Terug
Gepubliceerd op 03/05/2023

2023_CBS_01177 - Omgevingsvergunning - bouwen van een ééngezinswoning met kapsalon en bijgebouw te Herentalsedijk 181 (202200530 swa) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
di 02/05/2023 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Tom Corstjens; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Bart Julliams; Marlon Pareijn

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2023_CBS_01177 - Omgevingsvergunning - bouwen van een ééngezinswoning met kapsalon en bijgebouw te Herentalsedijk 181 (202200530 swa) - Vergunning 2023_CBS_01177 - Omgevingsvergunning - bouwen van een ééngezinswoning met kapsalon en bijgebouw te Herentalsedijk 181 (202200530 swa) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 19/05/2023

 

 


 

 

 

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2022127253

Dossiernummer gemeente: 202200530

 

De gemeente Geel heeft op 21 november 2022 een aanvraag ontvangen voor bouwen van een ééngezinswoning met kapsalon en bijgebouw. De aanvraag werd op 3 februari 2023 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Charlotte Peeters wonende te Velveken 102A te 2440 Geel en de heer Jonas Proost wonende te Rauwelkoven 105 te 2440 Geel

 

Gegevens van de   ligging

Administratieve ligging: Herentalsedijk 181

Kadastrale ligging: afdeling 4 sectie D nrs. 106C2, 108D en 109B6

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied met landelijk karakter

de woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven;

agrarisch gebied

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften:

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften:

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen goedgekeurd op 29 januari 2009 gelegen in overdruk zonevreemde woningen II.

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. Dit RUP is niet van toepassing. De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van het gewestplan Herentals-Mol en aan de voorschriften van de verkaveling.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met het gewestplan.

De aanvraag is niet in overeenstemming met de verkavelingsvoorschriften voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

VCRO artikel 4.3.1, §1 en 4.4.1, §2

Verkavelingsvoorschriften van verkavelingen ouder dan 15 jaar zijn geen weigeringsgrond meer voor aanvragen voor een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen.

 

Er wordt een afwijking aangevraagd op basis van bovenstaande artikels.

Volgens de voorschriften van de verkaveling is er geen bijgebouw toegestaan. De aanvrager wenst wel een bijgebouw te plaatsen.

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Verkavelingsvergunning (1715 B) voor wijziging vergunde verkaveling - goedgekeurd op 24/03/1997.
  • Verkavelingsvergunning (1715) voor nieuwe verkaveling - goedgekeurd op 28/05/1996.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Het perceel is gelegen langs de Herentalsedijk. Het perceel is 7a08 groot. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing met een residentieel karakter. Zowel links als rechts van de woning vinden we een ééngezinswoning in open bebouwing terug. Achteraan grenst het perceel aan velden en akkers.

Huidige aanvraag beoogt het bouwen van een ééngezinwoning met kapperszaak en een bijgebouw in de tuin. De woning heeft een bouwbreedte van 3 meter. De bouwdiepte bedraagt 17 meter. De woning wordt ingeplant op 12 meter uit de as van de weg. De afstand tot de linkse perceelsgrens bedraagt 3 meter. De afstand tot de rechter perceelsgrens bedraagt 3,50 meter. De woning telt 1 tot 2 bouwlagen onder het dak. De nokhoogte bedraagt 9,70 meter. De kroonlijsthoogte verieert tussen 3,5 meter en 5,85 meter. Er wordt gebruik gemaakt van recuperatie-gevelstenen voor het metselwerk en blauw-gesmoorde pannen voor het dak. Achter de woning wordt een tegelterras van 22m² voorzien.

Het bijgebouw wordt ingeplant op 16,17 meter van de achtergevel. Het wordt ingeplant tegen de rechtse perceelsgrens. Het bijgebouw bestaat uit een overdekt terras met berging en een garage. De totale oppervlakte bedraagt 75m². Het gedeelte garage bevindt zich tegen de perceelsgrens en wordt voorzien van een plat dak waarvan de hoogte 3 meter bedraagt. Het overdekt terras/berging heeft een hellend dak met een nokhoogte van 5,77 meter. De kroonlijsthoogte bedraagt 3 meter.

