Uiterste beslissingsdatum 08.12.2021*
*Na deze datum wordt de aanvraag stilzwijgend geweigerd.
Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2021122486
Dossiernummer gemeente: 202100475
De stad Geel heeft op 2 augustus 2021 een aanvraag ontvangen voor het ophogen van gedeelten van een perceel in functie van het wegwerken van laagtes in een landbouwperceel voor een beter landbouwkundig gebruik. De aanvraag werd op 25 augustus 2021 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
RIEDKAMA BVBA gevestigd te Brandemolenstraat 21 te 2440 Geel.
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Meiteman - Brandemolenstraat z/n
Kadastrale ligging: afdeling 5 sectie M nrs. 391N en 391K
Verslag
Stedenbouwkundige basisgegevens
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in agrarisch gebied.
De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
Niet van toepassing op deze aanvraag.
Verordeningen
gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.
Historiek
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
Omgevingsvergunning 202000357/OMV_2020043074 voor elia asset - 380kv-lijn massenhoven-meerhout-van eyck - upgrade 2 x htls goedgekeurd op 27/01/2021.
Beschrijving van de omgeving en de aanvraag
De aanvraag
De aanvraag omvat het ophogen van gedeelten van een perceel in functie van het wegwerken van laagtes in een landbouwperceel voor een beter landbouwkundig gebruik. Bij de aanvraag worden terreindoorsnedes toegevoegd. Deze doorsnedes bevatten 2 noord-zuid gerichte profielen en 2 oost-west gerichte profielen. Op de volledige lengte van de profielen wordt het maaiveld verhoogd. De aanvraag wordt ruimer opgevat als het wegwerken van lokale laagtes.
De omgeving
Het perceel is gelegen in een landbouwzone ten zuiden van Geel. De omgeving kenmerkt zicht door zonevreemde woningen, landbouwpercelen, landbouwbedrijfszetel en woningen in landelijk woongebied. Ten zuidoosten van het perceel is een zone voor ambachtelijke bedrijvigheid en kmo gelegen. Verder zuidwaarts bevindt zicht het Albertkanaal met aan de zuidzijde van het Abertkanaal de dorpskern van Stelen. Het landbouwgebied wordt verder in het oosten begrensd door de vallei van Grote Nete.
Openbaar onderzoek
Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 4 september 2021 t.e.m. 3 oktober 2021. Er werd één bezwaarschrift ingediend.
Er werd geen informatievergadering gehouden.
Adviezen
Volgende adviezen werden ontvangen over de aanvraag:
Project-MER
Niet van toepassing voor deze aanvraag.
Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen
Legaliteitstoets
Overeenkomstig artikel 4.3.1§ 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening (VCRO) moet een vergunning worden geweigerd als het aangevraagde onverenigbaar is met stedenbouwkundige voorschriften, voor zover daarvan niet op geldige wijze is afgeweken;
Art. 4.3.2 van de VCRO stelt dat: een vergunning kan worden geweigerd indien de aanvraag onverenigbaar is met een voorlopig vastgesteld ontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan of van bijzonder plan van aanleg.
Art. 4.3.5 van de VCRO bepaalt dat: een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie « wonen », « verblijfsrecreatie », dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, « gemeenschapsvoorzieningen » of « openbare nutsvoorzieningen », kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
De beoordeling van deze weigeringsgronden wordt uitgevoerd in de legaliteitstoets.
Planologische toets
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in agrarisch gebied.
De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
De toetsing dient te gebeuren aan het gewestplan. De voorschriften met betrekking tot de gewestplanbestemming agrarische gebieden stellen dat binnen deze bestemmingszone onder andere de activiteiten die gericht zijn op professionele landbouw toegelaten zijn. Het landbouwtechnisch verbeteren van een perceel in landbouwgebruik valt onder de toegelaten handelingen binnen deze bestemmingszone. De aanvraag is planologisch in overeenstemming met de geldende gewestplanbestemming.
Wegenis
Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg Meiteman - Brandemolenstraat.
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
De aanvraag doorstaat de legaliteitstoets.
