Terug
Gepubliceerd op 13/09/2022

2022_CBS_02363 - Omgevingsvergunning - (202200336) bouwen van een ééngezinswoning met terreinaanlegwerken Bruul 28 D - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 12/09/2022 - 13:00 Bureau AD
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

vera celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; francois mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

luc van laer

Secretaris

francois mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

vera celis
2022_CBS_02363 - Omgevingsvergunning - (202200336) bouwen van een ééngezinswoning met terreinaanlegwerken Bruul 28 D - Vergunning 2022_CBS_02363 - Omgevingsvergunning - (202200336) bouwen van een ééngezinswoning met terreinaanlegwerken Bruul 28 D - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 18/09/2022

 

 

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2022088716

Dossiernummer gemeente: 202200336

 

De gemeente Geel heeft op 1 juli 2022 een aanvraag ontvangen voor oprichten van een vrijstaande eengezinswoning met terreinaanlegwerken. De aanvraag werd op 20 juli 2022 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Els Berghmans wonende te Molseweg 145 te 2440 Geel en de heer Ramon Kemmerling wonende te Molseweg 145 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Bruul 28 D

Kadastrale ligging: afdeling 1 sectie I nr. 700A

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

landschappelijk waardevol agrarisch gebied

De landschappelijke waardevolle gebieden zijn gebieden waarvoor bepaalde beperkingen gelden met het doel het landschap te beschermen of aan landschapsontwikkeling te doen. In deze gebieden mogen alle handelingen en werken worden uitgevoerd die overeenstemmen met de in grondkleur aangegeven bestemming, voor zover zij de schoonheidswaarde van het landschap niet in gevaar brengen.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen goedgekeurd op 29 januari 2009 gelegen in overdruk zonevreemde woningen II

 

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan, doch is dit plan niet van toepassing. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan Herentals-Mol.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Omgevingsvergunning V_202200003/OMV_2022019872 voor het verkavelen in 4 loten voor vrijstaande eengezinswoningen goedgekeurd op 13/06/2022.
  • Omgevingsvergunning 202000269/OMV_2020061145 voor ven ontheffing kruidruimingen molse nete te geel en mol, vegetatiewijziging goedgekeurd op 10/08/2020.
  • Stedenbouwkundige vergunning (2012/00011) voor het vellen van 5 dennen - goedgekeurd op 27/02/2012.
  • Verkavelingsvergunning (1848) voor nieuwe verkaveling - goedgekeurd op 14/07/2003.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Het perceel is gelegen op de kruising van de straat "Bruul" met de Zavelstraat temidden een woonlint. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door residentiële bebouwing in open vorm. Achteraan het perceel bevinden zich velden en akkers, alsook een klein bos.

De aanvraag beoogt het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning. De woning wordt ingeplant op 6 meter van de rooilijn (tov Bruul) en op 3 meter van de linker perceelsgrens. De bouwbreedte bedraagt 11,35 meter. De bouwdiepte bedraagt 7,70 meter. De woning telt anderhalve bouwlaag en wordt voorzien van een zadeldak. De nokhoogte bedraagt 7 meter.

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 24 augustus 2022 werd het advies ontvangen van de stadsdienst ‘Openbare Werken’, als volgt geformuleerd:

Advies riolering (aansluiting – riolering algemeen – afvalwater – hemelwater – verplichte keuring)

Aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Ter hoogte van het perceel is er een gracht. Aan de overkant van de straat ligt er een gemengd rioleringsstelsel. Bij de aanvraag van de vergunning is er nog geen rioolaansluiting met huisaansluitputje DWA voorzien. Na de vergunning zal een aansluiting met putje DWA worden gemaakt door Aquafin in opdracht van stad Geel. Men hoeft hier geen aanvraag meer voor te doen.

Voor het ingebruik nemen van het nieuwe lozingspunt dient de aanvrager een retributie te betalen.

