UITERSTE BESLISSINGSDATUM: 22/11/2021
Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2019118350
Dossiernummer gemeente: 202100333
De gemeente Geel heeft op 28 mei 2021 een aanvraag ontvangen voor regularisatie infrastructuurwerken (riolering) en wijziging omgevingsaanleg. De aanvraag werd op 10 juni 2021 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
ASTOR VZW gevestigd te Mechelsesteenweg 271/12 te 2018 Antwerpen en MPI Oosterlo VZW gevestigd te Eindhoutseweg 25 te 2440 Geel
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Groenhuis - Klein-Veldekensstraat
Kadastrale ligging: afdeling 6 sectie G nrs. 522K2, 891D, 920B, 920D en 921A
Verslag
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in deels in woongebied en deels in woonuitbreidingsgebied.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel goedgekeurd op 10 april 2012. Dit RUP voorziet geen stedenbouwkundige voorschriften voor dit perceel.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. Dit RUP bevat echter geen stedenbouwkundige voorschriften voor dit perceel. De gewestplanbestemming blijft van toepassing.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
Niet van toepassing voor de aanvraag.
Verordeningen
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
De aanvraag
De aanvraag omvat een wijziging van de omgevingsvergunning wat betreft de omgevingsaanleg en de riolering die vervat zat bij het omgevingsvergunningsproject vergund op 08.06.2017, gewijzigd bij besluit van 15.07.2019.
De wijzigingen die aangevraagd worden hebben betrekking op de omgevingsaanleg van de site. Concreet omvatten de werken:
Na adviesronde en openbaar onderzoek werd door de aanvrager gekozen om de ingediende plannen te wijzigen. Op 21.09.2021 werd een nieuwe projectinhoudversie opgeladen in het omgevingsloket. De inhoud van de nieuwe projectinhoudversie bevat ten opzichte van de oorspronkelijke aanvraag het volgende:
De omgeving.
De site van Astor bevindt zich ten noorden van de spoorlijn Hasselt-Antwerpen op ca. 400 meter van de stationssite van geel. Rondom de site bevinden zich eengezinswoningen, meergezinswoningen en beperkte kleinhandel. In de omgeving bevindt zich eveneens een middelbare school.
De site bevindt zich in het centrum van stad Geel.
De site grenst aan de fietsostrade vanuit de straat Groenhuis richting station loopt en deels in het projectgebied ingebed zit.
De Astorsite zelf bevat woongelegenheden voor ouderen, een Medisch-pedagogisch Instituut, een brasserie, dagopvangcentrum, dienstencentrum, een kinderopvang, parkeervoorzieningen en ondersteunende functies.
Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 22 juni 2021 t.e.m. 21 juli 2021. Er werd één bezwaarschrift ingediend.
De inhoud van het bezwaarschrift is samengevat:
“De vergunde situatie noch de nieuw aangevraagde situatie komen overeen met de realiteit. Tussen de gebouwen van MPI en de nog te realiseren tuinwoningen staat een groep hoogstammige bomen die zeer bepalend zijn voor het algemene uitzicht. In de vergunningsdocumenten zijn deze bomen nooit opgenomen als zijnde ‘bestaande bomen’
terwijl deze overduidelijk al veel langer aanwezig zijn. De vergunde (en nieuw aangevraagde) omgevingsaanleg is met andere woorden niet realiseerbaar
aangezien er nooit een vergunning verleend is voor het kappen van deze bomen. Ze zijn simpelweg over het hoofd gezien bij het opstellen van de plannen.
Wanneer ik in detail naar de plannen kijk, stel ik vast dat deze bomen precies op de plaats staan waar nu een parking voorzien is. Aangezien er alternatieven zijn voor de inplanting van deze parkeerplaatsen is het in ieders belang om te vermijden dat deze bomen zouden moeten sneuvelen.
