Terug
Gepubliceerd op 24/01/2023

2023_CBS_00144 - Omgevingsvergunning - het verbouwen van een woning - langs Wijdbos 25 (202200516)HB - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 23/01/2023 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur; Greet Verwerft, Deskundige Ruimtelijke ordening

Afwezig

Nadine Laeremans

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2023_CBS_00144 - Omgevingsvergunning - het verbouwen van een woning - langs Wijdbos 25 (202200516)HB - Vergunning 2023_CBS_00144 - Omgevingsvergunning - het verbouwen van een woning - langs Wijdbos 25 (202200516)HB - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 30/01/2023

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2022148318

Dossiernummer gemeente: 202200516

 

De gemeente Geel heeft op 10 november 2022 een aanvraag ontvangen voor het verbouwen van een woning.. De aanvraag werd op 1 december 2022 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Nina Belmans wonende te Wijdbos 25 te 2440 Geel en de heer Wiet Janssens wonende te Wijdbos 25 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Wijdbos 25

Kadastrale ligging: afdeling 1 sectie I nrs. 1228B en 1229A

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niert van toepassing.

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Omgevingsvergunning 202000269/OMV_2020061145 voor ven  ontheffing kruidruimingen molse nete te geel en mol, vegetatiewijziging goedgekeurd op 10/08/2020.
  • Stedenbouwkundige vergunning (08840) voor nieuwbouw woonhuis met dokterspraktijk - goedgekeurd op 30/03/1987.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

het betreft het verbouwen  van een vrijstaande woning.

de woning wordt opgewaardeerd tot een eengezinswoning met een duurzaam karakter zowel in de betekenis van gebruik, comfort als energieprestatie.

Het ontwerp zet in op kwaliteitsvol wonen met aandacht voor de omgeving. Het ontwerp kan opgevat worden als een

combinatie van 3 ingrepen op het bestaande volume:

• Aanpassen van het dakvolume

• Toevoegen van een pergola

• Plaatsen van een tuinmuur

Het aanpassen van het dakvolume is nodig om de slaapkamers van de 4 kinderen en de opdrachtgevers boven te kunnen organiseren en zo het nacht en dag-gedeelte op een heldere manier te scheiden. De bestaande dakvorm laat het niet toe om te proviteren van het uitzicht op de achterliggende velden en zorgt voor zijn aanzethoogte voor een benauwd gevoel in de huidige slaapkamers. Het ontwerp biedt hier een antwoord op door aan de tuinzijde het dakgedeelte op te tillen; er ontstaat zo een vrije horizontale strook die over zijn volledige lengte wordt ingevuld met schrijnwerk en verzichten oplevert vanuit de slaapkamers naar de achterliggende velden. Aan de straatzijde is de verhoging beperkt zodat het aanzicht van de woning opgaat in het overheersende straatbeeld. De traphal zorgt voor een onderbreking van deze langgerekte dakvorm aan de straatzijde en geeft zo richting aan de formele toegang tot de woning.

 De toevoeging van de pergola-structuur is ontstaan vanuit een comforteis om de belangrijkste leefzone van de woning voldoende vrije hoogte te geven: de leefkeuken en eetruimte. Daarnaast is de zuidelijke oriëntatie met zonnewinsten tijdens de winter en risico tot oververhitting een belangrijke randvoorwaarde. De hoogtes van de bestaande ruimtes op het gelijkvloers zijn beperkt tot 2,55m en minder geschikt om kwalitatieve leefruimtes in te organiseren. De uitbreiding biedt hier met haar vrije hoogte en ononderbroken zichten een antwoord op. De betonnen pergola integreert de keuken in een heldere structuur die zich uitstrekt over de volledige breedte van de woning. De open delen geven ruimte aan een terras en bieden de mogelijkheid om klimplanten te laten overgroeien of schaduwdoeken te plaatsen die tijdens de zomer voor schaduw zorgen voor de achterliggend leefruimtes en in de winter de zon nog zullen doorlaten tot diep in de woning.

De laatste ingreep is voortgekomen uit de wens om privacy te creëren naar het naastgelegen perceel. Een brede tuinmuur vervult naast deze functie ook de wens van de bouwheer om voldoende bergruimte te maken voor het tuin- en klusmateriaal. Daarnaast kunnen zo aan de zijgevel van de woning de auto’s gestald worden en kunnen de verharde parkeerplaatsen aan de straatzijde vervangen worden door een weelderig groen. Het spreekt voor zich dat de nieuwe verharding die nodig zal zijn voor het stallen van de wagens aan de zijgevel voorzien wordt met waterdoorlatende verharding.

 

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 12 december 2022 werd het advies ontvangen van Fluvius System Operator

Op deze locatie is er voor de bestaande gebouwen een elektriciteitsaansluiting aanwezig. Als er noodzaak is aan bijkomend vermogen kan de klant hiervoor met ons contact opnemen via 078/ 35 35 34 of tboturnhout@fluvius.be.

 

Advies: volledig gunstig


Op 11 januari 2023 werd het advies ontvangen van Openbaar Domein

Advies riolering

Aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein.

Men dient de bestaande aansluiting op te zoeken en na te gaan of er huisaansluitputjes RWA en DWA aanwezig zijn:

  • Als er een aansluiting aanwezig is met huisaansluitputjes dan moet men deze herbruiken.
  • Als er geen aansluiting en/of geen huisaansluitputjes zijn, dan dient men contact op te nemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel.  Aquafin zal dan, in opdracht van Stad Geel, een aansluiting en/of putjes plaatsen.

Riolering algemeen

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

Putten moeten achter de bouwlijn geplaatst worden.

Huishoudelijk afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput waar beide afvoeren samenkomen om geurhinder te vermijden.

Eén van de twee bestaande septische putten blijft behouden voor de verwerking van het fecaal water. Dit is niet verplicht maar wordt wel toegestaan.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is

  • van toepassing op de woning: Men breidt de woning uit. Men is in principe niet verplicht om een hemelwaterput te voorzien, wel een infiltratievoorziening.
  • van toepassing op de verharding: De verhardingen betreffen het niet-waterdoorlatende terras (14m²) en het zwembad (40m²)   In totaal is deze verharde oppervlakte groter dan 40m² en moet men een infiltratievoorziening plaatsen.

Hemelwaterput

In principe is men bij deze verbouwing met uitbreiding niet verplicht om een hemelwaterput te plaatsen volgens de GSV. Er is echter een bestaande hemelwaterput, mee vergund in het oorspronkelijke bouwdossier op 30 maart 1987. Men wil de vergunde put dempen omdat deze anders onder de nieuwe uitbreiding (keuken en eetkamer) komt te liggen. Deze moet vervangen worden door een nieuwe put. Dus in dit opzicht is men wel verplicht om een hemelwateput te plaatsen. Volgens het funderingsplan wenst men een put te plaatsen van 10.000L waarop men alle afvoeren (m.u.v. afvoeren groendak) aansluit. Men zal het water herbruiken via een gevelkraan, voor de toiletten en voor de wasmachine wat gunstig is.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het dak van de woning hier op aan te sluiten (m.u.v. groendak).
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men dient de aftappunten te voorzien die worden voorgesteld in het dossier (gevelkraan, toiletten, wasmachine).
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

Infiltratievoorziening

Men voorziet een infiltratievoorziening met een volume van 3000L. De infiltratieoppervlakte is niet gekend. Men zal één van de twee bestaande septische putten omvormen tot een infiltratieput. De bodem wordt eruit gehaald en de wanden worden doorboord. 

Volgende afvoeren worden volgens plan aangesloten op de infiltratievoorziening:

  • overloop van de hemelwaterput
  • groendak
  • verharding terras
  • zwembad

Men dient de bekijken of het volume van 3000L voldoet. Bij de dimensionering van de infiltratievoorziening moet men volgende oppervlaktes in rekening brengen:

  • helft van opp. van het nieuwe groendak (=27m²)
  • opp. van nieuwe niet-groendak (=47m²)
  • deel van de opp. van het bestaande dak (=74m²)
  • opp. van het terras (=14m²)
  • opp. van het zwembad als dit verharde wanden heeft (=40m²).

Opmerking Zwembad

Als het gaat om een natuurlijke zwemvijver zonder verharde wanden, dan moet men dit niet mee in rekening brengen. Het is wel aangewezen om de overloop aan te sluiten op de infiltratievoorziening. De filter van het zwembad moet aangesloten worden op het DWA-tracé. Als het om een gecombineerd systeem gaat (overloop en filter) waarbij geen opsplitsing mogelijk is, dan dient men dit ook aan te sluiten op het DWA-tracé. 

Opmerking Verharding terras

Deze oppervlakte moet ook niet mee gerekend worden als men het laat afwateren naar groenzone. Als dit niet mogelijk is, dan aan te sluiten op de infiltratievoorziening en mee in te rekenen.

Opmerking Plaatsing hemelwaterput

Omdat men een hemelwaterput plaatst mag men 60m² in mindering brengen. Men mag niet meer dan 60m² in mindering brengen. Dit geldt enkel voor andere gebouwen dan eengezinswoningen.

Het is aangewezen om te opteren voor een infiltratievoorziening in de vorm van een open bekken, zoals een infiltratiekom of wadi. Hiervoor is zeker ruimte op het perceel. Het is voordeliger naar aanleg en onderhoud en infiltreert bovendien het meest effectief.

Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar het openbare rioleringsstelsel. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.
  • De minimale dimensionering hangt af van wat er mee ingerekend wordt:
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak + terras + zwembad met verharde wanden dan gelden volgende minimale waarden:
      • Het volume dient minimum 3550L te bedragen.
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 5,68m² te bedragen.
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak + terras dan gelden volgende minimale waarden: 
      • Het volume dient minimum 2550L te bedragen.
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 4,08m² te bedragen.

Verplichte VLARIO-keuring

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige. Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Advies toegang tot het perceel

In de bestaande toestand is het openbaar domein ter hoogte van het perceel voor meer dan de helft verhard met eigen materialen wat aansluit bij dezelfde verharding op privé. In de nieuwe situatie zal men deze bestaande niet-waterdoorlatende verhardingen verwijderen op privé. En men wenst 2 toegangen met elk een breedte van meer dan 6m. Dit kan niet worden toegestaan. Er mogen op openbaar domein slechts 2 toegangen voorzien worden die tezamen de maximale toegestane breedte van 6m niet overschrijden. De rest van de berm moet onverhard zijn (zand-of grasberm).

Men kan dus aan de linkerzijde een toegang met een breedte van 5m voorzien voor de auto-oprit . En aan de andere zijde een toegang met een breedte van 1m voor het tuinpaadje naar de voordeur. Andere opties zijn mogelijk zolang de gezamenlijk breedte niet meer dan 6m is. Vb. 4m50 voor de auto-oprit en 1m50 voor het tuinpaadje.

De aanpassingen op openbaar domein (verharding/ontharding) mag men zelf niet uitvoeren maar moet men aanvragen. De aanpassingen zullen uitgevoerd worden door de stedelijke diensten. De kosten voor de aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.

 

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

  1. Project-MER

 

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

(Artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichtingen en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

Watertoets

Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

Enkel wordt bij toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt.  Dit moet gecompenseerd worden door de plaatsing van een hemelwaterput of de aanleg van een infiltratievoorziening.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

 

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is qua karakter verenigbaar met de onmiddellijke omgeving en brengt de goede

ruimtelijke ordening niet in het gedrang. Hierbij wordt geen afbreuk gedaan aan de

woonkwaliteit van de aanpalenden.

Mobiliteitsimpact.

De mobiliteitsimpact blijft beperkt. Enkel tijdens de verbouwingswerken zal er een lichte impact zijn.

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De aanvraag heeft een beperkte impact op het ruimtegebruik van het perceel. 

Visueel-vormelijke elementen

Het materiaal gebruik sluit aan bij de materialen die in het straatbeeld te zien zijn en in uitbreiding in deze streek: baksteen en dakpannen uit gebakken klei. Ook de plint is een typische oplossing voor het beschermen van de  baksteen en zijn afwerking tegen opspattend water. Dit wordt meer gebruikt in deze regio’s.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing op deze aanvraag.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Niet van toepassing

Conclusie:

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag  in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

Niet van toepassing.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:

  • Het advies van Fluvius System Operator, afgeleverd op 12 december 2022 is gunstig.
  •  Het advies van Openbaar Domein afgeleverd op 11 januari 2023 is voorwaardelijk gunstig.

 

Conclusie

Er wordt een gunstig advies gegeven onder volgende voorwaarden: 

 

De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.


Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Fluvius System Operator:

Op deze locatie is er voor de bestaande gebouwen een elektriciteitsaansluiting aanwezig. Als er noodzaak is aan bijkomend vermogen kan de klant hiervoor met ons contact opnemen via 078/ 35 35 34 of tboturnhout@fluvius.be.


Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van openbaar Domein:

Men dient de bestaande aansluiting op te zoeken en na te gaan of er huisaansluitputjes RWA en DWA aanwezig zijn:

  • Als er een aansluiting aanwezig is met huisaansluitputjes dan moet men deze herbruiken.
  • Als er geen aansluiting en/of geen huisaansluitputjes zijn, dan dient men contact op te nemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel.  Aquafin zal dan, in opdracht van Stad Geel, een aansluiting en/of putjes plaatsen.

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

De filter van het zwembad moet aangesloten worden op het DWA-tracé. Als het om een gecombineerd systeem gaat (overloop en filter) waarbij geen opsplitsing mogelijk is, dan dient men dit ook aan te sluiten op het DWA-tracé. 

Putten moeten achter de bouwlijn geplaatst worden.

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing op de woning en de verharding. Men is verplicht een hemelwaterput te plaatsen (als vervanging van de bestaande put) en een infiltratievoorziening.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het dak van de woning hier op aan te sluiten (m.u.v. groendak).
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men dient de aftappunten te voorzien die worden voorgesteld in het dossier (gevelkraan, toiletten, wasmachine).
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.
  • De minimale dimensionering hangt af van wat er mee ingerekend wordt:
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak + terras + zwembad met verharde wanden dan gelden volgende minimale waarden:
      • Het volume dient minimum 3550L te bedragen.
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 5,68m² te bedragen.
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak + terras dan gelden volgende minimale waarden: 
      • Het volume dient minimum 2550L te bedragen.
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 4,08m² te bedragen.
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak dan gelden volgende minimale waarden:
      • Het volume dient minimum 2200L te bedragen
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 3,52m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige. Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Er mogen op openbaar domein slechts 2 toegangen (voor 2 auto-opritten of voor 1 auto-oprit en 1 tuinpaadje) voorzien worden die tezamen de maximale toegestane breedte van 6m niet overschrijden. De rest van de berm moet onverhard zijn (zand-of grasberm).

De aanpassingen op openbaar domein (verharding/ontharding) mag men zelf niet uitvoeren maar moet men aanvragen. De aanpassingen zullen uitgevoerd worden door de stedelijke diensten. De kosten voor de aanpassingen zijn ten


Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.

De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.

 

Het gebouw dat wordt gesloopt/verbouwd bevat op basis van de datum van oprichting en/of renovatie mogelijk asbesthoudende bouwmaterialen.  Voor de sloop van het gebouw moet u nagaan of asbesthoudende bouwmaterialen gebruikt werden.

 

Om na te gaan of er asbesthoudende toepassingen gebruikt werden in het gebouw, kan je via https://www.ovam.be/asbest-herkennen-0 meer informatie terugvinden. Ben je niet zeker van de gebruikte materialen of wil je geen risico nemen om je eigen gezondheid of dat van je buren in gevaar te brengen, kan je steeds een asbestinventaris laten opmaken door een asbestdeskundige inventarisatie.

 

Als er asbesthoudende bouwmaterialen aanwezig zijn in het gebouw moeten deze correct en veilig verwijderd worden. De activiteiten die verbonden zijn aan het werken met asbesthoudende bouwmaterialen mogen geen vrijstelling van asbestvezels of asbeststof veroorzaken.

 

De volgende asbesthoudende toepassingen kunnen zelf worden verwijderd of door een aannemer die erkend is om werken onder eenvoudige handelingen uit te voeren, voor zover deze via eenvoudige handelingen (bv. vlot losschroeven) kunnen worden weggenomen:

                     hechtgebonden asbest die niet beschadigd is of waarbij er geen vrije vezels zichtbaar zijn en waarbij verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand

                     hechtgebonden asbest die beschadigd is of waarbij er vrije vezels zichtbaar zijn en die verwerkt is in een buitentoepassing waarbij geen derden aanwezig zijn, voor zover de verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand

                     asbesthoudend plaatmateriaal, asbestkarton, asbestcement in binnentoepassingen waarbij er geen bevestigingssysteem aanwezig is zoals schroeven, nagels of lijm, voor zover het asbest gefixeerd is en het weggenomen en verpakt wordt zonder gereedschappen te gebruiken voor demontage

                     asbesthoudende koorden, dichtingen of pakkingen, remvoeringen en analoge materialen

Alle andere toepassingen mogen enkel verwijderd worden door gespecialiseerde asbestverwijderaars. Een overzicht van de erkende asbestverwijderaars in België vindt u hier: https://werk.belgie.be/nl/erkenningen/erkenning-asbest-bedrijven-erkend-voor-afbraak-verwijderingswerken.

De werken voor het verwijderen van asbest mag geen risico vormen voor je eigen gezondheid of voor de omgeving. Bij het verwijderen van asbesthoudende toepassingen moet u voldoen aan volgende voorwaarden om vezelverspreiding en blootstelling aan asbestvezels te voorkomen:

  • Voor persoonlijke bescherming tegen blootstelling wordt gebruik gemaakt van een stofmasker type P3 of gelijkwaardig stofmasker.
  • bevochtigen of fixeren van het materiaal
  • de elementen één voor één verwijderen, bij voorkeur manueel, gebruik makend van handwerktuigen of in laatste instantie traagdraaiend gereedschap. Het gebruik van mechanische werktuigen met grote snelheid (schuurschijven, slijpmachines, boormachines, e.d.), hogewaterdrukreinigers en luchtcompressoren, voor het bewerken, snijden of schoonmaken van objecten of ondergronden in asbesthoudend materiaal, objecten of ondergronden bekleed met asbesthoudend materiaal of voor het verwijderen van asbest is verboden
  • de materialen niet gooien, je moet ze rustig neerleggen.
  • de materialen niet breken
  • de materialen opslaan in gesloten verpakking
  • bij de werkzaamheden mogen geen minderjarigen aanwezig zijn.

 

Behandeling van afval

De asbesthoudende toepassingen worden afzonderlijk opgeslagen en niet gemengd met het andere sloopafval.

Tijdens het vervoer, het laden en het lossen van afvalstoffen die asbestvezels of asbeststof bevatten, deze vezels en stof niet vrijkomen in de lucht en geen vloeistoffen worden verloren die asbestvezels kunnen bevatten.

Afvalstoffen die asbestvezels of -stof bevatten, zodanig worden behandeld, verpakt zijn of afgedekt, met inachtneming van de plaatselijke omstandigheden, dat er geen asbestdeeltjes in het milieu terechtkomen.

Asbestafval wordt afgevoerd naar een erkende stortplaats. U bezorgt de stortattesten binnen de 2 maanden na afbraak van het gebouw aan de milieutoezichthouder van stad Geel via milieu@geel.be.

 

Hinder naar de buurt moet zoveel mogelijk worden voorkomen. De verantwoordelijke neemt maatregelen ter voorkoming van hinder in de omgeving ten gevolge van o.a. stof, geluid, geur, water, afval,... Te allen tijde worden de werken uitgevoerd in overstemming met de van toepassing zijnde voorwaarden uit VLAREM II en de politiecodex.


Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

 

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.

 

 

Lasten

Niet van toepassing

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.


Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Fluvius System Operator:

Op deze locatie is er voor de bestaande gebouwen een elektriciteitsaansluiting aanwezig. Als er noodzaak is aan bijkomend vermogen kan de klant hiervoor met ons contact opnemen via 078/ 35 35 34 of tboturnhout@fluvius.be.


Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van openbaar Domein:

Men dient de bestaande aansluiting op te zoeken en na te gaan of er huisaansluitputjes RWA en DWA aanwezig zijn:

  • Als er een aansluiting aanwezig is met huisaansluitputjes dan moet men deze herbruiken.
  • Als er geen aansluiting en/of geen huisaansluitputjes zijn, dan dient men contact op te nemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel.  Aquafin zal dan, in opdracht van Stad Geel, een aansluiting en/of putjes plaatsen.

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.

De filter van het zwembad moet aangesloten worden op het DWA-tracé. Als het om een gecombineerd systeem gaat (overloop en filter) waarbij geen opsplitsing mogelijk is, dan dient men dit ook aan te sluiten op het DWA-tracé. 

Putten moeten achter de bouwlijn geplaatst worden.

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing op de woning en de verharding. Men is verplicht een hemelwaterput te plaatsen (als vervanging van de bestaande put) en een infiltratievoorziening.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het dak van de woning hier op aan te sluiten (m.u.v. groendak).
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men dient de aftappunten te voorzien die worden voorgesteld in het dossier (gevelkraan, toiletten, wasmachine).
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde grondwaterstand in de winterperiode. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.
  • De minimale dimensionering hangt af van wat er mee ingerekend wordt:
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak + terras + zwembad met verharde wanden dan gelden volgende minimale waarden:
      • Het volume dient minimum 3550L te bedragen.
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 5,68m² te bedragen.
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak + terras dan gelden volgende minimale waarden: 
      • Het volume dient minimum 2550L te bedragen.
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 4,08m² te bedragen.
    • Bij inrekening van: helft nieuw groendak + nieuw niet-groendak + deel bestaande dak dan gelden volgende minimale waarden:
      • Het volume dient minimum 2200L te bedragen
      • De infiltratieoppervlakte dient minimum 3,52m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige. Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Er mogen op openbaar domein slechts 2 toegangen voorzien worden die tezamen de maximale toegestane breedte van 6 meter niet overschrijden (dus voor tesamen 2 auto-opritten of voor 1 auto-oprit en 1 tuinpaadje) . De rest van de berm moet onverhard zijn (zand-of grasberm).

De aanpassingen op openbaar domein (verharding/ontharding) mag men zelf niet uitvoeren maar moet men aanvragen. De aanpassingen zullen uitgevoerd worden door de stedelijke diensten. De kosten voor de aanpassingen zijn ten


Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.

De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.

 

Het gebouw dat wordt gesloopt/verbouwd bevat op basis van de datum van oprichting en/of renovatie mogelijk asbesthoudende bouwmaterialen.  Voor de sloop van het gebouw moet u nagaan of asbesthoudende bouwmaterialen gebruikt werden.

 

Om na te gaan of er asbesthoudende toepassingen gebruikt werden in het gebouw, kan je via https://www.ovam.be/asbest-herkennen-0 meer informatie terugvinden. Ben je niet zeker van de gebruikte materialen of wil je geen risico nemen om je eigen gezondheid of dat van je buren in gevaar te brengen, kan je steeds een asbestinventaris laten opmaken door een asbestdeskundige inventarisatie.

 

Als er asbesthoudende bouwmaterialen aanwezig zijn in het gebouw moeten deze correct en veilig verwijderd worden. De activiteiten die verbonden zijn aan het werken met asbesthoudende bouwmaterialen mogen geen vrijstelling van asbestvezels of asbeststof veroorzaken.

 

De volgende asbesthoudende toepassingen kunnen zelf worden verwijderd of door een aannemer die erkend is om werken onder eenvoudige handelingen uit te voeren, voor zover deze via eenvoudige handelingen (bv. vlot losschroeven) kunnen worden weggenomen:

•                     hechtgebonden asbest die niet beschadigd is of waarbij er geen vrije vezels zichtbaar zijn en waarbij verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand

•                     hechtgebonden asbest die beschadigd is of waarbij er vrije vezels zichtbaar zijn en die verwerkt is in een buitentoepassing waarbij geen derden aanwezig zijn, voor zover de verwijdering geen aanleiding geeft tot een wijziging van de toestand

•                     asbesthoudend plaatmateriaal, asbestkarton, asbestcement in binnentoepassingen waarbij er geen bevestigingssysteem aanwezig is zoals schroeven, nagels of lijm, voor zover het asbest gefixeerd is en het weggenomen en verpakt wordt zonder gereedschappen te gebruiken voor demontage

•                     asbesthoudende koorden, dichtingen of pakkingen, remvoeringen en analoge materialen

Alle andere toepassingen mogen enkel verwijderd worden door gespecialiseerde asbestverwijderaars. Een overzicht van de erkende asbestverwijderaars in België vindt u hier: https://werk.belgie.be/nl/erkenningen/erkenning-asbest-bedrijven-erkend-voor-afbraak-verwijderingswerken.

De werken voor het verwijderen van asbest mag geen risico vormen voor je eigen gezondheid of voor de omgeving. Bij het verwijderen van asbesthoudende toepassingen moet u voldoen aan volgende voorwaarden om vezelverspreiding en blootstelling aan asbestvezels te voorkomen:

  • Voor persoonlijke bescherming tegen blootstelling wordt gebruik gemaakt van een stofmasker type P3 of gelijkwaardig stofmasker.
  • bevochtigen of fixeren van het materiaal
  • de elementen één voor één verwijderen, bij voorkeur manueel, gebruik makend van handwerktuigen of in laatste instantie traagdraaiend gereedschap. Het gebruik van mechanische werktuigen met grote snelheid (schuurschijven, slijpmachines, boormachines, e.d.), hogewaterdrukreinigers en luchtcompressoren, voor het bewerken, snijden of schoonmaken van objecten of ondergronden in asbesthoudend materiaal, objecten of ondergronden bekleed met asbesthoudend materiaal of voor het verwijderen van asbest is verboden
  • de materialen niet gooien, je moet ze rustig neerleggen.
  • de materialen niet breken
  • de materialen opslaan in gesloten verpakking
  • bij de werkzaamheden mogen geen minderjarigen aanwezig zijn.

 

Behandeling van afval

De asbesthoudende toepassingen worden afzonderlijk opgeslagen en niet gemengd met het andere sloopafval.

Tijdens het vervoer, het laden en het lossen van afvalstoffen die asbestvezels of asbeststof bevatten, deze vezels en stof niet vrijkomen in de lucht en geen vloeistoffen worden verloren die asbestvezels kunnen bevatten.

Afvalstoffen die asbestvezels of -stof bevatten, zodanig worden behandeld, verpakt zijn of afgedekt, met inachtneming van de plaatselijke omstandigheden, dat er geen asbestdeeltjes in het milieu terechtkomen.

Asbestafval wordt afgevoerd naar een erkende stortplaats. U bezorgt de stortattesten binnen de 2 maanden na afbraak van het gebouw aan de milieutoezichthouder van stad Geel via milieu@geel.be.

 

Hinder naar de buurt moet zoveel mogelijk worden voorkomen. De verantwoordelijke neemt maatregelen ter voorkoming van hinder in de omgeving ten gevolge van o.a. stof, geluid, geur, water, afval,... Te allen tijde worden de werken uitgevoerd in overstemming met de van toepassing zijnde voorwaarden uit VLAREM II en de politiecodex.


Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

 

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.