Opportuniteitstoets
Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een aanvraag omgevingsvergunning geweigerd te worden indien het aangevraagde niet in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening. De toetsing aan de goede ruimtelijke ordening gebeurt overeenkomstig de art. 4.3.1§2 van de VCRO. . De toetsing aan de goede ruimtelijke ordening wordt uitgevoerd onder de opportuniteitstoets.
Bodemreliëf
De aanvrager geeft aan in de aanvraag dat de lager gelegen delen van het perceel aangevuld zullen worden zodat een mee gelijkmatige verdeling van het hemelwater op het terrein zal plaatsvinden.
De profieltekeningen die bij aanvraag gevoegd worden geven echter een ander beeld dan besproken in de beschrijvende nota bij de aanvraag. De verschillende lengteprofielen geven allen over de volledige lengte van de profieltekening een verhoging van het bestaande maaiveld naar een niveau nieuw maaiveld. Zowel de oost-west gerichte doorsneden als de noord-zuid gerichte doorsneden geven allen een verhoging aan van het volledige maaiveld naar een nieuw niveau.
Het ophogen van het perceel zoals voorzien in de aanvraag zorgt ervoor dat ruimte wordt weggenomen voor hemelwateropvang bij hevige regenval.
De verhoging van het maaiveld heeft een negatieve impact op de waterhuishouding in de omgeving. De impact op de aanpalende percelen en de aanliggende waterloop zijn niet aanvaardbaar.
Hinderaspecten
Tijdens de uitvoering van de werken kan tijdelijk hinder ontstaan door aanvoer van het bodemmateriaal. Het betreft een grote hoeveelheid aan grond dat aangevoerd moet worden. De aanvoer zal plaatsvinden met vrachtwagens die kunnen conflicteren met de overige weggebruikers in deze omgeving. Deze periode kan echter beperkt worden in de tijd. Een goede werfplanning en signalisatie kan de hinder die door de aanvoer ontstaat beperken.
De realisatie van de verhoging heeft een blijvend karakter. De werken hebben een blijvende en ingrijpende impact op de waterhuishouding op de omgeving. Door de gewenste ophoging van het perceel, zowel voor de omliggende percelen als voor de ruimere omgeving, kan hinder ontstaan met betrekking tot waterberging door de gewenste ophoging. Het voorgesteld project geeft bijkomende versnelde afvoer van regenwater waar dit nu op het terrein in kommen geborgen wordt. Deze versnelde afvoer geeft extra belasting van de naastgelegen waterloop wat kans op overstromingen in de nabijheid of stroomafwaarts vergroot. Het ophogen van het perceel ondergraaft het waterbergende vermogen van het perceel waardoor bijkomende wateroverlast verwacht wordt op andere locaties nabij de loop, ook in Stelen dorp dat net stroomafwaarts ligt. Het ophogen van de grond staat gelijk aan ruimte voor water wegnemen, wat bij extreme neerslag bijkomende problemen kan geven.
De gewenste werken hebben een overmatige impact op de onmiddellijke omgeving. De percelen in de onmiddellijke omgeving zullen vernatten doordat de aanvrager zijn perceel wenst te verhogen. Het hemelwater zal hierdoor sneller afstromen en zijn weg zoeken naar de directe omgeving van het perceel. Door het volledige perceel op te hogen worden hevige regenbuien niet meer op het eigen perceel opgevangen en wordt hierdoor de omgeving extra belast. Dit kan niet aanvaard worden.
Het waterpas trekken van het terrein zonder grondaanvoer of met beperkte grondaanvoer waarbij enkel de lokale depressies worden weggewerkt, zal beperkte impact hebben op de waterhuishouding en kan aan de aanvrager als alternatief meegegeven worden.
Functionele inpasbaarheid
Het perceel van de aanvraag bevindt zich in agrarisch gebied. De aanvrager van de terreinophoging is een professioneel landbouwer. De reden van de aanvraag wordt door de aanvrager bestempeld als het verhogen van de landbouwwaarde van het perceel. De ophoging van het perceel zal zorgen dat het perceel vroeger en beter betreden kan worden met zware landbouwmachines. Het ophogen van landbouwpercelen kan evenwel geen excuus zijn om grondoverschotten weg te werken, zoals gesteld in het advies van het Departement Landbouw en Visserij.
Het verbeteren van de landbouwkundige eigenschappen van het perceel binnen een volwaardig agrarisch landschap past functioneel in op deze locatie.