Ik heb over dit onderwerp reeds constructieve gesprekken opgestart met de indiener van de vergunning. De bestaande bomen werden intussen ingemeten en er wordt momenteel gewerkt aan een alternatief. Ik was dan ook enigszins verwonderd dat een alternatief nog niet opgenomen was bij deze wijzigingsaanvraag van de vergunning. Zonder twijfel een vergetelheid die nog rechtgezet zal worden... Eerder dan een echt bezwaarschrift is deze melding dan ook te beschouwen als een opening van de debatten om tot een oplossing te komen die 1) overeenkomt met de realiteit, 2) de bestaande bomen spaart en 3) gedragen kan worden door alle partijen. Verder stel ik vast dat het groenscherm tussen de tuinwoningen en de aanpalende woningen slechts 1,8 m hoog is. Dit terwijl de nokhoogte van de tuinwoningen maar liefst 4,5 m hoog is. Ook dit lijkt me in onderling overleg vatbaar voor verbetering.”
Bespreking van het bezwaarschrift:
De aanwezigheid van hoogstammige bomen werd tijdens de dossierbehandeling ook opgemerkt en na advies van de groenambtenaar van stad Geel met de aanvrager gecommuniceerd. Het rooien van hoogstammige bomen is een vergunningsplichtige handeling. Deze werken moeten mee opgenomen worden in een vergunningsaanvraag. Het bezwaarschrift werd dan ook weerhouden.
Door de aanvrager werd een gewijzigde projectinhoudversie ingediend waarbij de parking anders ingetekend wordt waardoor minder bomen moeten gerooid worden. De 3 hoogstammige bomen die toch gerooid moeten worden, maken integraal deel uit van de nieuw ingediende projectinhoudversie. Hierdoor wordt aan dit aspect van het bezwaar tegemoet gekomen.
Het tweede openbaar onderzoek over de gewijzigde projectinhoudversie werd gehouden van 28 september 2021 t.e.m. 27 oktober 2021. Deze gewijzigde projectinhoudversie komt tegemoet aan de bezwaarindiener. De aanvrager en bezwaarindiener zijn met elkaar in gesprek gegaan.
Tijdens het tweede openbaar onderzoek dat gehouden werd van 28.09.2021 tem. 27.10.2021 werden geen bezwaarschriften meer ingediend.
Niet van toepassing op deze aanvraag.
Legaliteitstoets
Planologische toets
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in deels in woongebied en deels in woonuitbreidingsgebied.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel goedgekeurd op 10 april 2012. Dit RUP voorziet geen stedenbouwkundige voorschriften voor dit perceel.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling
De aanvraag wordt dus onderzocht op de overeenstemming met de gewestplanbestemming. De aanvraag omvat wijzigingsaanvraag van ondersteunende werken bij de basisvergunning, in concreto riolering, het rooien van bomen en omgevingsaanlegwerken. Deze handelingen dragen bij aan de goede werking van de oorspronkelijk vergunde constructies en functies. De aanvraag lijkt hierbij niet vreemd te zijn aan de basisvergunning en de van toepassing zijnde gewestplanbestemming.
Wegenis
Het perceel is gelegen aan de gemeentewegen Klein-Veldekensstraat en Groenhuis.
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
De aanvraag doorstaat de legaliteitstoets.
Watertoets
Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Enkel wordt bij toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden door de plaatsing van een hemelwaterput of de aanleg van een infiltratievoorziening.
De aanvraag voorziet in het uitbreiden van de bestaande infiltratievoorzieningen in de vorm van wadi’s. De uitbreiding van de infiltratie en buffercapaciteit volgt uit de opvang van hemelwater uit Groenhuis. Hiervoor worden de wadi’s uitgebreid met 200 m³ buffercapaciteit.
Daarnaast wordt op het systeem een vertraagde afvoer voorzien die in werking kan treden bij extreme neerslag ter aanvulling van de infiltratiecapaciteit.
De huidige opstelling van de overloop van de wadi is niet conform de opgelegde voorwaarden. De overloop moet uitgerust worden met een wervelventiel en knijp en overstortconstructie zoals beschreven in het advies van Aquafin (P21005634 dd. 22.10.2021). Dit advies zal als bijlage aan het besluit toegevoegd worden.
Opportuniteitstoets
Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dient een vergunning geweigerd te worden als de aanvraag niet overeenstemming is de goede ruimtelijke ordening, of hiermee niet in overeenstemming kan gebracht worden door het opleggen van voorwaarden.
