Terug
Gepubliceerd op 04/06/2024

2024_CBS_01470 - Omgevingsvergunning - een ingrijpende energetische renovatie, het verwijderen van verharding en de uitbreiding van een vrijstaande eengezinswoning langs Bel 139 (202400143JH) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 03/06/2024 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Griet Smaers; Bart Julliams; Luc Van Laer

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_01470 - Omgevingsvergunning - een ingrijpende energetische renovatie, het verwijderen van verharding en de uitbreiding van een vrijstaande eengezinswoning langs Bel 139 (202400143JH) - Vergunning 2024_CBS_01470 - Omgevingsvergunning - een ingrijpende energetische renovatie, het verwijderen van verharding en de uitbreiding van een vrijstaande eengezinswoning langs Bel 139 (202400143JH) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 08/06/2024 (bindende eindtermijn)

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2024043407

Dossiernummer gemeente: 202400143

 

De gemeente Geel heeft op 22 maart 2024 een aanvraag ontvangen voor een ingrijpende energetische renovatie, het verwijderen van verharding en de uitbreiding van een vrijstaande eengezinswoning. De aanvraag werd op 9 april 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

Anissa Fillée wonende Ter Voort 201 te 2260 Westerlo en de heer Jorne Adriaensen wonende Ter Voort 201 te 2260 Westerlo

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Bel 139

Kadastrale ligging: afdeling 1 sectie I nrs. 1188_, 1189A en 1195F2

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Omgevingsvergunning 202300533/OMV_2023134128 voor het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning, het slopen van bijgebouwen en het verwijderen van verharding goedgekeurd op 22/01/2024.
  • Stedenbouwkundige vergunning (02024) voor nieuwbouw eengezinswoning - goedgekeurd op 21/12/1959.

 

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De aanvraag betreft het verwijderen van verharding, een ingrijpende energetische renovatie en de uitbreiding van een vrijstaande eengezinswoning.

Er werd op 18/11/2023 reeds een vergunning aangevraagd voor een ingrijpende, energetische renovatie voor de ééngezinswoning gelegen te Bel 139 in Geel. Deze vergunning  werd op 22 januari 2024 verleend door de gemeente. Er werd dus ook al gestart met de afbraakwerken, gezien de vergunning verleend werd.

Omwille van technische complicaties die tijdens de afbraakwerken aan het licht zijn gekomen, dient het bestaande buitenspouwblad te worden afgebroken, isolatie te worden aangebracht tegen het bestaande binnenspouwblad en een nieuw buitenspouwblad te worden opgetrokken. Aangezien hierdoor de voorgevel wordt aangepast en er over de rooilijn wordt gebouwd, dient een nieuwe omgevingsvergunning te worden aangevraagd.

Tijdens de eerste vergunningsprocedure werd er reeds advies ingewonnen van agentschap Landbouw en Visserij en van het agentschap Onroerend Erfgoed. Deze adviezen zijn bij de huidige aanvraag gevoegd.

Op het betreffende perceel staan momenteel een vrijstaande eengezinswoning met diverse bijgebouwen en verhardingen. De meeste van deze constructies(bijgebouwen) zijn vrijstaand en daarmee dus vrijgesteld van de vergunningsplicht met betrekking tot het slopen hiervan. In het Omgevingsloket werden voor de volledigheid al de te slopen constructies opgenomen, zelfs al vallen deze niet onder de vergunningsplicht. Voor enkele constructies geldt wel de vergunningsplicht voor

het slopen, waaronder het bijgebouw op de rechterperceelsgrens en de constructies die werden aangebouwd aan andere constructies en/of de te verbouwen woning.

Ook de volledige verharding werd opgenomen als te verwijderen. Dit betreft momenteel een nietwaterdoorlatende verharding met een behoorlijk grote oppervlakte.

Gezien de kwaliteit en ouderdom van het geheel van de te slopen bijgebouwen, zullen deze verwijderd worden om op die manier plaats te maken voor groen, beplanting én het zicht naar het landschap van Bel open te trekken. Dit zicht naar het bestaande en waardevol landschap is een meerwaarde voor de woning en voor de tuin. Bijkomend wordt er op deze manier voor gezorgd dat er meer oppervlakte is voor het water om te infiltreren in de grond. In het totaal zal er om en

bij de 460m² aan constructies en/of verhardingen verwijderd worden.