Mobiliteit
Het perceel wordt ontsloten door de gemeenteweg Meiteman - Brandemolenstraat. Het betreft een lokale weg met beperkte rijbaanbreedte. Zware landbouwmachines kunnen conflicten veroorzaken met andere weggebruikers in deze omgeving. De functie van het perceel wijzigt niet. Het perceel kent nu reeds een landbouwgebruik. Het voorwerp van de aanvraag zal bijgevolg geen blijvende impact hebben op de mobiliteit in deze omgeving.
De werken die uitgevoerd moeten worden voor het ophogen van het perceel, zullen tijdelijk wel een impact kunnen hebben op de mobiliteit in de omgeving. De aanvoer van de grond met vrachtwagens en landbouwvoertuigen kan de druk op de mobiliteit tijdelijk verhogen. De afstand tot de Koning-Albertstraat is echter beperkt. Deze weg sluit aan op het hogere wegennet en is beter geschikt voor grote transporten. Ook kan het achterblijven van aarde op de rijbaan voor gevaarlijke situaties zorgen.
Door de aanvoer van de grond goed te plannen en de nodige maatregelen te nemen naar verkeersveiligheid, kan de impact op de mobiliteit in tijd beperkt blijven en aanvaardbaar zijn. Er dient over gewaakt te worden dat bij de transporten in slechte weeromstandigheden geen ophoping van natte aarde plaatsvindt op de openbare weg.
De opportuniteitstoets over de aanvraag is ongunstig.
Watertoets
Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. De aanvraag omvat het ophogen van het maaiveld in functie van een beter landbouwgebruik.
Het ophogen van het perceel vermindert het waterbergend vermogen van dit perceel. Dit heeft een impact op de aanliggende percelen. De oppervlakte van het perceel is beperkt. Het ophogen van deze percelen zal een lokale impact hebben, maar vermoedelijk niet doorwerken naar de ruimere omgeving. De impact op de percelen die onmiddellijk in de omgeving liggen is wel waarschijnlijk.
Doordat het maaiveld van het volledige perceel zal verhoogd worden en de informatie uit de hoogtekaarten, zullen de aanpalende percelen geïmpacteerd worden door de werken.
De watertoets voor de geplande werken is ongunstig.
Overeenkomstig artikel 4.3.1.4° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) en 1.3.1.1 van het decreet integraal waterbeheer kan geen vergunning afgeleverd worden bij een
ongunstige watertoets.Door het wijzigen van de geplande werken, waarbij enkel de lokale depressies worden weggewerkt, wordt de impact op de waterhuishouding in de omgeving sterk beperkt. Eventueel kunnen de aanwezige grachten ingericht worden zodat ze een groter bufferend vermogen krijgen. In een dergelijk scenario lijkt de watertoets wel doorstaan te kunnen worden.
Het is aan de aanvrager om een scenario uit te werken dat met deze aanbevelingen rekening houdt en dat de ingrepen aan het terreinprofiel hiermee in overeenstemming worden gebracht.
NatuurtoetsHet perceel van de aanvraag is gelegen op ca. 750m van Ven-gebied De Gebroekten Grote Nete.
Het perceel bevindt zich op ca. 750m van het habitatrichtlijngebied Bovenlopen van de Grote Nete met Zammeslbroek, Langdonken en Goor.
Op 500m van het perceel bevindt zich het erkend natuurreservaat Malesbroek.
Het dichtstbijzijnde natuurgebied bevindt zich op ca. 750m van het perceel van de aanvraag.
Het perceel dat opgehoogd zal worden heeft slechts een beperkte oppervlakte. De impact op de natuurwaarden in de omgeving blijft hierdoor beperkt. Het ophogen van het perceel manifesteert zich voornamelijk in de directe omgeving van het perceel. Rekening houdende met de afstand tot de dichtstbijzijnde SBZ-gebieden kan gesteld worden dat er geen onherstelbare en onvermijdbare schade zal ontstaan aan deze gebieden. De aanvraag doorstaat de natuurtoets.
Resultaten openbaar onderzoekOver de aanvraag werd een openbaar onderzoek gehouden overeenkomstig artikel 16 van het omgevingsvergunningsbesluit. Het openbaar onderzoek over de aanvraag liep van 04.09.2021 tot en met 03.10.2021. Tijdens het openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend.
Inhoud van het bezwaarschrift:Hierbij wil ik bezwaar intekenen tegen de ophoging van landbouwgrond gelegen Brandemolenstraat. De reden voor het bezwaarschrift is onze rondom liggende landbouwgrond en weilanden zal dan met veelvuldig regenweer wateroverlast hebben omdat de grond dan lagergelegen is. Dat is niet goed voor de weilanden en de dieren die grazen of de landbouwgrond en de gewassen die gepland zijn.
Behandeling van het bezwaarschrift:De aanpalende eigenaar vreest dat de geplande ingrepen een nadelige impact hebben op hun perceel. Het perceel wordt gebruikt voor landbouwactiviteiten (weiland en begrazing). Het uitvoeren van de geplande terreinophoging heeft negatieve impact op het gebruiksgenot van het aanpalende perceel.
Het verhogen van een perceel heeft impact op de aanliggende percelen. De waterberging van het opgehoogde perceel neemt af, waardoor de aangelanden meer water zullen ontvangen. Het ophogen van de percelen gaat verder dan het wegwerken van lokale depressies. Het volledig ophogen van het maaiveld heeft een grote impact op de waterhuishouding in de onmiddellijke omgeving van de locatie. Het vernatten van de percelen van de aanpalende eigenaar heeft een negatieve impact op het aanwezige weiland. Het bezwaarschrift wordt bijgevolg weerhouden. Het digitaal hoogtemodel toont dat het betroffen perceel niet lager gelegen is dan de aanpalende percelen.
Bespreking adviezenDe omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:
PETROCHEMICAL PIPELINE SERVICES BV,
Het aanvraaggebied bevindt zich aan de noordzijde van het kanaal, onze leidingen bevinden zich aan de zuidzijde van het kanaal op voldoende afstand van het aanvraaggebied.
AIR LIQUIDE INDUSTRIES BELGIUM, afgeleverd op 22 oktober 2021. Het advies is voorwaardelijk gunstig.
Nabij het opgegeven gebied bevinden zich door ons beheerde leidingen. Vanuit veiligheidsoogpunt is het noodzakelijk en wettelijk verplicht dat alle werkzaamheden binnen de beschermde zone (15 meter langs weerszijde) van onze installaties door ons worden begeleid.
Onze installaties zijn namelijk onderworpen aan diverse Koninklijke Besluiten, o.m. het “K.B. betreffende de voorschriften en verplichtingen van raadpleging en informatie bij het uitvoeren van werken in de nabijheid van installaties van vervoer van gasachtige - en andere producten d.m.v. pijpleidingen” van 21 september 1988.
Wij wijzen aanvrager(s) en uitvoerder(s) van werkzaamheden er in het bijzonder op dat zij bovendien verplicht zijn onze bijgevoegde “
algemene voorschriften en veiligheidsmaatregelen tijdens werken in de buurt van onze pijpleidingen en bijhorigheden” na te leven vóór en tijdens de volledige duur van de werkzaamheden.
Wij wijzen hen ook op het feit dat zij aansprakelijk zullen worden gehouden voor alle incidenten die voortvloeien uit het niet naleven van deze voorschriften.
Bijzondere aandachtspunten voor opdrachtgever en uitvoerder(s) van werkzaamheden binnen de beschermde zone van onze installaties: het bekomen van een stedenbouwkundige vergunning betekent geenszins dat de werkzaamheden zomaar van start kunnen gaan. Volgende stappen dienen genomen te worden:
1) Minstens 15 werkdagen vóór aanvang:
Sedert 1 september 2009 moet iedereen die grondwerken plant voorafgaandelijk een KLIP-planaanvraag indienen (klip-decreet van 14 maart 2008). Van daaruit ontvangt hij via e-mail alle nuttige informatie en liggingsplannen binnen de 7 werkdagen. Dit volstaat echter niet, zie punt 2 en 3.
