Terug
Gepubliceerd op 02/07/2024

2024_CBS_01809 - Omgevingsvergunning - het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning langs Bosakker (V_202400010JH) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 01/07/2024 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Bart Julliams; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Nadine Laeremans; Griet Smaers; Tom Corstjens

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_01809 - Omgevingsvergunning - het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning langs Bosakker (V_202400010JH) - Vergunning 2024_CBS_01809 - Omgevingsvergunning - het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning langs Bosakker (V_202400010JH) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 21/08/2024 (bindende eindtermijn)

 


Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2024059669

Dossiernummer gemeente: V_202400010

 

De gemeente Geel heeft op 26 april 2024 een aanvraag ontvangen voor het verkavelen in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning. De aanvraag werd op 8 mei 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

LRD LANDMETING BV gevestigd Holven 162 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Bosakker 17

Kadastrale ligging: afdeling 4 sectie F nrs. 630T2, 630V2, 630A3 en 663Z3

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in: 

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen in een goedgekeurde verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in het gewestplan Herentals - Mol. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend: 

  • Omgevingsvergunning 201900346/OMV_2019101621 voor het slopen van een vrijstaande woning goedgekeurd op 30/09/2019.
  • Verkavelingsvergunning (1691) voor nieuwe verkaveling - goedgekeurd op 26/09/1994.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

 

De aanvraag betreft het verkavelen van een perceel in 1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning.

Achter de strook voor hoofdgebouwen wordt een 10 m diepe tuinstrook voorzien.

Achter de tuinstrook ligt de zone voor bijgebouwen.

 

  1. Openbaar onderzoek

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd gehouden van 18 mei 2024 t.e.m. 16 juni 2024. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

  1. Adviezen

Op 14 juni 2024 werd het advies ontvangen van Dienst Integraal Waterbeleid

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

Op 23 mei 2024 werd het advies ontvangen van Agentschap voor Natuur en Bos

Advies:  geen bezwaar

 

Op 15 mei 2024 werd het advies ontvangen van Omgevingsloket Wyre

Advies: gunstig

 

Op 13 mei 2024 werd het advies ontvangen van Fluvius

Advies: gunstig

 

Op 13 mei 2024 werd het advies ontvangen van Pidpa - Distributie leidingen

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

Op 3 juni 2024 werd het advies ontvangen van Proximus

Advies: gunstig

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langs een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

Watertoets

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

Het project is (deels) gelegen in overstromingsgevoelig gebied volgens de watertoetsadvieskaart. De pluviale overstromingsgevaarkaarten geven een kleine kans op overstroming met een overstormingsdiepte van 28cm.

Mogelijke schadelijke effecten zouden kunnen ontstaan door:

- wijziging van infiltratie naar het grondwater aangezien verhardingen en bebouwing een versnelde 

afvoer van hemelwater en een verminderde infiltratie in de bodem tot gevolg hebben. Dit kan leiden 

tot onvoldoende aanvulling van het grondwater, met (meer) verdroging tot gevolg;

- wijziging van het overstromingsregime, aangezien ophogingen, verhardingen en bebouwing een 

versnelde afvoer van hemelwater, een verlies van ruimte voor water en bijkomende wateroverlast 

tot gevolg kunnen hebben.

Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem 

verwacht.

Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 24,04 m TAW.

Mer-screening

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag te screenen.

Er werd een   m.e.r. – screeningsnota bij de aanvraag gevoegd, die ten gronde werd beoordeeld door de vergunningsverlenende overheid. De beoordeling dat er geen merkelijke effecten zijn op de omgeving wordt gevolgd.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Goede ruimtelijke ordening

Opportuniteitstoets

Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een omgevingsvergunning te worden geweigerd indien het aangevraagde onverenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De beoordelingsgronden van de goede ruimtelijke ordening worden omschreven in art. 4.3.1§2 van de VCRO. 

Functionele inpasbaarheid

Het verkavelen van een perceel in 1 lot voor een eengezinswoning stelt geen beperking aan het gebruik van het perceel. De bestemming van het perceel wordt door de aanvraag niet geschaad. De aanvraag is functioneel in overeenstemming met de functies van de omliggende percelen en deze in de ruimere omgeving van het project. 

Ruimtegebruik – schaal- bouwdichtheid.