De aanvraag voorziet de aanleg van een inrit met aan de straat een breedte van 4,5 meter aan de rechterzijde van het perceel. Er worden twee parkeerplaatsen voorzien links in de voortuin, aangelegd met grasdallen. De totale verharding bestaat uit 35m² grasdallen en 64m² waterdoorlatende klinkerverharding. Verder wordt er nog een karrenspoor in waterdoorlatende klinkers voorzien in de zij- en achtertuinstrook tot aan de garage.

 

  1. Openbaar onderzoek

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd gehouden van 13 februari 2023 t.e.m. 14 maart 2023. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

Er werd geen informatievergadering gehouden.

 

  1. Adviezen

Op 3 februari 2023 werd advies  gevraagd aan het Agentschap voor Natuur en Bos. Op 16 februari 2023 gaven zij te kennen geen advies te verlenen in dit dossier.

 

Op 21 maart 2023 werd een voorwaardelijk gunstig advies afgeleverd door de stadsdienst ‘Openbaar Domein’, als volgt geformuleerd:

Advies riolering

Zonering en aansluiting

Het perceel waarop men de woning wenst te bouwen is gelegen in collectief te optimaliseren buitengebied. Dit betekent dat er geen volwaardige riolering aanwezig is dat naar een zuiveringsstation leidt. Ter hoogte van het perceel is er enkel een open gracht waarop zal geloosd moeten worden. In dit geval moet al het afvalwater worden voorbehandeld. 

De nieuwe aansluiting met plaatsing van het huisaansluitputje DWA zal door Aquafin worden uitgevoerd in opdracht van stad Geel. Het hemelwater, meer bepaalde de overloop van de infiltratievoorziening, mag men zelf rechtstreeks aansluiten op de gracht in de nabijheid van de aansluiting DWA.

Riolering algemeen

Volgens de plannen wordt er een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater aangelegd, wat verplicht is. Er staan geen diameters bij de afvoerbuizen vermeld; er wordt vanuit gegaan dat men de correcte diameters zal gebruiken.

Huishoudelijk   afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Het is daarbij aangewezen een sifonput te voorzien op het grijswater alvorens het grijs en fecale water samen te brengen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water. Men plaatst een septische put van 3000L waar al het afvalwater, zowel grijs als fecaal water worden op aangesloten. Dit is verplicht gezien de ligging in collectief te optimaliseren buitengebied.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing op de woning en op het bijgebouw. 

Hemelwaterput

Men plaatst een hemelwaterput met een volume van 10.000 L wat voldoet aan de verordening. Op de put worden alle dakafvoeren aangesloten van de woning en het bijgebouw. Men zal het hemelwater herbruiken voor toiletspoeling en buitenkranen. Het is zinvol om te bekijken of men het herbruik kan optimaliseren door ook de wasmachine mee aan te sluiten als aftappunt.

Infiltratievoorziening

Men voorziet een infiltratievoorziening met een volume van 5000L en een oppervlakte van 10,173m² wat voldoet qua dimensionering.

Waterdoorlatende verhardingen (parkings-oprit) en niet-waterdoorlatende verhardingen (terras) die kunnen afwateren naar groenzone moeten niet mee ingerekend worden bij de dimensionering van de infiltratievoorziening. Dit heeft men ook niet gedaan. Men moet hierbij wel voor zorgen dat men geen wateroverlast veroorzaakt bij de aangelanden (naastgelegen percelen en openbaar domein). Het water moet ter plaatse vlot kunnen infiltreren zodat het niet afstroomt naar de naastgelegen percelen en openbaar domein. Als men kiest voor waterdoorlatende klinkers en/of grastegels moet men er ook voor zorgen dat de fundering ervan waterdoorlatend is.

Het is aangewezen om te opteren voor een infiltratievoorziening in de vorm van een open bekken, zoals een infiltratiekom of wadi. Dit is voordeliger naar aanleg en onderhoud en infiltreert bovendien het meest effectief. Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar de openbare open gracht. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Advies toegang tot het perceel

Advies 

Men voorziet een strikt noodzakelijke toegang met een breedte van 3m wat heel gunstig is in het beperken van de inbuizing van de gracht en van verhardingen op openbaar domein.

Volgens het Uitvoeringsbesluit van 7 mei 2021 betreft de onbevaarbare waterlopen mag er per perceel slechts 1 overwelving worden voorzien met een maximale breedte van 5m (gemeten van buitenkant kopmuur tot buitenkant kopmuur).

