2022_CBS_00574 - Aanvraag parkeerplaatsen voor personen met een handicap - vastleggen aanvraagprocedure - Goedkeuren

De dienst openbare werken en verkeer stelt vast dat de huidige aanvraagprocedure niet voor alle betrokkenen voldoende duidelijk en transparant is.

In de afgelopen maanden passeerden er enkele aanvragen die leidden tot heel wat onduidelijkheid en discussie.

De voorgestelde aanvraagprocedure werd op 9 december 2021 besproken met de medewerker verkeer die instaat voor het behandelen van deze aanvragen.

De voorgestelde aanvraagprocedure werd op 25 januari 2022 besproken met de sectormanager grondgebonden zaken.

De aanvraag van parkeerplaatsen voor personen met een handicap door inwoners of werknemers is wettelijk geregeld in de ministeriële omzendbrieven van 3 april 2001 en 25 april 2003. Hierin is het volgende opgenomen:

Aanvragen tot het voorbehouden van een parkeerplaats in de nabijheid van de werkplaats of van de woning van een persoon met een handicap, moeten onderzocht worden, rekening houdend met de volgende aandachtspunten :

• de werk- of woonplaats beschikt niet over een garage of privé-parking die een vlotte toegankelijkheid waarborgt.
• de aanvrager bezit een voertuig of wordt vervoerd door iemand die bij hem inwoont.
• het bezit van de speciale parkeerkaart is vereist.

De dienst openbare werken en verkeer stelt vast dat twee van de drie aandachtspunten ruimte geven voor interpretatie en doet hieronder een voorstel om dit voor Geel een zo duidelijk mogelijke invulling te geven.

De werk- of woonplaats beschikt niet over een garage of privé-parking die een vlotte toegankelijkheid waarborgt.

In dit criteria geeft de omschrijving "een vlotte toegankelijkheid" ruimte voor interpretatie. In verschillende documenten zijn minimale afmetingen opgenomen voor parkeerplaatsen voor personen met een handicap. Deze afmetingen gaan echter steeds over gemeenschappelijke parkeerruimtes of het openbaar domein en behandelen geen individuele garageboxen, opritten,...

De dienst openbare werken en verkeer stelt daarom het volgende voor:

• op het aanvraagformulier wordt expliciet gevraagd of de persoon beschikt over een toegankelijke garage of parkeerplaats aan de woon- of werkplaats.
• Indien de garage of parkeerplaats volgens de aanvrager niet toegankelijk is, kan deze bij de aanvraag beschrijven waarom deze niet toegankelijk is. Bij twijfel kan er steeds telefonisch contact worden opgenomen met de aanvrager en/of een plaatsbezoek uitgevoerd worden. Garages die als opslagruimte gebruikt worden zijn uiteraard geen argument om te spreken van een verminderde of niet toegankelijke garage.

De aanvrager bezit een voertuig of wordt vervoerd door iemand die bij hem inwoont.

De dienst openbare werken en verkeer stelt voor om:

• enkel voor personen met een handicap die zelf met de wagen rijden een voorbehouden parkeerplaats te voorzien.
• voor personen met een handicap die vervoert worden door iemand anders wordt geen voorbehouden parkeerplaats voorzien. Deze personen kunnen afgezet worden voor of vlakbij de woon- of werkplaats en de bestuurder kan de auto nadien op een reglementaire parkeerplaats parkeren. Afzetten kan door stilstaan op de rijbaan, voor een garagepoort of inrit, op een laad- en loszone, bushalte,…
  • een uitzondering wordt gemaakt voor kinderen met een handicap, personen met een mentale handicap en blinden.
• Het moet mogelijk zijn voor de aanvrager om een speciale/uitzonderlijke situatie te beschrijven en op basis hiervan een beslissing te nemen die afwijkt van de bovenstaande voorwaarden, bijvoorbeeld:
  • Stilstaan op een drukke invalsweg om iemand te laten in- of uitstappen is moeilijk.
  • Straten waar ook stilstaan verboden is
  • enkelrichtingstraten waar men een stilstaand voertuig niet kan passeren door de beperkte breedte (en het bvb vrij lang duurt voor de persoon met een handicap is uitgestapt)
  • ....

De dienst openbare werken en verkeer stelt volgende procedure voor:

1. Aanvraag voor parkeerplaats door bewoner of werknemer via aanvraagformulier op website (zie bijlage voor de opbouw van het formulier).
2. Beoordeling door OW&V of de aanvraag voldoet aan alle criteria
3. Onderzoek ter plaatse van drietal weken door het bekendmaken van een lopende aanvraag (zonder persoonsgegevens!), zodat buurtbewoners de kans hebben om opmerkingen te geven. Dit onderzoek wordt enkel uitgevoerd indien de aanvraag voldoet aan alle criteria.
4. Bij twijfel: Plaatsbezoek door OW&V of wijkagent.
5. Opmaak collegebeslissing door OW&V met gunstig of ongunstig advies van de dienst: college neemt de uiteindelijke beslissing.
6. Brief naar aanvrager met beslissing van college, ondertekend door burgemeester en algemeen directeur
7. Indien gunstige beslissing door college: opmaak aanvullend verkeersreglement voor inrichting parkeerplaats: agenderen op college en gemeenteraad.
8. Brief naar aanvrager met beslissing van gemeenteraad, ondertekend door burgemeester en algemeen directeur
9. Inrichten parkeerplaats.

Ministeriële omzendbrieven betreffende het voorbehouden van parkeerplaatsen voor personen met een handicap van 3 april 2001 en 25 april 2003.