Het stadsbestuur heft een retributie op parkeren.
Parkeren is een belangrijke schakel in het mobiliteitsbeleid en heeft een grote invloed op de bereikbaarheid. Parkeren is daarom vanuit economisch standpunt een belangrijke schakel. Parkeren heeft ook invloed op het leefklimaat van de eigen woonomgeving.
Het doel van het parkeerbeleid is het zoeken naar en het waarborgen van een balans tussen de bereikbaarheid van de stad en een verantwoord gebruik van de openbare ruimte.
Met de regulering van het parkeren streven we naar een evenwicht tussen vraag en aanbod van parkeerruimte. In geval van hoge parkeerdruk willen we de juiste auto op de juiste plaats krijgen.
Het aanleggen en verbeteren van de parkeermogelijkheden brengt voor de stad aanzienlijke lasten met zich mee. Ook de controle op het naleven van de beperking van de parkeerduur brengt hoge kosten mee. Het is dan ook billijk hiervoor een retributie te vragen.
Omdat de stad het gebruik van ecologische voertuigen wil aanmoedigen, krijgen de abonnees van parkeerzone Ecodroom een korting op de abonnementsprijzen als ze een groen voertuig parkeren.
Wijzigingen in het reglement:
Artikel 4 Tarieven:
§2. Tarief 2 is het retributiebedrag van toepassing voor “parkeerbiljet zonder parkeertijdbeperkingen”:
1. Na het verstrijken van de parkeerduur zoals aangegeven op het parkeerticket
2. Wanneer geen geldig parkeerticket kan worden aangetroffen of vastgesteld:
a. volgens de ingenomen plaats/parkeerzone en het voor die zone geldende tarief
b. op datum/tijdstip van het parkeren
c. voor de noodzakelijk volledig correct ingegeven en door de parkeerder bevestigde officiële nummerplaat van de wagen
3. Wanneer de parkeertijd niet via sms/app betaald werd (e-ticket):
a. volgens de ingenomen plaats/parkeerzone en het voor die zone geldende tarief
b. op datum/tijdstip van het parkeren
c. voor de noodzakelijk volledig correct ingegeven en door de parkeerder bevestigde officiële nummerplaat van de wagen
§2.1. Tarief 2 bedraagt 15 euro per halve dag (een halve dag loopt van 9 uur tot 13u30 en van 13u31 tot 18u).
§3. Parkeren op parkeerplaatsen voorbehouden voor het opladen van elektrische voertuigen
§3.1. De parkeerplaatsen voorbehouden voor het opladen van elektrische voertuigen worden uitgerust met een oplaadpunt en mogen enkel worden ingenomen door elektrische voertuigen voor zover het voertuig effectief opgeladen wordt. Het opladen zal blijken uit het al dan niet aangesloten zijn van het voertuig op het oplaadpunt door middel van de stekker en waarbij een duidelijke indicatie op het voertuig aangeeft dat er geladen wordt. Deze parkeerplaatsen worden aangeduid door middel van het verkeersbord E9a en aangevuld met een onderbord waarop het symbool van een stekker is afgebeeld. Behoudens anders gesignaleerd is dezelfde tijdsbeperking van toepassing als in de respectievelijke zone. Indien het voertuig niet geladen wordt (zoals kan blijken uit het feit dat de stekker van het voertuig niet in het stopcontact zit), wordt een retributie uitgeschreven zoals beschreven in artikel 4 §3.2.2.
§3.2. De retributie wordt als volgt vastgesteld:
§3.2.1. Voor de maximale parkeerduur die toegelaten is door de verkeersborden en volgens de modaliteiten en tarifering beschreven in artikel 3 en artikel 4 §1.2, §1.3, §1.4 en §3.1.
§3.2.2. De bestuurder die voor een langere periode dan deze bepaald onder artikel 4 §3.1. verkiest te parkeren, kan parkeren tegen betaling van een retributie van 15,00 euro per halve dag. Dit tarief is van toepassing van 9 uur tot 13u30 en van 13u31 tot 18u, tenzij anders bepaald volgens artikel 2 §2.
Artikel 6 invorderingsprocedure:
Ingeval van niet-betaling van de retributie “tarief blauwe zone” en van de retributie “parkeerbiljet zonder parkeertijdbeperking”, binnen de vooropgestelde vijf kalenderdagen, wordt een aanmaningsprocedure opgestart.
De kosten voor administratie en het verzenden van aanmaningen vallen ten laste van de schuldenaar van de retributie. De kosten worden als volgt vastgesteld:
Verzending van een eerste aanmaning | gratis |
Verzending van een tweede aanmaning | + 10,00 euro |
Verzending van een derde aanmaning | + 10,00 euro* |
*indien de minnelijke invordering via een gerechtsdeurwaarder verloopt, kan het tarief burgerlijke en handelszaken KB 30.11.1976 worden gehanteerd voor de eventuele minnelijke fase (aanmaning met dreiging – inlichting – postzegel – dossierrecht - kwijtings- en inningsrecht)
Het MB van 18 december 1991 dat de personen die de bewonerskaart kunnen bekomen en de overheid die bevoegd is om deze kaart uit te reiken, aanwijst en het model ervan en de nadere regels voor uitreiking en voor gebruik bepaalt;
Het MB van 9 januari 2007 over de gemeentelijke parkeerkaart;
Het MB van 7 mei 1999 over de parkeerkaart voor mensen met een handicap;
Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Het decreet van 9 juli 2010 houdende de invordering van parkeerheffingen door parkeerbedrijven;
Politiecodex van 1 januari 2014 en latere wijzigingen;
Gemeenteraadsbeslissing van 7 september 2020;
Artikel 173 van de Grondwet;
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad keurt het reglement als bijlage goed.