Terug
Gepubliceerd op 31/01/2023

2023_CBS_00161 - Princiepsvraag - Bouwproject Groenstraat naast nr. 20a - studentenkamers - Goedkeuren

College van Burgemeester en Schepenen
ma 23/01/2023 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur; Greet Verwerft, Deskundige Ruimtelijke ordening

Afwezig

Nadine Laeremans

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2023_CBS_00161 - Princiepsvraag - Bouwproject Groenstraat naast nr. 20a - studentenkamers - Goedkeuren 2023_CBS_00161 - Princiepsvraag - Bouwproject Groenstraat naast nr. 20a - studentenkamers - Goedkeuren

Motivering

Aanleiding en context

Het college van burgemeester en schepenen leverde tijdens de zitting van 10 oktober 2021 de weigering af voor de bouw van een studentenhuis. De volgende argumenten werden aangehaald in de weigering: 

- Het project voldoet niet aan de voorschriften uit de parkeerverordening:

o De parkeerplaatsen P4 en P5 in de voortuin kunnen niet gerealiseerd worden;

o De parkeerplaatsen P1, P2 e P3 zijn niet conform de voorschriften en onvoldoende bereikbaar;

- De aanvraag is in strijd met de goede ruimtelijke ordening:

o Het voorgestelde programma is te groot waardoor er te veel verhardingen moeten voorzien worden

o Studentenkamers in de kelder hebben te weinig woonkwaliteit en gebruiksgenot

- De nieuwe rooilijn is niet ingetekend op het ontwerp:

– het lot voor gratis grondafstand is niet ingetekend


De aanvragers hebben de plannen nu aangepast en wensen een nieuwe vergunning aan te vragen. Voorafgaand wensen zij de visie te kennen van het bestuur over de elementen in het bouwproject waarover vroeger geen goedkeuring kon bekomen worden.

Bij de gewijzigde plannen is vooral gefocust op de herinrichting van de parkeerplaatsen (zie bijlage inplantingsplan). Hierbij wordt het naastliggende studententhuis Groenstraat nr. 20a meegenomen voor een totaalherinrichting van de parkeerplaatsen. Het naastgelegen studentenhuis Groenstraat 20a is in eigendom van dezelfde aanvragers. Hier werden 18 studentenkamers vergund. In de nieuwe aanvraag zouden 15 studentenkamers vergund worden. Voor groenstraat 20a zijn 6 parkeerplaatsen noodzakelijk, voor de nieuwe aanvraag Groenstraat 20b 5 parkeerplaatsen. In het nieuwe voorstel worden 13 parkeerplaatsen voorzien wat ruim voldoende is voor het beoogde programma. De bestaande inrit van groenstraat 20a zal gebruikt worden ter ontsluiting van de achtergelegen 12 parkeerplaatsen. Op deze inrit is tevens een vergunde parkeerplaats aanwezig. De aanvrager wenst deze vergunde plaats opnieuw mee te nemen in de vergunning gezien de twee gebouwen op aparte percelen staan en de twee verschillende studentenhuizen momenteel in mede-eigendom zitten.  Ze wensen de opties naar de toekomst te bewaken. Hierdoor achten ze het noodzakelijk dat op elk perceel afzonderlijk voldoende parkeerplaatsen aanwezig zijn. Verder is er een ruime fietsberging voorzien in de zijtuinstrook van het nog op te richten studentenhuis nr. 20b dat zal dienen voor beide studentenhuizen. Bij verkoop van 1 van beide kan de optie bekeken worden om hier een tweede inrit te maken. De fietsstalplaatsen dienen dan op eigen terrein voorzien te worden en op een logische en vlot toegankelijke plaats. 

De aanvragers wensen de studentenkamers in de kelder uit te voeren zoals in de oorspronkelijk aangevraagde plannen. Ze wensen geen gemeenschappelijke ruimtes in deze kelder te voorzien omdat dit zou zorgen voor extra kosten en onderhoud. De afvoer van de keuken op kelderniveau zou via pompensysteem naar de riolering gebracht moeten worden. 

