huisaansluitputjes RWA en DWA aanwezig. Als deze niet aanwezig zijn, dient men contact op te nemen met de dienst Openbare werken en verkeer. Er zullen dan nog huisaansluitputjes geplaatst worden. De kosten voor het ingebruik nemen van dit lozingspunt zijn ten laste van de bouwheer/aanvrager.

De bouwheer dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op zijn perceel tot aan de rooilijn.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput op de afvoer van het grijs water om geurhinder van het septische water te vermijden.

Volgens de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is men verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.

Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen. De bouwheer voorziet een volume van 7500L.

Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.

De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. De bouwheer voorziet herbruik voor toiletten, wasmachine en buitenkraantjes.

De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

Het volume van de infiltratievoorziening dient minimum 1350L te bedragen en  de infiltratieoppervlakte minimum 2,16m². De bouwheer voorziet een infiltratievoorziening met een volume van 2000L en een oppervlakte van 6,97m². Men voorziet een noodoverloop naar openbare riolering. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

 

Motivatie en voorwaarden toegang tot het perceel

Men respecteert de maximale toegestane toegangsbreedte. Men voorziet een toegang van 3m22. Voor de aanpassing van het openbaar domein (bermverharding) dient men een aanvraag te doen. De kosten voor de aanpassing zijn ten laste van de bouwheer/aanvrager.

 

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

  1. Project-MER

 

Niet van toepassing.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

Het perceel is gelegen binnen de zonering 'woongebied' volgens het gewestplan Herentals-Mol. Huidige aanvraag voldoet aan de voorschriften van het gewestplan.

Watertoets

Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

Enkel wordt bij toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt.  Dit moet gecompenseerd worden door de plaatsing van een hemelwaterput of de aanleg van een infiltratievoorziening.

Mer-screening

Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

Mobiliteit

De gevraagde werken hebben geen effect op de mobiliteit.

Scheidingsmuren

De aanvraag heeft geen betrekking op de oprichting, uitbreiding, afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Huidige aanvraag beoogt het afbreken van de bebouwing achteraan het perceel en het bouwen van een nieuwe ééngezinswoning. Door de afbraak en de nieuwbouw wordt de bebouwing van achteraan het perceel naar voor gebracht. Hierdoor sluit de voorgevelbouwlijn aan met die van de aanpalende percelen. Het ontwerp is architectonisch verantwoord en er wordt gebruik gemaakt van kwaliteitsvolle materialen. De aanvraag is inpasbaar in de omgeving en verenigbaar met de goede plaatselijke aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende voor de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeeld deze als volgt:

  • Het advies van Agentschap voor Natuur en Bos, afgeleverd op 20 augustus 2021 is voorwaardelijk gunstig.
  •  Het advies van Openbare Werken afgeleverd op 7 september 2021 is voorwaardelijk gunstig.

 

Conclusie

 

De aanvraag wordt voorwaardelijk gunstig geadviseerd.

 

Voorwaarden Agentschap Natuur en Bos:

 

De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 21-214882.

De te ontbossen oppervlakte bedraagt 300m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet.

 

Motivatie en voorwaarden riolering

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein.

Men dient de reeds aanwezige wachtaansluiting op te zoeken en te gebruiken. Vermoedelijk zijn de huisaansluitputjes RWA en DWA aanwezig. Als deze niet aanwezig zijn, dient men contact op te nemen met de dienst Openbare werken en verkeer. Er zullen dan nog huisaansluitputjes geplaatst worden. De kosten voor het ingebruik nemen van dit lozingspunt zijn ten laste van de bouwheer/aanvrager.

De bouwheer dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op zijn perceel tot aan de rooilijn.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput op de afvoer van het grijs water om geurhinder van het septische water te vermijden.

Volgens de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is men verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.

Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen. De bouwheer voorziet een volume van 7500L.

Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.

De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. De bouwheer voorziet herbruik voor toiletten, wasmachine en buitenkraantjes.

De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

Het volume van de infiltratievoorziening dient minimum 1350L te bedragen en  de infiltratieoppervlakte minimum 2,16m². De bouwheer voorziet een infiltratievoorziening met een volume van 2000L en een oppervlakte van 6,97m². Men voorziet een noodoverloop naar openbare riolering. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Motivatie en voorwaarden toegang tot het perceel

Men respecteert de maximale toegestane toegangsbreedte. Men voorziet een toegang van 3m22. Voor de aanpassing van het openbaar domein (bermverharding) dient men een aanvraag te doen. De kosten voor de aanpassing zijn ten laste van de bouwheer/aanvrager.

 

 

Lasten

Niet van toepassing

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
 
      Voorwaarden Agentschap Natuur en Bos:

       

      De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 21-214882.

      De te ontbossen oppervlakte bedraagt 300m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet.

       

      Motivatie en voorwaarden riolering

      Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein.

      Men dient de reeds aanwezige wachtaansluiting op te zoeken en te gebruiken. Vermoedelijk zijn de huisaansluitputjes RWA en DWA aanwezig. Als deze niet aanwezig zijn, dient men contact op te nemen met de dienst Openbare werken en verkeer. Er zullen dan nog huisaansluitputjes geplaatst worden. De kosten voor het ingebruik nemen van dit lozingspunt zijn ten laste van de bouwheer/aanvrager.

      De bouwheer dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op zijn perceel tot aan de rooilijn.

      De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

      De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

      Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

      Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput op de afvoer van het grijs water om geurhinder van het septische water te vermijden.

      Volgens de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is men verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

      De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

      De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.

      Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen. De bouwheer voorziet een volume van 7500L.

      Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.

      De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. De bouwheer voorziet herbruik voor toiletten, wasmachine en buitenkraantjes.

      De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

      De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

      Het volume van de infiltratievoorziening dient minimum 1350L te bedragen en  de infiltratieoppervlakte minimum 2,16m². De bouwheer voorziet een infiltratievoorziening met een volume van 2000L en een oppervlakte van 6,97m². Men voorziet een noodoverloop naar openbare riolering. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

      Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

      Motivatie en voorwaarden toegang tot het perceel

      Men respecteert de maximale toegestane toegangsbreedte. Men voorziet een toegang van 3m22. Voor de aanpassing van het openbaar domein (bermverharding) dient men een aanvraag te doen. De kosten voor de aanpassing zijn ten laste van de bouwheer/aanvrager.