Terug
Gepubliceerd op 18/12/2019

2019_RVBS_00034 - Multiplicator prijssubsidie 2020 AGB sport - Goedkeuren

Raad van Bestuur AGB Sport
ma 16/12/2019 - 19:00 Ooievaarsnest
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis, Nadine Laeremans, Pieter Verhesen, Ivan Wartel, Lea Neyens, iris devos, Gert Laeremans, Karolien Leysen, Marlon Pareijn, Giel Sannen, Francois Mylle, Leen  Verhesen

Afwezig

Mathias Van Braband, Herwig Oris

Secretaris

Francois Mylle

Voorzitter

Vera Celis
2019_RVBS_00034 - Multiplicator prijssubsidie 2020 AGB sport - Goedkeuren 2019_RVBS_00034 - Multiplicator prijssubsidie 2020 AGB sport - Goedkeuren

Motivering

Argumentatie

Een correct budgettering is uitermate belangrijk bij het bepalen van de multiplicator. De multiplicator is het getal dat de stad betaalt bovenop het bedrag van dat de burger betaalt.

Er moet dus op regelmatige tijdstippen bekeken worden of het budget in lijn van de verwachtingen ligt.

Een overschatting van de exploitatiekosten of het niet uitvoeren van geplande investeringen die ingeschreven zijn in het budget betekent dus ook een overschatting van de prijssubsidie. Deze overschatting leidt ook naar extra belasting.

Uit de opmaak van het meerjarenplan 2020-2025 is gebleken dat de multiplicator toe te passen vanaf inkomsten 2020 op 1.33 zal liggen. Dit zal ons winstoogmerk naar de BTW-instanties bewijzen en wij zullen een winst nastreven van 5.000 euro in de algemene boekhouding.

Deze factor zal ingaan op 01/01/2020.

Aanleiding en context

Kader - Beslissing BTW E.T. 129.288 d.d. 19-01-2016

De vraag werd opgeworpen of het louter vermelden van een winstoogmerk (al dan niet gepaard gaand met de mogelijkheid van winstuitkering) op zich volstaat om een AGB uit te sluiten van sommige vrijstellingen inzake BTW, in het licht van de bijzondere band die er bestaat tussen een AGB en zijn gemeente of stad.

De beslissing BTW nr. E.T.129.288 d.d. 19-01-2016 stelt dat de administratie zal onderzoeken of de statutaire bepalingen niet louter theoretisch zijn en kan desgevallend besluiten dat de vrijstellingen (art. 44 van het BTW-wetboek) alsnog van toepassing zijn. Wat zoveel wil zeggen dat het recht op aftrek van het AGB voor bepaalde activiteiten die onder art. 44 vallen zullen opgeheven worden.

Om uit te maken of een AGB al dan niet moet aangemerkt worden als instelling zonder winstoogmerk moet ook rekening worden gehouden met de volgende elementen:

  • voor het bepalen van de winst moet rekening worden gehouden met het boekhoudkundig resultaat (met inbegrip van afschrijvingen, aanleggen van provisies,...) en mag men niet louter vergelijken tussen het boek voor inkomende facturen enerzijds en het boek voor uitgaande facturen anderzijds.
  • het resultaat van de globale activiteit (dus niet activiteit per activiteit) van de instelling dient in aanmerking genomen te worden. Er wordt evenwel geen rekening gehouden met uitzonderlijke opbrengsten (bv. de inkomsten uit onroerende en financiële transacties). De winst/verlies-positie moet structureel zijn en onafhankelijk van toevallige gebeurtenissen langs inkomsten- of uitgavenzijde.

In dat verband kunnen de werkingssubsidies die door de gemeente aan het AGB worden ter beschikking gesteld, gelet op de nauwe band tussen het AGB en de gemeente, niet worden aangemerkt als ontvangsten uit een bepaalde activiteit. De werkingssubsidies mogen bijgevolg niet als bijkomende ontvangsten worden aangemerkt en mogen evenmin in mindering worden gebracht van de gedane kosten voor het bepalen van het boekhoudkundig resultaat. Men kan hierbij niet terugkomen op beslissingen van de dienst Voorafgaande Beslissingen die in he verleden zijn genomen en die stellen dat werkingssubsidies toch in aanmerking worden genomen voor de beoordeling van het winstoogmerk. De AGB's die een dergelijke beslissing hebben bekomen behouden van die individuele beslissing en mits de omstandigheden overeenstemmen met deze van de aanvraag maar slecht voor de geldigheidsduur van die individuele beslissing.

De door gemeente aan het AGB toegekende subsidies die rechtstreeks verband houden met de prijs behoren tot de maatstaf van heffing van de BTW en mogen dan ook worden gevoegd bij de overige ontvangsten uit een bepaalde activiteit om te bepalen of de statutaire bepalingen inzake winstoogmerk en het doel winsten uit te keren die al dan niet theoretisch zijn.

Kort samengevat wil dit dus zeggen dat wanneer de gemeente beslist om een prijssubsidie toe te kennen ipv werkingssubsidies dat dit bedrag wel deel uitmaakt van de ontvangsten om de winstgevendheid te berekenen. Kiezen zij om om dit niet te doen dan is het AGB  verlieslatend en zal het zijn BTW-statuut verliezen.

In 2016 werd er geopteerd om de werkingssubsidies om te zetten in prijssubsidie.

Adviezen

Financiƫn Stad Gunstig advies
Sport Gunstig advies

Besluit

De raad van bestuur agb sport beslist:

Artikel 1

De raad van bestuur AGB sport keurt de nieuwe multiplicator van 1.33 goed. Deze zal ingaan vanaf 01/01/2020 op alle inkomsten verkregen uit de lijst in bijlage.