Riolering algemeen

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op zijn perceel tot aan de rooilijn.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater (noodoverloop infiltratievoorziening) mag rechtstreeks worden aangesloten op de gracht.  De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het nieuw geplaatste huisaansluitputje DWA. Men dient bij de aanleg van de private afvoerbuizen rekening te houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Huishoudelijk afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput op het grijs water alvorens het grijs en fecale water samen te brengen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen. Men voorziet een combiput (hemelwaterput én infiltratieput) met een opslagvolume van 10.000L.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 verschillende aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. Men voorziet herbruik voor toiletten en een buitenkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand. 
  • Het volume dient minimum 675L te bedragen. 
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 1,08m² te bedragen. 

Men voorziet een combiput waarvan het infiltratiegedeelte een volume heeft van 5000L en een oppervlakte van 6,12m².

Het is aangewezen om te opteren voor een infiltratievoorziening in de vorm van een open bekken, zoals een infiltratiekom of wadi. Dit is voordeliger naar aanleg en onderhoud en infiltreert bovendien het meest effectief.

Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar de gracht . Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Verplichte VLARIO-keuring

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Advies toegang tot het perceel/overwelving gracht

Aantal en breedte overwelving:

Ter hoogte van het perceel is er een gracht. Volgens het Uitvoeringsbesluit van 7 mei 2021 betreft de onbevaarbare waterlopen mag er per perceel slechts 1 overwelving worden voorzien met een maximale breedte van 5m (gemeten van buitenkant kopmuur tot buitenkant kopmuur) om toegang te krijgen tot het perceel.

Op het inplantingsplan zijn er 2 toegangen/overwelvingen voorzien, eentje voor een auto-inrit en eentje voor een tuinpad. Dit kan niet worden toegestaan. Men zal de inplanting van het tuinpad en/of auto-inrit moeten wijzigen zodat er maar 1 toegang/overwelving is.

De vergunning voor de overwelving wordt mee opgenomen in deze omgevingsvergunning.

 

De overwelving:

  • De overwelving wordt gebouwd van geprefabriceerde betonbuizen
  • De dikwandige betonbuizen, BENOR – gekeurd, hebben een doorlaatopening van 0,40m.
  • Ze moeten worden geplaatst op een fundering van schraal beton met een dikte van 0,20m.
  • Ter hoogte van de kopmuur wordt de fundering aangelegd met een dikte van 0,30m. 
  • De lengte bedraagt max. 5m
  • De sleuf wordt aangevuld met goede aanvulgrond of zand indien er geen verharding boven op komt.
  • De vloer of de bodem moet aangelegd worden in overeenstemming met de bodem van de gracht, zodat het water voortdurend kan wegvloeien.

De kopmuren:

De kopmuren kunnen aangelegd worden:

  • In baksteenmetselwerk (dikte 0,30 m.) De dagzijden worden ingevoegd en alle metselwerk in contact met de grond wordt voorzien van cementering (dikte 1 cm.)   Het geheel wordt afgedekt met dekstukken in gladde beton of met een rollaag uit metselwerk. 
  • Of in geprefabriceerd gewapend beton.

Verharding boven de ondergrondse constructie:

  • De betonbuizen zullen omhuld worden met een laag zandcement
  • De verharding wordt volgens volgende opbouw uitgevoerd:
    1. Fundering: 15cm steenslag 22/40 
    2. Tussenlaag (bed): 5 cm zandcement 
    3. Verharding: betonstraatstenen. Deze betonstraatstenen zijn niet gekleurd (= betonkleur) met afmeting 22cm op 11cm of 22cm op 22cm. 
    4. Voegvulling: zand

Hellingspercentage:

Het hellingspercentage van de oprit bedraagt min. 0,02 m en max. 0,04 m per meter in de richting van de as van de weg.

Goot:

Er zal steeds een goot voorzien worden tussen oprit en rijweg/fietspad.

Aanvraag, uitvoering en kosten:

  • Na de vergunning dient men een aanvraag te doen voor de plaatsing van de overwelving. Dit kan via de website van stad Geel: www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein
  • Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer. 
  • De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.

Advies: volledig voorwaardelijk gunstig

 

Op 3 augustus 2022 werd het advies ontvangen van de stadsdienst ‘Openbare Werken’ inzake mobiliteit, als volgt geformuleerd:

De buurtwegen die aanwezig zijn liggen allemaal op het openbaar domein en zijn dus niet van toepassing op dit project.

