Het is wenselijk het begrip “dagelijks bestuur” duidelijk te omschrijven met het oog op
de invulling van de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen inzake overheidsopdrachten alsook inzake daden van beschikking i.v.m. roerende en onroerende goederen;
de vrijstelling van de visumverplichting (Artikel 266 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017);
het mogelijke gebruik van kasprovisies voor geringe exploitatie-uitgaven;
Een goed afgewogen definitie van het begrip “dagelijks bestuur” op maat van onze organisatie is van enorm belang en moet genomen worden om de bevoegdheidsregeling (gemeenteraad – college) binnen ons bestuur duidelijk af te lijnen en de administratieve procedures te kunnen bijsturen;
Het besluit van de gemeenteraad van 7 mei 2007, houdende het Besluit over de definitie van het begrip dagelijks bestuur en dagelijks personeelsbeheer, uitzonderingen op het verplichte visum door de financieel directeur, bevoegdheid van het schepencollege tot wijzigen van opdrachten en de aanpassingen van de gemeenteraad van 18 december 2008 en 2 maart 2009 kunnen niet langer gehandhaafd blijven.
Het besluit van de gemeenteraad 10 maart 2014 houdende de wijziging van het gemeenteraadsbesluit van 7 mei 2007 en volgende.
De invulling van het begrip “dagelijks bestuur” is niet noodzakelijk een definitieve keuze aangezien de gemeenteraad steeds de mogelijkheid heeft om haar beslissing desgevallend bij te sturen, in functie van tussentijdse evaluaties van de efficiëntie van de genomen opties;
In overeenstemming met artikel 41, 9° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 is de gemeenteraad exclusief bevoegd om vast te stellen welke opdrachten voor werken, leveringen en diensten kunnen beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur;
In overeenstemming met artikel 56 § 3, 5° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 is het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van opdrachten van dagelijks bestuur;
In overeenstemming met artikel 41 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 is het college van burgemeester en schepenen bevoegd om daden van beschikking te stellen mbt roerende en onroerende goederen voor zover de verrichting behoort tot het dagelijks bestuur.
In overeenstemming met artikel 266 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 onderwerpt de financieel directeur de voorgenomen financiële verbintenissen aan een onderzoek inzake wetmatigheid en regelmatigheid; hij verleent zijn voorafgaand visum als blijkt dat de voorgenomen financiële verbintenissen wetmatig en regelmatig zijn;
In overeenstemming met artikel 177 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 oefent de financieel directeur deze taak in volle onafhankelijkheid uit;
De Vlaamse regering beperkte de uitsluiting van visumverplichting van bepaalde categorieën van verrichtingen van dagelijks bestuur tot de verrichtingen waarvan het bedrag niet hoger was dan het bedrag van de verrichtingen die in het kader van de wet op de overheidsopdrachten gegund werden op basis van artikel 122, 1° van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken; dat bijgevolg alle verrichtingen boven de 5.500 euro, exclusief BTW, moesten onderworpen worden aan het voorafgaand visum maar deze uitsluitingsmogelijkheid was nog altijd zeer ruim;
Sinds 30 juni 2017 geldt de nieuwe wet van 17/06/2016 op de overheidsopdrachten en de toepasselijke KB’s van 18/04/2017 en 14/01/2013. De wet van 17 juni 2016, art 92 vermeldt dat de goed te keuren uitgave het volgende bedrag niet mag bereiken: 30.000 euro voor de opdrachten gesloten met een aanvaarde factuur. Concreet brengt dit met zich mee dat enkel het bedrag van de vorige wetgeving hierin wordt aangepast;
Artikel 42 van de nieuwe wetgeving overheidsopdrachten, artikel 42 §1 1° a bepaalt dat een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking kan gebeuren als de goed te keuren uitgave zonder belasting over de toegevoegde waarde lager is dan de bedragen bepaald door de Koning. Concreet is dit bedrag momenteel bepaald op € 135.000 zonder btw;
Voor het in voege treden van het gemeentedecreet bepaalde artikel 236 van de nieuwe gemeentewet “Het college van burgemeester en schepenen stelt de procedure in en gunt de opdracht. Het kan aan de overeenkomst iedere wijziging aanbrengen die het bij de uitvoering nodig acht, in zover hieruit geen bijkomende uitgaven van meer dan 10 pct. voortvloeien”. Dit artikel werd opgeheven met het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005;
De bepaling dat het college wijzigingen aan de overeenkomst mocht aanbrengen voor zover er geen bijkomende uitgaven van meer dan 10 % uit voortvloeien strekte ertoe om de dagelijkse werking van de gemeente op een werkbare manier een legitieme onderbouw te geven. Dergelijke bepaling werd niet opgenomen in het gemeentedecreet en en ook niet in het decreet lokaal bestuur. Het is duidelijk dat het hier om een vergetelheid van de decreetgever gaat;
Dit impliceert dat elke opdracht van het gemeentebestuur, ook deze die tot het dagelijks bestuur behoren, waar een wijziging bij de uitvoering tot een bijkomende uitgave van 1 cent leidt, zou moeten goedgekeurd worden door de gemeenteraad. Dergelijke werkwijze is onwerkbaar en het kan geenszins de bedoeling zijn van de decreetgever om dergelijke werkdruk op te leggen aan de gemeenteraad.