De aanvraag wordt getoetst aan de bepalingen van artikel 4.3.1§2 van de VCRO met betrekking tot de goede ruimtelijke ordening.
Visueel vormelijk
De aangevraagde werken hebben een beperkte visuele impact. Door het behoud van de hoogstammige bomen ter hoogte van het parkeervak, wordt de impact van het project gereduceerd. Zowel vanuit de omgeving als voor gebruikers van het terrein en passanten is de aanwezigheid van groene elementen een meerwaarde.
De wadi’s krijgen een natuurlijke aankleding. Door de oppervlakte te vergroten en de hellingen zachter te maken verhoogt de infiltratiecapaciteit, maar eveneens biedt dit ruimere kansen voor een kwalitatieve inrichting met een meerwaarde voor biodiversiteit.
Materiaalgebruik
De parkeerplaatsen en de wegen worden aangelegd in een betonverharding. Rekening houdende met het verhogen van de hemelwaterinfiltratie en het beperken van de impact van de voorzien verharding, moeten de bovengrondse parkeerplaatsen aangelegd worden in waterdoorlatende materialen. Hiervoor wordt gekozen voor duurzame materialen die een hoge belasting kunnen verdragen in functie van de verwachte verkeersbewegingen.
De bomen die aangeplant worden langs de spoorlijn zijn zwarte els. Deze soort is een inheemse boom. De groenambtenaar van stad Geel heeft de aanplant van deze boomsoort gunstig geadviseerd.
Mobiliteit
De aanvraag heeft deels betrekking op de bereikbaarheid van de site en de parkeerafwikkeling. De toegang vanuit de Klein-Veldekensstraat zit vervat in deze aanvraag. Ook wordt de voorziene parkeerzone aan de tuinwoningen opgesplitst naar 2 kleinere parkeerzones. De aantal parkeerplaatsen blijft behouden. De aanvraag voldoet aan de parkeernorm die volgt uit de parkeerverordening en die vastgelegd werd in de basisvergunning.
Het advies van de dienst Openbare werken- mobiliteit van stad Geel stelt over de aanvraag:
“De aansluiting met de Klein Veldekensstraat is versmald tot 4 meter. In de parkeerverordening van stad Geel is opgenomen dat de inrit/rijbaan minimaal 6 meter breed moet zijn bij een hoek van 90° tussen parkeerplaats en inrit. Anders is het zeer moeilijk om de haakse parkeervakken op een comfortabele manier in- en uit te rijden. Dit dient zo voorzien te worden bij alle haakse parkeervakken op het terrein.
In de buitenaanleg is er op bepaalde plaatsen een potentieel gevaarlijke situatie voor fietsers gecreëerd:
Met betrekking tot de aansluiting op de Klein-Veldekensstraat wordt de aansluiting slechts 4m breed voorzien. Zoals in het advies van de dienst mobiliteit bevestigd wordt, stelt zich hier een probleem naar verkeersveiligheid. Deze aansluiting maakt ook deel uit van de trage verbinding over het terrein. Een veilige weginrichting is hier essentieel. De aanvrager moet voorzien dat de rijbaan 6 meter breed aangelegd wordt. Dit kan enerzijds door de aansluiting noordelijker te laten starten. De aanvrager gaat hiervoor een landmeter aanstellen om de exacte perceelsgrens vast te leggen met de aanpalende eigenaar. Als de aanleg van een rijbaan van 6 meter breed niet mogelijk is zal de aanvrager grond verwerven kunnen verwerven om zo voldoende breedte te garanderen.
Een andere optie bestaat erin dat de parkeerplaatsen ten noorden van de tuinwoningen verdwijnen. Deze parkeerplaatsen vallen niet binnen de parkeernorm, maar zijn hier voorzien vanuit een praktische overweging. Door deze parkeerplaatsen af te bouwen en anders te oriënteren, kan de vereiste wegbreedte behaald worden. Er dient alleszins over gewaakt te worden dat de tuinwoningen een voortuin van min. 2m overhouden.
