Terug
Gepubliceerd op 15/03/2022

2022_CBS_00284 - Omgevingsvergunning (202200024-ML/NV): Janssen-Pharmaceuticalaan 3, het verbouwen van een farmaceutisch bedrijf, verandering IIOA klasse 1 - Advies

College van Burgemeester en Schepenen
ma 07/02/2022 - 13:00 Bureau AD
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2022_CBS_00284 - Omgevingsvergunning (202200024-ML/NV): Janssen-Pharmaceuticalaan 3, het verbouwen van een farmaceutisch bedrijf, verandering IIOA klasse 1 - Advies 2022_CBS_00284 - Omgevingsvergunning (202200024-ML/NV): Janssen-Pharmaceuticalaan 3, het verbouwen van een farmaceutisch bedrijf, verandering IIOA klasse 1 - Advies

Motivering

Aanleiding en context

Uiterste beslissingsdatum voor dit dossier: 13/02/2022*

*adviezen verleend na deze termijn worden geacht gunstig te zijn. 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2021184119

Dossiernummer gemeente: 202200024, inrichtingsnummer: 20171124-0026

 

De deputatie van provincie Antwerpen heeft op 15 december 2021 een aanvraag ontvangen voor het verbouwen van een farmaceutisch bedrijf en voor een beperkte verandering van de vergunning voor de ingedeelde inrichtingen en activiteiten

De aanvraag werd op 14 januari 2022 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

Janssen Pharmaceutica NV gevestigd te Turnhoutseweg 30 te 2340 Beerse

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Janssen-Pharmaceuticalaan 3

Kadastrale ligging: afdeling 5 sectie M nrs. 242S2, 253Y en 275G


Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

Industriegebied

De industriegebieden zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen goedgekeurd op 29 januari 2009 gelegen in overdruk zonevreemde woningen II.

 

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

 

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Omgevingsvergunning 202000385/OMV_2020088892 voor het verbouwen van een farmaceutisch bedrijf (decommissioning plant 1-2, uitbreiden contractorpark v2) goedgekeurd op 15/10/2020.

 

Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag heeft betrekking op de DECOMMISSIONING PLANT 1-2:

  1. Slopen van niet vrijstaande gebouwen of constructies
  2. Gevel-, dakwerken, zonder volume of oppervlaktewijziging
  3. Bouwen van constructies – vluchttrappen
  4. Bouwen van constructies – afdak opslag paletten
  5. Technische werken : nieuwbouw – sprinklerlokaal
  6. Technische werken : nieuwbouw – ondersteuning leidingbrug
  7. Technische werken : slopen – leidingbruggen
  8. Verhardingen : aanleg
  9. verhardingen : slopen of verwijderen

 

De bouwaanvraag heeft betrekking tot:

1. Slopen van niet vrijstaande gebouwen of constructies.

Het betreft de gedeeltelijke sloop van de gebouwen 030, 070, 073, 074.

De sloop van gebouw 30 is inclusief de vloerplaat en funderingen, bij gebouw 70, 73, 74 zullen de vloerplaat en funderingen behouden blijven en dienstdoen als buitenverharding.

Het sloopopvolgingsplan wordt als addendum toegevoegd aan deze bouwaanvraag.

Huidig gebouw 30 bestaat hoofdzakelijk uit 2 bouwlagen (dakrand hoogte 7,36 m) en gedeeltelijk uit 3 bouwlagen (dakrand hoogte 12,16 m / 15,52 m).

Gebouw 070 bestaat uit verschillende modules verbonden door stalen platformen. 070 heeft een dakrandhoogte tot 12,50 m en wordt gesloopt inclusief de stalen constructies en platformen, gebouw 073 heeft een dakrandhoogte van 5,15 m, gebouw 074 een hoogte van 5,70 m. De te slopen gebouwen bestaan hoofdzakelijk uit betonnen gevelbekleding.

