UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 24/12/2023
Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023076311
Dossiernummer gemeente: 202300273
De gemeente Geel heeft op 15 juni 2023 een aanvraag ontvangen voor het bouwen van 4 ééngezinswoningen. De aanvraag werd op 12 juli 2023 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
Rik De Keyser NV gevestigd Merksplassesteenweg 18 te 2310 Rijkevorsel
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Molseweg 2-10
Kadastrale ligging: afdeling 1 sectie I nrs. 2197K3, 2197H3, 2197G3 en 2197L3
Verslag
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:
woongebied
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel goedgekeurd op 10 april 2012 gelegen in Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel
De aanvraag is gelegen in een goedgekeurde niet vervallen verkaveling nl. 1956B van 20/10/2008.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
Afwijking daken.
Verordeningen
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.
algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 10 februari 2023.
algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.
gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
Het betreft het bouwen van 4 halfopen eengezinswoningen gelegen tussen Molseweg 2 en Molseweg 10. (Lot 1 tot en met Lot 4)
De inplanting van de woningen:
De achtergevels van de woningen 1-4 bevinden zich op 9m
De zijgevels van de woningen bevinden zich op
Bouwvolume van de woningen:
De voorgevelbreedtes van de woningen bedragen:
Op basis van de groepswoningbouw voor de loten 1 tot en met 4 en artikel 4.4.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening wil de aanvrager een afwijking vragen van de verkavelingsvoorschriften. Het betreft hier het verlagen van de kroonlijsthoogte.
In de verkavelingsvoorschriften staat geschreven dat de kroonlijst tussen de 6m en de 6,50m per gekoppelde woning moet bedragen.
De kroonlijsten in deze aanvraag bedragen:
Alle kroonlijsthoogtes van de loten 1 tot en met 4 sluiten harmonisch aan.
Op deze manier kunnen compactere en daardoor betaalbaardere woningen worden gerealiseerd. Boven het niveau van de slaapkamers blijft een zolderruimte over die ruim genoeg is om niet enkel dienst te doen als extra slaapkamer, maar tevens ook kan gebruikt worden als extra bergruimte met technische ruimte voor bv. het ventilatiesysteem. Hierdoor blijft op de andere niveaus meer ruimte over als effectief nuttige woonruimte.
De gevels betreffen een sobere maar herkenbare ritmiek met bij elkaar aansluitende natuurlijke materialen. De 2x gekoppelde halfopen woningen passen zich in bij de aanliggende bebouwing.
De op trekken gebouwen worden opgetrokken in de volgende gevelmaterialen.
Deze gevelmaterialen geven de woningen een warm geveluitzicht, met een dorps aanzicht.
Elke woning beschikt telkens over een buitenterras dat aansluit op de leefruimtes.
De gebouwen zullen zeer energiezuinig zijn en gebruik maken van warmtepompen en zonnepanelen om zo een zeer laag energielabel te bekomen.
Bovendien wordt er regenwaterrecuperatie toegepast voor de gelijkvloerse toiletten en buitenkraantjes.
Per woning wordt minimaal 1 parkeerplaats voorzien. Voor loten 1,2 en 4 wordt een extra staanplaats op de oprit voorzien.
Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 20 juli 2023 t.e.m. 18 augustus 2023. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.
Er werd geen informatievergadering gehouden.
Op 5 december 2023 werd het advies ontvangen van Dienst Integraal Waterbeleid
Zie advies in bijlage met ref. WAAD-2023-2745
Advies: gunstig
Op 26 september 2023 werd het advies ontvangen van watertoets Vlaamse Milieu Maatschappij
Advies: geen advies
Op 24 augustus 2023 werd het advies ontvangen van Brandweerzone Kempen - Hulpverleningszone 5 (Geel)
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 13 juli 2023 werd het advies ontvangen van Bouwadviezen@delijn.be
geen opmerkingen,
Advies: gunstig
Op 29 september 2023 werd het advies ontvangen van Fluvius
De aanvraag is gelegen in woongebied volgens gewestplan Herentals – Mol (KB 28.07.1978) en maakt onderdeel uit van een goedgekeurde verkaveling (OMV_2022070366): verkaveling van OMV 2022070366 in ons dossier HNW 194880. In dit dossier zijn reeds aan de voorwaarden voldaan.
Advies: gunstig
Op 18 oktober 2023 werd het advies ontvangen van Intern stad Geel
Advies riolering
Zonering – aansluiting
Het perceel is gelegen in centraal gebied.