Sowieso moet de exacte perceelsgrens met het perceel Afd. 4, Sectie F nummer 710P vastgelegd worden. Dit werd tijdens een plaatsbezoek met de bouwheer besproken.
Tijdens besprekingen met de stad Geel en de provincie Antwerpen werd geadviseerd om geen connectie te maken met de fietsostrade voor voetgangers. De provincie Antwerpen gaf aan dat de fietsostrade t.h.v. de site een versmald profiel heeft (breedte 3m) en dat hier geen ruimte is voor een voetpad. Dit advies wordt opgevolgd, de connectie met de fietsostrade wordt geschrapt, hierdoor worden conflicten vermeden tussen voetgangers en fietsers.
Hinderaspecten
De impact van de aanvraag na realisatie is beperkt. Het omvat enkel de wijziging van de omgevingswerken. Door het opsplitsen van de parkeerplaatsen en het behoud van de bomen wordt de visuele hinder verminderd ten opzichte van de oorspronkelijke vergunning. De overige werken omvatten de aanpassingen aan de wadi’s en aanplant bomen. Deze hebben geen impact op de hinderaspecten.
Tijdens de werken kan tijdelijk hinder ontstaan door grondverzet en aanvoer en afvoer van materialen en door de bouwwerkzaamheden. De politiecodex verbiedt “het gebruik van bouwmachines of andere bouwwerktuigen die van aard zijn de rust van de inwoners te verstoren op werkdagen tussen 22u en 7u, alsook op zon- en wettelijke feestdagen”. Dit beperkt de hinder naar de omwonenden. De nodige veiligheidsvoorzieningen moeten getroffen worden om de omgeving veilig te stellen voor passanten en bewoners.
Bodemreliëf
De aanvraag voorziet in het wijzigen van het bodemreliëf door enerzijds de aanleg van de parkeerzones en de anderzijds de grondwerken in functie van de aanpassingen aan de Wadi’s.
De parking en toegangswegen worden verhard. Hiervoor zal de bovenste laag van het maaiveld afgegraven worden en aangelegd in een betonverharding. De ingreep op de bodem is echter beperkt gezien de geringe ontgravingsdiepte en de beperkte oppervlakte van de verharding.
Voor de aanpassingen van de Wadi’s is de ingreep op de bodem groter. De wadi’s zullen het hemelwater bufferen. De oppervlakte van de wadi’s wordt vergroot om het hemelwater van de eigen site evenals het hemelwater uit de straat Groenhuis op te vangen, te bufferen, te infiltreren en vertraagd af te voeren.
Door de aanleg van wadi’s wordt een meerwaarde gecreëerd voor de site door de aantrekkelijkheid die waterpartijen uitstralen. Door een kwalitatieve aanleg van de wadi zal de beleving in deze omgeving sterk toenemen en wordt ook een positieve bijdrage geleverd aan de biodiversiteit in de omgeving. De ingreep in de bodem zelf is beperkt in tijd. De aanpassingen zelf hebben een permanent karakter. Door de hellingen van de wadi zacht hellend te maken en deze hellingen te beplanten wordt erosie en inkalving van de wanden vermeden. Op deze manier wordt geen verdere aantasting van het bodemreliëf teweeggebracht.
De beperkte diepte van de wadi’s zorgen voor een impact op het bodemreliëf dat aanvaardbaar is.
De aanvraag doorstaat mist het opleggen van voorwaarden de opportuniteitstoets. De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Bespreking adviezen
De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeeld deze als volgt:
“NV Infrabel heeft geen bezwaar tegen de omgevingsvergunning (aanvullende nota) van Astor vzw voor het wijzigen van riolering en de omgevingsaanleg in de Klein-Veldekensstraat 48, 2440 GEEL.”
Inhoud van het advies
Voor dit project werd advies gevraagd bij Aquafin. Er werd door hen een hydraulisch en technisch advies opgesteld. Het project wordt gunstig geadviseerd rekening houdend met verschillende voorwaarden. Deze staan beschreven in het rapport "Hydraulisch en technisch advies" en dienen te worden nageleefd.