 

Advies: volledig voorwaardelijk gunstig

 

  1. Project-MER

//

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

Huidige aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol gelegen binnen de zonering 'woongebied'. De aanvraag voldoet aan de voorschriften van deze zonering.

De aanvraag is tevens gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling. De aanvraag voldoet aan de voorschriften van de verkaveling.

Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de aanvraag gelegen is langs een voldoende uitgeruste openbare weg.

Watertoets

Hoofdstuk III, afdeling I, artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat de eventuele schadelijke effecten van het innemen van ruimte ten koste van de watersystemen worden ingeschat. Het betrokken goed is niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone. Er dringen zich in het kader van de watertoets geen maatregelen op inzake overstromingsvrij bouwen of beperkingen inzake de inname van komberging.

Gewestelijke verordening hemelwater:

De aanvraag betreft aanleg/uitbreiding van verharding waarbij de nieuwe oppervlakte >40m² en valt dus onder de gemeentelijke / gewestelijke verordening hemelwater

hemelwaterput:

• 10 000 liter

infiltratievoorziening:

• buffervolume: 5000 liter = 6,12m²

Het perceel is gelegen langs een straat met gescheiden rioleringsstelsel.

Mer-screening

Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

Natuurtoets

De projectzone is niet gelegen binnen vogelrichtlijngebied.

De projectzone is niet gelegen binnen habitatrichtlijngebied.

De projectzone is niet gelegen binnen VEN-gebied.

De projectzone is niet gelegen binnen bosgebied.

De aanvraag doorstaat de natuurtoets.

Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

Mobiliteit

Huidige aanvraag heeft geen significante invloed op de lokale mobiliteit.

Toegankelijkheid

Het gebouw is niet toegankelijk voor publiek waardoor niet voldaan dient te worden aan voorzieningen om de integrale toegankelijkheid te bereiken.

Decreet grond- en pandenbeleid

Niet van toepassing.

Scheidingsmuren

De aanvraag heeft geen betrekking op de oprichting, uitbreiding, afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:

 

Functionele inpasbaarheid

Het betreft een ééngezinswoning die opgericht wordt in een straat met meerdere ééngezinswoningen. Het gebouw is inpasbaar.

 

Mobiliteitsimpact

Voor een ééngezinswoning is de impact van de mobiliteit beperkt.

 

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De woning heeft een beperkt bouwvolume en voldoet volledig aan de voorschriften van de verkaveling.

 

Visueel-vormelijke elementen

De woning wordt opgericht in kwaliteitsvolle, degelijke materialen. Het ontwerp is architectonisch verantwoord.

 

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

 

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

 

Bespreking adviezen

De adviezen van de stadsdienst worden integraal gevolgd.

 

Conclusie

De aanvraag wordt voorwaardelijk gunstig geadviseerd.

 

Voorwaarden:

  • De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.
  • Aanpassingen aan het openbaar domein mogen enkel door stad Geel of een door aangestelde derde mogen worden uitgevoerd. Hiervoor moet men een aanvraag doen (https://www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein). De kosten van deze aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.
  • Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme. De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type. Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.
  • De aanvraag moet voldoen aan de EPB- regelgeving. 
  • Alle verhardingen dienen uitgevoerd in waterdoorlatende materialen zowel in afwerking (toplaag) als fundering. De verharding wordt vlak aangelegd. Het hellingspercentage bedraagt maximaal 1%. De straatstenen zijn zo ontworpen of aangelegd dat opname van water aan het oppervlak gebeurt door de straatstenen. Die moeten daarom een voldoende grote doorlatendheid hebben, hetzij door de steen zelf, hetzij door verbrede voegen of drainageopeningen. De onderfundering doet dienst als buffer en zorgt voor infiltratie in de ondergrond. Als de onderfundering of bodem onvoldoende infiltratie mogelijk maakt, wordt een vertraagde afvoer naar een infiltratiecapaciteit voorzien (wadi of infiltratieput). Het hemelwater dient voldoende tijd te hebben om te infiltreren op het eigen terrein. Er mag geen wateroverlast ontstaan ter hoogte van de openbare weg of de aanpalende percelen ten gevolge van afstromend hemelwater. 
  • De houtkant aan de rechterzijde van het perceel dient bewaard en hersteld te worden. De aanwezige eiken in deze houtkant moeten bewaard worden. De Amerikaanse vogelkers moet gekapt worden en vervangen door een gemengde inheemse houtkant met soorten zoals bvb Lijsterbes, SPork, Meidoor, Kornoelje, Zoete Kers, Hazelaar, …. . Deze houtkant inclusief de aanwezige eiken kunnen in een houtkantbeheer onderhouden worden en regelmatig afgezet. 

Voorwaarden advies riolering (aansluiting – riolering algemeen – afvalwater – hemelwater – verplichte keuring)

Aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Ter hoogte van het perceel is er een gracht. Aan de overkant van de straat ligt er een gemengd rioleringsstelsel. Bij de aanvraag van de vergunning is er nog geen rioolaansluiting met huisaansluitputje DWA voorzien. Na de vergunning zal een aansluiting met putje DWA worden gemaakt door Aquafin in opdracht van stad Geel. Men hoeft hier geen aanvraag meer voor te doen.

Voor het ingebruik nemen van het nieuwe lozingspunt dient de aanvrager een retributie te betalen.

Riolering algemeen

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op zijn perceel tot aan de rooilijn.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater (noodoverloop infiltratievoorziening) mag rechtstreeks worden aangesloten op de gracht.  De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het nieuw geplaatste huisaansluitputje DWA. Men dient bij de aanleg van de private afvoerbuizen rekening te houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Huishoudelijk afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput op het grijs water alvorens het grijs en fecale water samen te brengen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen. Men voorziet een combiput (hemelwaterput én infiltratieput) met een opslagvolume van 10.000L.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 verschillende aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. Men voorziet herbruik voor toiletten en een buitenkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand. 
  • Het volume dient minimum 675L te bedragen. 
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 1,08m² te bedragen. 

Men voorziet een combiput waarvan het infiltratiegedeelte een volume heeft van 5000L en een oppervlakte van 6,12m².

Het is aangewezen om te opteren voor een infiltratievoorziening in de vorm van een open bekken, zoals een infiltratiekom of wadi. Dit is voordeliger naar aanleg en onderhoud en infiltreert bovendien het meest effectief.

Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar de gracht . Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Verplichte VLARIO-keuring

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Voorwaarden advies toegang tot het perceel/overwelving gracht

Aantal en breedte overwelving:

Ter hoogte van het perceel is er een gracht. Volgens het Uitvoeringsbesluit van 7 mei 2021 betreft de onbevaarbare waterlopen mag er per perceel slechts 1 overwelving worden voorzien met een maximale breedte van 5m (gemeten van buitenkant kopmuur tot buitenkant kopmuur) om toegang te krijgen tot het perceel.

Op het inplantingsplan zijn er 2 toegangen/overwelvingen voorzien, eentje voor een auto-inrit en eentje voor een tuinpad. Dit kan niet worden toegestaan. Men zal de inplanting van het tuinpad en/of auto-inrit moeten wijzigen zodat er maar 1 toegang/overwelving is.

De vergunning voor de overwelving wordt mee opgenomen in deze omgevingsvergunning.

 

De overwelving:

  • De overwelving wordt gebouwd van geprefabriceerde betonbuizen
  • De dikwandige betonbuizen, BENOR – gekeurd, hebben een doorlaatopening van 0,40m.
  • Ze moeten worden geplaatst op een fundering van schraal beton met een dikte van 0,20m.
  • Ter hoogte van de kopmuur wordt de fundering aangelegd met een dikte van 0,30m. 
  • De lengte bedraagt max. 5m
  • De sleuf wordt aangevuld met goede aanvulgrond of zand indien er geen verharding boven op komt.
  • De vloer of de bodem moet aangelegd worden in overeenstemming met de bodem van de gracht, zodat het water voortdurend kan wegvloeien.

