Terug
Gepubliceerd op 20/06/2023

2023_CBS_01781 - Omgevingsvergunning - Het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning (V202300003joh), gelegen Aardseweg , kadastraal afdeling 2, sectie B, nrs. 688F3, 688T, 688V - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 19/06/2023 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2023_CBS_01781 - Omgevingsvergunning - Het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning (V202300003joh), gelegen Aardseweg , kadastraal afdeling 2, sectie B, nrs. 688F3, 688T, 688V - Vergunning 2023_CBS_01781 - Omgevingsvergunning - Het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning (V202300003joh), gelegen Aardseweg , kadastraal afdeling 2, sectie B, nrs. 688F3, 688T, 688V - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 19/06/2023 (bindende eindtermijn)


  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in: 

woongebied

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Het bouwterrein is niet gelegen in een goedgekeurde, niet vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan. 

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend: 

  • Oud dossier VLAREM (1969/A/01334) voor mazouttank - GEEN BESLISSING op .
  • Stedenbouwkundige vergunning (2007/00021) voor het bouwen van een gekoppelde eengezinswoning met garage - goedgekeurd op 12/02/2007.
  • Stedenbouwkundige vergunning (00887) voor nieuwbouw eengezinswoning - goedgekeurd op 08/02/1954.
  • Stedenbouwkundige vergunning (00611) voor nieuwbouw eengezinswoning - goedgekeurd op 03/03/1952.
  • Stedenbouwkundig attest 2487 voor het verbouwen van een gekoppelde eengezinswoning en het wijzigen van de perceelsgrens - positief gevonden op 05/12/2022.
  • Milieuvergunning 1992/M3/00383 voor mazouttank - goedgekeurd op 08/08/1994.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De aanvraag betreft het een verkaveling voor het creëren van 1 lot voor open bebouwing.

De inplanting zorgt voor een optimaal gebruik van de aanwezige ruimte zodat voor elke woning een

aangename achtertuin wordt gecreëerd. Aan de voorzijde van de woning is er plaats voor een

praktische oprit naar de garage. 

 

  1. Openbaar onderzoek

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd gehouden van 25 februari 2023 t.e.m. 26 maart 2023. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

 

  1. Adviezen

Op 7 juni 2023 werd het advies ontvangen van Provincie Antwerpen

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

Op 16 februari 2023 werd het advies ontvangen van Telenet

Advies: volledig gunstig

 

Op 16 februari 2023 werd het advies ontvangen van Pidpa

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

Op 2 maart 2023 werd het advies ontvangen van Fluvius System Operator

Advies: gunstig

 

Op 21 februari 2023 werd het advies ontvangen van Proximus

Advies: gunstig

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

(Artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichtingen en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

Watertoets

Advies waterbeheerder

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

Mer-screening

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Goede ruimtelijke ordening

Opportuniteitstoets

Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een omgevingsvergunning te worden geweigerd indien het aangevraagde onverenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De beoordelingsgronden van de goede ruimtelijke ordening worden omschreven in art. 4.3.1§2 van de VCRO. 

 

Functionele inpasbaarheid

Het verkavelen in 1 lot voor een eengezinswoning stelt geen beperking aan het gebruik van het perceel. De bestemming van het perceel wordt door de aanvraag niet geschaad. De aanvraag is functioneel in overeenstemming met de functies van de omliggende percelen en deze in de ruimere omgeving van het project. 

Ruimtegebruik – schaal- bouwdichtheid.

De aanvraag heeft een impact op het ruimtegebruik van het perceel. Er wordt immers een bijkomend lot voorzien. Dit is echter voor een vrijstaande eengezinswoningen en dus volledig in overeenstemming met het ruimtegebruik in de omgeving. Het project is qua schaal in overeenstemming met de omgeving van dit project.  

Visueel-vormelijke aspecten.

De aanvraag heeft geen impact op de visueel-vormelijke uitstraling van de percelen in het straatbeeld. De toekomstige bebouwing zal ook de visuele ordening van de straat volgen.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.

Mobiliteit

De aanvraag tot verkaveling heeft geen invloed op de mobiliteit. Ook de toekomstige bebouwing op dit lot zal geen extra verkeerdruk met zich meebrengen omdat het eengezinswoningen betreft, waarvoor parkeergelegenheid op het eigen terrein zal worden voorzien.

Bodemreliëf

De aanvraag heeft geen impact op het bodemreliëf.

Hinderaspecten – gezondheid

De aanvraag brengt geen extra hinder met zich mee voor de omgeving en heeft geen impact op de  gezondheidsaspecten in de omgeving.

 

Er kan geconcludeerd worden dat het project in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening en aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden  van 25 februari 2023 tot en met 26 maart 2023. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeeld deze als volgt:

  • Het advies van Provincie Antwerpen, afgeleverd op 7 juni 2023, is voorwaardelijk gunstig.
  • Het advies van Telenet, afgeleverd op 16 februari 2023, is gunstig.
  • Het advies van Pidpa, afgeleverd op 16 februari 2023, is voorwaardelijk gunstig.
  • Het advies van Fluvius System Operator, afgeleverd op 2 maart 2023, is gunstig.
  • Het advies van Proximus, afgeleverd op 21 februari 2023, is gunstig.

 

Besluit

Er wordt een gunstig advies gegeven onder volgende voorwaarden:

 

De verkaveling dient te worden uitgevoerd overeenkomstig het goedgekeurde verkavelingsplan.

Alle bebouwing op het perceel dient te worden gesloopt vooraleer de verkaveling van kracht kan worden.

Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).

De bijgevoegde stedenbouwkundige voorschriften, opgesteld door de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dienen te worden toegepast.

De houder van de vergunning dient de verkaveling uit te rusten met voorzieningen van openbaar nut. Deze omvatten water, gas, elektriciteit en alle beschikbare TV- en telefonie infrastructuur met inbegrip van de universele dienstverlener tot in de woning.

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Pidpa dd. 16/02/2023 met kenmerk 199173.

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van de dienst Integraal Waterbeleid dd. 07/06/2023 met kenmerk WAAD-2023-1003 bij toekomstige bebouwing en in het bijzonder met volgende voorwaarden:

  • De bodem van de toekomstige infiltratievoorziening mag niet lager dan 50 cm onder het maaiveld worden geplaatst. 
  • De toekomstige infiltratievoorziening dient correct gedimensioneerd te worden, rekening houdend met nuttige oppervlaktes en volumes. 
  • Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. o De toekomstige woning dient te worden opgetrokken op palen of een overstroombare kruipruimte. 
  • Er moet overstromingsvrij gebouwd worden (vloerpeil op minstens 18,93 mTAW (= in het advies vermeld getal + 30cm naar boven afronden). 
  • De eigenaar dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om op zijn eigen goed waterschade te voorkomen.

 

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

     

    De verkaveling dient te worden uitgevoerd overeenkomstig het goedgekeurde verkavelingsplan.

    Alle bebouwing op het perceel dient te worden gesloopt vooraleer de verkaveling van kracht kan worden.

    Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).

    De bijgevoegde stedenbouwkundige voorschriften, opgesteld door de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dienen te worden toegepast.

    De houder van de vergunning dient de verkaveling uit te rusten met voorzieningen van openbaar nut. Deze omvatten water, gas, elektriciteit en alle beschikbare TV- en telefonie infrastructuur met inbegrip van de universele dienstverlener tot in de woning.

    Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Pidpa dd. 16/02/2023 met kenmerk 199173.

    Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van de dienst Integraal Waterbeleid dd. 07/06/2023 met kenmerk WAAD-2023-1003 bij toekomstige bebouwing en in het bijzonder met volgende voorwaarden:

    • De bodem van de toekomstige infiltratievoorziening mag niet lager dan 50 cm onder het maaiveld worden geplaatst. 
    • De toekomstige infiltratievoorziening dient correct gedimensioneerd te worden, rekening houdend met nuttige oppervlaktes en volumes. 
    • Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. o De toekomstige woning dient te worden opgetrokken op palen of een overstroombare kruipruimte. 
    • Er moet overstromingsvrij gebouwd worden (vloerpeil op minstens 18,93 mTAW (= in het advies vermeld getal + 30cm naar boven afronden). 
    • De eigenaar dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om op zijn eigen goed waterschade te voorkomen.