De aanvraag heeft een beperkte impact op het ruimtegebruik van het perceel. Er komt immers  1 lot voor een vrijstaande eengezinswoning bij. Het project is qua schaal in overeenstemming met de omgeving van dit project.  

Visueel-vormelijke aspecten.

De aanvraag heeft geen impact op de visueel-vormelijke uitstraling van de percelen in het straatbeeld. De toekomstige bebouwing zal ook de visuele ordening van de straat volgen.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.

Mobiliteit

De aanvraag tot verkaveling heeft een zeer geringe invloed op de mobiliteit. Door de verkaveling wordt er immers slechts 1 lot bijgecreëerd.

Bodemreliëf

De aanvraag heeft geen impact op het bodemreliëf.

Hinderaspecten – gezondheid

De aanvraag brengt geen extra hinder met zich mee voor de omgeving en heeft geen impact op de  gezondheidsaspecten in de omgeving.

 

Er kan geconcludeerd worden dat het project in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening en aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden  van 18 mei 2024 tot en met 16 juni 2024. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeeld deze als volgt:

  • Het advies van Dienst Integraal Waterbeleid, afgeleverd op 14 juni 2024, is voorwaardelijk gunstig.
  • Het advies van Agentschap voor Natuur en Bos, afgeleverd op 23 mei 2024, is geen bezwaar.
  • Het advies van Omgevingsloket Wyre, afgeleverd op 15 mei 2024, is gunstig.
  • Het advies van Fluvius, afgeleverd op 13 mei 2024, is gunstig.
  • Het advies van Pidpa - Distributie leidingen, afgeleverd op 13 mei 2024, is voorwaardelijk gunstig.
  • Het advies van Proximus, afgeleverd op 3 juni 2024, is gunstig.

 

Besluit

Er wordt een gunstig advies gegeven onder volgende voorwaarden:

 

De verkaveling dient te worden uitgevoerd overeenkomstig het goedgekeurde plan.

De bijgevoegde stedenbouwkundige voorschriften, opgesteld door de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dienen te worden toegepast.

De houder van de vergunning dient de verkaveling uit te rusten met voorzieningen van openbaar nut. Deze omvatten water, gas, elektriciteit en alle beschikbare TV- en telefonie infrastructuur met inbegrip van de universele dienstverlener tot in de woning.

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Pidpa dd. 13/05/2024 met kenmerk 202747.

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van de Dienst Integraal Waterbeleid dd. 14/06/2024 met kenmerk WAAD-2024-1512.

Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. Door het oprichten van constructies en door ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te verergeren, moet bij voorkeur het verlies van waterbergingsruimte vermeden worden door het project/plan te realiseren zonder inname van ruimte voor water.

Een eventuele ophoging is enkel toegelaten ter hoogte van de gebouwen zelf; het omliggende terrein mag in geen geval opgehoogd worden.

Uit de meest recente modellen blijkt dat voor een bui met een terugkeerperiode van 1000 jaar 

ter hoogte van het perceel in kwestie een waterpeil van 24,04 m TAW optreedt. 

Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 24,04 m TAW.

 

 

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

De verkaveling dient te worden uitgevoerd overeenkomstig het goedgekeurde plan.

De bijgevoegde stedenbouwkundige voorschriften, opgesteld door de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dienen te worden toegepast.

De houder van de vergunning dient de verkaveling uit te rusten met voorzieningen van openbaar nut. Deze omvatten water, gas, elektriciteit en alle beschikbare TV- en telefonie infrastructuur met inbegrip van de universele dienstverlener tot in de woning.

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Pidpa dd. 13/05/2024 met kenmerk 202747.

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van de Dienst Integraal Waterbeleid dd. 14/06/2024 met kenmerk WAAD-2024-1512.

Er mag geen ruimte voor water verloren gaan. Door het oprichten van constructies en door ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te verergeren, moet bij voorkeur het verlies van 

waterbergingsruimte vermeden worden door het project/plan te realiseren zonder inname van ruimte voor water.

Een eventuele ophoging is enkel toegelaten ter hoogte van de gebouwen zelf; het omliggende terrein mag in geen geval opgehoogd worden.

Uit de meest recente modellen blijkt dat voor een bui met een terugkeerperiode van 1000 jaar

ter hoogte van het perceel in kwestie een waterpeil van 24,04 m TAW optreedt.

Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 24,04 m TAW.