Er is dus nood aan een legitieme omkadering om aan de gegunde opdrachten wijzigingen te kunnen aanbrengen tijdens de uitvoering ervan, en het is gerechtvaardigd om daarvoor terug te grijpen naar de voorheen geldende bepalingen. Het is bijgevolg aangewezen om het college toe te staan wijzigingen aan de gegunde opdrachten aan te brengen in de uitvoeringsfase en dit voor zover deze wijzigingen niet tot bijkomende uitgaven van meer dan 10 % leiden;
Om eenheid te creëren in de delegatie van bevoegdheden is het opportuun om voor de verschillende stedelijke entiteiten – in de mate van het mogelijke – in dezelfde procedure te voorzien;
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en alle wijzigingen en in het bijzonder op de artikelen 41, 9° en 56 § 3, 5° en 170 en 177 en 266
De wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten;
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken;
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies van openbare werken;
Het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging;
De overheidsopdrachten met een waarde tot en met het bedrag bepaald in artikel 42, § 1 1° a van de wet van 17 juni 2016 (m.i.v. latere aanpassingen en wijzigingen; op datum van het besluit tot 135.000 euro excl. btw) van de van het exploitatiebudget, die het bestuur niet onherroepelijk jaaroverschrijdend binden, behoren tot het dagelijks bestuur. Verbintenissen die over méér dan één jaar lopen maar zonder schade jaarlijks opzegbaar zijn, worden beschouwd als eenjarige verbintenissen.
De overheidsopdrachten met een totale waarde tot 1.000.000 euro (één miljoen euro) excl. btw van het investeringsbudget evenals de investeringsplannen via het enveloppensysteem, behoren tot het dagelijks bestuur.
Wijzingen tijdens de uitvoeringsfase aan de gegunde opdrachten, ook als die niet onder de bepalingen van artikel 1 of 2 vallen, en voor zover die wijzigingen niet leiden tot bijkomende uitgaven van meer dan 10 % van het oorspronkelijke gunningbedrag, worden beschouwd als opdrachten van dagelijks bestuur.
Het college zal bevoegd zijn voor de goedkeuring van principes, voorwaarden, procedure en raming voor volgende verbintenissen die tot het dagelijks bestuur behoren:
Daden van beschikking over roerende en onroerende goederen met een waarde tot en met het bedrag bepaald in artikel 2 van dit besluit
Concessies en verhuur met een waarde tot en met het bedrag bepaald in artikel 1 van dit besluit
Het toekennen, eventueel verdelen en het controleren van gewone en buitengewone toelagen met een waarde tot en met het bedrag bepaald in artikel 1 van dit besluit en de controle over alle andere toelagen
Het toestaan of wijzigen van begraafplaatsconcessies
Tijdelijk ter beschikking stellen van lokalen en/of terreinen voor maximaal 1 jaar voor een waarde tot en met het bedrag bepaald in artikel 1 van dit besluit
Verbintenissen waarvan het bedrag niet hoger is dan 5.000 euro (exclusief btw) kunnen tot stand komen via een gewone bestelbon.
Opdrachten waarvan het bedrag niet hoger is dan het bedrag vermeld in artikel 92 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten komen tot stand via aangenomen factuur. Dat zijn verbintenissen waarvan het bedrag momenteel niet hoger ligt dan 30.000 euro, exclusief btw.
De financieel directeur oefent de controle, bedoeld in artikel 266 van het decreet lokaal bestuur, als volgt uit: