Terug
Gepubliceerd op 05/03/2024

2024_CBS_00569 - Omgevingsvergunning - - het deels regulariseren, deels slopen, verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning- het verwijderen van de bestaande verharding en het aanleggen van een nieuwe verharding- het aanleggen van een infiltratiebekken langs Pas 283 (202300577JH) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 04/03/2024 - 12:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_00569 - Omgevingsvergunning - - het deels regulariseren, deels slopen, verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning- het verwijderen van de bestaande verharding en het aanleggen van een nieuwe verharding- het aanleggen van een infiltratiebekken langs Pas 283 (202300577JH) - Vergunning 2024_CBS_00569 - Omgevingsvergunning - - het deels regulariseren, deels slopen, verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning- het verwijderen van de bestaande verharding en het aanleggen van een nieuwe verharding- het aanleggen van een infiltratiebekken langs Pas 283 (202300577JH) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 10/03/2024 (bindende eindtermijn)

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023162885

Dossiernummer gemeente: 202300577

 

De gemeente Geel heeft op 12 december 2023 een aanvraag ontvangen voor - het deels regulariseren, deels slopen, verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning

- het verwijderen van de bestaande verharding en het aanleggen van een nieuwe verharding

- het aanleggen van een infiltratiebekken. De aanvraag werd op 18 januari 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Naomi Pauwels met als contactadres Meuldersstraat 4 bus 6 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Pas 283

Kadastrale ligging: afdeling 3 sectie L nr. 846R2

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Stedenbouwkundige vergunning (00249) voor nieuwbouw eengezinswoning - goedgekeurd op 25/07/1949.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De aanvraag betreft:

• Het deels regulariseren, deels slopen, verbouwen en uitbreiden van een

ééngezinswoning.

• Het verwijderen van de bestaande verharding en het aanleggen van een nieuwe

verharding.

• Het aanleggen van een infiltratiebekken.

 

Het woongedeelte blijft beperkt zoals vergund. In de achterbouw wordt een tuinberging voorzien.

 

De veranda en de als ‘woonplaats’ op het plan aangeduide aanbouw linksachter het

hoofdvolume worden gesloopt.

• Te regulariseren zaken:

1. De woning is anders gebouwd dan oorspronkelijk vergund. Het verschil zit

vooral in de kroonlijsthoogte (6,43m vergund en 5,88m bestaand) en de

nokhoogte (10,10m vergund en 9,83m bestaand). De gebouwde woning is

dus lager dan de vergunde.

2. Rechts achter de woning is later een stal en tuinberging gebouwd. Deze

blijven behouden en wordt na de verbouwing een tuinberging.

• De woning wordt (intern) verbouwd, de hellende daken worden geïsoleerd en er

wordt achteraan, op de plaats van de te slopen veranda en woonplaats een

uitbreiding gerealiseerd

 

Het terras wordt verwijderd en maakt plaats voor de uitbreiding en een nieuw terras.

 

  1. Openbaar onderzoek

Er werd geen openbaar onderzoek georganiseerd. De aanvraag heeft echter wel betrekking op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. In toepassing van artikel 83 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning werd met een beveiligde zending het standpunt gevraagd van de eigenaars van de aanpalende percelen.

Er werd geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

Op 27 februari 2024 werd het advies ontvangen van Team Grijs van stad Geel

Advies riolering

Zonering – aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein. Door de aanvrager werd reeds een nieuwe rioolaansluiting aangevraagd. De woning was nog mee aangesloten via de naastliggende woning. De aansluiting met plaatsing van de huisaansluitputjes werd gerealiseerd. De huisaansluitputjes zijn op privé gezet maar deze zijn niet bereikbaar en zullen nog verplaatst worden naar het openbaar domein.

Riolering algemeen

Op het funderingsplan is er een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater voorzien, wat ook een verplichting is bij een verbouwing waarbij men grondige werken uitvoert.

De afvoerbuizen voor het afvalwater en hemelwater hebben een diameter van 110 mm wat voldoet (max. 160mm).

Huishoudelijk  afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput waar beide afvoeren samenkomen om geurhinder te vermijden.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Het gaat om verbouwingswerken met ingrijpende werken aan de afwatering van zowel het regenwater- als het afvalwatersysteem. Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

Hemelwaterput

In principe moet men geen hemelwaterput plaatsen als er reeds een bestaande hemelwaterput aanwezig is.

Men heeft een bestaande hemelwaterput met een volume van 4000 L. De bestaande septische put wordt omgevormd tot een hemelwaterput van 2000 L. Men plaatst nog 2 putten in PE van elk 2000 L bij. In totaal voorziet men een volume van 10.000L wat voldoet aan de nieuwe verordening als men geen bestaande put zou hebben en een nieuwe zou moeten plaatsen. De verschillende putten worden met elkaar verbonden zodat deze werken als communicerende vaten. Het volledige volume van de verschillende putten kan zo gebruikt worden. Dit is een gunstig concept in functie van herbruik.

Op de hemelwaterputten worden alle dakafvoeren aangesloten, ook het voorste dakgedeelte. Men zal de bestaande dakgoot aan de voorzijde naar links laten afwateren. Momenteel is er vermoedelijk afwatering naar zowel de linker als de rechterzijde. Er moet rekening gehouden worden met het feit dat de voorste dakgedeeltes van de naastgelegen woningen mee afwateren via de bestaande dakafvoeren die zich tussen de woningen bevinden (tussen 281 en 283 enerzijds én tussen 283 en 285 anderzijds). Deze afvoeren moeten behouden blijven voor de naastgelegen woningen met huisnr. 281 en 285. Enkel het regenwater dat op het eigen dak valt moet naar de hemelwaterput worden afgeleid, niet dat van de naastliggende woningen.

Men zal het hemelwater herbruiken voor de spoeling van 2 toiletten, voor een wasmachine en een buitenkraan wat voldoet aan de verordening.

Infiltratievoorziening

Men voorziet een bovengrondse infiltratievoorziening met een infiltratievolume van 3683,25L, een infiltratieoppervlakte van 10,34 m² en een diepte van max. 50cm wat voldoet aan de verordening.

Voor de berekening van de dimensionering heeft men het volledige dak ingerekend wat een gunstig principe is. Tenslotte watert het volledige dak via de hemelwaterput naar de infiltratievoorziening af, dus neemt men best alles in rekening. De infiltratievoorziening wordt deels voorzien onder het nieuwe houten terras dat op een paalconstructie wordt gebouwd.

Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar het openbare gemengde stelsel. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Advies toegang tot het perceel

De woning heeft 2 toegangen (voordeur en deur naar een zijgangetje). Deze toegangen zijn bereikbaar via de stoep die tot tegen de woning is aangelegd (bouwlijn=rooilijn). Er dienen geen aanpassingen van het openbaar domein te gebeuren in functie van de toegankelijkheid van de woning.

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

  1. Project-MER

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langs een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

 

Watertoets

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied. Bovendien worden er geen belangrijke ondergrondse constructies gebouwd en worden er geen grachten gedempt, overwelfd, ingebuisd of beschoeid, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput en/of infiltratie- en/of buffervoorziening, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke/provinciale/gemeentelijke stedenbouwkundige verordening. Hemelwater en afvalwater worden gescheiden afgevoerd.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Goede ruimtelijke ordening

Opportuniteitstoets

Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een omgevingsvergunning te worden geweigerd indien het aangevraagde onverenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De beoordelingsgronden van de goede ruimtelijke ordening worden omschreven in art. 4.3.1§2 van de VCRO.

 

Functionele inpasbaarheid

Het deels regulariseren, deels slopen, verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning, het verwijderen van de bestaande verharding en het aanleggen van een nieuwe verharding en het aanleggen van een infiltratiebekken stelt geen beperking aan het gebruik van het perceel. De bestemming van het perceel wordt door de aanvraag niet geschaad. De aanvraag is functioneel in overeenstemming met de functies van de omliggende percelen en deze in de ruimere omgeving van het project.

Ruimtegebruik – schaal- bouwdichtheid.

De aanvraag heeft geen impact op het ruimtegebruik van het perceel. De herbouw heeft immers ongeveer dezelfde foot-print als de bestaande woning met terras. Het project is qua schaal in overeenstemming met de omgeving van dit project. 

Visueel-vormelijke aspecten.

De aanvraag heeft geen impact op de visueel-vormelijke uitstraling van de percelen in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.

Mobiliteit

De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.

Bodemreliëf

De aanvraag heeft geen impact op het bodemreliëf.

Hinderaspecten – gezondheid

De aanvraag brengt geen extra hinder met zich mee voor de omgeving en heeft geen impact op de  gezondheidsaspecten in de omgeving.

 

Er kan geconcludeerd worden dat het project in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening en aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

De aanpalende eigenaars werden op 23/01/2024 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen  voor gemene eigendom. Er werd geen bezwaar ingediend.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van het volgend advies en beoordeelt deze als volgt:

  •  Het advies van Team Grijs van stad Geel, afgeleverd op 27 februari 2024, is voorwaardelijk gunstig.

 

Conclusie

Er wordt een gunstig advies gegeven onder volgende voorwaarden:

 

De werken dienen te worden uitgevoerd en te zijn uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde plannen.

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het nieuw geplaatste huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het nieuw geplaatste huisaansluitputje DWA.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

De afvoerbuizen voor regenwater die zich op de grens tussen de te verbouwen woning en de woning met huisnr. 281 én tussen de te verbouwen woning en de woning met huisnr. 285 bevinden, moeten behouden blijven voor de afwatering van het dak van de woning met huisnr. 281 én van het dak van de woning met huisnr. 285. Enkel het regenwater dat op het eigen dak valt moet naar de hemelwaterput worden afgeleid, niet dat van de naastliggende woningen.

De hemelwaterputten (bestaand+nieuw) moeten aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterputten dienen te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • De putten moeten met elkaar zo verbonden zijn dat ze werken als communicerende vaten.
  • Het totale volume van de putten moet minimum 7500 L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige eigen dak hier op aan te sluiten.
  • Er moet een pomp worden geplaatst in functie van herbruik. Er moeten aanvoerleidingen voorzien worden naar alle toiletten, een wasmachine en één of meerdere dienstkranen (binnenkraan, buitenkraan).
  • De overloop van één van de putten dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De verplichte infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen. De diepte mag max. 50 cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 3469,29 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 8,4104 m² te bedragen.

Bij het ingebruik nemen van een nieuwe rioolaansluiting is het verplicht vóór de eerste ingebruikname de privéwaterafvoer te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

 

De vloerpas is gelegen op 26 cm boven de as van de weg.

 

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

 

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.

 

 

Lasten

Niet van toepassing

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

De werken dienen te worden uitgevoerd en te zijn uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde plannen.

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op het nieuw geplaatste huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het nieuw geplaatste huisaansluitputje DWA.

Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de nieuwe aansluiting.

De afvoerbuizen voor regenwater die zich op de grens tussen de te verbouwen woning en de woning met huisnr. 281 én tussen de te verbouwen woning en de woning met huisnr. 285 bevinden, moeten behouden blijven voor de afwatering van het dak van de woning met huisnr. 281 én van het dak van de woning met huisnr. 285. Enkel het regenwater dat op het eigen dak valt moet naar de hemelwaterput worden afgeleid, niet dat van de naastliggende woningen.

De hemelwaterputten (bestaand+nieuw) moeten aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterputten dienen te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • De putten moeten met elkaar zo verbonden zijn dat ze werken als communicerende vaten.
  • Het totale volume van de putten moet minimum 7500 L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige eigen dak hier op aan te sluiten.
  • Er moet een pomp worden geplaatst in functie van herbruik. Er moeten aanvoerleidingen voorzien worden naar alle toiletten, een wasmachine en één of meerdere dienstkranen (binnenkraan, buitenkraan).
  • De overloop van één van de putten dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De verplichte infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen. De diepte mag max. 50 cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 3469,29 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 8,4104 m² te bedragen.

Bij het ingebruik nemen van een nieuwe rioolaansluiting is het verplicht vóór de eerste ingebruikname de privéwaterafvoer te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

 

De vloerpas is gelegen op 26 cm boven de as van de weg.

 

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

 

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.