2023_CBS_01574 - Derde gefaseerd bodemsaneringsproject 4e deelgebied Grote Laak: Monding Kleine Laak tot monding in Grote Nete, Tessenderlo, Laakdal, Geel - Advies

Verslag omgevingsambtenaar

Ligging percelen Geel

Geel, Afdeling 13375, sectie N, perceelnummers 741, 742, 831 C, 831 D, 832 B, 832 C, 832 D, 833, 834, 835, 835/02, 836 G en. 837 E

Korte omschrijving

Op 22 maart 2023 ontving de OVAM het verslag van het bodemsaneringsproject dat werd opgesteld bodemsaneringsproject in opdracht van de Vlaamse Overheid en Tessenderlo Group. Conform artikel 86 van het VLAREBO organiseert de stad Geel een openbaar onderzoek en verleent het college van burgemeester en schepenen advies.

De aanvraag voor een bodemsaneringsproject heeft betrekking de Grote Laak, meer bepaald op de bedding van de waterloop, de oevers en naastliggende percelen. Huidige bodemsaneringsproject is door de grootte opgesplitst in deeltrajecten. Dit deeltraject loopt van de monding van de Kleine Laak in de Grote Laak tot aan de monding van de Grote Laak in de Grote Nete. Dit deelgebied is gelegen in Tessenderlo, Laakdal en voor een klein deel in Geel. Voor stad Geel gaat het over de percelen met kadastrale ligging afdeling 13375, sectie N, perceelnummers 741, 742, 831 C, 831 D, 832 B, 832 C, 832 D, 833, 834, 835, 835/02, 836 G en. 837 E.

Informatie betreffende de aanvraag

Volgens het BBO van 2009 is de Grote Laak verontreinigd door huishoudelijke, industriële en agrarische lozingen. De belangrijkste industriële lozer en de voornaamste verontreinigingsbronnen zijn de twee vestigingen van Tessenderlo Group (TCT en TCH) met voornamelijk lozing van chlorides en zware metalen.

Ten gevolge van periodieke overstromingen en het deponeren van verontreinigd ruimingsslib op de oevers, zijn de oeverstroken langs weerszijden van de Grote Laak en de achterliggende overstromingsgebieden ook verontreinigd met zware metalen (voornamelijk cadmium en arseen). Tevens zorgt de aanwezigheid van radium voor een lichte verhoging van de radiatie ten opzichte van de achtergrondradiatie (in deze streek tussen 50 à 90 nSv/h).

In het rapport wordt een verontreiniging beschreven over een waterlooptraject van 18,2 km verspreid over 4 gemeente en honderden percelen. Omwille van de omvang van het project, de financiële impact op de begrotingen van de betrokken diensten en de noodzakelijke doorlooptijd van de saneringswerken werd door VMM en OVAM geopteerd om het project gefaseerd uit te voeren in 4 fases. Voorliggend bodemsaneringsproject betreft het derde gefaseerd bodemsaneringsproject, waarbij de verontreiniging met zware metalen en chloriden in het vaste deel van de aarde en de waterbodem en de grondwaterverontreiniging met chloriden in het grondwater in het vierde deelgebied wordt aangepakt. De werken worden voorzien in het najaar van 2023. De volledige looptijd van de saneringwerken is 52 weken.

Saneringstechniek

• De sanering van de waterbodem tot aan de risicogrenswaarden (RGW), rekening houdend met hogere RGW in diepere waterbodem adhv ruiming van het sediment + de top (20cm) van de onderliggende vaste bodem, inclusief heraanvulling van de vaste bodem.
• De oevers en overstromingszones worden ontgraven tot aan de risicogrenswaarden, rekening houdend met de hogere RGW in de diepere bodem.
• De sanering van Trichelbroek en Zammelsbroek zal worden uitgevoerd door een vernatting. Vernatting is een natuur-gebaseerde techniek, waarbij de (tijdelijk) schade die aan het milieu wordt toegebracht door de sanering tot een minimum beperkt blijft en de sanering zelfs eerder geïntegreerd wordt met natuurbeheer. Om die reden is dit concept ook opgenomen in het LIFE NARMENA project.
• Het ontgraven slib is verzadigd met water en wordt verzameld op ontwateringsbekkens. Alvorens de partijen off-site kunnen getransporteerd en gestort worden, dienen deze steekvast te zijn. De ontwatering duurt een 3-tal maanden per partij. Het water dat uit het slib komt wordt gravitair afgevoerd naar de Grote Laak . Om te voldoen aan de lozingsvoorwaarden kan voorzien worden in een bezinkingsbuffer en eventuele waterzuivering om het fijn materiaal maximaal te beperken. Om de restverontreiniging op te vangen wordt een slibvang gemaakt in de waterloop.

Impact van de bodemsaneringswerken op de omgeving

Ter hoogte van de openbare wegen is enige hinder te verwachten (verkeershinder en beperkte stofhinder) als gevolg van het afvoeren van de verontreinigde gronden en de aanvoer van het proper aanvulzand.

Op de te saneren percelen is uitsluitend landbouw of natuur aanwezig en wordt dus geen wezenlijke impact verwacht.

Impact van de bodemsaneringswerken op de te saneren gronden

Gedurende de bodemsaneringswerken is er enige overlast te verwachten op de te saneren gronden. De overlast blijft beperkt tot de tijdelijke ingebruikname van de te saneren zone. Door de fasering van de werken in deelsegmenten wordt de overlast ook in tijd beperkt. Na sanering is er geen verdere impact op de te saneren gronden.

Besluit verslag omgevingsambtenaar