Specifiek voor bufferbekken “B” werd er afgesproken om een gedeelte van de buffering van het rioolproject GEL3026 gedeeltelijk te voorzien op site van Astor. Het bekken is bij het schrijven van het huidig advies nog niet volledig gerealiseerd omwille van de bereikbaarheid van de bouwwerf “Astor”. Het maximale volume van het bufferbekken dient ten laatste voor de realisatie van Groenhuis gerealiseerd te worden door bouwheer Astor VZW.
Zoals beschreven in het addendum hemelwaterhuishouding van Aquafin dient men te voldoen aan de opgelegde lozingsnormen. Bij vaststelling ter plaatse blijkt de overstortconstructie niet te voldoen. Men dient deze knijp-en overstortconstructie van bufferbekken B aan te passen zoals voorzien was op het detailplan: betonnen zijwanden, wervelventiel, looproosters en wegneembare rooster boven wervelventiel, terugslagklep aan zijde van de gracht, aanleg van betonnen grasdallen op de bodem van bufferbekken B.
Voorts dient er een poort met een vrije doorgang van 3m gerealiseerd te worden in de directe nabijheid van de knijp-en overstortconstructie om onderhoud en inspectie mogelijk te maken. Het cilinderslot van de poort dient te worden voorzien van een cilinder type Aquafin.
Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige. Dit betreft de private riolering op de site die bij de reeds uitgevoerde keuring nog niet is gekeurd of nog niet kon gekeurd worden.
Inhoud van het advies:
Het is essentieel dat de aanpassingen aan het bufferbekken en in het bijzonder aan de overstort/uitlaatconstructie correct worden uitgevoerd zoals beschreven in het hydraulisch advies van Aquafin.
De voorwaarden in het hydraulisch advies van Aquafin dienen gevolgd te worden, extra aandacht moet gaan naar de uitlaat van het bufferbekkensysteem.
Inhoud van het advies:
De dienst mobiliteit geeft een voorwaardelijk gunstig advies.
De aansluiting met de Klein Veldekensstraat is versmald tot 4 meter. In de parkeerverordening van stad Geel is opgenomen dat de inrit/rijbaan minimaal 6 meter breed moet zijn bij een hoek van 90° tussen parkeerplaats en inrit. Anders is het zeer moeilijk om de haakse parkeervakken op een comfortabele manier in- en uit te rijden. Dit dient zo voorzien te worden bij alle haakse parkeervakken op het terrein.
In de buitenaanleg is er op bepaalde plaatsen een potentieel gevaarlijke situatie voor fietsers gecreëerd.
Ter hoogte van de aansluiting met de Klein Veldekensstraat worden fietsers die richting de Klein Veldekensstraat rijden door de smalle breedte gedwongen om vlak achter de haakse parkeervakken te rijden. Zo komen ze terecht in een voor de autobestuurder dode hoek. Door het breder maken van deze aansluiting krijgen de fietsers de mogelijkheid om meer ruimte te laten tussen zichtzelf en de geparkeerde wagens
Ter hoogte van de aansluiting Groenhuis/fiets-o-strade worden fietsers vlak achter de haaks geparkeerde wagens geleid. Zo komen ze terecht in een voor de autobestuurder dode hoek. Beter is om het verkeersplateau te verlengen en om de aansluiting met de fiets-o-strade zo haaks mogelijk te voorzien. Voor fietsers in beide richtingen haaientanden voorzien Zeker de fietsers rijdend richting fiets-o-strade komen anders uit een voor autobestuurders onverwachte hoek. Op deze manier kunnen fietsers aan de rechterzijde rijden en hoeven ze niet vlak achter de haakse parkeervakken te fietsen.
Op de doorsteek voor voetgangers en fietsers tussen gebouw S en MPI is langs beide zijden een “afzetpaal” voorzien, zodat hier geen gemotoriseerd verkeer door kan rijden. Beter is om deze paaltjes te verwijderen en d.m.v. verkeerssignalisatie (C3 + uitgezonderd fietsers) aan te geven dat hier geen auto’s mogen rijden. Indien nodig kan de inrichting (zonder palen) duidelijk maken dat dit enkel een doorgang voor voetgangers en fietsers is.
