De Stad Geel neemt voor de activiteit distributienetbeheer elektriciteit en/of gas deel aan de opdrachthoudende vereniging Iveka.
Sinds eind 2004 behoren de openbare verlichtingsnetten en -aansluitingen tot de eigendom van de distributienetbeheerders.
De exploitatie van de openbare verlichting maakt als openbaredienstverplichting deel uit van de activiteit ‘Netbeheer elektriciteit’.
De exploitatiekosten, met uitzondering van de materiaalkosten hieraan verbonden, kunnen hierdoor worden opgenomen in het distributienettarief.
De activiteiten met betrekking tot de openbare verlichting die niet onder deze openbaredienstverplichting vallen (bv. renovatiewerken), worden beschouwd als een nevenactiviteit. Dit is een niet-gereguleerde activiteit waarvoor een vergoeding aan kostende prijs wordt aangerekend aan de deelnemers.
De deelnemers van Iveka hebben in 2004 naar aanleiding van de overname (aankoop) door de distributienetbeheerder van de openbare verlichtingsnetten via gemeenteraadsbesluit de beheersoverdracht rond de activiteit openbare verlichting herbevestigd/beslist.
Statutair werd ingeschreven dat deze beheersoverdracht voor de exploitatie van de openbare verlichting geldt voor de volledige duur van de aansluiting en dat de beheersoverdracht voor de nevenactiviteit openbare verlichting steeds herroepbaar is.
Steden en gemeenten staan voor grote uitdagingen op het vlak van de openbare verlichting, milieu, energiebesparing, kostenefficiëntie en Smart City. Er is de snelle technologische evolutie op het vlak van de verlichtingstoestellen en hun aansturing. Lokale besturen krijgen tal van mogelijkheden om gegevens te verzamelen waarmee ze hun beleid beter kunnen afstemmen op de behoeften en vragen van hun burgers, het lokale bestuur zelf, de overheid en ondernemingen. Daarnaast hebben de lokale besturen zich via de burgemeestersconvenanten geëngageerd tot doelstellingen op het vlak van energie-efficiëntie en CO2-besparing.
Als werkmaatschappij voor de netbeheerders in dienst van de lokale besturen wil Fluvius System Operator (hierna ‘Fluvius’) een actieve ondersteuning aanbieden bij de uitwerking van een beleid op maat op vlak van milieu, verlichting en Smart City-infrastructuur (de netten, steunen en erop geïnstalleerde applicaties).
De raad van bestuur van Iveka heeft in zitting van 7 mei 2019 het reglement ‘Fluvius Openbare verlichting en diensten door de distributienetbeheerders aan lokale besturen’ goedgekeurd. Dit reglement wordt toegevoegd als bijlage bij dit gemeenteraadsbesluit, waarvan de tekst primeert op onderstaande samenvatting. Het reglement van Fluvius (bijlage 1) kan als volgt worden samengevat:
1.1 Scope: verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen van openbare verlichting
Er wordt voorgesteld om per 1 januari 2020 de bestaande verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen openbare verlichting in te brengen bij de distributienetbeheerder.
Het betreft in het bijzonder verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen openbare verlichting die zich situeren op of langs de openbare weg of op terreinen die publiek toegankelijk zijn en die toebehoren aan de stad/gemeente zelf, met name:
functionele verlichting, waarbij de functie het verlichten is van wegen, oversteekplaatsen, fiets- en wandelpaden, tunnels, waterlopen en pleinen met uitzondering van de installaties in het beheer van het Agentschap voor Wegen en Verkeer.
bakenverlichting, waarvoor het uitgestraalde licht van het verlichtingstoestel zelf dienst doet als ‘optical guidance’.
monumentverlichting, waarvan de functie het verhogen is van de esthetische waarde van monumenten (gebouw, standbeeld, kunstwerk, …) en ondersteuning geeft aan taken van de functionele verlichting. Het te verlichten monument moet gelegen zijn langs een openbare weg of plein.
straatmeubilairverlichting, zijn aparte verlichtingsinstallaties in/op straatmeubilair (fietsenstalling, zitbanken, vuilbakken, wegwijzers, …) en die eigendom zijn en in beheer van de gemeente.
