Terug
Gepubliceerd op 20/12/2023

2023_CBS_03190 - Omgevingsvergunning - het slopen van twee bijgebouwen; het plaatsen van een tuinberging met overdekt terras te Neerstraat 6 (202300490 swa) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 18/12/2023 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Griet Smaers

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2023_CBS_03190 - Omgevingsvergunning - het slopen van twee bijgebouwen; het plaatsen van een tuinberging met overdekt terras te Neerstraat 6 (202300490 swa) - Vergunning 2023_CBS_03190 - Omgevingsvergunning - het slopen van twee bijgebouwen; het plaatsen van een tuinberging met overdekt terras te Neerstraat 6 (202300490 swa) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

 Uiterste beslissingsdatum: 04/02/2024

 

 

 

 

 

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023128557

Dossiernummer gemeente: 202300490

 

De gemeente Geel heeft op 25 oktober 2023 een aanvraag ontvangen voor het slopen van twee bijgebouwen; het plaatsen van een tuinberging met overdekt terras. De aanvraag werd op 6 december 2023 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Sofie Heyns wonende Neerstraat 6 te 2440 Geel en de heer Wim Voet wonende Neerstraat 6 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Neerstraat 6

Kadastrale ligging: afdeling 5 sectie N nr. 1547E

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in: 

woonuitbreidingsgebied

De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

agrarisch gebied

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften:

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften:

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen goedgekeurd op 29 januari 2009 gelegen in overdruk zonevreemde woningen II.

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag dient getoetst te worden aan de voorschriften van de goedgekeurde, niet-vervallen verkaveling.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend: 

  • Oud dossier VLAREM (1980/A/03738) voor mazouttank - GEEN BESLISSING op .
  • Stedenbouwkundige vergunning (07459) voor het oprichten van een woonhuis - goedgekeurd op 17/03/1980.
  • Verkavelingsvergunning (1330) voor nieuwe verkaveling - goedgekeurd op 18/02/1980.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Het perceel is gelegen te Neerstraat 6. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door voornamelijk residentiële bebouwing in open bouworde. Het perceel betreft een hoekperceel. De naastliggende percelen zijn bebouwd. 

Op het perceel staat een ééngezinswoning.

Op het perceel zijn tevens verscheidene verhardingen aanwezig:

  • een verharding van 35m² arduintegels in de zuidelijke inham van de woning;
  • een oprit van 59,20m² aangelegd met kasseien aan de noordkant van de woning, tegen de perceelsgrens met Neerstraat 8;
  • een terrasverharding van 31,82m² achter de woning tegen de perceelsgrens met Neerstraat 8;
  • een klinkerverharding van 11,86m² tuusen de arduinverharding en het terras;
  • een voetpad van 5,14m² vanaf de Van Hoornestraat tot aan de arduinverharding;
  • een klinkerverharding van 2,28m² links van de woning op ca. 1m van de voorgevel;
  • een klinkerverharding van 15,83m² naast de oprit.

Huidige aanvraag beoogt het slopen van 2 kleine bijgebouwen en het plaatsen van een nieuw bijgebouw. Het nieuwe bijgebouw heeft een bouwbreedte van 9 meter en een bouwdiepte van 8 meter. Het wordt ingeplant tegen de rechter perceelsgrens op 10 meter van de achtergevel. De afstand tot de achterste perceelsgrens bedraagt 3 meter. De constructie wordt voorzien van een plat dak waarvan de hoogte 3 meter bedraagt. Het bijgebouw zal dient doen als (tuin-)berging en terras.

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 24-26 van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25/04/2014 en de criteria van artikels 30-38 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
 Er dienden geen adviezen gevraagd te worden.

 

  1. Project-MER

Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

 

Watertoets

Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 gecoördineerd op 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 (BS 31 oktober 2006) en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan het watersysteem, aan de doelstellingen van artikel 1.2.2 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het bekkenbeheerplan. 

Het perceel gelegen te Geel, Afdeling 5, Sectie N, nr. 1547E stroomt af naar de Wimp, een (on)bevaarbare waterloop (van categorie II) die beheerd wordt door Provincie Antwerpen Grote Nete.

De aanvraag is niet gelegen in signaalgebied

Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening. 

De aanvraag is volgens de watertoetskaart niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied (8/03/2023) pluviaal en fluviaal. 

3. VERENIGBAARHEID MET HET WATERSYSTEEM 

Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht. Het project wordt bijgevolg gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid. 

Conclusie: 

Gelet op de aard van de aangevraagde activiteiten zullen er geen schadelijke effecten zijn op het watersysteem. Bijgevolg wordt voldaan aan artikel 1.3.1.1. van het decreet betreffende het integraal waterbeleid, meer bepaald de watertoets.

 

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen vogelrichtlijngebied.

Het perceel is niet gelegen binnen habitatrichtlijngebied.

Het perceel is niet gelegen binnen VEN-gebied.

Het perceel is niet gelegen binnen bosgebied.

Het perceel is niet gelegen binnen natuurgebied.

De aanvraag doorstaat de natuurtoets.

 

Erfgoed-/archeologietoets

Niet van toepassing.

 

Toegankelijkheid

Het gebouw is niet toegankelijk voor publiek waardoor niet voldaan dient te worden aan voorzieningen om de integrale toegankelijkheid te bereiken.

 

Scheidingsmuren

De aanvraag heeft betrekking op de oprichting, uitbreiding, afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars hebben de aanvraag mee ondertekend en goedgekeurd.

 

Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:

 

Functionele inpasbaarheid

Het betreft het oprichten van een bijgebouw bij een ééngezinswoning in een straat met meerdere ééngezinswoningen. Het gebouw is inpasbaar. 

 

Mobiliteitsimpact

De impact van de mobiliteit beperkt. Het is niet toegestaan het bijgebouw als garage te gerbuiken. Er is reeds een ruime oprit aanwezig, alsook een carport. Het gebruiken van het bijgebouw als garage impliceert het creëren van een bijkomende oprit, wat niet toegestaan is.

 

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De aanvraag beoogt het afbreken van 2 bijgebouwen en het bouwen van een nieuw bijgebouw. De afmetingen zijn in overeenstemming met de voorschriften van de geldende verkaveling. 

Op het perceel zijn verscheidene verhardingen aanwezig. Voor de verhardingen zijn geen vergunning gekend, doch zijn ze omwille van de ligging en oppervlakte vergunningsplichtig.

De verhardingen kunnen in huidige aanvraag mee geregulariseerd worden. Echter dient expliciet te worden meegedeeld dat het perceel zijn maximale bebouwingsgraad heeft bereikt. Het is niet mogelijk bijkomende verhardingen en bijgebouwen op het perceel te voorzien zonder eenzelfde oppervlakte aan gebouwen/verhardingen van het perceel te verwijderen. De aanleg van bijkomende verhardingen en/of bijgebouwen is hoe dan ook vergunningsplichtig.

 

Visueel-vormelijke elementen

Er wordt gebruik gemaakt van duurzame, kwaliteitsvolle materialen.

 

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

 

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden. 

Niet van toepassing.

 

Bespreking adviezen

Er werd geen advies gevraagd.

 

Conclusie

De aanvraag wordt voorwaardelijk gunstig geadviseerd.

Het bijgebouw mag niet gebruikt worden als garage.

Het perceel heeft zijn maximale bebouwingsgraad bereikt. Het is niet mogelijk bijkomende verhardingen en bijgebouwen op het perceel te voorzien zonder eenzelfde oppervlakte aan gebouwen/verhardingen van het perceel te verwijderen. De aanleg van bijkomende verhardingen en/of bijgebouwen is hoe dan ook vergunningsplichtig.

 

Voorwaarde

Het bijgebouw mag niet gebruikt worden als garage.

 

Lasten

Niet van toepassing

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

Voorwaarde

  • Het bijgebouw mag niet gebruikt worden als garage.