 

2. Geel-, dakwerken, zonder volume of oppervlaktewijziging.

Door de sloop van gebouwen 30, 70, 73 en 74 zullen bestaande binnenwanden van gebouwen 028, 030 en 072 in contact komen met de buitenomgeving. Deze vrijgekomen gevels zullen na de sloopwerken afgewerkt worden met geïsoleerde witte (RAL9010) gevelpanelen met een dikte van 15 cm. Er zullen panelen met verschillende profileringen voorzien worden en horizontale of verticale plaatsing zodanig dat het uitzicht van de nieuwe gevelbekleding in overeenstemming is met de bestaande. Grote gevelopeningen worden eerst dichtgemaakt d.m.v. een betonnen invulwand, kleinere openingen van o.a. verwijderde deuren worden eerst opgevuld met metselwerk om de geïsoleerde gevelpanelen aan te bevestigen.

De nieuwe gevels zullen voorzien worden van een nieuwe dakrand en op het dak van gebouw 028 wordt een leuning gemonteerd. Enkele van de bestaande deuren zullen gerecupereerd worden in de nieuwe gevelafwerking. De bestaande betonnen gevelpanelen in de oostelijke gevel op het gelijkvloers, ter hoogte van het te slopen gebouw 070 worden opnieuw geschilderd in RAL 9010. Gebouw 028 zal een nieuwe dakrandhoogte hebben van 12,55 m, en de bovenkant van de leuning zit ongeveer op 13,30 m. Op gebouw 072 staat nog een technische ruimte met een dakrandhoogte van 14,80 m.

 

3. Bouwen van constructies - vluchttrappen.

Aan de nieuw vrijgekomen noordelijke gevel van het gebouw worden twee stalen buitentrappen voorzien.

Eén ter hoogte van gebouw 028, de andere ter hoogte van gebouw 072. Deze trappen worden voorzien om een veilige vluchtroute bij brand te garanderen.

De trap aan gebouw 028 vereenvoudigd eveneens de toegang tot de installaties op verdieping. De stalen trappen hebben een hoogte van +/- 5,50 m.

Ter hoogte van gebouw 030 wordt een platform met trappenpartij opgericht, om een nieuwe luchtgroep toegankelijk te maken.

 

4. Bouwen van constructies – afdak opslag paletten.

Ter hoogte van gebouw 028 wordt ook een nieuwe staalconstructie als overkapping voorzien. Deze zal dienstdoen voor de opslag van paletten. De overkapping heeft een hoogte van + 3 m en een oppervlakte van +20 m2.

 

5. Technische werken: nieuwbouw – sprinklerlokaal

Aan de noordelijke gevel wordt een lokaal voorzien voor de sprinklerinstallatie. Met volgende dimensies 5,50 m x 4,80 m x 5,50 m H, is het sprinklergebouw niet groter dan 40 m2. Het gebouw heeft niet als doel om toegankelijk te zijn voor mensen. Het lokaal zal afgewerkt worden met nieuwe vlakke witte sandwichpanelen (RAL 9010). Deze zullen horizontaal geplaatst worden en hebben een dikte van 150 mm met rotswolisolatie.

 

6. Technische werken: nieuwbouw – ondersteuning leidingbrug

Door de sloop van gebouw 070 moet de bestaande leidingenbrug ondersteund worden. Er wordt een stalen ondersteunende constructie voorzien onder de leidingenbrug van +/- 11 m hoog. Deze kolommen staan +/- 2 m uit elkaar.

 

7. Technische werken: slopen – sloop leidingbruggen

Er zullen verschillende bestaande luchtleidingbruggen gedeeltelijk gesloopt worden. Aangezien de leidingen buiten dienst zijn.

 

8. Verhardingen: aanleg

Gebouw 030 wordt gesloopt inclusief betonnen vloerplaat. Na de sloop wordt deze zone hoofdzakelijk aangelegd met gras. Maar grenzend aan de resterende bebouwing wordt een nieuw onderhoudspad aangelegd, in gelijkaardige waterdoorlatende klinkers als de bestaande verharding op het terrein. De klinkers worden aflopend richting de groenzone aangelegd opdat het regenwater op natuurlijke wijze kan infiltreren.