Van de maximale breedte van 5m kan worden afgeweken als uit het dossier blijkt dat een bredere overwelving nodig is voor andere voertuigen dan personenwagens en lichte bestelwagens. Dit is niet van toepassing. Er worden parkings in de voortuin voorzien voor personenwagens en niet voor andere voertuigen. De toegang met overwelving moet dus enkel dienen voor personenwagens waardoor een breedte van 5m of zelfs van de voorgestelde 3m volstaat.

Van het aantal overwelvingen kan worden afgeweken als uit het dossier blijkt dat er meer dan één overwelving nodig is in functie van de toegankelijkheid. Dit is niet van toepassing. Eén overwelving is voldoende om het perceel met de parkings te bereiken.

Er wordt bijgevolg één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m. Het is mogelijk dat de breedte enigszins afwijkt afhankelijk van de gebruikte materialen.

Men mag zelf een tijdelijke overwelving voorzien tijdens de bouwwerken onder voorwaarden.

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen. Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer. De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.

Technische Fiche overwelving

De overwelving:

  • De overwelving wordt gebouwd van geprefabriceerde betonbuizen
  • De dikwandige betonbuizen, BENOR – gekeurd, hebben een doorlaatopening van min. 0,40m.
  • Ze moeten worden geplaatst op een fundering van schraal beton met een dikte van 0,20m.
  • Ter hoogte van de kopmuur wordt de fundering aangelegd met een dikte van 0,30m. 
  • De lengte bedraagt max. 5m
  • De sleuf wordt aangevuld met goede aanvulgrond of zand indien er geen verharding boven op komt.
  • De vloer of de bodem moet aangelegd worden in overeenstemming met de bodem van de gracht, zodat het water voortdurend kan wegvloeien.

De kopmuren:

De kopmuren kunnen aangelegd worden:

  • In baksteenmetselwerk (dikte 0,30 m.) De dagzijden worden ingevoegd en alle metselwerk in contact met de grond wordt voorzien van cementering (dikte 1 cm.)   Het geheel wordt afgedekt met dekstukken in gladde beton of met een rollaag uit metselwerk. 
  • Of in geprefabriceerd gewapend beton.

Verharding boven de ondergrondse constructie:

  • De betonbuizen zullen omhuld worden met een laag zandcement
  • De verharding wordt volgens volgende opbouw uitgevoerd:
    1. Fundering: 15cm steenslag 22/40 
    2. Tussenlaag (bed): 5 cm zandcement 
    3. Verharding: betonstraatstenen. Deze betonstraatstenen zijn niet gekleurd (= betonkleur) met afmeting 22cm op 11cm of 22cm op 22cm. 
    4. Voegvulling: zand

Hellingspercentage:

Het hellingspercentage van de oprit bedraagt min. 0,02 m en max. 0,04 m per meter in de richting van de as van de weg.

Goot:

Er zal steeds een goot voorzien worden tussen oprit en rijweg/fietspad/voetpad.

Voorwaarden

Riolering (afvalwater- hemelwater)

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater mag rechtstreeks worden aangesloten op de open gracht als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

Putten  dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Al het afvalwater, zowel het grijs als fecaal water, moet worden voorbehandeld via een septische put van minstens 3000L. De dimensionering moet worden afgestemd op het aantal inwoners (600L/persoon).

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

* De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.

* Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.

* Men dient de afvoeren van het volledige dak en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.

* De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 verschillende aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. Men dient te bekijken of men het herbruik kan optimaliseren door een extra aftappunt te voorzien zoals een wasmachine.

* De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

* Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.

* Het infiltratievolume dient minimum 4700 L te bedragen.

* De infiltratieoppervlakte dient minimum 7,52 m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Toegang tot het perceel

Er wordt één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m.

Men mag zelf een tijdelijke overwelving voorzien tijdens de bouwwerken onder volgende voorwaarden:

* Men mag een oprit voorzien van max. 5m waarbij de gracht wordt ingebuisd met een buis in pvc-materiaal met minstens een diameter van 200mm. Belangrijk is dat de buis op de bodem van de gracht gelegd wordt zodat de vloei van de gracht gegarandeerd is.

* De toegang mag niet uitgevoerd worden in niet-vastliggende materialen zoals steenslag, siergrind of dolomiet.

* Men mag het profiel van de gracht niet wijzigen.

* Men staat in voor een goede en vlotte waterafvoer.

* Men moet ervoor zorgen dat de (verkeers)veiligheid altijd gegarandeerd blijft.