Er kan worden geopteerd om het energieverbruik mee deel te laten uitmaken van het aanbod.
De lokale besturen kunnen ook de openbare verlichting van semi-openbare ruimten en hun netten inbrengen.
Dit na risicoanalyse en het in overeenstemming brengen van de installaties aan de geldende wetgeving en regels en waarvan de inbreng op projectbasis gebeurt. Dit betreft:
Openbare terreinverlichting, de verlichting van terreinen die (tijdens openingsuren) vrij toegankelijk zijn voor het publiek (containerpark, begraafplaats, sportterreinen zoals voetbalvelden, atletiekpiste, Finse piste, …) en die eigendom zijn van de gemeente.
Architecturale verlichting, waarvan de functie het verhogen is van de esthetische waarde van monumenten (gebouw, standbeeld, kunstwerk, …). Het te verlichten monument moet gelegen zijn langs een openbare weg of plein. De verlichting vereist een aparte studieopdracht (specifieke lichtstudie en technisch ontwerp) door een lichtarchitect.
Op heden is deze analyse nog niet gerealiseerd. Deze inbreng kan elke algemene vergadering evnetueel alsnog gebeuren.
Worden buiten de scope gehouden van deze regeling:
de feestverlichting (toestellen en overspanningen en tijdelijke netten) en
de binnenverlichting (verlichting binnen in de gemeentegebouwen waarvan de te verlichten ruimte in zijn algemeenheid uitgebaat wordt door de gemeente).
de verkeersregelsystemen (het al dan niet branden van de verlichting beïnvloedt de wegcode), tenzij hier al een overeenkomst voor bestaat.
de stand-alonesystemen (geen DNB-netvoeding) en de ruimten van de gemeenten in concessie van andere partijen (de te verlichten ruimte wordt uitgebaat door een derde partij waarvoor de gemeente tijdens de looptijd van de concessie-overeenkomst niet instaat voor de verlichting).
Worden in beginsel ook buiten scope van het reglement gehouden:
de applicaties die zich al op de steunen bevinden (bv. camera’s, sensoren en verkeersgeleidingsinstallaties voor Smart City-toepassingen).
Hiervoor kunnen evenwel aparte afspraken worden gemaakt.
‘klassieke’ applicaties die zich vandaag op de steunen bevinden (bv. verkeers- en signalisatieborden, bloembakken en vaandels).
1.2 Voorstel van inbreng door Fluvius:
maximum 25% van de inbrengwaarde in cash en
minimum 75% van de inbrengwaarde in OV-aandelen: toelichting zie bijlage 3 en 4
Voor de inbreng van de bestaande verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen openbare verlichting in de distributienetbeheerder gebeurt een waardering van deze installaties.
De inbrengwaarde wordt bepaald aan de hand van de economische nieuwwaarde van de steunen en armaturen en is gebaseerd op een gedetailleerde inventaris op datum van toetreding.
De vergoeding van de inbrengwaarde gebeurt:
een deel in nieuw te creëren niet-stemgerechtigde en niet-dividendgerechtigde OV-aandelen (min. 75 percent van de inbrengwaarde).
een deel in cash (max. 25 percent van de inbrengwaarde);
Op de buitengewone algemene vergadering van december 2019 zal hiervoor een voorstel van statutenwijziging ter goedkeuring worden voorgelegd.
Jaarlijks zal de raad van bestuur van de distributienetbeheerder aan de betrokken gemeenten/steden de opbrengsten en kosten verrekenen via het resultaat.
Op vraag van het lokale bestuur kunnen hier diensten zoals lichtplannen, het energieverbruik als onderdeel van ‘licht als dienstverlening’,… aan toegevoegd worden.
Na inbreng komen alle nieuwe investeringen dus ten laste van de DNB en in haar volle eigendom als activa.
De overgenomen installaties zullen over een periode van maximum twaalf jaar afgeschreven worden, gezien het plan om de verledding van Vlaanderen ten laatste tegen 2030 uit te voeren. Ook de afschrijvingen van het gedeelte in cash zullen volgens dit ritme verrekend worden.
Bij evt. wederovername na 2030 door de stad zal de stad dus geen waarde moeten vergoeden van oude installaties (ook non-LED).
De nieuwe installaties hebben een afschrijfperiode van 33 jaar voor de steunen en 15 jaar voor de armaturen. Deze moeten desgevallend wel vergoed worden aan Fluvius.
Stad Geel heeft in 2018 en 2019 al verledding uitgevoerd.
Stad Geel heeft over de financiering van het aandeel cash met Fluvius enkele keren informatie uitwisseling gehad. Het is op basis van de berekening van de financiële dienst voor stad Geel niet voordelig te kiezen voor de verhouding 75% aandelen+ 25% cash.
1.3 Dienstverlening na overdracht
1.3.1 Meerjarig inversteringsplan/-budget
Deze investeringen voor de bestaande en voor de toekomstige verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen openbare verlichting zijn geënt op de vaststellingen en vooruitzichten zoals opgenomen in het (door de betrokken gemeente/stad en de distributienetbeheerder overeengekomen) meerjarig investeringsplan openbare verlichting (op basis van lichtplan of masterplan openbare verlichting) en worden geconcretiseerd binnen het door de distributienetbeheerder opgemaakte reglement. Indien gewenst, zullen er bij het investeringsmeerjarenplan ook doelen bepaald worden zoals onder meer m.b.t. het effect van de investeringen op energieverbruik en CO2-uitstoot.
Als de stad wenst om versneld de masterplannen te realiseren en hiervoor bijkomende investeringsmiddelen nodig zijn, kan de stad overwegen om middels een tussenkomst deze bijkomende investeringsmiddelen te voorzien en kan er samen onderzocht worden hoe dit kan gerealiseerd worden (bv. aannemerscapaciteit).
De bepaling van de prestatie-eisen en brandprogramma’s (dimmen, doven, enz.) blijft de bevoegdheid van de individuele steden/gemeenten.
De stad bepaalt dus het ritme en de locatie waar er een aanpassing/investering nodig is om aan deze eisen te voldoen.
Stad Geel zal in overleg met Fluvius het tempo van verledding in overweging nemen.
De overeengekomen meerjarenplannen worden minstens eenmaal per jaar verfijnd en omgezet in een concreet jaaractieplan waarvoor de Raad van Bestuur van de DNB jaarlijks een maximaal budget (jaar X) goedkeurt voor het geheel van haar toegetreden steden/gemeenten dat besteed wordt op basis van de door de steden/gemeenten goedgekeurde lichtplannen of masterplannen.
Als het budget op het niveau van de DNB ontoereikend is voor de realisatie van de goedgekeurde masterplannen van de toegetreden lokale besturen gebeurt een proratering van het budget, enerzijds in functie van het aantal lichtpunten van de betrokken deelnemers, zoals opgenomen in de asset databank van de distributienetbeheerder, en anderzijds in functie van de realisatietermijn zoals opgenomen in de masterplannen.
Het eventueel saldo van het budget wordt overgedragen en bij voorrang besteed binnen het budget voor het daaropvolgende jaar.
De distributienetbeheerder biedt een ruime keuze van (standaard)materialen aan via de jaarlijks vastgelegde catalogus.
De door de raad van bestuur vastgelegde en goedgekeurde beleidsregels en principes zoals preventieve en curatieve vervangingen blijven van toepassing.
1.3.2 Inzet van de door de Fluvius beheerde infrastructuur voor toepassingen Smart City
Fluvius wil lokale besturen ondersteunen om hun Smart City-infrastructuur (netten, installaties, steunen, …) maximaal te valoriseren.
De ondersteuning bestaat uit het beheer van de overeenkomsten met operatoren (bv. telecom) die gebruik willen maken van deze infrastructuur.
Fluvius zal ervoor zorgen dat de installatie van applicaties (bv. camera’s, sensoren, verkeersgeleiding, telecominstallaties, …) en aansluiting op de netten veilig en correct uitgevoerd worden.
1.3.3 Rapportering
Het lokale bestuur krijgt periodiek diverse rapporteringen (stand van zaken van het overeengekomen actieplan, effecten ervan op het energieverbruik en de CO2-uitstoot, investeringen en onderhoud, nieuwe trends, specifieke Fluvius-projecten m.b.t. openbare verlichting en Smart City-infrastructuur,…).
Fluvius biedt enkele interessante scenario's voor samenwerking.
De scenario's onderscheiden zich door de mate waarin men kiest voor:
- inbrengen van infrastructuur of
- infrastructuur + energieverbruik enerzijds
en
- de compensaties in de vorm van aandelen of/en cash anderzijds.
Het bestuur dient derhalve te beslissen of men qua infrastructuur inbrengt :
A. de verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen (zonder energieverbruik) of
B. optie A zonder energieverbruik
C. optie A met energieverbruik
Volgens het reglement van Fluvius (bijlage 1) kan de optie om het energieverbruik mee in de dienstverlening op te nemen eventueel apart beslist worden.
Voorbeeld
Indien men opteert voor het inbrengen van de verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen - op basis van een inventariswaarde 31 december 2018 - resulteert dit in een inbrengwaarde van :
459.381 euro in cash (zijnde 25% van de inbrengwaarde) en
1.378.143 euro in OV-aandelen (zijnde 75% van de inbrengwaarde)
in te brengen bij de opdrachthoudende vereniging Iveka.
Meer gedetailleerde berekening ( bijlage 3)
Opteert men voor 0% cash en 100% aandelen dan brengt men 1.837.524 euro in.
Indien men opteert voor 25 % cash dan is dit op de lange termijn minder gunstig voor de stad omdat de rentevoeten voor Iveka / Fluvius hoger liggen dan wanneer de stad zelf een lening zou aangaan.
Indien de 459.381 euro (25% cash) direct aan de stad overgemaakt wordt dan komt de stad in een andere financiële positie waarbij de stad op korte termijn financieel krachtiger wordt en de autofinancieringskracht vergroot.
Door de investering in cash te ontvangen wordt op korte termijn een gunstig effect gecreëerd voor de stad maar zijn de lange termijn efffecten minder positief.
Teneinde de overeenkomst rechtskracht te geven dient een operationele overeenkomst ondertekend te worden tussen de stad en Fluvius (bijlage 2).
De stad kan volgens Fluvius ten allen tijde de overeenkomst beëindigen en de infrastructuur terug overnemen mits betaling van de ingebrachte waarde, verminderd met de afschrijvingswaarde.
Dit wordt als volgt gestipuleerd in de overeenkomst "Ingeval van uitsluiting, niet-deelname aan de verlenging van Iveka, of (vroegtijdige) ontbinding worden de ingebrachte en nieuw tot stand gebrachte OV-installaties (steunen, verlichtingstoestellen en lichtbronnen) teruggenomen door de stad op wiens grondgebied ze zich situeren. Dit gebeurt tegen de resterende geacteerde boekwaarde van deze installaties, verminderd met het eigen vermogen OV van de stad, op het ogenblik van de effectieve realisatie van de uitsluiting, niet-deelname aan de verlenging of (vroegtijdige) ontbinding, met inachtname van alle dan geldende juridische en fiscale regelgeving.
Er wordt geopteerd worden om in 2027 een dergelijk evaluatiemoment te voorzien.
De bijlage met beschrijvende nota geeft weer hoe de nieuwwaarde en de economische vervangingswaarde van de steunen en verlichtingstoestellen werden bepaald op basis van een gedetailleerde inventaris van 31 december 2018.
Uitgangspunten:
Een CAR-prijs geeft een theoretische eenheidsprijs weer voor een technische eenheid uit de technische databanken. Het weerspiegelt de nieuwbouwwaarde van een asset, in eigendom van de DNB. Een CAR-prijs omvat:
Het aantal steunen in de gemeente wijkt af van het aantal verlichtingstoestellen omwille van 2 redenen:
- De LS-dragers, houten palen of betonmasten waarop het bovengronds laagspanningsnet is bevestigd, zijn binnen de RAB (Regulatory Asset Base) reeds gewaardeerd en worden niet weerhouden voor het OV-net.
- Er zijn steunen waar meerdere verlichtingstoestellen op geplaatst zijn.
Aan Fluvius werd eind september, begin oktober 2019 meermaals gevraagd om de onderbouwing van de berekening te justifiëren met de exacte berekeningsbasis.
Eind oktober vond een bijkomende bespreking plaats.
Op de vraag hoe wordt omgegaan met de inbrengwaarde en afschrijving van nieuwe installaties die nog moeten overgedragen worden aan stad Geel van verkavelingen die vergund zijn, maar nog niet overgedragen en waarbij met bv. verkavelaar overeengekomen is dat deze niet rechtstreeks naar Fluvius maar eerst naar de gemeente worden overgedragen is geen uitkomst en waardering bekend op dit ogenblik.
De Gemeenteraad neemt kennis van het reglement ‘Fluvius Openbare verlichting en diensten door de distributienetbeheerders aan lokale besturen’, zoals opgesteld en goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Iveka in zitting van 7 mei 2019.
De Gemeenteraad hecht voorwaardelijke goedkeuring aan de beheersoverdracht inzake de verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen en, daaraan verbonden de automatische overdracht van de eigendom van de in de toekomst nog op te richten verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen.
De Gemeenteraad vraagt om de inbreng die de stad heeft gedaan overeenkomstig het artikel 9 van de statuten van Iveka uit te breiden wat betreft: de openbare verlichtingstoestellen, openbare lichtbronnen en openbare steunen die voldoen aan de vereisten die zijn weergegeven in het reglement.
De Gemeenteraad hecht goedkeuring aan de uitbreiding van de huidige aansluiting van de stad bij de opdrachthoudende vereniging Iveka voor de activiteit openbare verlichting (verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen) en diensten als onderdeel van ‘licht als dienstverlening’ (inclusief het energieverbruik van de openbare verlichting en zo deel te nemen aan het aanbod Fluvius Openbare verlichting en de opdrachthoudende vereniging te verzoeken om de ‘aanvaarding van de uitbreiding van deze aansluiting’ voor te leggen aan de eerstvolgende algemene vergadering.
De Gemeenteraad is akkoord dat de inbreng (met uitz. van de semi-openbare verlichting) van de stad als volgt verrekend wordt:
De verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen - op basis van een inventariswaarde 31 december 2018 - tegen een inbrengwaarde van
0 euro in cash (zijnde 0% van de inbrengwaarde) en
1 837 524 euro in OV-aandelen (zijnde 100% van de inbrengwaarde) in te brengen bij de opdrachthoudende vereniging Iveka.
De Gemeenteraad neemt kennis van het engagement van de distributienetbeheerder om het nodige te doen om de vereiste vennootschapsrechtelijke formaliteiten te vervullen die een inbreng met zich meebrengt en om de statuten dienovereenkomstig aan te passen.
De Gemeenteraad duidt de Voorzitter van de gemeenteraad en/of algemeen directeur aan om als gevolmachtigde van de stad de authentieke akte te ondertekenen alsook de hypotheekbewaarder vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving bij het overschrijven van de inbrengakte.
De Gemeenteraad gelast het College van Burgemeester en Schepenen met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van de opdrachthoudende vereniging Iveka, (in pdf-versie) uitsluitend via e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
De Gemeenteraad gelast de afgevaardigde van de stad Tinne Vangeel om deze overeenkomst te laten bekrachtigen op de eerstvolgende Buitengewone Algemene Vergadering van 13 december 2019 van Iveka.