1 van de bijgebouwen is vergund geacht en wordt in zijn oppervlakte en volume behouden. Het betreffende bijgebouw wordt al op luchtfoto’s van 1971 teruggevonden. Dit betekent dat de constructie vergund geacht is.

De aanvraag betreft dus hoofdzakelijk het grondig en energetisch verbouwen van de

bestaande eengezinswoning en het uitbreiden ervan. Dit met de nodige aandacht voor het karakter van de huidige woning, die vroeger een kleinschalige boerderij was, doch worden er enkele ingrepen gedaan om tot een meer hedendaagse en meer functionele woning te komen. Bijkomend worden er

ook de nodige, nieuwe en waterdoorlatende verhardingen aangevraagd. Elke nieuw aan te leggen verharding is waterdoorlatend en/of met een brede voeg en/of wordt in helling aangelegd opdat infiltratie op eigen terrein mogelijk is.

De bestaande, vergunde woning wordt in zijn hoofdvolume behouden en ontdaan van alle nevenconstructies, waaronder het overdekt terras dat noch vergund is, noch zich in een goede staat bevindt waardoor het dus lekt. De woning wordt voorzien van een nieuwe uitbreiding waaronder een stukje van de keuken en een stukje dat zal fungeren als een terras, bijkomend veranderen er dus wel een aantal stabiliteits-technische zaken en ook de ramen aan de voorgevel zullen wijzigen omwille van het feit dat de gevel langs buiten geïsoleerd zal worden (slopen bestaande buitenspouwblad, isoleren bestaand binnenspouwblad en het optrekken van een nieuw buitenspouwblad). Op deze

manier komt er meer licht binnen een in een ruimte die eerst dienst deed als koeienstal. Op het gelijkvloers van de woning zal dus plaats gemaakt worden voor een ruime leefruimte, dewelke een zithoek, eethoek en keuken bevat. De eethoek en keuken bevinden zich aan de tuin en de zithoek bevindt zich aan straatzijde.

Aangrenzend aan de leefruimte bevindt zich een berging en tevens achteringang.

Aan straatzijde zal de bestaande voorplaats plaats maken voor een bureaufunctie

voor een vrij beroep (architecte).

Op de verdieping worden 3 ruime slaapkamers en een badkamer ingewerkt. In de bestaande toestand bevinden zich op dit verdiep dezelfde functies, toch worden er een aantal zaken (deuropeningen, plaats voor kasten..) gewijzigd opdat de woning meer functioneel en hedendaags ingevuld wordt. Bijkomend is er ook nog een vaste trap naar de zolder aanwezig. Dit zal een onafgewerkte zolder blijven. Wel zullen er in deze fase 2 veluxen voorzien worden in het dak.

De twee putten (regenwaterput en aalput) die zich onder het huis bevonden zijn reeds gedempt en

dus buiten gebruik.

Bijkomend zal de woning dus voornamelijk grondig geïsoleerd worden. Er zal getracht worden om tussen de bestaande kepers (ongeveer 8cm) te isoleren, echter zorgt dit ervoor dat er niet voldoende plaats is om de huidige isolatienorm (22cm minerale wol) te behalen. Hierdoor zal het dak iets hoger komen dan dat nu het geval is. Dit werd ook zo voorzien op de plannen en mee aangevraagd. Deze

ingreep is een logisch gevolg om te kunnen beantwoorden aan de huidige isolatienormen.

De leefkwaliteit van de bestaande woning wordt beduidend verhoogd door het betrekken van het landschap bij de tuin, het isoleren naar de huidige norm, het voorzien van een ventilatiesysteem, het anders indelen van de ruimtes, deur- en raamopeningen aanpassen/groter maken...

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 23 mei 2024 werd het advies ontvangen van Team grijs van stad Geel

Advies riolering

Zonering – aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein. Het is niet duidelijk of de huidige woning aangesloten is op het openbare rioleringsstelsel. Dit zal bij de bouw moeten bekeken worden.

  • Als er een aansluiting aanwezig is, dan moet men deze herbruiken en zelf de huisaansluitputjes RWA en DWA plaatsen volgens de richtlijnen beschreven in de voorwaarden.
  • Als men geen aansluiting terugvindt, dient men contact op te nemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel via het contactcentrum van Grondgebiedszaken. In dit geval zal er een nieuwe aansluiting met plaatsing van huisaansluitputje(s) gerealiseerd worden.

Riolering algemeen

Op het funderingsplan is er een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater voorzien, wat ook een verplichting is.

Op het plan staan geen diameters opgegeven van de afvoerbuizen. Er wordt verwacht dat men de correcte diameters gebruikt (max. 160 mm).

De disconnectieputten staan vlak achter de rooilijn ingetekend op het rioleringsplan. Men moet deze nog wat meer naar achter plaatsen, zodat de huisaansluitputjes op privé, vlak achter de rooilijn geplaatst kunnen worden.

Huishoudelijk afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput waar beide afvoeren samenkomen om geurhinder te vermijden.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men doet verbouwingswerken met werken aan de afwatering. Men is hierdoor verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

Hemelwaterput

  • Men plaatst twee hemelwaterputten van elke 10.000 L, dus met een totaal volume van 20.000 L wat voldoet.
  • Men sluit alle afvoeren, van zowel de woning als van het vergund geachte bijgebouw aan op de eerste hemelwaterput. Deze is verbonden met een tweede hemelwaterput. Om gebruik te maken van het hemelwater van beide putten moeten deze onderaan met elkaar verbonden zijn.
  • Men zal het hemelwater maximaal herbruiken voor spoeling van 2 toiletten, voor een wasmachine, een dienstkraan voor poetswater en voor 2 buitenkranen (1 aan woning, 1 aan bijgebouw).
  • De overloop van de tweede hemelwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening.

Infiltratievoorziening

  • Men voorziet een infiltratievoorziening met een infiltratievolume van 6233,04 L en een infiltratieoppervlakte van 15,1104 m² wat voldoet. Men heeft ook de oppervlakte van het bijgebouw mee in rekening gebracht wat een gunstig principe is.
  • Men plaatst een bovengrondse constructie zoals de verordening voorschrijft. De wadi heeft een diepte van 50 cm volgens het plan. De bodem mag meegeteld worden bij de berekening van de dimensionering. 
  • Waterdoorlatende verhardingen en niet-waterdoorlatende verhardingen die kunnen afwateren naar groenzone moeten niet mee ingerekend worden bij de dimensionering van de infiltratievoorziening. Deze verhardingen werden ook niet meegerekend.
  • Men mag 60m² (2 keer 30 m²) in mindering brengen o.w.v. de plaatsing van een hemelwaterput bij de woning en bijgebouw.
  • Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar het openbare rioleringsstelsel. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Advies toegang tot het perceel

In de bestaande toestand zijn er op openbaar domein twee toegangen:

  • één toegang aan de linkerzijde met een breedte van ongeveer 3m50.
  • één toegang aan de rechterzijde met een breedte van ongeveer 5m.

Deze toegangen zijn uitgevoerd in asfalt wat geen reglementaire verharding is op openbaar domein. Volgens het nieuwe inplantingsplan zal men op privé de oprit aan de linkerzijde behouden, de oprit aan de rechterzijde wordt verwijderd.

Op openbaar domein zullen er dus aanpassingen moeten gebeuren:

  • verwijdering van de asfaltlaag aan beide zijden
  • aan de linkerzijde aanleg van een toegang met overrijdbare klinkers, de verlaagde boordsteen kan behouden blijven
  • aan de rechterzijde aanleg van stoepklinkers en ophalen van de boordsteen.

Deze aanpassingen mag men niet zelf uitvoeren, maar moet men aanvragen.

 

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

 

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langs een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

Watertoets

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

 

Het voorliggende project ligt niet in overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

Mer-screening

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Goede ruimtelijke ordening

Opportuniteitstoets

Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een omgevingsvergunning te worden geweigerd indien het aangevraagde onverenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De beoordelingsgronden van de goede ruimtelijke ordening worden omschreven in art. 4.3.1§2 van de VCRO.

 

 

Functionele inpasbaarheid

Een ingrijpende energetische renovatie, het verwijderen van verharding en de uitbreiding van een vrijstaande eengezinswoning  stelt geen beperking aan het gebruik van het perceel. De bestemming van het perceel wordt door de aanvraag niet geschaad. De aanvraag is functioneel in overeenstemming met de functies van de omliggende percelen en deze in de ruimere omgeving van het project.

Ruimtegebruik – schaal- bouwdichtheid.

De aanvraag heeft een impact op het ruimtegebruik van het perceel.  Door het slopen van de  bestaande verhardingen zullen deze verwijderd worden om op die manier plaats te maken voor groen, beplanting én het zicht naar het landschap van Bel open te trekken. Dit zicht naar het bestaande en waardevol landschap is een meerwaarde voor de woning en voor de tuin. Bijkomend wordt er op deze manier voor gezorgd dat er meer oppervlakte is voor het water om te infiltreren in de grond.

Het project is qua schaal in overeenstemming met de omgeving van dit project. 

Visueel-vormelijke aspecten.

De aanvraag heeft een impact op de visueel-vormelijke uitstraling van de percelen in het straatbeeld. Het uitzicht van de voorgevel zal wijzigen. De toekomstige bebouwing zal echter wel de visuele ordening van de straat volgen.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.

Mobiliteit

De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.

Bodemreliëf

De aanvraag heeft een impact op het bodemreliëf. Deze impact is echter ten goede want er wordt veel verharding verwijderd.

Hinderaspecten – gezondheid

De aanvraag brengt geen extra hinder met zich mee voor de omgeving en heeft geen impact op de  gezondheidsaspecten in de omgeving.

Er kan geconcludeerd worden dat het project in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening en aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

Niet van toepassing.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van het volgend advies en beoordeelt deze als volgt:

  •  Het advies van Team grijs van stad Geel, afgeleverd op 23 mei 2024, is voorwaardelijk gunstig.

 

Conclusie

Er wordt een gunstig advies gegeven onder volgende voorwaarden:

 

De werken dienen te worden uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde plannen.

De rooilijn mag maximum met 14 cm overschreden worden.

Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van het departement Landbouw en Visserij dd. 22/12/2023 met kenmerk 2023_007751_v1:

De tuinzone dient beperkt te worden tot het woongebied.

Om duidelijk aan te geven waar de tuinzone eindigt en waar het landbouwgebruik begint, dient de tuinzone fysiek te worden afgescheiden van het achterliggende landbouwgebied door middel van een afsluiting of een levende haag

 

De achtergevel van het vergund geachte bijgebouw (oppervlakte 112,92 m²), dat behouden blijft, dient te worden bekleed met een landschappelijk inpasbaar materiaal (gevelmetselwerk, houten beplanking, …).

De woning dient te voldoen aan de EPB-eisen.

 

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Men  dient bij verbouwing na te gaan of er een bestaande aansluiting aanwezig is op het openbare rioleringsstelsel:

  • Als er een aansluiting is, moet men deze herbruiken en zelf de huisaansluitputjes RWA en DWA plaatsen volgens volgende richtlijnen:
    • te plaatsen op privé nabij de rooilijn met onderlinge afstand van min. 0,5m en max. 1m.
    • De eigen disconnectieputten moet verder naar achter geplaatst worden zodat er plaats op privé is voor de huisaansluitputjes.
    • De huisaansluitputjes dienen van kunststof te zijn met voorgevormde vloei.
    • Kleur en afmeting:
      • RWA: grijs met diameter 250mm
      • DWA: roodbruin met diameter 315mm.
    • De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening.
    • De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA. 
    • Na de putjes moet men het afvalwater en hemelwater samenbrengen via een gemengde aansluiting met opsplitsing en koppelen aan de bestaande aansluiting.
    • Als men geen noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening naar de openbare riolering hoeft men geen huisaansluitputje RWA te plaatsen.
  • Als men geen aansluiting terugvindt, dient men contact op te nemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel via het contactcentrum van Grondgebiedszaken. In dit geval zal er een nieuwe aansluiting met plaatsing van huisaansluitputje(s) gerealiseerd worden.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de bestaande/nieuwe aansluiting.

Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 18.900L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men moet volgende aftappunten voorzien: spoeling voor alle toiletten, voor een wasmachine en één of meerdere dienstkranen.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men dient te kiezen voor een bovengrondse infiltratievoorziening.
  • De diepte mag max. 50cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 6233,04 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 15,1104 m² te bedragen.

Als er een nieuwe rioolaansluiting wordt gerealiseerd is het verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Er wordt één toegang op openbaar domein toegestaan aan de linkerzijde die qua breedte aansluit op de oprit op privé. De asfaltverharding op openbaar domein moet vervangen worden door reglementaire verharding. Het vervangen van verharding en aanpassen van de boordsteen betreffen aanpassingen van het openbaar die men zelf niet mag uitvoeren. Hiervoor moet men een aanvraag doen. De kosten voor de aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.

 

 

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

 

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.

 

 

Lasten

Niet van toepassing

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

De werken dienen te worden uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde plannen.

De rooilijn mag maximum met 14 cm overschreden worden.

Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).

Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van het departement Landbouw en Visserij dd. 22/12/2023 met kenmerk 2023_007751_v1:

De tuinzone dient beperkt te worden tot het woongebied.

Om duidelijk aan te geven waar de tuinzone eindigt en waar het landbouwgebruik begint, dient de tuinzone fysiek te worden afgescheiden van het achterliggende landbouwgebied door middel van een afsluiting of een levende haag

 

De achtergevel van het vergund geachte bijgebouw (oppervlakte 112,92 m²), dat behouden blijft, dient te worden bekleed met een landschappelijk inpasbaar materiaal (gevelmetselwerk, houten beplanking, …).

De woning dient te voldoen aan de EPB-eisen.

 

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel (tot aan de rooilijn).

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Men  dient bij verbouwing na te gaan of er een bestaande aansluiting aanwezig is op het openbare rioleringsstelsel:

  • Als er een aansluiting is, moet men deze herbruiken en zelf de huisaansluitputjes RWA en DWA plaatsen volgens volgende richtlijnen:
    • te plaatsen op privé nabij de rooilijn met onderlinge afstand van min. 0,5m en max. 1m.
    • De eigen disconnectieputten moet verder naar achter geplaatst worden zodat er plaats op privé is voor de huisaansluitputjes.
    • De huisaansluitputjes dienen van kunststof te zijn met voorgevormde vloei.
    • Kleur en afmeting:
      • RWA: grijs met diameter 250mm
      • DWA: roodbruin met diameter 315mm.
    • De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening.
    • De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA. 
    • Na de putjes moet men het afvalwater en hemelwater samenbrengen via een gemengde aansluiting met opsplitsing en koppelen aan de bestaande aansluiting.
    • Als men geen noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening naar de openbare riolering hoeft men geen huisaansluitputje RWA te plaatsen.
  • Als men geen aansluiting terugvindt, dient men contact op te nemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel via het contactcentrum van Grondgebiedszaken. In dit geval zal er een nieuwe aansluiting met plaatsing van huisaansluitputje(s) gerealiseerd worden.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de bestaande/nieuwe aansluiting.

Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 18.900L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men moet volgende aftappunten voorzien: spoeling voor alle toiletten, voor een wasmachine en één of meerdere dienstkranen.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men dient te kiezen voor een bovengrondse infiltratievoorziening.
  • De diepte mag max. 50cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 6233,04 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 15,1104 m² te bedragen.

Als er een nieuwe rioolaansluiting wordt gerealiseerd is het verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Er wordt één toegang op openbaar domein toegestaan aan de linkerzijde die qua breedte aansluit op de oprit op privé. De asfaltverharding op openbaar domein moet vervangen worden door reglementaire verharding. Het vervangen van verharding en aanpassen van de boordsteen betreffen aanpassingen van het openbaar die men zelf niet mag uitvoeren. Hiervoor moet men een aanvraag doen. De kosten voor de aanpassingen zijn ten laste van de aanvrager.

 

 

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

 

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.