Riolering algemeen
Op de funderingsplannen van de 4 woningen is er telkens een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater voorzien, wat ook een verplichting is.
Op het plan staan geen diameters opgegeven van de afvoerbuizen. Er wordt verwacht dat men de correcte diameters gebruikt (max. 160 mm).
Huishoudelijk afvalwater
Voor het afvalwater voorziet men geen gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …). De afvoeren komen binnen de woning samen. We adviseren om het fecaal water gescheiden te houden van het grijs water tot buiten de woning. Het is daarbij aangewezen een sifonput te voorzien op het grijs water alvorens het grijs en fecale water samen te brengen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water.
Hemelwater
De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men is verplicht om bij elke woning een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.
De percelen zijn gelegen in overstromingsgevoelig gebied volgens de pluviale overstromingskaarten. Bij de bouw van de woningen moet hiermee rekening gehouden worden. Hiervoor verwijzen we naar het advies van de Dienst Integraal waterbeleid van de Provincie. Men bouwt met overstroombare kruipruimtes en men voorziet infiltratiekommen waarvan de bodems hoger liggen dan de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand (70cm onder maaiveld).
Hemelwaterput
Men plaatst bij elke woning een hemelwaterput met een volume van 5000 L. Op de put worden alle dakafvoeren aangesloten. Men zal het hemelwater herbruiken voor alle toiletten (zowel gelijkvloers als verdieping) en een buitenkraan.
Infiltratievoorziening
Men voorziet bij elke woning een infiltratievoorziening met een infiltratievolume van 559 L en een infiltratieoppervlakte van 2,02 m² wat qua dimensionering voldoet aan de verordening.
Men voorziet geen noodoverloop vanuit de infiltratievoorzieningen naar het openbare rioleringsstelsel.
Advies toegang tot het perceel
Op openbaar domein is er langs de Molseweg ter hoogte van de percelen een voetpad in klinkers. Tussen dit voetpad en de rooilijn is er nog een strook zachte berm.
Op privé voorziet men bij lot 1, 2 en 4 een oprit met een breedte van 2m80 en bij lot 3 een oprit met een breedte van 3m.
Om toegang te krijgen tot deze opritten bij de woningen moet de zachte berm op die plaatsen verhard worden met dezelfde breedtes als de privé-opritten. De rest van de bermstrook moet ingericht zijn als gras- of zandberm.
Het verharden van een berm betreft een aanpassing van het openbaar domein dat men niet zelf mag uitvoeren. Men moet hiervoor een aanvraag doen via de website van stad Geel.
Bij lot 1 zal de toegang op openbaar domein schuin afgewerkt worden zodat men niet over het naastliggende perceel (Molsweg huisnr. 2) moet rijden. De rooilijn van dit perceel ligt meer naar voor en maakt met de perceelsgrens met lot 1 een scherpe hoek. De oprit van lot 1 ligt een stukje achter deze hoek.
Op openbaar domein is er langs Kievermont ter hoogte van de percelen een onverharde berm en een open gracht. Deze toestand moet behouden blijven.
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 18 juli 2023 werd het advies ontvangen van Intern stad Geel team grijs (mobiliteit)
De woningen zullen geen significante impact hebben op de mobiliteit owv het beperkt aantal bewegingen per dag.
Voor lot 3 is er wel een bushalte + bushokje, deze moet sowieso behouden blijven en kan niet verplaatst worden.
Advies: gunstig
Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.
Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.
Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.
Planologische toets
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
(Artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichtingen en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).
Wegenis
Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
Watertoets
Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 gecoördineerd op 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 (BS 31 oktober 2006) en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan het watersysteem, aan de doelstellingen van artikel 1.2.2 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het bekkenbeheerplan.
Het perceel gelegen te Geel, Molseweg Afdeling 1, I2197G3 stroomt af naar de Molse Nete, een (on)bevaarbare waterloop (van categorie 1) die beheerd wordt door de Provincie Antwerpen – Kleine Nete.
De aanvraag is mogelijks overstromingsgevoelig.
Bijgevolg werd er advies gevraagd aan de Provincie Antwerpen Dienst Integraal Waterbeleid:
Het betreft het volgend gunstig advies van 05/12/2023 met ref. WAAD-2023-2745 (zie volledig advies in bijlage)
Het gebied is overstromingsgevoelig volgens de pluviale overstromingsgevaarkaarten. De
percelen zouden al overstromen bij een bui met een terugkeerperiode van 10 jaar (grote kans).
Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. Door het oprichten van constructies en door
ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen
overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor
wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te
verergeren, moet bij voorkeur het verlies van waterbergingsruimte vermeden worden
door het project/plan te realiseren zonder inname van ruimte voor water. Dit
impliceert het optrekken van het gebouw op palen of op een overstroombare
kruipruimte, waarbij de onderkant van de vloerplaat (=dak van de kruipruimte) boven
het overstromingspeil wordt voorzien zodat eventueel overstromingswater de ruimte
onder het gebouw kan benutten. In het geval van een kruipruimte moeten in- en
uitstroomopeningen worden voorzien op het laagste huidige maaiveldpeil. De
openingen dienen bovengronds te liggen zodat het overstromingswater vrij in en uit
kan stromen, conform de gewijzigde plannen.
Uit de meest recente modellen blijkt dat voor een bui met een terugkeerperiode van 100 jaar
ter hoogte van het perceel in kwestie een waterpeil van 23,04 mTAW optreedt. Ergere
overstromingen zijn niet uit te sluiten en er kan geen sluitende garantie gegeven worden dat er
zich op het perceel in de toekomst geen wateroverlast (meer) zal voordoen.
Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw
voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 23,35 mTAW.
Verder moeten benutte ondergrondse verdiepingen geweerd worden, alsook ondergrondse
mazouttanks. Bij de plaatsing van een hemelwaterput, ondergrondse (mest)kelder,
ondergrondse brandstoftank, verwarmingsketel, moet er op gelet worden dat er geen
verontreinigd overstromingswater de put kan binnendringen.
De aanvraag is niet gelegen in signaalgebied
Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening. We verwijzen naar het advies van de stadsdienst ‘Openbaar Domein’ dd. 18/10/2023.
Advies riolering
Zonering – aansluiting
Het perceel is gelegen in centraal gebied.
Riolering algemeen
Op de funderingsplannen van de 4 woningen is er telkens een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater voorzien, wat ook een verplichting is.
Op het plan staan geen diameters opgegeven van de afvoerbuizen. Er wordt verwacht dat men de correcte diameters gebruikt (max. 160 mm).
Huishoudelijk afvalwater
Voor het afvalwater voorziet men geen gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …). De afvoeren komen binnen de woning samen. We adviseren om het fecaal water gescheiden te houden van het grijs water tot buiten de woning. Het is daarbij aangewezen een sifonput te voorzien op het grijs water alvorens het grijs en fecale water samen te brengen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water.
Hemelwater
De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men is verplicht om bij elke woning een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.
De percelen zijn gelegen in overstromingsgevoelig gebied volgens de pluviale overstromingskaarten. Bij de bouw van de woningen moet hiermee rekening gehouden worden. Hiervoor verwijzen we naar het advies van de Dienst Integraal waterbeleid van de Provincie. Men bouwt met overstroombare kruipruimtes en men voorziet infiltratiekommen waarvan de bodems hoger liggen dan de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand (70cm onder maaiveld).
Hemelwaterput
Men plaatst bij elke woning een hemelwaterput met een volume van 5000 L. Op de put worden alle dakafvoeren aangesloten. Men zal het hemelwater herbruiken voor alle toiletten (zowel gelijkvloers als verdieping) en een buitenkraan.
Infiltratievoorziening
Men voorziet bij elke woning een infiltratievoorziening met een infiltratievolume van 559 L en een infiltratieoppervlakte van 2,02 m² wat qua dimensionering voldoet aan de verordening.
Men voorziet geen noodoverloop vanuit de infiltratievoorzieningen naar het openbare rioleringsstelsel.
Conclusie:
Gelet op de aard van de aangevraagde activiteiten en mits naleving van de opgelegde voorwaarden zullen er geen schadelijke effecten zijn op het watersysteem. Bijgevolg wordt voldaan aan artikel 1.3.1.1. van het decreet betreffende het integraal waterbeleid, meer bepaald de watertoets.
Mer-screening
Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.
Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.
Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.
Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening
Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:
Functionele inpasbaarheid
Het betreft het oprichten van 4 eengezinswoningen, de woningen zijn inpasbaar in het straatbeeld.
Mobiliteitsimpact
De mobiliteitsimpact zal licht toenemen, er worden immers 4 woningen opgericht.
Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid
De 4 woningen hebben een beperkt bouwvolume.
Visueel-vormelijke elementen
De 4 woningen worden opgericht in klassieke / hedendaagse materialen.
Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid
Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.
Conclusie
Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.
Resultaten openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 20 juli 2023 tot en met 18 augustus 2023. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.
Bespreking adviezen
De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:
Conclusie
Gunstig onder voorwaarden:
De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies Fluvius:
De aanvraag is gelegen in woongebied volgens gewestplan Herentals – Mol (KB 28.07.1978) en maakt onderdeel uit van een goedgekeurde verkaveling (OMV_2022070366): verkaveling van OMV 2022070366 in ons dossier HNW 194880. In dit dossier zijn reeds aan de voorwaarden voldaan.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Brandweerzone Kempen: (zie advies in bijlage met ref. BWDP/2023-194/001/01/SUDR
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Openbaar Domein Stad Geel team grijs (riolering):
Voor elke woning geldt het volgende:
Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.
De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.
De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.
Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de bestaande aansluitingen bij lot 1 en 2 en met de diepte van de nieuwe aansluiting bij lot 3 en 4. De niet-gebruikte aansluitingen worden gedicht door stad Geel.
Men is verplicht om bij elke woning een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.
De hemelwaterput bij elke woning moet aan volgende voorwaarden voldoen:
De infiltratievoorziening bij elke woning moet aan volgende voorwaarden voldoen:
Omwille van de ligging in overstromingsgevoelig gebied, dient men de nodige maatregelen te nemen. De voorwaarden van de Dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie moeten worden gevolgd.
Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.
Men dient de maximale toegestane toegangsbreedte op openbaar domein te respecteren (onder voorbehoud van wijzigingen in de regelgeving). Om toegang te krijgen tot de privé-opritten moet de zachte bermstrook langs de Molseweg op die plaatsen verhard worden. Het verharden van een berm betreft een aanpassing van het openbaar domein dat men niet zelf mag uitvoeren. Men moet hiervoor een aanvraag doen bij stad Geel. De rest van de bermstrook moet ingericht zijn als gras- of zandberm.
De onverharde berm en open gracht langs Kievermont moeten behouden blijven.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Openbaar Domein Stad Geel team grijs (mobiliteit):
De woningen zullen geen significante impact hebben op de mobiliteit owv het beperkt aantal bewegingen per dag.
Voor lot 3 is er wel een bushalte + bushokje, deze moet sowieso behouden blijven en kan niet verplaatst worden.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Provincie Antwerpen, dienst Integraal Waterbeleid:
(zie volledig advies in bijlage met ref. WAAD-2023-2745 van 05/12/2023)
Het gebied is overstromingsgevoelig volgens de pluviale overstromingsgevaarkaarten. De
percelen zouden al overstromen bij een bui met een terugkeerperiode van 10 jaar (grote kans).
Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. Door het oprichten van constructies en door
ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen
overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor
wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te
verergeren, moet bij voorkeur het verlies van waterbergingsruimte vermeden worden
door het project/plan te realiseren zonder inname van ruimte voor water. Dit
impliceert het optrekken van het gebouw op palen of op een overstroombare
kruipruimte, waarbij de onderkant van de vloerplaat (=dak van de kruipruimte) boven
het overstromingspeil wordt voorzien zodat eventueel overstromingswater de ruimte
onder het gebouw kan benutten. In het geval van een kruipruimte moeten in- en
uitstroomopeningen worden voorzien op het laagste huidige maaiveldpeil. De
openingen dienen bovengronds te liggen zodat het overstromingswater vrij in en uit
kan stromen, conform de gewijzigde plannen.
Uit de meest recente modellen blijkt dat voor een bui met een terugkeerperiode van 100 jaar
ter hoogte van het perceel in kwestie een waterpeil van 23,04 mTAW optreedt. Ergere
overstromingen zijn niet uit te sluiten en er kan geen sluitende garantie gegeven worden dat er
zich op het perceel in de toekomst geen wateroverlast (meer) zal voordoen.
Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw
voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 23,35 mTAW.
Verder moeten benutte ondergrondse verdiepingen geweerd worden, alsook ondergrondse
mazouttanks. Bij de plaatsing van een hemelwaterput, ondergrondse (mest)kelder,
ondergrondse brandstoftank, verwarmingsketel, moet er op gelet worden dat er geen
verontreinigd overstromingswater de put kan binnendringen.
Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.
De woningen dienen te voldoen aan de EPB eisen.
Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.
De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
Lasten
Niet van toepassing
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies Fluvius:
De aanvraag is gelegen in woongebied volgens gewestplan Herentals – Mol (KB 28.07.1978) en maakt onderdeel uit van een goedgekeurde verkaveling (OMV_2022070366): verkaveling van OMV 2022070366 in ons dossier HNW 194880. In dit dossier zijn reeds aan de voorwaarden voldaan.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Brandweerzone Kempen: (zie advies in bijlage met ref. BWDP/2023-194/001/01/SUDR
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Openbaar Domein Stad Geel team grijs (riolering):
Voor elke woning geldt het volgende:
Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.
De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.
De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.
Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de bestaande aansluitingen bij lot 1 en 2 en met de diepte van de nieuwe aansluiting bij lot 3 en 4. De niet-gebruikte aansluitingen worden gedicht door stad Geel.
Men is verplicht om bij elke woning een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.
De hemelwaterput bij elke woning moet aan volgende voorwaarden voldoen:
De infiltratievoorziening bij elke woning moet aan volgende voorwaarden voldoen:
Omwille van de ligging in overstromingsgevoelig gebied, dient men de nodige maatregelen te nemen. De voorwaarden van de Dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie moeten worden gevolgd.
Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.
Men dient de maximale toegestane toegangsbreedte op openbaar domein te respecteren (onder voorbehoud van wijzigingen in de regelgeving). Om toegang te krijgen tot de privé-opritten moet de zachte bermstrook langs de Molseweg op die plaatsen verhard worden. Het verharden van een berm betreft een aanpassing van het openbaar domein dat men niet zelf mag uitvoeren. Men moet hiervoor een aanvraag doen bij stad Geel. De rest van de bermstrook moet ingericht zijn als gras- of zandberm.
De onverharde berm en open gracht langs Kievermont moeten behouden blijven.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Openbaar Domein Stad Geel team grijs (mobiliteit):
De woningen zullen geen significante impact hebben op de mobiliteit owv het beperkt aantal bewegingen per dag.
Voor lot 3 is er wel een bushalte + bushokje, deze moet sowieso behouden blijven en kan niet verplaatst worden.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Provincie Antwerpen, dienst Integraal Waterbeleid:
(zie volledig advies in bijlage met ref. WAAD-2023-2745 van 05/12/2023)
Het gebied is overstromingsgevoelig volgens de pluviale overstromingsgevaarkaarten. De
percelen zouden al overstromen bij een bui met een terugkeerperiode van 10 jaar (grote kans).
Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. Door het oprichten van constructies en door
ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen
overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor
wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te
verergeren, moet bij voorkeur het verlies van waterbergingsruimte vermeden worden
door het project/plan te realiseren zonder inname van ruimte voor water. Dit
impliceert het optrekken van het gebouw op palen of op een overstroombare
kruipruimte, waarbij de onderkant van de vloerplaat (=dak van de kruipruimte) boven
het overstromingspeil wordt voorzien zodat eventueel overstromingswater de ruimte
onder het gebouw kan benutten. In het geval van een kruipruimte moeten in- en
uitstroomopeningen worden voorzien op het laagste huidige maaiveldpeil. De
openingen dienen bovengronds te liggen zodat het overstromingswater vrij in en uit
kan stromen, conform de gewijzigde plannen.
Uit de meest recente modellen blijkt dat voor een bui met een terugkeerperiode van 100 jaar
ter hoogte van het perceel in kwestie een waterpeil van 23,04 mTAW optreedt. Ergere
overstromingen zijn niet uit te sluiten en er kan geen sluitende garantie gegeven worden dat er
zich op het perceel in de toekomst geen wateroverlast (meer) zal voordoen.
Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw
voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 23,35 mTAW.
Verder moeten benutte ondergrondse verdiepingen geweerd worden, alsook ondergrondse
mazouttanks. Bij de plaatsing van een hemelwaterput, ondergrondse (mest)kelder,
ondergrondse brandstoftank, verwarmingsketel, moet er op gelet worden dat er geen
verontreinigd overstromingswater de put kan binnendringen.
Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.
De woningen dienen te voldoen aan de EPB eisen.
Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.
De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
“Door de provincie Antwerpen wordt er momenteel een Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan (PRUP) Regionale Ontsluiting Geel bis opgemaakt met als doel een nieuwe verbindingsweg tussen het primair wegennet rond Geel (N19g – R14 – N71) en de Retieseweg (N118) te realiseren. De nieuwe verbindingsweg heeft als doelstelling de verbetering van de verkeersveiligheid en leefkwaliteit van de kern van Geel, en meer specifiek van Sint-Dimpna.
Eén van de tracés die tijdens het planningsproces werden onderzocht had betrekking tot een zuidelijk tracé die de omgeving van het kruispunt Rijn-Molseweg-Kievermont-Laar doorkruiste, maar dit tracé werd niet weerhouden. Er werd gekozen voor een noordelijk tracé dat verder werd uitgewerkt tot een ontwerp PRUP.”