2) Minstens 8 werkdagen vóór aanvang:
Volgende zaken dienen ons schriftelijk ter info en goedkeuring te worden voorgelegd, hetzij per e-mail of per post (contactgegevens zie pagina 2/2):
- plannen (bouw-, boor-, werk-, …) die rekening houden met de aanwezigheid van onze leiding(en)
- de werkmethode(s)
- een zo gedetailleerd mogelijke planning
- een Taak Risico Analyse (TRA) die rekening houdt met de aanwezigheid van onze leiding(en)
- contactgegevens van de veiligheidsverantwoordelijke voor dit/deze werk/en (veiligheidscoördinator / preventieadviseur / …)
3) Minstens 2 werkdagen vóór aanvang:
Voor het maken van uitvoeringsafspraken of een voorafgaand overleg met onze toezichthouder op de plaats van de werkzaamheden of op een andere gewenste locatie dient hij met ons telefonisch, per e-mail of per brief contact op te nemen.
In het advies wordt geen inhoudelijke beoordeling gemaakt van de aanvraag. Het advies heeft betrekking op de veiligheidsvoorschriften die moeten nageleefd worden bij werken in de buurt van ondergrondse pijpleidingen. Deze veiligheidsvoorschriften moeten steeds strikt nageleefd worden.
Het advies van Departement Landbouw en Visserij. Het advies werd afgeleverd op 14 oktober 2021.
Het Departement Landbouw en Visserij heeft uw in het onderwerp vermelde adviesvraag niet inhoudelijk onderzocht. Wij doen bijgevolg geen uitspraak over de huidige toestand van de bodemstructuur en waterhuishouding op het betreffende perceel (en de aangelanden), of over de eventuele nadelige effecten die de aanvraag hierop kan teweeg brengen.
Ophogingen in landbouwgebied dienen met de nodige omzichtigheid benaderd te worden. Enkel als de gevraagde ophoging kadert in een professionele landbouwuitbating kan deze overwogen worden. Bovendien dienen de ophogingen beperkt te zijn, zowel in hoogte als in oppervlakte. Enkel het wegwerken van lokale depressies is aanvaardbaar. De landbouwzone kan en mag geen uitweg zijn om problemen van grondoverschotten die elders gecreëerd worden op te lossen.
De aanvraag betreft het ophogen van akker van 1,26ha gelegen in agrarisch gebied. De aanvrager baat een professioneel landbouwbedrijf uit. De aanvraag heeft betrekking op professionele agrarische of para-agrarische activiteiten.
De aanvraag werd niet inhoudelijk beoordeeld door het Departement Landbouw en Visserij. In het advies worden de algemene principes met betrekking tot het ophogen van percelen in agrarisch gebied meegegeven. Het advies stelt dat enkel lokale depressies kunnen weggewerkt worden. Hier voldoet de aanvraag niet aan, zodat het advies als ongunstig geïnterpreteerd wordt.
De Vlaamse Waterweg nv, afgeleverd op 11 oktober 2021. Het advies is gunstig.
De Vlaamse Waterweg nv heeft geen bezwaar tegen het ophogen van een perceel landbouwgrond te Geel, Brandemolenstraat z/n, afdeling 5, sectie M, perceel 391 N en 391 K.
Deze aanvraag valt niet binnen het toepassingsgebied van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater en heeft geen invloed op het Albertkanaal. Bijgevolg verleent De Vlaamse Waterweg nv een gunstig watertoetsadvies.
ELIA ASSET, afgeleverd op 21 september 2021. Het advies is voorwaardelijk gunstig.
Naar aanleiding van uw aanvraag via het omgevingsloket van 25 augustus 2021, verklaren wij in principe geen bezwaar te hebben tegen de bovenvermelde werken voor zover rekening gehouden wordt met de onderstaande bepalingen, alsook met de veiligheidsvoorschriften die u in bijlage vindt:
HS-lijn overspanning | Maximum veilige werkhoogte | Uitzwaai |
380.021 span 61-62 | 10,80 meter t.o.v. het niveau van de bovenkant van de betonvoet van mast 54 (= 20.37 TAW) | 17,00 meter |
150.142-143 span 54-55 | 21,60 meter t.o.v. het niveau van de bovenkant van de betonvoet van mast 54 (= 20.37 TAW) | 14,50 meter |
De bovenvermelde uitzwaaizone is de zone langs weerszijden vanuit de buitenste geleider van de hoogspanningslijn waarin de maximum veilige werkhoogte niet mag overschreden worden.