* Na de bouwwerken verwijdert men de tijdelijke overwelving zelf en herstelt men alles in oorspronkelijke staat.

* Bij plaatsing en verwijdering van de tijdelijke overwelving verwittigt men de dienst Openbaar domein via openbaardomein@geel.be

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen:

* Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer volgens de technische fiche beschreven in het advies.

* De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.

 

  1. Project-MER

//

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

De aanvraag is gelegen binnen het gewestplan Herentals-Mol. De aanvraag voldoet aan de voorschriften van het gewestplan Herentals-Mol.

 

Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de aanvraag gelegen is langs een voldoende uitgeruste openbare weg.

 

Watertoets

Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 gecoördineerd op 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 (BS 31 oktober 2006) en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan het watersysteem, aan de doelstellingen van artikel 1.2.2 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het bekkenbeheerplan. 

Het perceel gelegen te Geel, Afdeling 4, Sectie D, nr. 106C2 stroomt af naar de Meirenloop, een (on)bevaarbare waterloop (van categorie 2) die beheerd wordt door de Provincie Antwerpen – Kleine Nete.

De aanvraag is niet gelegen in signaalgebied

Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening. We verwijzen naar het advies van de stadsdienst ‘Openbaar Domein’ d.d. 21/03/2023.

De aanvraag is volgens de watertoetskaart niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied (8/03/2023) pluviaal en/of fluviaal. Het betrokken goed is niet gelegen binnen een overstromingsgevoelige zone. Er dringen zich in het kader van de watertoets geen maatregelen op inzake overstromingsvrij bouwen of beperkingen inzake de inname van komberging.

Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht. Het project wordt bijgevolg gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid. 

Gezien het risico beperkt is tot het gevraagde project, dient de eigenaar zelf alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om eventuele waterschade te voorkomen.

Voorwaarden:

Waterkwantiteit: vasthouden > bergen > afvoeren 

Niet functionele verharde oppervlakten moeten vermeden worden. Eventuele verharding is bij voorkeur waterdoorlatend. Het dakwater moet zoveel mogelijk hergebruikt worden (als toiletspoeling, waswater, beregening, … ). Het overige afstromende hemelwater (niet doorlaatbare verharde oppervlakten, overloop regenwaterput, …) moet worden geïnfiltreerd en/of – wanneer de bodem geen of slechts beperkte infiltratie toelaat - gebufferd. Slechts een zeer beperkte hoeveelheid mag worden afgevoerd. Er moet minstens voldaan zijn aan de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.

Riolering: voorkomen > scheiden > zuiveren

Het is verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in de RegenWaterAfvoerleiding en regenwater in de DroogWeerAfvoerleiding. Het is uiteraard verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in een oppervlaktewater als er kan aangesloten worden op DroogWeerAfvoerleiding. De lozing van huishoudelijk afvalwater in de gewone oppervlaktewateren of in de kunstmatige afvoerwegen voor hemelwater moet voldoen aan de voorwaarden opgenomen in deel 4 van Vlarem II.”

Conclusie: 

Gelet op de aard van de aangevraagde activiteiten en mits naleving van de opgelegde voorwaarden zullen er geen schadelijke effecten zijn op het watersysteem. Bijgevolg wordt voldaan aan artikel 1.3.1.1. van het decreet betreffende het integraal waterbeleid, meer bepaald de watertoets.

 

Mer-screening

Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

 

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen bosgebied.

Het perceel is niet gelegen binnen vogelrichtlijngebied.

Het perceel is niet gelegen binnen VEN-gebied.

Het perceel is niet gelegen binnen habitatrichtlijngebied.

Het perceel is niet gelegen binnen natuurgebied.

De aanvraag doorstaat de natuurtoets.

 

Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

Mobiliteit

Huidige aanvraag beoogt het bouwen van een woning met kapperszaak en een bijgebouw. De aanvraag voorziet de aanleg van een inrit met aan de straat een breedte van 4,5 meter aan de rechterzijde van het perceel. Er worden twee parkeerplaatsen voorzien links in de voortuin, aangelegd met grasdallen. De totale verharding bestaat uit 35m² grasdallen en 64m² waterdoorlatende klinkerverharding. Verder wordt er nog een karrenspoor in waterdoorlatende klinkers voorzien in de zij- en achtertuinstrook tot aan de garage.

De impact op de lokale mobiliteit blijft gering.