 

9. Verhardingen: slopen of verwijderen

Om gebouw 030 te kunnen slopen is er een grote kans dat de aangrenzende bestaande klinkerverharding beschadigd wordt. Daarom wordt voorzien dat bepaalde zones van de bestaande klinkerverharding heraangelegd worden in gelijkaardige waterdoorlatende klinkerverharding als de bestaande aanleg.

 

Deze aanvraag betreft een wijzigingsaanvraag van een reeds vergund dossier (met kenmerk OMV_2020088892) waarvoor de vergunning werd afgeleverd begin december 2020. De werken voor de betreffende handelingen die onderwerp uitmaken van deze wijzigingsaanvraag zijn nog niet uitgevoerd. In telefonisch overleg d.d. 24/08/2021 met mevrouw Karin Aernout – dossierbehandelaar dienst omgevingsvergunningen provincie Antwerpen - werd besproken dat de plannensets voor bestaande en nieuwe toestand worden aangeleverd. De bestaande toestand, zijnde de wezenlijke en hedendaagse toestand, en de nieuwe toestand, zijnde de nieuwe uit te voeren handelingen volgens wijzigingsaanvraag ten opzichte van de afgeleverde vergunning d.d. begin december 2020. Zoals besproken mogen ook de teksten in het Engels blijven staan. Alle documenten daarentegen worden wel duidelijk en in het Nederlands opgesteld.

 

Voor de nieuwe gevelbekleding wordt er opnieuw gekozen voor witte kleuren om het gebouw te laten aansluiten bij de rest van de site. De materialen sluiten dan weer aan bij het industriële karakter van de site.

De nieuwe verhardingen worden aangelegd in hetzelfde materiaal als de reeds aanwezige verhardingen. De wegen worden aangelegd in een grijze klinkerverharding.

 

Er is geen archeologienota van toepassing. Het perceel is groter dan 3.000 m2, de bodemingreep is groter dan 1.000 m2 maar kleiner dan 5.000 m2. De bodemingreep van dit project zit rond de 2.050 m2.

 

Wat betreft de publieke toegankelijkheid van gebouwen op de bedrijfsterreinen opteert het bedrijf voor een beleid op site niveau. Dit is vastgelegd in het masterplan Toegankelijkheid (in de aanvraag bijgevoegd). Zowel voor interne medewerkers als externe medewerkers of bezoekers voldoet een aantal gebouwen op elke site aan de eisen overeenkomstig het Vlaams besluit inzake toegankelijkheid; deze publiek toegankelijke gebouwen zijn voorzien van de nodige faciliteiten, zoals parkeergelegenheid, toegang tot deze gebouwen, kantoor- en vergaderruimte en aangepast sanitair (groen).

Diverse andere gebouwen worden uitgesloten van de eisen inzake toegankelijkheid. Deze gebouwen zijn enkel toegankelijk met behulp van een badgelezer en dus beperkt toegankelijk voor een selectie van werknemers.

Deze toegang wordt zorgvuldig toegekend in functie van het profiel van de werknemer. Ze worden

met een kleurcode aangeduid op het masterplan, met name:

• technische gebouwen (grijs)

• productiegebouwen (blauw)

• kritische R&D gebouwen (rood)

• magazijnen (geel)

• alternatieven (oranje)

 

Bezoekers met beperkingen worden ontvangen in de voldoende aanwezige publiek toegankelijke gebouwen.

Eigen werknemers die tijdelijk minder mobiel zijn, zullen op basis van aangepast werk een alternatieve werkplaats toegewezen krijgen. Bij permanente beperkte mobiliteit wordt situatie per situatie beoordeeld en wordt een geschikte werkplaats voorzien.

Het masterplan Toegankelijkheid wordt op regelmatige basis geëvalueerd in functie van gewijzigde bestemmingen van gebouwen en in functie van de profielen van de werknemers.

Het project zal in het masterplan kleurcode “grijs” krijgen.

 

Belangrijke opmerking i.v.m. het referentiepeil van het terreinprofiel: Gezien de grootte en de ligging van het perceel waarop de voorwerpen van de aanvraag zijn gevestigd, is het referentiepeil op een nabijgelegen weg van de site genomen in plaats van op de dichtstbijzijnde openbare weg.

 

Ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Er zal een nieuwe werkplaats voor werken aan heftrucks worden ingericht in een bestaande hal in het contractorpark. Verder worden de enkele tanks voor de inzameling van niet-recupereerbare solventen vervangen door grotere tanks. De tijdelijke stoomgenerator wordt geschrapt en de koelinstallaties worden geactualiseerd en uitgebreid met tijdelijke installaties.

Dit resulteert in de volgende wijzigingen in de vergunde rubrieken:

 

Rubriek

Omschrijving

Hoeveelheid

Klasse

15.2.

Werkplaats voor het onderhoud van heftrucks (Nieuw)

1 werkplaats

3

16.3.1°

Diverse actualisaties. Daling van de gezamenlijke hoeveelheid ton CO2-equivalent met (Verandering)

-1673,58 ton CO2–equivalent

1

16.3.2°b)

Diverse actualisaties. Uitbreiding van de totaal geïnstalleerde drijfkracht met (Verandering)

606,52 kW

2

17.2.2.

Verhoging niet met naam genoemde stoffen: H2 (+12 ton), P5C (+12 ton) en E2 (+12 ton) (Verandering)

36 ton

1

17.3.2.2.3°b)

Uitbreiding opslaghoeveelheid door vervanging Hoyer tanks (Verandering)

12 ton

1

17.3.7.3°

Uitbreiding opslaghoeveelheid door vervanging Hoyer tanks (Verandering)

12 ton

1

17.3.8.3°

Uitbreiding opslaghoeveelheid door vervanging Hoyer tanks (Verandering)

12 ton

1

39.1.3°

Schrappen van tijdelijke stoomgenerator (Verandering)

-18.410 liter

2

43.1.3°

Schrappen van tijdelijke stoomketel (Verandering)

-8.000 kW

1

43.3.1°

Schrappen van tijdelijke stoomketel (Verandering)

-8 MW

1

43.4.

Schrappen van tijdelijke stoomketel (Verandering)

-8 MW

1

 

 

Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

Adviezen

Op 25 januari 2022 werd het advies ontvangen van INFRABEL

Advies: geen bezwaar

 

Op 28 januari 2022 werd het advies ontvangen van Vlaams Energieagenschap

Advies: volledig gunstig

 

Project-MER

De aangevraagde wijzigingen houden geen activiteiten in die vermeld staan in bijlage I, II of III van het MER-besluit.

 

Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg / gewestweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

 

Milieuaspecten

Bodem

De nieuwe opslagtanks voor niet-recupereerbare solventen zijn nieuwe tanks met een inhoud van 26 m³ die de oude tanks met een inhoud van 24 m³ vervangen. De nieuwe tanks zullen conform Vlarem II worden volgens de aanvrager gekeurd voor indienststelling en periodiek gekeurd.

Er wordt een nieuwe werkplaats voor heftrucks aangevraagd. De vloer van de werkplaats dient conform Vlarem uitgerust te zijn met een vloeistofdichte vloer.

Water

Het afvalwater dat afkomstig is van de werkplaats wordt beschouwd als bedrijfsafvalwater en moet zo worden behandeld.

Lucht

Er wordt een vermindering gevraagd in de hoeveelheid CO2-equivalenten die vergund zijn onder rubriek 16. Deze vermindering is een gevolg van een administratieve actualisatie en betreft geen wijziging in de werkelijke toestand. Er werden echter wel enkele nieuwe toestellen bijgeplaatst. Het koelmiddel, R510a, dat sinds 2020 enkel nog mag bijgevuld worden met gerecycleerde R510a, werd vervangen door een koelmiddel met een lager CO2-eq; R449a.

De wijzigingen zijn beperkt en geven geen aanleiding tot een wijziging van reeds van toepassing zijn voorwaarden aangaande keuringen.

Geluid

De exploitant stelt bij nieuwe project een geluidsimpactanalyse op. Wanneer hieruit blijkt dat er een geluidsimpact is zal de informatie worden verzameld voor het opmaken van een geluidstudie. De preventieadviseur bepaald op basis van de aangeleverd elementen of een geluidsstudie noodzakelijk is en laat desgevallend een geluidsstudie uitvoeren. Indien blijkt dat er maatregelen nodig zijn om te voldoen aan de Vlarem II-normen worden maatregelen genomen en worden deze maatregelen opnieuw afgetoetst.

 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

De aanvraag is inpasbaar in de omgeving en verenigbaar met de goede plaatselijke aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeeld deze als volgt:

  • Het advies van INFRABEL, afgeleverd op 25 januari 2022 is geen bezwaar.
  • Het advies van Vlaams Energieagenschap, afgeleverd op 28 januari 2022 is gunstig.

 

Conclusie

 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar geeft voorwaarden gunstig advies.

 

Volgende voorwaarden zijn van toepassing:

 

Stedenbouwkundige handelingen

 

Alle werken dienen te worden uitgevoerd conform de bouwplannen.

 

Het bestaande peil dient behouden.

 

De slopingswerken dienen uitgevoerd overeenkomstig de aanduidingen van het goedgekeurde plan.

 

De nodige veiligheidsmaatregelen moeten in acht worden genomen.

Nota wordt genomen van het sloopopvolgingsplan.

 

Het gebouw/constructies die worden gesloopt bevatten asbesthoudende bouwmaterialen, zoals beschreven in het sloopopvolgingsplan. 

 

De asbesthoudende bouwmaterialen die aanwezig zijn in het gebouw moeten correct en veilig verwijderd worden. De activiteiten die verbonden zijn aan het werken met asbesthoudende bouwmaterialen mogen geen vrijstelling van asbestvezels of asbeststof veroorzaken.

 

De volgende asbesthoudende toepassingen kunnen zelf worden verwijderd of door een aannemer die erkend is om werken onder eenvoudige handelingen uit te voeren, voor zover deze via eenvoudige handelingen (bv. vlot losschroeven) kunnen worden weggenomen:

  • hechtgebonden asbest die niet beschadigd is of waarbij er geen vrije vezels zichtbaar zijn en waarbij verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand;
  • hechtgebonden asbest die beschadigd is of waarbij er vrije vezels zichtbaar zijn en die verwerkt is in een buitentoepassing waarbij geen derden aanwezig zijn, voor zover de verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand;
  • asbesthoudend plaatmateriaal, asbestkarton, asbestcement in binnentoepassingen waarbij er geen bevestigingssysteem aanwezig is zoals schroeven, nagels of lijm, voor zover het asbest gefixeerd is en het weggenomen en verpakt wordt zonder gereedschappen te gebruiken voor demontage;
  • asbesthoudende koorden, dichtingen of pakkingen, remvoeringen en analoge materialen.

Alle andere toepassingen mogen enkel verwijderd worden door gespecialiseerde asbestverwijderaars. Een overzicht van de erkende asbestverwijderaars in België vindt u hier: https://werk.belgie.be/nl/erkenningen/erkenning-asbest-bedrijven-erkend-voor-afbraak-verwijderingswerken .