De kopmuren:

De kopmuren kunnen aangelegd worden:

  • In baksteenmetselwerk (dikte 0,30 m.) De dagzijden worden ingevoegd en alle metselwerk in contact met de grond wordt voorzien van cementering (dikte 1 cm.)   Het geheel wordt afgedekt met dekstukken in gladde beton of met een rollaag uit metselwerk. 
  • Of in geprefabriceerd gewapend beton.

Verharding boven de ondergrondse constructie:

  • De betonbuizen zullen omhuld worden met een laag zandcement
  • De verharding wordt volgens volgende opbouw uitgevoerd:
    1. Fundering: 15cm steenslag 22/40 
    2. Tussenlaag (bed): 5 cm zandcement 
    3. Verharding: betonstraatstenen. Deze betonstraatstenen zijn niet gekleurd (= betonkleur) met afmeting 22cm op 11cm of 22cm op 22cm. 
    4. Voegvulling: zand

Hellingspercentage:

Het hellingspercentage van de oprit bedraagt min. 0,02 m en max. 0,04 m per meter in de richting van de as van de weg.

Goot:

Er zal steeds een goot voorzien worden tussen oprit en rijweg/fietspad.

Aanvraag, uitvoering en kosten:

  • Na de vergunning dient men een aanvraag te doen voor de plaatsing van de overwelving. Dit kan via de website van stad Geel: www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein
  • Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer. 
  • De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.

 

Lasten

Niet van toepassing

 

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

Voorwaarden:

  • De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.
  • Aanpassingen aan het openbaar domein mogen enkel door stad Geel of een door aangestelde derde mogen worden uitgevoerd. Hiervoor moet men een aanvraag doen (https://www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein). De kosten van deze aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.
  • Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme. De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type. Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.
  • De aanvraag moet voldoen aan de EPB- regelgeving. 
  • Alle verhardingen dienen uitgevoerd in waterdoorlatende materialen zowel in afwerking (toplaag) als fundering. De verharding wordt vlak aangelegd. Het hellingspercentage bedraagt maximaal 1%. De straatstenen zijn zo ontworpen of aangelegd dat opname van water aan het oppervlak gebeurt door de straatstenen. Die moeten daarom een voldoende grote doorlatendheid hebben, hetzij door de steen zelf, hetzij door verbrede voegen of drainageopeningen. De onderfundering doet dienst als buffer en zorgt voor infiltratie in de ondergrond. Als de onderfundering of bodem onvoldoende infiltratie mogelijk maakt, wordt een vertraagde afvoer naar een infiltratiecapaciteit voorzien (wadi of infiltratieput). Het hemelwater dient voldoende tijd te hebben om te infiltreren op het eigen terrein. Er mag geen wateroverlast ontstaan ter hoogte van de openbare weg of de aanpalende percelen ten gevolge van afstromend hemelwater. 
  • De houtkant aan de rechterzijde van het perceel dient bewaard en hersteld te worden. De aanwezige eiken in deze houtkant moeten bewaard worden. De Amerikaanse vogelkers moet gekapt worden en vervangen door een gemengde inheemse houtkant met soorten zoals bvb Lijsterbes, SPork, Meidoor, Kornoelje, Zoete Kers, Hazelaar, …. . Deze houtkant inclusief de aanwezige eiken kunnen in een houtkantbeheer onderhouden worden en regelmatig afgezet. 

Voorwaarden advies riolering (aansluiting – riolering algemeen – afvalwater – hemelwater – verplichte keuring)

Aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Ter hoogte van het perceel is er een gracht. Aan de overkant van de straat ligt er een gemengd rioleringsstelsel. Bij de aanvraag van de vergunning is er nog geen rioolaansluiting met huisaansluitputje DWA voorzien. Na de vergunning zal een aansluiting met putje DWA worden gemaakt door Aquafin in opdracht van stad Geel. Men hoeft hier geen aanvraag meer voor te doen.

Voor het ingebruik nemen van het nieuwe lozingspunt dient de aanvrager een retributie te betalen.