Argumentatie

Advies Omgevingsambtenaar:

  • Woonkwaliteit:

De dienst vergunningen kan akkoord gaan met de studentenkamers in de kelder onder de volgende voorwaarden:

-studentenhuis 20b dient hetzelfde gabarit te volgen als studentenhuis 20a;

-Er dient een trap voorzien te worden vanuit de gemeenschappelijke ruimte naar de tuinstrook. Deze trap dient binnen de bouwstrook voorzien te worden en dus binnen de 17m gemeten vanaf de voorgevelbouwlijn; 

-De tuinstrook moet groen en aangenaam ingericht worden voor de studenten. Deze groene zone moet ook gehandhaafd worden op lange termijn;

-Er moet voldoende natuurlijke verlichting en verluchting voorzien worden in de studentenkamers. Elk woonvertrek, ook slaapkamers, moet het daglicht ontvangen door ramen die op de vrije lucht uitgeven en waarvan de totale oppervlakte niet minder dan 1/8 van de netto oppervlakte van het lokaal bedraagt. Bij de studentenkamers in de kelder dient voldoende aandacht uit te gaan naar de inrichting van de tuinstrook (voor-, zij en achtertuin) en aanplant hiervan zodat enerzijds voldoende licht en lucht gegarandeerd blijft maar ook privacy versterkt kan worden. 

  • Inrichting parking:

De dienst vergunningen gaat akkoord met het aangepaste plan onder de volgende voorwaarden

  • De parkeerplaatsen dienen voorzien te worden in grasdallen, overige verhardingen in waterdoorlatende materialen;
  • Oprit naar fietsenstalling mag niet gebruikt worden voor de stalling van wagens;
  • Fietsstalling moet qua inrichting en maatvoering voldoen aan de gemeentelijke verordening parkeren. Er is een achteringang noodzakelijk zodat de studentenkamers rechtstreeks van de fietsstalling naar achteringang, tuin en gemeenschappelijke ruimte kunnen;
  • P6a betreft een reeds vergunde parkeerplaats en is voorzien op de inrit. Dit is een theoretische plaats en niet noodzakelijk voor de vergunning gezien er achteraan reeds 12 parkeerplaatsen voorzien zijn. Deze plaats zal slechts noodzakelijk zijn indien studentenhuis a en b niet meer van dezelfde eigenaar is en aparte ontsluiting gewenst is. In dit scenario zal ook elk studentenhuis in zijn eigen behoefte van fietsstalling moeten voldoen tenzij anders overeengekomen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het aangepaste inplantingsplan en het op heden afgeleverde advies van de dienst vergunningen.  

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies van de dienst vergunningen en keurt principieel het behoud van de studentenkamers in de kelder goed onder volgende voorwaarden:  

-studentenhuis 20b dient hetzelfde gabarit te volgen als studentenhuis 20a;

-Er dient een trap voorzien te worden vanuit de gemeenschappelijke ruimte naar de tuinstrook. Deze trap dient binnen de bouwstrook voorzien te worden;

-De tuinstrook moet groen en aangenaam ingericht worden voor de studenten. Deze groene zone moet ook gehandhaafd worden op lange termijn;

-Er moet voldoende natuurlijke verlichting en verluchting voorzien worden in de studentenkamers. Elk woonvertrek, ook slaapkamers, moet het daglicht ontvangen door ramen die op de vrije lucht uitgeven en waarvan de totale oppervlakte niet minder dan 1/8 van de netto oppervlakte van het lokaal bedraagt. Bij de studentenkamers in de kelder dient voldoende aandacht uit te gaan naar de inrichting van de tuinstrook (voor-, zij en achtertuin) en aanplant hiervan zodat enerzijds voldoende licht en lucht gegarandeerd blijft maar ook privacy versterkt kan worden. 

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies van de dienst vergunningen  en kan het aangepaste inplantingsplan principieel goedkeuren onder volgende voorwaarden:  

  • De parkeerplaatsen dienen voorzien te worden in grasdals, overige verhardingen in waterdoorlatende materialen; 
  • Oprit naar fietsenstalling mag niet gebruikt worden voor de stalling van wagens;
  • Fietsstalling moet qua inrichting en maatvoering voldoen aan de gemeentelijke verordening parkeren. Er is een achteringang noodzakelijk zodat de studentenkamers rechtstreeks van de fietsstalling naar achteringang, tuin en gemeenschappelijke ruimte kunnen;
  • P6a betreft een reeds vergunde parkeerplaats en is voorzien op de inrit. Deze zal in de aanvraag opnieuw mee vergund worden. Dit is een theoretische plaats en niet noodzakelijk voor de vergunning gezien er achteraan reeds 12 parkeerplaatsen voorzien zijn. Deze plaats zal in praktijk slechts noodzakelijk zijn indien studentenhuis a en b niet meer van dezelfde eigenaar is en aparte ontsluiting gewenst is. In dit scenario zal ook elk studentenhuis in zijn eigen behoefte van fietsstalling moeten voldoen tenzij anders overeengekomen.