UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 27/03/2023
Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2022131937
Dossiernummer gemeente: 202200531
De gemeente Geel heeft op 22 november 2022 een aanvraag ontvangen voor het verbouwen van een woning met handelspand tot ééngezinswoning. De aanvraag werd op 12 december 2022 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
de heer Jelle Peeters wonende te Lupinestraat 16 te 2400 Mol en de heer Wim STERCKX wonende te Grotweg 17 te 2440 Geel
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Stationsstraat 42
Kadastrale ligging: afdeling 6 sectie G nr. 877K2
Verslag
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:
woongebied
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is volgens het bijzonder plan van aanleg Statieplein goedgekeurd op 10 januari 2000
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel goedgekeurd op 10 april 2012gelegen in Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is gesitueerd in een bijzonder plan van aanleg. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg.De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is niet in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
Voor de hoogte van de voorgevel wordt een afwijking gevraagd.
Verordeningen
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.
algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.
algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
het betreft het verbouwen van een woning met handelspand naar een ééngezinswoning en een functiewijziging van handelspand naar een ééngezinswoning.
Het gebouw blijft behouden. Enkel wordt er in de voorgevel een stuk gevel opgebouwd. Hiervoor wordt een afwijking aangevraagd. Dit om de zolder ruimte te maken voor 3 slaapkamers. Ook is er zo een beter overgang van het hogere rechtergebouw naar het linkergebouw.
Achteraan wordt er een raam voorzien in de bestaande achtergevel op de verdieping. De keuken wort hierdoor van meer licht voorzien.
De bestaande gevels van de achterbouw worden geïsoleerd met PIR isolatie en afgewerkt met een houten beplanking.
De functie van het gebouw wordt omgevormd tot eéngezinswoning.
De voorgevel van het pand wordt wit geschilderd. Het buitenschrijnwerk wordt uitgevoerd in een antracietkleurig
aluminium. Het pand heeft deels een hellend dak met leien en deels een plat dak.
Er wordt een inpandige garage in de voorgevel voorzien.
Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 22 december 2022 t.e.m. 20 januari 2023. Er werd een bezwaarschrift ingediend.
Inhoud bezwaarschrift
-de huidige eigenaars wensen een terras op de eerste verdieping te maken waardoor er inkijk ontstaat op onze eigendom. Er moet minimaal 1,90m afstand bewaard blijven van de buitenzijde van ons pand.
-het bouwwerk waar het dakterras zou opkomen zou zonder de nodige vergunning zijn bijgebouwd.
-er wordt een toegangsdeur voorzien dewelke onmiddellijke toegang tot ons perceel verschaft aan de achterzijde.
-er werd reeds een nieuw dak geplaatst waar meer dan waarschijnlijk bouwmaterialen werden verwijderd die asbest zou bevatten (schalies). Er werd geen enkele zichtbare vorm van bescherming of voorziene verpakking met betrekking tot verwijderine/afbraak van asbest-bevattende materialen voorzien
-er werd al een dakkapel geplaatst (vergunning)
Evaluatie bezwaarschrift
-De huidige eigenaars wensen een terras op de eerste verdieping te maken waardoor er inkijk ontstaat op onze eigendom. Er moet minimaal 1,90m afstand bewaard blijven van de buitenzijde van ons pand.
Dit is gegrond owv volgend artikel:
Het artikel 3.132 van boek 3 van het Burgerlijk Wetboek verduidelijkt dat voortaan een nieuwe regeling geldt voor alles wat licht en lucht doorlaat en dat het oude onderscheid tussen (i) lichten en uitzichten, (ii) rechte en schuine uitzichten en (iii) uitzichten
op de gelijkvloerse en hoger gelegen verdiepingen is afgeschaft.
Voortaan mag de eigenaar van een gebouw volgens de tekst van de wet, vensters met doorzichtige beglazing, muuropeningen,
balkons, terrassen of soortgelijke werken aanbrengen voor zover deze op een rechte afstand van minstens 1,9 meter van de
perceelsgrens zijn aangebracht (art. 3.132 Boek 3 BW).
-Het bouwwerk waar het dakterras zou opkomen zou zonder de nodige vergunning zijn bijgebouwd.
Het bouwwerk is vergund.
-Er wordt een toegangsdeur voorzien dewelke onmiddellijke toegang tot ons perceel verschaft aan de achterzijde.
Op de aangeleverde plannen in deze aanvraag wordt geen achterdeur voorzien/aangeduid.
-Er werd reeds een nieuw dak geplaatst waar meer dan waarschijnlijk bouwmaterialen werden verwijderd die asbest zou bevatten (schalies). Er werd geen enkele zichtbare vorm van bescherming of voorziene verpakking met betrekking tot verwijderine/afbraak van asbest-bevattende materialen voorzien
Verwijderen asbest
Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).
-Er werd al een dakkapel geplaatst (vergunning)
In deze vergunningsaanvraag wordt de dakkapel mee aangevraagd.
Op 9 december 2022 werd het advies ontvangen van Fluvius System Operator
Aangezien uw aanvraag niet gaat over een project (het bouwen van een meersgezinswoning of de aanpassing van het aantal eenheden), kunnen wij u via deze weg geen advies geven voor elektriciteit en aardgas en verwijzen we naar onze website: https://www.fluvius.be/nl/thema/aansluitingen
Advies: geen advies
Op 17 maart 2023 werd het advies ontvangen van Openbaar Domein
de dienst openbaar domein - team mobiliteit geeft een ongunstig advies omwille van de verkeersveiligheid. Er wordt een smalle garage voorzien. Bij het uitrijden is het pas mogelijk om een goed zicht te hebben op de straat vanaf dat je met de auto op de stoep en mogelijks ook deels op de rijbaan staat. Dit betekent dat door het blindelings moeten uitrijden er een grote kans is op conflicten of aanrijdingen met voetgangers en fietsers is.
Advies: volledig ongunstig
Op 6 maart 2023 werd het advies ontvangen van Openbaar Domein
Advies riolering
Aansluiting
Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein. Men dient de bestaande aansluiting te herbruiken en men moet zelf de huisaansluitputjes RWA en DWA plaatsen volgens volgende richtlijnen:
Riolering algemeen
Het gaat hier om een gesloten bebouwing. De afvoer van de achterzijde van het dak (hemelwater) komt samen met het afvalwater naar de voorzijde. De verbouwing is niet van die aard dat we kunnen verwachten dat ze het hemelwater van het afvalwater scheiden. Er is ook geen tuin achteraan waar het hemelwater naar toe zou kunnen gaan.
Men dient de afvoer van het dak aan de straatkant wel aan te sluiten op het huisaansluitputje RWA. De afvoer van het afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.
Afvalwater
De nieuwe private afvoeren afvalwater dient men aan te sluiten op de bestaande afvoeren.
Hemelwater
De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening is niet van toepassing op deze verbouwing.
Keuring Privéwaterafvoer
Men is bij deze verbouwing niet verplicht om een keuring van de privéwaterafvoer te laten uitvoeren.
Advies toegang tot het perceel
Er wordt een inpandige garage voorzien. Dit betekent dat deze ook vanuit het openbaar domein bereikbaar moet zijn. Het openbaar domein zal moeten worden aangepast (boordsteenverlaging, …) om de garage toegankelijk te maken. Bij een perceelsbreedte van minder dan 12m mag slechts de helft ervan als toegang dienen. Concreet betekent dit dat er een toegang voorzien kan worden met een breedte van maximum 2m70.
Men mag zelf geen aanpassingen aan het openbaar domein uitvoeren. Men moet dit aanvragen. De kosten voor de aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.
Advies: voorwaardelijk gunstig
Niet van toepassing.
Planologische toets
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
(Artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichtingen en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).
Wegenis
Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
Watertoets
Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Enkel wordt bij toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden door de plaatsing van een hemelwaterput of de aanleg van een infiltratievoorziening.
Mer-screening
Niet van toepassing
Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening
Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:
Functionele inpasbaarheid
Het betreft het verbouwen van een bestaande woning met handelspand naar een gesloten ééngezinswoning. De functie van het gebouw wordt omgevormd tot ééngezinswoning.
In de straat zijn meerdere ééngezinswoningen aanwezig. Het gebouw is functioneel inpasbaar.
Mobiliteitsimpact
De aanvraag is niet in overeenstemming met art. 18 van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake parkeren en stallen van auto’s en fietsen.
– Indien de voorgevel deel uitmaakt van een gesloten gevelrij worden er geen garagepoorten voorzien in de voorgevel indien er andere mogelijkheden zijn om de auto’s te stallen op het eigen perceel.
– Indien er geen andere mogelijkheden zijn dient de garagepoort in de voorgevel te voldoen aan onderstaande voorwaarden:
– De gelijkvloerse verdieping heeft geen volledig gesloten karakter; er moeten aldus deels ramen of openingen worden voorzien. Hiertoe mag maximum 1/2de van de totale gevelbreedte ingevuld worden met een garagepoort.
– De plaatsing van garagepoorten doet geen afbreuk aan de architecturale of kunsthistorische kwaliteiten van de gevel en de straatwand.
– Uitzondering kan gemaakt worden voor poorten die toegang verlenen tot een collectieve garage (tenminste 4 wagens) voor zover er geen afbreuk wordt gedaan aan de kunsthistorische of architecturale kwaliteiten van deze gevel.
Ingevolge artikel 18 van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake parkeren en stallen van auto’s en fietsen mag de gelijkvloerse verdieping geen volledig gesloten karakter hebben. Dit door toevoeging van ramen of openingen. Wat in dit geval zeer beperkt is. De poort bedraagt meer dan de toegelaten afmetingen. nl. meer dan 1/2e van de totale voorgevel breedte.(zie grondplan in bijlage)
De bedoeling van het artikel is duidelijk om geen gesloten wand te verkrijgen enkel bij uitzondering indien er geen andere stallingsmogelijkheden bestaan. En in dat uitzonderingsgeval wordt dan ook nog uitdrukkelijk meegegeven dat er geen gesloten sokkel mag ontstaan.
De plaatsing van garagepoorten doet afbreuk aan de architecturale en kunsthistorische kwaliteiten van de gevel en de straatwand.
Verder is het voorzien van een garage op deze locatie is onaanvaardbaar omwille van verkeersveiligheid. Hiervoor wordt tevens verwezen naar het advies van Team Mobiliteit:
"Bij het uitrijden is het pas mogelijk om een goed zicht te hebben op de straat vanaf dat je met de auto op de stoep en mogelijks ook deels op de rijbaan staat. Dit betekent dat door het blindelings moeten uitrijden er een grote kans is op conflicten of aanrijdingen met voetgangers en fietsers is."
Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid
Conclusie
Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag niet in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.
Resultaten openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 22 december 2022 tot en met 20 januari 2023. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werd er een bezwaarschrift ontvangen.
Inhoud bezwaarschrift
-de huidige eigenaars wensen een terras op de eerste verdieping te maken waardoor er inkijk ontstaat op onze eigendom. Er moet minimaal 1,90m afstand bewaard blijven van de buitenzijde van ons pand.
-het bouwwerk waar het dakterras zou opkomen zou zonder de nodige vergunning zijn bijgebouwd.
-er wordt een toegangsdeur voorzien dewelke onmiddellijke toegang tot ons perceel verschaft aan de achterzijde.
-er werd reeds een nieuw dak geplaatst waar meer dan waarschijnlijk bouwmaterialen werden verwijderd die asbest zou bevatten (schalies). Er werd geen enkele zichtbare vorm van bescherming of voorziene verpakking met betrekking tot verwijderen/afbraak van asbest-bevattende materialen voorzien
-er werd al een dakkapel geplaatst (vergunning)
Evaluatie bezwaarschrift
-De huidige eigenaars wensen een terras op de eerste verdieping te maken waardoor er inkijk ontstaat op onze eigendom. Er moet minimaal 1,90m afstand bewaard blijven van de buitenzijde van ons pand.
Dit is gegrond owv volgend artikel:
Het artikel 3.132 van boek 3 van het Burgerlijk Wetboek verduidelijkt dat voortaan een nieuwe regeling geldt voor alles wat licht en lucht doorlaat en dat het oude onderscheid tussen (i) lichten en uitzichten, (ii) rechte en schuine uitzichten en (iii) uitzichten
op de gelijkvloerse en hoger gelegen verdiepingen is afgeschaft.
Voortaan mag de eigenaar van een gebouw volgens de tekst van de wet, vensters met doorzichtige beglazing, muuropeningen,
balkons, terrassen of soortgelijke werken aanbrengen voor zover deze op een rechte afstand van minstens 1,9 meter van de
perceelsgrens zijn aangebracht (art. 3.132 Boek 3 BW).
-Het bouwwerk waar het dakterras zou opkomen zou zonder de nodige vergunning zijn bijgebouwd.
Uit vorige vergunningen blijkt dat dit wel degelijk vergund is.
-Er wordt een toegangsdeur voorzien dewelke onmiddellijke toegang tot ons perceel verschaft aan de achterzijde.
Op de aangeleverde plannen in deze aanvraag wordt geen achterdeur voorzien/aangeduid.
-Er werd reeds een nieuw dak geplaatst waar meer dan waarschijnlijk bouwmaterialen werden verwijderd die asbest zou bevatten (schalies). Er werd geen enkele zichtbare vorm van bescherming of voorziene verpakking met betrekking tot verwijderen/afbraak van asbest-bevattende materialen voorzien
Verwijderen asbest
Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).
-Er werd al een dakkapel geplaatst (vergunning)
In deze vergunningsaanvraag wordt de dakkapel normaal mee aangevraagd.
Bespreking adviezen
De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:
Conclusie
ONGUNSTIG ADVIES
Er wordt geen garagepoort toegelaten bij aaneengesloten bebouwing.
Gelet op art. 18 van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake parkeren en stallen van auto’s en fietsen.
Art. 18 : Het aanbrengen van garagepoorten in de voorgevel bij aaneengesloten bebouwing.
- Indien de voorgevel deel uitmaakt van een gesloten gevelrij worden er geen garagepoorten voorzien in de voorgevel indien er andere mogelijkheden zijn om de auto’s te stallen op het eigen perceel.
- Indien er geen andere mogelijkheden zijn dient de garagepoort in de voorgevel te voldoen aan onderstaande voorwaarden :
Ingevolge artikel 18 van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake parkeren en stallen van auto’s en fietsen mag de gelijkvloerse verdieping geen volledig gesloten karakter hebben. Dit door toevoeging van ramen of openingen. Wat in dit geval zeer beperkt is. De poort bedraagt meer dan de toegelaten afmetingen. nl. meer dan 1/2e van de totale voorgevel breedte.(zie grondplan in bijlage)
De bedoeling van het artikel is duidelijk om geen gesloten wand te verkrijgen enkel bij uitzondering indien er geen andere stallingsmogelijkheden bestaan. En in dat uitzonderingsgeval wordt dan ook nog uitdrukkelijk meegegeven dat er geen gesloten sokkel mag ontstaan.
De plaatsing van garagepoorten doet afbreuk aan de architecturale en kunsthistorische kwaliteiten van de gevel en de straatwand.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van openbaar domein: mobiliteit
de dienst openbaar domein - team mobiliteit geeft een ongunstig advies omwille van de verkeersveiligheid. Er wordt een smalle garage voorzien. Bij het uitrijden is het pas mogelijk om een goed zicht te hebben op de straat vanaf dat je met de auto op de stoep en mogelijks ook deels op de rijbaan staat. Dit betekent dat door het blindelings moeten uitrijden er een grote kans is op conflicten of aanrijdingen met voetgangers en fietsers is.
Lasten
Niet van toepassing
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich niet aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager die ertoe gehouden is om volgende voorwaarden strikt na te leven:
De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Fluvius;
Aangezien uw aanvraag niet gaat over een project (het bouwen van een meersgezinswoning of de aanpassing van het aantal eenheden), kunnen wij u via deze weg geen advies geven voor elektriciteit en aardgas en verwijzen we naar onze website: https://www.fluvius.be/nl/thema/aansluitingen
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van openbare werken:
Men dient de bestaande aansluiting te herbruiken en men moet zelf de huisaansluitputjes RWA en DWA plaatsen volgens de richtlijnen beschreven in het advies riolering.
Men dient de afvoer van het dak aan de straatkant aan te sluiten op het huisaansluitputje RWA. De afvoer van het afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.
De nieuwe private afvoeren afvalwater dient men aan te sluiten op de bestaande afvoeren.
Men mag zelf geen aanpassingen aan het openbaar domein uitvoeren. Men moet dit aanvragen. De kosten voor de aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.
De woning moet voldoen aan de EPB-eisen.
Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.
De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.
Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.
Het gebouw dat wordt gesloopt/verbouwd bevat op basis van de datum van oprichting en/of renovatie mogelijk asbesthoudende bouwmaterialen. Voor de sloop van het gebouw moet u nagaan of asbesthoudende bouwmaterialen gebruikt werden.
Om na te gaan of er asbesthoudende toepassingen gebruikt werden in het gebouw, kan je via https://www.ovam.be/asbest-herkennen-0 meer informatie terugvinden. Ben je niet zeker van de gebruikte materialen of wil je geen risico nemen om je eigen gezondheid of dat van je buren in gevaar te brengen, kan je steeds een asbestinventaris laten opmaken door een asbestdeskundige inventarisatie.
Als er asbesthoudende bouwmaterialen aanwezig zijn in het gebouw moeten deze correct en veilig verwijderd worden. De activiteiten die verbonden zijn aan het werken met asbesthoudende bouwmaterialen mogen geen vrijstelling van asbestvezels of asbeststof veroorzaken.
De volgende asbesthoudende toepassingen kunnen zelf worden verwijderd of door een aannemer die erkend is om werken onder eenvoudige handelingen uit te voeren, voor zover deze via eenvoudige handelingen (bv. vlot losschroeven) kunnen worden weggenomen:
• hechtgebonden asbest die niet beschadigd is of waarbij er geen vrije vezels zichtbaar zijn en waarbij verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand
• hechtgebonden asbest die beschadigd is of waarbij er vrije vezels zichtbaar zijn en die verwerkt is in een buitentoepassing waarbij geen derden aanwezig zijn, voor zover de verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand
• asbesthoudend plaatmateriaal, asbestkarton, asbestcement in binnentoepassingen waarbij er geen bevestigingssysteem aanwezig is zoals schroeven, nagels of lijm, voor zover het asbest gefixeerd is en het weggenomen en verpakt wordt zonder gereedschappen te gebruiken voor demontage
• asbesthoudende koorden, dichtingen of pakkingen, remvoeringen en analoge materialen
Alle andere toepassingen mogen enkel verwijderd worden door gespecialiseerde asbestverwijderaars. Een overzicht van de erkende asbestverwijderaars in België vindt u hier: https://werk.belgie.be/nl/erkenningen/erkenning-asbest-bedrijven-erkend-voor-afbraak-verwijderingswerken.
De werken voor het verwijderen van asbest mag geen risico vormen voor je eigen gezondheid of voor de omgeving. Bij het verwijderen van asbesthoudende toepassingen moet u voldoen aan volgende voorwaarden om vezelverspreiding en blootstelling aan asbestvezels te voorkomen:
• Voor persoonlijke bescherming tegen blootstelling wordt gebruik gemaakt van een stofmasker type P3 of gelijkwaardig stofmasker.
• bevochtigen of fixeren van het materiaal
• de elementen één voor één verwijderen, bij voorkeur manueel, gebruik makend van handwerktuigen of in laatste instantie traagdraaiend gereedschap. Het gebruik van mechanische werktuigen met grote snelheid (schuurschijven, slijpmachines, boormachines, e.d.), hogewaterdrukreinigers en luchtcompressoren, voor het bewerken, snijden of schoonmaken van objecten of ondergronden in asbesthoudend materiaal, objecten of ondergronden bekleed met asbesthoudend materiaal of voor het verwijderen van asbest is verboden
• de materialen niet gooien, je moet ze rustig neerleggen.
• de materialen niet breken
• de materialen opslaan in gesloten verpakking
• bij de werkzaamheden mogen geen minderjarigen aanwezig zijn.
Behandeling van afval
De asbesthoudende toepassingen worden afzonderlijk opgeslagen en niet gemengd met het andere sloopafval.
Tijdens het vervoer, het laden en het lossen van afvalstoffen die asbestvezels of asbeststof bevatten, deze vezels en stof niet vrijkomen in de lucht en geen vloeistoffen worden verloren die asbestvezels kunnen bevatten.
Afvalstoffen die asbestvezels of -stof bevatten, zodanig worden behandeld, verpakt zijn of afgedekt, met inachtneming van de plaatselijke omstandigheden, dat er geen asbestdeeltjes in het milieu terechtkomen.
Asbestafval wordt afgevoerd naar een erkende stortplaats. U bezorgt de stortattesten binnen de 2 maanden na afbraak van het gebouw aan de milieutoezichthouder van stad Geel via milieu@geel.be.
Hinder naar de buurt moet zoveel mogelijk worden voorkomen. De verantwoordelijke neemt maatregelen ter voorkoming van hinder in de omgeving ten gevolge van o.a. stof, geluid, geur, water, afval,... Te allen tijde worden de werken uitgevoerd in overstemming met de van toepassing zijnde voorwaarden uit VLAREM II en de politiecodex.
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
Het college van burgemeester en schepenen is van oordeel dat de vergunning niet in strijd is met de goede ruimtelijke ordening. Eengezinswoningen moeten gestimuleerd worden in het centrum van de stad en het is belangrijk dat de centrumstraten van Geel ook nieuwe bebouwing kunnen aantrekken en toelaten. Dit is een goed voorbeeld om aan te tonen dat nieuwe projecten in het centrum wel nog mogelijk zijn en dat wonen in het centrum zeker niet uitgesloten is.
Er moet wel een duidelijk zichtbaar licht geplaatst worden om de veiligheid van de voetgangers, fietsers en andere weggebruikers te garanderen.