Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2021118367
Dossiernummer gemeente: 202100440
De gemeente Geel heeft op 9 juli 2021 een aanvraag ontvangen voor het uitbreiden van de woning. De aanvraag werd op 11 augustus 2021 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
de heer Jan Berx wonende te Logen 124 te 2440 Geel en mevrouw Sarah Heylen wonende te Logen 124 te 2440 Geel
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Logen 124
Kadastrale ligging: afdeling 1 sectie H nr. 141S2
Verslag
Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2021118367
Dossiernummer gemeente: 202100440
De gemeente Geel heeft op 9 juli 2021 een aanvraag ontvangen voor het uitbreiden van de woning. De aanvraag werd op 11 augustus 2021 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
de heer Jan Berx wonende te Logen 124 te 2440 Geel en mevrouw Sarah Heylen wonende te Logen 124 te 2440 Geel
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Logen 124
Kadastrale ligging: afdeling 1 sectie H nr. 141S2
Verslag
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:
woongebied
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling V 1799 – lot 7.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is gesitueerd in een verkaveling. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van de verkaveling.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
Niet van toepassing
Verordeningen
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.
algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
De aanvraag volgens de architect
De verbouwing / uitbreiding van de bestaande woning voorziet volgende werken :
- Nieuwe uitbreiding achteraan de bestaande woning :
o 1 Bouwlaag met plat dak.
o Kroonlijsthoogte van 325cm t.a.v. afgewerkte vloerpas, oftewel 340cm t.a.v. maaiveld.
o Fundering op volle grond met aanpassing riolering i.f.v. uitbreiding.
o Draagstructuur in houtskeletbouw.
o Gevelafwerking in houten verticaal latwerk, natuurkleur.
o Cf. overleg met de buur rechts wordt de muur tegen de perceelgrens (buur rechts)
afgewerkt met gevelsteen cf woning buur rechts.
o De uitbreiding heeft een dakoppervlakte van 30,29m².
- Nieuwe terraszone :
o Achteraan de uitbreiding wordt een nieuwe terraszone met lamellen-overkapping voorzien.
o De nieuwe terraszone heeft een oppervlakte van 23,73m².
o De nieuwe terraszone wordt uitgevoerd met een niet-waterdoorlatende verharding, waarbij
het regenwater op natuurlijke wijze naast de verharding kan infiltreren.
De geplande werken zijn conform de geldende bouwvoorschriften en het idee van een goede ruimtelijke
ordening.
Het ontwerp
Deze aanvraag stelt de uitbreiding voor van een bestaande woning die vergund werd tegen de rechter perceelsgrens met een garage in de linker bouwvrije zijtuinstrook.
De bestaande woning met garage heeft een totale bouwdiepte van 12,21 meter. De woning wordt uitgebreid met een eetplaats, keuken en overdekt terras. De uitbreiding heeft een oppervlakte van 30 m². Na de uitbreidingswerken bedraagt de diepte van de woning 13,50 meter + 3,50 meter overdekt terras. De totale bouwdiepte bedraagt bijgevolg de maximum toegelaten 17 meter.
De uitbreiding heeft een gevelhoogte van 3,40 meter en wordt voorzien van een plat dak.
De gevels van het nieuwe gedeelte worden afgewerkt in hout.
De muur tegen de gemeenschappelijke perceelsgrens wordt afgewerkt met gevelsteen.
Er is geen akkoord van de aanpalende eigenaar vereist gelet op de situering van het terrein binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling.
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.
Er werd advies gevraagd aan Agentschap Wegen en Verkeer maar het advies werd niet ontvangen binnen de termijn. Het advies wordt geacht stilzwijgend gunstig te zijn.
Op 7 september 2021 werd het advies ontvangen van Openbare Werken
Niet van toepassing
Planologische toets
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
(Artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichtingen en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen)
Wegenis
Het perceel is gelegen langsheen een gewestweg (Logen).
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en caffé, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
Watertoets
Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Scheidingsmuren
De scheidingsmuur kan enkel te paard opgericht worden indien er een uitdrukkelijk akkoord is tussen beide partijen. Zij moeten op het eigen perceel nog een spouw en een muur van min. 14 cm voorzien. Indien er geen akkoord is tussen beide partijen dient ieder op zijn eigendom te bouwen. In dit geval zijn beide partijen verplicht een muur tegen de perceelsgrens op te richten.
Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag is inpasbaar in de omgeving en verenigbaar met de goede plaatselijke aanleg.
Resultaten openbaar onderzoek
Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.
Conclusie
Stedenbouwkundig Advies
Gunstig met voorwaarden
De uitbreidingswerken kunnen uitgevoerd worden overeenkomstig de aanduidingen van het goedgekeurde plan.
De muur tegen de gemeenschappelijke perceelsgrens dient op eigen terrein te worden opgericht en afgewerkt met gevelsteen.
De zone rondom het hoofdgebouw dient als tuin te worden aangelegd en als dusdanig gehandhaafd. Alle verhardingen dienen uitgevoerd in waterdoorlatende materialen zowel in afwerking (toplaag) als fundering.
Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel en een aparte RWA-leiding aanwezig op openbaar domein.
Men dient de bestaande aansluiting op het openbare rioleringsstelsel te hergebruiken. Indien mogelijk adviseren we om toezichtsputjes te plaatsen op het privaat terrein nabij de rooilijn. Als men putjes plaatst dienen deze van kunststof te zijn (RWA: grijs met diameter 250mm, DWA: roodbruin met diameter 315mm).
Men dient de nieuwe afvoer huishoudelijk afvalwater (keuken) correct aan te sluiten op de bestaande afvoer huishoudelijk afvalwater.
Het dak van de uitbreiding sluit men, zoals op het funderingsplan is voorzien, best aan op de hemelwaterput in functie van herbruik.
De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is niet van toepassing.
Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme. De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type.
Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.
De woning moet voldoen aan de EPB-eisen.
Indien voor de uitvoering van de stedenbouwkundige handelingen een bronbemaling geplaatst zal worden, moet deze aangevraagd worden via het omgevingsloket voor de start van de bronbemaling. De bronbemaling moet voldoen aan de bepalingen van Vlarem II afd. 5.53.6.1. Het bemalingswater moet zoveel mogelijk terug in de grond worden ingebracht buiten de onttrekkingszone. Hiervoor kan gebruikgemaakt worden van infiltratieputten, infiltratiebekkens of infiltratiegrachten. Indien dit technisch onmogelijk is mag het water geloosd worden via de RWA-aansluiting.
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
De bestaande bouwlijn en het peil dienen behouden.
Lasten
Niet van toepassing
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college van burgmeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
De uitbreidingswerken kunnen uitgevoerd worden overeenkomstig de aanduidingen van het goedgekeurde plan.
De muur tegen de gemeenschappelijke perceelsgrens dient op eigen terrein te worden opgericht en afgewerkt met gevelsteen.
De zone rondom het hoofdgebouw dient als tuin te worden aangelegd en als dusdanig gehandhaafd. Alle verhardingen dienen uitgevoerd in waterdoorlatende materialen zowel in afwerking (toplaag) als fundering.
Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel en een aparte RWA-leiding aanwezig op openbaar domein.
Men dient de bestaande aansluiting op het openbare rioleringsstelsel te hergebruiken. Indien mogelijk adviseren we om toezichtsputjes te plaatsen op het privaat terrein nabij de rooilijn. Als men putjes plaatst dienen deze van kunststof te zijn (RWA: grijs met diameter 250mm, DWA: roodbruin met diameter 315mm).
Men dient de nieuwe afvoer huishoudelijk afvalwater (keuken) correct aan te sluiten op de bestaande afvoer huishoudelijk afvalwater.
Het dak van de uitbreiding sluit men, zoals op het funderingsplan is voorzien, best aan op de hemelwaterput in functie van herbruik.
De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is niet van toepassing.
Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme. De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type.
Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.
De woning moet voldoen aan de EPB-eisen.
Indien voor de uitvoering van de stedenbouwkundige handelingen een bronbemaling geplaatst zal worden, moet deze aangevraagd worden via het omgevingsloket voor de start van de bronbemaling. De bronbemaling moet voldoen aan de bepalingen van Vlarem II afd. 5.53.6.1. Het bemalingswater moet zoveel mogelijk terug in de grond worden ingebracht buiten de onttrekkingszone. Hiervoor kan gebruikgemaakt worden van infiltratieputten, infiltratiebekkens of infiltratiegrachten. Indien dit technisch onmogelijk is mag het water geloosd worden via de RWA-aansluiting.
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
De bestaande bouwlijn en het peil dienen behouden.