Riolering algemeen

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op zijn perceel tot aan de rooilijn.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater (noodoverloop infiltratievoorziening) mag rechtstreeks worden aangesloten op de gracht.  De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het nieuw geplaatste huisaansluitputje DWA. Men dient bij de aanleg van de private afvoerbuizen rekening te houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Huishoudelijk afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput op het grijs water alvorens het grijs en fecale water samen te brengen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen. Men voorziet een combiput (hemelwaterput én infiltratieput) met een opslagvolume van 10.000L.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 verschillende aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. Men voorziet herbruik voor toiletten en een buitenkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand. 
  • Het volume dient minimum 675L te bedragen. 
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 1,08m² te bedragen. 

Men voorziet een combiput waarvan het infiltratiegedeelte een volume heeft van 5000L en een oppervlakte van 6,12m².

Het is aangewezen om te opteren voor een infiltratievoorziening in de vorm van een open bekken, zoals een infiltratiekom of wadi. Dit is voordeliger naar aanleg en onderhoud en infiltreert bovendien het meest effectief.

Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar de gracht . Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Verplichte VLARIO-keuring

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Voorwaarden advies toegang tot het perceel/overwelving gracht

Aantal en breedte overwelving:

Ter hoogte van het perceel is er een gracht. Volgens het Uitvoeringsbesluit van 7 mei 2021 betreft de onbevaarbare waterlopen mag er per perceel slechts 1 overwelving worden voorzien met een maximale breedte van 5m (gemeten van buitenkant kopmuur tot buitenkant kopmuur) om toegang te krijgen tot het perceel.

Op het inplantingsplan zijn er 2 toegangen/overwelvingen voorzien, eentje voor een auto-inrit en eentje voor een tuinpad. Dit kan niet worden toegestaan. Men zal de inplanting van het tuinpad en/of auto-inrit moeten wijzigen zodat er maar 1 toegang/overwelving is.

De vergunning voor de overwelving wordt mee opgenomen in deze omgevingsvergunning.

 

De overwelving:

  • De overwelving wordt gebouwd van geprefabriceerde betonbuizen
  • De dikwandige betonbuizen, BENOR – gekeurd, hebben een doorlaatopening van 0,40m.
  • Ze moeten worden geplaatst op een fundering van schraal beton met een dikte van 0,20m.
  • Ter hoogte van de kopmuur wordt de fundering aangelegd met een dikte van 0,30m. 
  • De lengte bedraagt max. 5m
  • De sleuf wordt aangevuld met goede aanvulgrond of zand indien er geen verharding boven op komt.
  • De vloer of de bodem moet aangelegd worden in overeenstemming met de bodem van de gracht, zodat het water voortdurend kan wegvloeien.

De kopmuren:

De kopmuren kunnen aangelegd worden:

  • In baksteenmetselwerk (dikte 0,30 m.) De dagzijden worden ingevoegd en alle metselwerk in contact met de grond wordt voorzien van cementering (dikte 1 cm.)   Het geheel wordt afgedekt met dekstukken in gladde beton of met een rollaag uit metselwerk. 
  • Of in geprefabriceerd gewapend beton.

Verharding boven de ondergrondse constructie:

  • De betonbuizen zullen omhuld worden met een laag zandcement
  • De verharding wordt volgens volgende opbouw uitgevoerd:
    1. Fundering: 15cm steenslag 22/40 
    2. Tussenlaag (bed): 5 cm zandcement 
    3. Verharding: betonstraatstenen. Deze betonstraatstenen zijn niet gekleurd (= betonkleur) met afmeting 22cm op 11cm of 22cm op 22cm. 
    4. Voegvulling: zand

Hellingspercentage:

Het hellingspercentage van de oprit bedraagt min. 0,02 m en max. 0,04 m per meter in de richting van de as van de weg.

Goot:

Er zal steeds een goot voorzien worden tussen oprit en rijweg/fietspad.

Aanvraag, uitvoering en kosten:

  • Na de vergunning dient men een aanvraag te doen voor de plaatsing van de overwelving. Dit kan via de website van stad Geel: www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein
  • Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer. 
  • De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.