Indien er tijdens de werken gebruik gemaakt wordt van een werfkraan (inclusief giek), betonpomp, hoogwerker of andere hijstoestellen, dan dienen deze zodanig opgesteld en gebruikt te worden dat de veiligheidszones te allen tijde worden gerespecteerd.
Mocht ten gevolge de door u uit te voeren veiligheidsanalyses en studie betreffende mogelijke alternatieve werkmethoden toch de noodzaak tot buitendienstname blijken, vragen wij u om zo spoedig mogelijk met Elia te overleggen. Elia zal deze vraag analyseren in functie van de situatie van het hoogspanningsnet op de gevraagde tijdstippen, zonder echter een buitendienstname te garanderen.
In het geval er een tijdelijke buitendienstname mogelijk is, dient met een minimum aanvraagtermijn van 12 weken rekening gehouden te worden. De criticiteit van de lijn kan ook als gevolg hebben dat de aanvraagtermijn nog veel langer moet zijn of dat er geen buitendienstname mogelijk is.
Teneinde de veiligheid van mensen, de continuïteit van de elektriciteitsvoorzieningen en de vrijwaring van alle betrokken installaties te garanderen, dient men in de onmiddellijke omgeving van de hoogspanningsgeleiders enkele wettelijke bepalingen te eerbiedigen. Gelieve daarom kennis te nemen van de veiligheidsvoorschriften ter zake die wij in een beknopte weergave als bijlage zenden. De opdrachtgever wordt geacht deze richtlijnen mee te delen aan iedereen die in zijn (directe of indirecte) opdracht werken uitvoert.
Het advies maakt geen inhoudelijke beoordeling van het dossier. Het advies omvat de na te leven voorwaarden bij werken in de buurt van hoogspanningsleidingen met betrekking tot veiligheid en gebruiksgenot. De voorwaarden uit het advies moeten strikt nageleefd worden.
Air Products.
Wij zijn ter plekke niet betrokken met onze leidingen, en geven derhalve geen advies.
Openbare Werken, afgeleverd op 7 september 2021. Het advies is voorwaardelijk gunstig.
De gevraagde werken hebben door ophoging per definitie een potentieel bijkomende belasting van regenwater voor de omliggende gronden tot gevolg. Het ingericht profiel leidt tot afwatering naar de zijkanten van het perceel en dus naar de omgeving, om meer infiltratie te voorzien kunnen bijkomende grachten voorzien worden of kan de grond waterpas gelegd worden.
Het advies gaat uit van negatieve impact op de onmiddellijke omgeving. Enkel door het nemen van bijkomende maatregelen kan de impact aanvaardbaar blijven. Hiervoor moet de ophoging van het perceel herbekeken worden en moeten flankerende maatregelen genomen worden met het oog op verhogen van de buffercapaciteit en infiltratie van hemelwater. Om aan deze voorwaarden te voldoen zijn vergunningsplichtige handelingen vereist en moet het ophogen van het perceel anders ingevuld worden. Enkel de lokale depressies kunnen opgehoogd worden. Op deze manier moet dit advies als ongunstig beschouwd worden en moet de aanvrager een nieuwe aanvraag indienen die aan deze voorwaarden kan voldoen.
ConclusieOngunstig advies wordt verleend aan Riedkama BVBA voor het ophogen van een perceel gelegen Meiteman – Brandemolenstraat, kadastraal gekend als Afdeling 5 Sectie M 391 K en 931 N.
Het ongunstig advies volgt uit het ophogen van een grote oppervlakte van het perceel, dat verder gaat dan het wegwerken van lokale depressies in het perceel. Door het wijzigen van de geplande werken, waarbij enkel de lokale depressies worden weggewerkt, wordt de impact op de waterhuishouding in de omgeving sterk beperkt. Eventueel kunnen de aanwezige grachten ingericht worden zodat ze een groter bufferend vermogen krijgen. In een dergelijk scenario lijkt de watertoets wel doorstaan te kunnen worden.
Het is aan de aanvrager om een scenario uit te werken dat met deze aanbevelingen rekening houdt en dat de ingrepen aan het terreinprofiel hiermee in overeenstemming worden gebracht.