Reden: meer dan 85% van de fietsongevallen zijn enkelzijdige ongevallen, namelijk fietsers die tegen een obstakel rijden (paaltjes, bloembakken,…). Het merendeel van de lichte en zware verwordingen bij fietsers wordt veroorzaakt door het hebben van een enkelzijdig ongeval. Enkele auto’s die onbewust deze doorsteek gebruiken is in dat opzicht minder gevaarlijk dan een paaltje in het midden van de weg. Indien een obstakel echt noodzakelijk blijkt, kiest men best voor een rood-wit flexibel paaltje, met voor en achter het paaltje geleidende wegmarkering. Het keuzeschema paaltjes op fietspaden geeft weer wanneer paaltjes echt noodzakelijk zijn en op welke manier ze fietsvriendelijk uitgevoerd moeten worden: https://fietsberaad.be/wp-content/uploads/KEUZESCHEMA_palen_op_fietspaden_vs3.pdf
De inrit/rijbaan moet minimaal 6 meter breed zijn bij een hoek van 90° tussen parkeerplaats en inrit.
Het verkeersplateau in Groenhuis verlengen en de aansluiting met de fiets-o-strade zo haaks mogelijk voorzien. Voor fietsers in beide richtingen haaientanden voorzien.
Te bekijken of paaltjes op de voet- en fiets doorsteek echt noodzakelijk zijn aan de hand van het keuzeschema voor palen. Indien niet, combinatie verkeersborden C3 + uitgezonderd fietsers voorzien en door middel van de aanleg duidelijk maken dat autoverkeer hier niet gewenst is. Indien wel, uitvoeren op een fietsvriendelijke manier zoals opgenomen in het keuzeschema.
De dienst openbare werken en verkeer/mobiliteit geeft een gunstig advies op het voorstel om de parkeerpocket te herorganiseren in functie van het behoud van de bomen.
Dit advies werd aangevuld op basis van de gewijzigde projectinhoudversie waarbij de dienst mobiliteit bijkomend het volgende laat optekenen: “De dienst openbare werken en verkeer/mobiliteit geeft een gunstig advies op het voorstel om de parkeerpocket te herorganiseren in functie van het behoud van de bomen.”
Inhoud van het advies:
Het is niet enkel natuurlijker en esthetischer, het is bovendien een pak veiliger voor passanten en makkelijker te beheren. Deze hellingsgraad kan makkelijk gehaald zonder in te boeten aan bufferend vermogen, als het infiltratiebekken wordt uitgebreid naar het westen van het wandelpad in de richting van blok A.
Verder in de nota staat dat infiltratiebekken B een taludhelling heeft van 13/4. Ook hier geldt dat de oevers min. 1/5 en bij voorkeur nog zachter hellend dienen gemaakt te worden. Deze ingreep is noodzakelijk om het bekken landschappelijk te integreren en zo natuurlijk mogelijk te maken. Tussen de blokken A, B en T rest voldoende ruimte om een landschappelijk geïntegreerd infiltratiebekken te realiseren.
Wijziging locatie bomenrij
Zie punt 3 van de algemene opmerkingen. Uit de aanvraag/plannen blijkt niet duidelijk wat precies beoogd wordt. Een toelichting is noodzakelijk om een gefundeerd advies uit te brengen.
O.3: Geen voetgangersverbinding met fietsostrade
Geen opmerkingen.
O.4: De aansluiting t.h.v. de Klein Veldekenstraat wordt aangepast
Uit de plannen is niet op te maken wat deze wijziging precies inhoudt. Hierover kunnen bijgevolg geen uitspraken gedaan worden. Een bijkomende toelichting is vereist.
O.5: Wijziging locatie en type bomen langs de spoorlijn
Geen opmerkingen.
Uit het advies van de groenambtenaar worden volgende zaken meegenomen:
Conclusie
Gunstig advies wordt verleend aan de vraag tot omgevingsvergunning van MPI Osterlo en Astor vzw voor wijzigingsaanvraag riolering en buitenaanleg omgevingsvergunning aan de Astor-site gelegen Groenhuis – Klein-Veldekensstraat mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:
Lasten
Niet van toepassing
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college van burgmeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven: