Terug
Gepubliceerd op 06/09/2022

2022_GR_00169 - Reglement voor de opmaak van gemeentelijke rooilijnplannen - Goedkeuren

Gemeenteraad
ma 05/09/2022 - 20:00 Ooievaarsnest
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Griet Verhesen; vera celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Brigitte Kempen; Noël Devos; Rosa Van Cleempoel; Ben Van Looveren; luc verguts; Elhasbia Zayou; Ivan Wartel; Pieter Cowé; Marlon Pareijn; Benny Eyckmans; Tinne Vangeel; Greet Bakelants; Lea Neyens; Patrick Graux; Tinne Van Gelder; luc van laer; myriam Smets; Greet Daems; Petra Gyesbreghs; Dirk Kennis; Tom Corstjens; Griet Ceusters; Mathias Van Braband; nadja robeyn; Berten Kempen; francois mylle, Algemeen Directeur

Verontschuldigd

Marleen Verboven; Pieter Verhesen; Tim Vanuytsel; Yves Van Hulsel

Secretaris

francois mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Griet Verhesen
2022_GR_00169 - Reglement voor de opmaak van gemeentelijke rooilijnplannen - Goedkeuren 2022_GR_00169 - Reglement voor de opmaak van gemeentelijke rooilijnplannen - Goedkeuren

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

dlb0002

Regelgeving: bevoegdheid (bijzonder)

Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019

Aanleiding en context

Het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 werd van kracht op 1 september 2019. Het werd opgesteld ter vervanging van de Wet van 10 april 1841 op de Buurtwegen en van het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de [gewestelijke] rooilijnen.

In toepassing van artikel 84 van bovenvermeld decreet zijn de provinciale reglementen, aangenomen ter uitvoering van de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen, van rechtswege opgeheven. Tot 1 september 2019 schreef de provinciale deputatie zelf richtlijnen voor waaraan rooilijnplannen dienden te voldoen.

Argumentatie

Het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 en in voege sinds 1 september 2019 heeft als doel om de structuur, samenhang en toegankelijkheid van alle gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te doen.

Eén van de belangrijkste bepalingen uit het gemeentewegendecreet is artikel 8 dat bepaalt dat niemand een gemeenteweg kan aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad. Zonder goedkeuring van de gemeenteraad kan het gemeentelijk wegennet niet aangepast worden.

De procedures hiervoor zijn decretaal vastgelegd. De gemeenten leggen hierbij de ligging en breedte van de gemeentewegen op hun grondgebied vast in gemeentelijke rooilijnplannen, ongeacht de eigenaar van de grond. Het decreet hanteert hierbij volgende definities:

  • art. 2 9° rooilijn: de huidige of toekomstige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen, vastgelegd in een rooilijnplan. Als een rooilijnplan ontbreekt, is de rooilijn de huidige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen;
    N.B. Ook de rooilijn van een weg over privédomein geeft de rand van de weg of de scheiding tussen de openbare weg en de aangelande gronden aan, ook al is er geen onderscheid naar eigendom. Evenzo kan er een rooilijn over openbaar domein liggen.
  • art. 2 5° gemeentelijk rooilijnplan: grafisch verordenend plan waarbij de huidige en de toekomstige grenzen van een of meerdere gemeentewegen worden bepaald. Het gemeentelijk rooilijnplan geeft een openbare bestemming aan de gronden die in de gemeenteweg opgenomen zijn of opgenomen zullen worden.

Gemeentelijke rooilijnplannen komen tot stand op de wijze, zoals beschreven in afdeling 2 van het decreet houdende de gemeentewegen. Het decreet definieert daarbij een aantal elementen dat een gemeentelijk rooilijnplan minstens moet bevatten:

  • art. 16 §2 1°: de actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;
  • art. 16 §2 2°: de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;
  • art. 16 §2 3°: de naam van de eigenaars van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;

Een gemeentelijk rooilijnplan kan ook een achteruitbouwstrook vastleggen.

In voorkomend geval bevat het rooilijnplan de volgende aanvullende documenten:

  • art. 16 §3 1°: een berekening van de eventuele waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg overeenkomstig artikel 28;
  • art. 16 §3 2°: de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen.

 

De Vlaamse regering kan nog nadere regels bepalen voor de vorm en inhoud van een gemeentelijk rooilijnplan (art. 16 § 1, 2 en 3).

In afwijking van de eigenstandige procedure kan een gemeentelijk rooilijnplan ook opgenomen worden in een ruimtelijk uitvoeringsplan, in het herkenbare onderdeel van een projectbesluit of in een omgevingsvergunning, telkens onderworpen aan de respectievelijke procedureregels. Die mogelijkheid geldt voor zover het dossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens het decreet houdende de gemeentewegen gestelde eisen, zoals hierboven geformuleerd.

Het decreet bepaalt daarnaast ook dat iedere gemeente verplicht een gemeentelijk wegenregister moet opmaken, actueel houden en publiek raadpleegbaar maken in het gemeentehuis en op de website van de gemeente (art. 37 § 5).

Het gemeentelijk wegenregister is een gegevensbestand waarin voor het grondgebied van de gemeente ten minste volgende gegevens zijn opgenomen (art. 37 § 1):

  • alle administratieve én gerechtelijke beslissingen over de huidige en toekomstige rooilijnen en rooilijnplannen voor gemeentewegen.
  • administratieve en gerechtelijke beslissingen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen, met inbegrip van de algemene rooilijnplannen, de rooilijnplannen en de plannen voor de begrenzing van de buurtwegen in de zin van de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen.

Ook voor de digitale geografische ontsluiting van het gemeentelijk wegenregister kan de Vlaamse regering nog nadere regels bepalen.


Hieruit volgt dat zowel op initiatief van stad Geel, alsook op initiatief van een private partij er rooilijnplannen kunnen opgesteld worden. Er kunnen echter geen gemeentewegen aangelegd, gewijzigd, verplaatst of opgeheven worden zonder voorafgaandelijke goedkeuring van de gemeenteraad. Hierbij is een zekere uniformiteit in de opmaak van de gemeentelijke rooilijnplannen noodzakelijk, zodat deze op een ondubbelzinnige manier geïnterpreteerd worden, ongeacht de aard van het dossier.

Ook met oog op bijhouden en publiek ontsluiten van het gemeentelijk wegenregister, is het wenselijk dat alle plannen naar vorm en inhoud op een eenvormige manier worden opgesteld.

Om deze uniformiteit te bewaken, formuleert de stad Geel een aantal bijkomende voorwaarden en richtlijnen waaraan gemeentelijke rooilijnplannen moeten voldoen, naast de minimale elementen die door het decreet opgelegd worden.

Aangezien naast de stad ook derde partijen initiatiefnemer kunnen zijn van een rooilijnplan i.h.k.v. artikel 12 §2 van het gemeentewegendecreet, is het noodzakelijk om eenduidige richtlijnen in een reglement vast te leggen.

Juridische grond

Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur - algemene bevoegdheid van de gemeenteraad
<p>De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur</p>

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De Gemeenteraad hecht zijn goedkeuring aan de Richtlijnen voor de opmaak van gemeentelijke rooilijnplannen