Het managementteam heeft op 13 december 2018 geadviseerd om te evolueren naar een maximale toepassing van de delegatiemogelijkheden voor de bevoegdheden personeelsbeleid die in het decreet lokaal bestuur voorzien zijn. Hierbij wil het managementteam erover waken dat er voldoende transparantie en rapportering is over de manier waarop de algemeen directeur het personeelsbeleid voert.
Volgende bevoegdheden kunnen worden gedelegeerd:
De artikelen 41 en 166 van het decreet lokaal bestuur bepalen dat de gemeenteraad de vervangingsregeling van de algemeen directeur en de financieel directeur kan delegeren naar het college van burgemeester en schepenen. Deze bevoegdheid kan niet verder naar de algemeen directeur worden gedelegeerd.
Wat de effectieve aanstelling en het ontslag betreft van de waarnemend algemeen directeur en de waarnemend financieel directeur bepalen de artikelen 41 en 166 van het decreet lokaal bestuur dat de gemeenteraad deze bevoegdheid kan delegeren naar het college van burgemeester en schepenen. De gemeenteraad kan deze bevoegdheid verder delegeren naar de algemeen directeur en de financieel directeur wat hun eigen vervanging betreft.
De artikelen 41 en 57 van het decreet lokaal bestuur bepalen dat de gemeenteraad het aangaan van dadingen met personeelsleden naar aanleiding van een beëindiging van het dienstverband, die de gevolgen van de beëindiging van het dienstverband als voorwerp hebben, kan delegeren naar het college van burgemeester en schepenen. Deze bevoegdheid kan niet verder naar de algemeen directeur worden gedelegeerd.
Wat de terbeschikkingstelling van personeelsleden als onderdeel van de rechtspositieregeling betreft, kan volgens artikel 41 van het decreet lokaal bestuur de gemeenteraad deze bevoegdheid delegeren naar het college van burgemeester en schepenen. Deze bevoegdheid kan niet verder naar de algemeen directeur worden gedelegeerd.
Volgens artikel 57 van het decreet lokaal bestuur kan de gemeenteraad haar bevoegdheid tot het vaststellen van de rechtspositieregeling delegeren naar het college van burgemeester en schepenen. Deze bevoegdheid kan niet verder naar de algemeen directeur gedelegeerd worden, maar de opmaak van het voorontwerp van de rechtspositieregeling is wel een bevoegdheid van de algemeen directeur samen met het managementteam.
De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van het organogram kan volgens artikel 41 van het decreet lokaal bestuur naar het college van burgemeester en schepenen worden gedelegeerd. Deze bevoegdheid kan wel naar de algemeen directeur gedelegeerd worden. De opmaak van het voorontwerp van het organogram is een bevoegdheid van de algemeen directeur samen met het managementteam.
Artikel 41 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad de bevoegdheid tot het vaststellen van het arbeidsreglement kan delegeren naar het college van burgemeester en schepenen.
Ook het vaststellen van de personeelsformatie als bevoegdheid van de gemeenteraad kan gedelegeerd worden naar het college van burgemeester en schepenen. Dit laat artikel 41 van het decreet lokaal bestuur toe.
Het dossier werd besproken op het beleidsoverleg van 3 mei 2019 waarbij volgende delegaties van bevoegdheden van de gemeenteraad naar het college van burgemeester en schepenen gunstig door het beleidsoverleg werden geadviseerd:
Het vorige gemeenteraadsbesluit van 6 maart 2017, dat hiervoor in voege was, wordt door dit besluit vervangen.
De artikelen 41, 57 en 166 van het decreet lokaal bestuur.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bevat een aantal bepalingen die op vlak van personeelszaken wijzigingen mogelijk maken rond de delegatie van bevoegdheden.
De gemeenteraad gaat over tot openbare stemming. De delegatiebeslissing krijgt 24 ja-stemmen en 4 nee-stemmen, 1 onthouding.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de vervangingsregeling van de algemeen directeur en de financieel directeur.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de aanstelling en het ontslag van de waarnemend algemeen directeur en de waarnemend financieel directeur.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor het aangaan van dadingen met personeelsleden.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de terbeschikkingstelling van personeelsleden als onderdeel van de rechtspositieregeling.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor het vaststellen van de rechtspositieregeling. De opmaak van het voorontwerp van de rechtspositieregeling blijft wel een bevoegdheid van de algemeen directeur samen met het managementteam.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor het vaststellen van het organogram. De opmaak van het voorontwerp van het organogram blijft wel een bevoegdheid van de algemeen directeur samen met het managementteam.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor het vaststellen van het arbeidsreglement.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor het vaststellen van de personeelsformatie.
Met ingang van 26 juni 2019 wordt het gemeenteraadsbesluit van 6 maart 2017 door dit besluit vervangen.