De werken voor het verwijderen van asbest mag geen risico vormen voor je eigen gezondheid, voor de omgeving of voor de medewerkers. Bij het verwijderen van asbesthoudende toepassingen moet u voldoen aan volgende voorwaarden om vezelverspreiding en blootstelling aan asbestvezels te voorkomen:

  • voor persoonlijke bescherming tegen blootstelling wordt gebruik gemaakt van een stofmasker type P3 of gelijkwaardig stofmasker;
  • bevochtigen of fixeren van het materiaal;
  • de elementen één voor één verwijderen, bij voorkeur manueel, gebruik makend van handwerktuigen of in laatste instantie traagdraaiend gereedschap. Het gebruik van mechanische werktuigen met grote snelheid (schuurschijven, slijpmachines, boormachines, e.d.), hogedrukreinigers en luchtcompressoren, voor het bewerken, snijden of schoonmaken van objecten of ondergronden in asbesthoudend materiaal, objecten of ondergronden bekleed met asbesthoudend materiaal of voor het verwijderen van asbest is verboden;
  • de materialen niet gooien, je moet ze rustig neerleggen;
  • de materialen niet breken;
  • de materialen opslaan in gesloten verpakking;
  • bij de werkzaamheden mogen geen minderjarigen aanwezig zijn.

Behandeling van afval

De asbesthoudende toepassingen worden afzonderlijk opgeslagen en niet gemengd met het andere sloopafval. 

Tijdens het vervoer, het laden en het lossen van afvalstoffen die asbestvezels of asbeststof bevatten, deze vezels en stof niet vrijkomen in de lucht en geen vloeistoffen worden verloren die asbestvezels kunnen bevatten.

Afvalstoffen die asbestvezels of -stof bevatten, zodanig worden behandeld, verpakt zijn of afgedekt, met inachtneming van de plaatselijke omstandigheden, dat er geen asbestdeeltjes in het milieu terechtkomen.

 

De uitvoerder van bouw-, infrastructuur-, sloop-, ontmantelings- en renovatiewerken bezorgt alle kopieën van de identificatieformulieren en alle afgiftebewijzen van de afgevoerde afvalstoffen die verkregen zijn bij selectieve sloop of ontmanteling, voor de oplevering van de sloop- of ontmantelingswerken aan de houder van de omgevingsvergunning. 

De exploitant houdt alle identificatieformulieren en alle afgiftebewijzen bij gedurende een periode van vijf jaar

 

Hinder naar de buurt moet zoveel mogelijk worden voorkomen. De verantwoordelijke neemt maatregelen ter voorkoming van hinder in de omgeving ten gevolge van o.a. stof, geluid, geur, water, afval,... Ten allen tijde worden de werken uitgevoerd in overstemming met de van toepassing zijnde voorwaarden uit VLAREM II en de politiecodex.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist kennis te nemen van het verslag van de omgevingsambtenaar en maakt het zich eigen. 

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepene beslist om de aanvraag voorwaardelijk gunstig te adviseren. 

Volgende voorwaarden zijn van toepassing: 

Stedenbouwkundige handelingen

 

Alle werken dienen te worden uitgevoerd conform de bouwplannen.

 

Het bestaande peil dient behouden.

 

De slopingswerken dienen uitgevoerd overeenkomstig de aanduidingen van het goedgekeurde plan.

 

De nodige veiligheidsmaatregelen moeten in acht worden genomen.

Nota wordt genomen van het sloopopvolgingsplan.

 

Het gebouw/constructies die worden gesloopt bevatten asbesthoudende bouwmaterialen, zoals beschreven in het sloopopvolgingsplan. 

 

De asbesthoudende bouwmaterialen die aanwezig zijn in het gebouw moeten correct en veilig verwijderd worden. De activiteiten die verbonden zijn aan het werken met asbesthoudende bouwmaterialen mogen geen vrijstelling van asbestvezels of asbeststof veroorzaken.

 

De volgende asbesthoudende toepassingen kunnen zelf worden verwijderd of door een aannemer die erkend is om werken onder eenvoudige handelingen uit te voeren, voor zover deze via eenvoudige handelingen (bv. vlot losschroeven) kunnen worden weggenomen:

  • hechtgebonden asbest die niet beschadigd is of waarbij er geen vrije vezels zichtbaar zijn en waarbij verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand;
  • hechtgebonden asbest die beschadigd is of waarbij er vrije vezels zichtbaar zijn en die verwerkt is in een buitentoepassing waarbij geen derden aanwezig zijn, voor zover de verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand;
  • asbesthoudend plaatmateriaal, asbestkarton, asbestcement in binnentoepassingen waarbij er geen bevestigingssysteem aanwezig is zoals schroeven, nagels of lijm, voor zover het asbest gefixeerd is en het weggenomen en verpakt wordt zonder gereedschappen te gebruiken voor demontage;
  • asbesthoudende koorden, dichtingen of pakkingen, remvoeringen en analoge materialen.

Alle andere toepassingen mogen enkel verwijderd worden door gespecialiseerde asbestverwijderaars. Een overzicht van de erkende asbestverwijderaars in België vindt u hier: https://werk.belgie.be/nl/erkenningen/erkenning-asbest-bedrijven-erkend-voor-afbraak-verwijderingswerken .

De werken voor het verwijderen van asbest mag geen risico vormen voor je eigen gezondheid, voor de omgeving of voor de medewerkers. Bij het verwijderen van asbesthoudende toepassingen moet u voldoen aan volgende voorwaarden om vezelverspreiding en blootstelling aan asbestvezels te voorkomen:

  • voor persoonlijke bescherming tegen blootstelling wordt gebruik gemaakt van een stofmasker type P3 of gelijkwaardig stofmasker;
  • bevochtigen of fixeren van het materiaal;
  • de elementen één voor één verwijderen, bij voorkeur manueel, gebruik makend van handwerktuigen of in laatste instantie traagdraaiend gereedschap. Het gebruik van mechanische werktuigen met grote snelheid (schuurschijven, slijpmachines, boormachines, e.d.), hogedrukreinigers en luchtcompressoren, voor het bewerken, snijden of schoonmaken van objecten of ondergronden in asbesthoudend materiaal, objecten of ondergronden bekleed met asbesthoudend materiaal of voor het verwijderen van asbest is verboden;
  • de materialen niet gooien, je moet ze rustig neerleggen;
  • de materialen niet breken;
  • de materialen opslaan in gesloten verpakking;
  • bij de werkzaamheden mogen geen minderjarigen aanwezig zijn.

Behandeling van afval

De asbesthoudende toepassingen worden afzonderlijk opgeslagen en niet gemengd met het andere sloopafval. 

Tijdens het vervoer, het laden en het lossen van afvalstoffen die asbestvezels of asbeststof bevatten, deze vezels en stof niet vrijkomen in de lucht en geen vloeistoffen worden verloren die asbestvezels kunnen bevatten.

Afvalstoffen die asbestvezels of -stof bevatten, zodanig worden behandeld, verpakt zijn of afgedekt, met inachtneming van de plaatselijke omstandigheden, dat er geen asbestdeeltjes in het milieu terechtkomen.

 

De uitvoerder van bouw-, infrastructuur-, sloop-, ontmantelings- en renovatiewerken bezorgt alle kopieën van de identificatieformulieren en alle afgiftebewijzen van de afgevoerde afvalstoffen die verkregen zijn bij selectieve sloop of ontmanteling, voor de oplevering van de sloop- of ontmantelingswerken aan de houder van de omgevingsvergunning. 

De exploitant houdt alle identificatieformulieren en alle afgiftebewijzen bij gedurende een periode van vijf jaar

 

Hinder naar de buurt moet zoveel mogelijk worden voorkomen. De verantwoordelijke neemt maatregelen ter voorkoming van hinder in de omgeving ten gevolge van o.a. stof, geluid, geur, water, afval,... Ten allen tijde worden de werken uitgevoerd in overstemming met de van toepassing zijnde voorwaarden uit VLAREM II en de politiecodex.