 

Toegankelijkheid

Het gebouw is niet toegankelijk voor publiek waardoor niet voldaan dient te worden aan voorzieningen om de integrale toegankelijkheid te bereiken.

 

Decreet grond- en pandenbeleid

Niet van toepassing.

 

Scheidingsmuren

De aanvraag heeft betrekking op de oprichting, uitbreiding, afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars werden per aangetekend schrijven op de hoogte gesteld.

 

Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:

 

Functionele inpasbaarheid

Het betreft een ééngezinswoning met kapperszaak die opgericht wordt in een straat met meerdere ééngezinswoningen. Het gebouw is functioneel inpasbaar.

 

Mobiliteitsimpact

Huidige aanvraag beoogt het bouwen van een woning met kapperszaak en een bijgebouw. De aanvraag voorziet de aanleg van een inrit met aan de straat een breedte van 4,5 meter. Er wordt 83m² kiezel- en klinkerverharding aangelegd waarop twee parkeerplaatsen voorzien zijn. Verder wordt er nog 34m² kiezelverharding aangelegd rechts vooraan het perceel, gevolgd door een karrenspoor in waterdoorlatende klinkers in de zij- en achtertuinstrook tot aan de garage. Als de auto vooruit inrijdt is het onmogelijk om achteruit de Herentalsedijk te bereiken. Aan de garage is geen keermogelijkheid voorzien, tenzij over het gazon. In praktijk zal dit ertoe leiden dat de aangelegde kiezelverharding steeds gebruikt zal worden door de bewoners en de garage enkel dienst kan doen als fietsenstalling.

De impact op de lokale mobiliteit blijft gering. Echter is de ontworpen parkeersituatie verre van optimaal voor het perceel. Het is niet mogelijk de garage te gebruiken zoals voorzien, zonder bijkomende verhardingen aan te leggen.

 

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

Het perceel is gelegen langs de Herentalsedijk. Het perceel is 7a08 groot. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing met een residentieel karakter. Zowel links als rechts van de woning vinden we een ééngezinswoning in open bebouwing terug. Achteraan grenst het perceel aan velden en akkers.

Huidige aanvraag beoogt het bouwen van een ééngezinwoning met kapperszaak en een bijgebouw in de tuin. De woning heeft een bouwbreedte van 3 meter. De bouwdiepte bedraagt 17 meter. De woning wordt ingeplant op 12 meter uit de as van de weg. De afstand tot de linkse perceelsgrens bedraagt 3 meter. De afstand tot de rechter perceelsgrens bedraagt 3,50 meter. De woning telt 1 tot 2 bouwlagen onder het dak. De nokhoogte bedraagt 9,70 meter. De kroonlijsthoogte verieert tussen 3,5 meter en 5,85 meter. Achter de woning wordt een tegelterras van 22m² voorzien.

Het bijgebouw wordt ingeplant op 16,17 meter van de achtergevel. Het wordt ingeplant tegen de rechtse perceelsgrens. Het bijgebouw bestaat uit een overdekt terras met berging en een garage. De totale oppervlakte bedraagt 75m². Het gedeelte garage bevindt zich tegen de perceelsgrens en wordt voorzien van een plat dak waarvan de hoogte 3 meter bedraagt. Het overdekt terras/berging heeft een hellend dak met een nokhoogte van 5,77 meter. De kroonlijsthoogte bedraagt 3 meter.

De aanvraag voorziet de aanleg van een inrit met aan de straat een breedte van 4,5 meter aan de rechterzijde van het perceel. Er worden twee parkeerplaatsen voorzien links in de voortuin, aangelegd met grasdallen. De totale verharding bestaat uit 35m² grasdallen en 64m² waterdoorlatende klinkerverharding. Verder wordt er nog een karrenspoor in waterdoorlatende klinkers voorzien in de zij- en achtertuinstrook tot aan de garage.

Het volume van de woning,  het ruimtegebruik en de bouwdichtheid zijn aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

Er wordt gebruik gemaakt van recuperatie-gevelstenen voor het metselwerk en blauw-gesmoorde pannen voor het dak.

De woning wordt opgericht in kwaliteitsvolle, duurzame materialen. De esthetiek van de woning is aanvaardbaar.

 

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

 

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden  van 13 februari 2023 tot en met 14 maart 2023. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

Conclusie

Er wordt een voorwaardelijk gunstig advies afgeleverd.

