Terug
Gepubliceerd op 07/02/2023

2023_CBS_00258 - Belasting op het bouwen en/of wijzigen van grote projecten die betrekking hebben op kantoren, handelszaken en/of hotels. - Beslissen: Goedkeuren

College van Burgemeester en Schepenen
ma 06/02/2023 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur; Lucas Cools, beleidsadviseur stadsontwikkeling

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2023_CBS_00258 - Belasting op het bouwen en/of wijzigen van grote projecten die betrekking hebben op kantoren, handelszaken en/of hotels. - Beslissen: Goedkeuren 2023_CBS_00258 - Belasting op het bouwen en/of wijzigen van grote projecten die betrekking hebben op kantoren, handelszaken en/of hotels. - Beslissen: Goedkeuren

Motivering

Aanleiding en context

De financiële toestand van de stad.

Het is gerechtvaardigd om bij realisaties, in uitvoering van een vergunning voor het bouwen, verbouwen en/of wijzigen van grote projecten die betrekking hebben op kantoren, handelszaken en/of hotels een belasting te heffen omdat dit een impact heeft op de kosten voor het aanleggen en het beheer van het openbaar domein en de omgeving.

Argumentatie

Gelet op de financiële toestand van de stad.

Het bouwen, verbouwen en/of wijzigen van grote projecten die betrekking hebben op kantoren, handelszaken en/of hotels heeft een impact op het openbaar domein en de omgeving door bijkomende mobiliteits- en parkeerdruk, bijkomende slijtage, onderhoud en herstellingen van wegen en verharde bermen, bijkomende kosten voor het beheer en onderhoud van het gemeentelijk rioleringsstelsel, omgevingshinder voor de omwonenden en dergelijke. Daarom is het gerechtvaardigd om een financiële bijdrage te vragen. We gaan hierna dieper in op deze algemene motivatie.

De groei aan grootschalige bouwprojecten en het aansnijden van de open ruimte heeft heel wat gevolgen, onder meer op het vlak van klimaat, leefmilieu en verkeer. De stad wenst dus de financiële en maatschappelijke gevolgen van dergelijke realisaties op te vangen. Voorheen legde de stad bij sommige omgevingsvergunningen een stedenbouwkundige ontwikkelingskost op. Deze belasting vervangt die last. Bovendien bestaat er een vergelijkbare belasting op het bouwen van meervoudige woningbouwprojecten. Het is logisch om, niet discriminerend, ook deze functies vanuit een gelijkaardige (zij het niet identieke) argumentatie te belasten.

Bijkomende kantoor-, handels-, groothandelsruimtes en hotels brengen heel wat bijkomende kosten voor de stad met zich mee. Deze zijn het gevolg van de verzwaring van de lasten op het openbaar domein die blijvend aan het project verbonden zijn, zoals toename van mobiliteit, het aanleggen van bijkomende infrastructuur, nutsvoorzieningen, groenbehoeften en dergelijke. Dit is bij uitstek het geval voor grote projecten waarbij meer kantoren-, handelszaken en/of hotels gerealiseerd worden. De aan- en afgaande bewegingen voor mobiliteit van de bezoekers, klanten, afhalingen en uitleveringen zijn er talrijk en meestal groter dan bij functies waar enkel de mobiliteitsbehoeften van werknemers en leveringen spelen zoals bij productie of logistiek. Bij deze laatste functies is de waarschijnlijkheid ook groter dat de creatie van een aanzienlijk aantal langdurige arbeidsplaatsen (in grootteorde van meer dan enkele tientallen) extra maatschappelijke waarde creëert. Omdat de belasting voor de tewerkstelling zo weinig mogelijk ontmoedigende effect zou hebben richt ze zich dan ook niet op de industriële of logistieke sector.

De vrijstelling voor bepaalde instellingen is verantwoord omwille van het maatschappelijk doel dat zij verwezenlijken.

Juridische grond

De grondwet;

Het decreet van 30 mei 2008 over de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Het decreet lokaal bestuur;

De omzendbrief KB ABB 2019/2 over de gemeentefiscaliteit;

Omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen legt het volgende voor aan de gemeenteraad:

Artikel 1

De gemeenteraad keurt het reglement in bijlage goed.

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 2

Het college keurt het reglement als bijlage voorlopig goed en zal het aan de gemeenteraad voorleggen voor goedkeuring.