 

Voorwaarden

De werken dienen te worden uitgevoerd conform de vergunde plannen.

Alle verhardingen dienen te worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen en dit zowel voor wat betreft de fundering als de afwerking.

Voorwaarden Riolering (afvalwater- hemelwater)

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater mag rechtstreeks worden aangesloten op de open gracht als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

Putten  dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Al het afvalwater, zowel het grijs als fecaal water, moet worden voorbehandeld via een septische put van minstens 3000L. De dimensionering moet worden afgestemd op het aantal inwoners (600L/persoon).

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

* De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.

* Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.

* Men dient de afvoeren van het volledige dak en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.

* De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 verschillende aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. Men dient te bekijken of men het herbruik kan optimaliseren door een extra aftappunt te voorzien zoals een wasmachine.

* De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

* Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.

* Het infiltratievolume dient minimum 4700 L te bedragen.

* De infiltratieoppervlakte dient minimum 7,52 m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Voorwaarden toegang tot het perceel

Er wordt één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m.

Men mag zelf een tijdelijke overwelving voorzien tijdens de bouwwerken onder volgende voorwaarden:

* Men mag een oprit voorzien van max. 5m waarbij de gracht wordt ingebuisd met een buis in pvc-materiaal met minstens een diameter van 200mm. Belangrijk is dat de buis op de bodem van de gracht gelegd wordt zodat de vloei van de gracht gegarandeerd is.

* De toegang mag niet uitgevoerd worden in niet-vastliggende materialen zoals steenslag, siergrind of dolomiet.

* Men mag het profiel van de gracht niet wijzigen.

* Men staat in voor een goede en vlotte waterafvoer.

* Men moet ervoor zorgen dat de (verkeers)veiligheid altijd gegarandeerd blijft.

* Na de bouwwerken verwijdert men de tijdelijke overwelving zelf en herstelt men alles in oorspronkelijke staat.

* Bij plaatsing en verwijdering van de tijdelijke overwelving verwittigt men de dienst Openbaar domein via openbaardomein@geel.be

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen:

* Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer volgens de technische fiche beschreven in het advies.

* De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.

 

 

Lasten

Niet van toepassing

 

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:


Voorwaarden

De werken dienen te worden uitgevoerd conform de vergunde plannen.

Alle verhardingen dienen te worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen en dit zowel voor wat betreft de fundering als de afwerking.

Voorwaarden Riolering (afvalwater- hemelwater)

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater mag rechtstreeks worden aangesloten op de open gracht als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

Putten  dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Al het afvalwater, zowel het grijs als fecaal water, moet worden voorbehandeld via een septische put van minstens 3000L. De dimensionering moet worden afgestemd op het aantal inwoners (600L/persoon).

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

* De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.

* Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.

* Men dient de afvoeren van het volledige dak en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.

* De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten minstens 2 verschillende aftappunten aangesloten worden op de hemelwaterput, waarvan één aftappunt voor de spoeling van toiletten. Men dient te bekijken of men het herbruik kan optimaliseren door een extra aftappunt te voorzien zoals een wasmachine.

* De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

* Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.

* Het infiltratievolume dient minimum 4700 L te bedragen.

* De infiltratieoppervlakte dient minimum 7,52 m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Voorwaarden toegang tot het perceel

Er wordt één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m.

Men mag zelf een tijdelijke overwelving voorzien tijdens de bouwwerken onder volgende voorwaarden:

* Men mag een oprit voorzien van max. 5m waarbij de gracht wordt ingebuisd met een buis in pvc-materiaal met minstens een diameter van 200mm. Belangrijk is dat de buis op de bodem van de gracht gelegd wordt zodat de vloei van de gracht gegarandeerd is.

* De toegang mag niet uitgevoerd worden in niet-vastliggende materialen zoals steenslag, siergrind of dolomiet.

* Men mag het profiel van de gracht niet wijzigen.

* Men staat in voor een goede en vlotte waterafvoer.

* Men moet ervoor zorgen dat de (verkeers)veiligheid altijd gegarandeerd blijft.

* Na de bouwwerken verwijdert men de tijdelijke overwelving zelf en herstelt men alles in oorspronkelijke staat.

* Bij plaatsing en verwijdering van de tijdelijke overwelving verwittigt men de dienst Openbaar domein via openbaardomein@geel.be

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen:

* Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer volgens de technische fiche beschreven in het advies.

* De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.