Terug
Gepubliceerd op 03/04/2024

2024_CBS_00827 - Omgevingsvergunning - het verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning langs Gemeenteheide 57 (202300607IV) - Goedkeuren

College van Burgemeester en Schepenen
di 02/04/2024 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Tom Corstjens; Pieter Cowé; Luc Van Laer; Anne-Laure Maes

Afwezig

Bart Julliams; Marlon Pareijn; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Secretaris

Anne-Laure Maes

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_00827 - Omgevingsvergunning - het verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning langs Gemeenteheide 57 (202300607IV) - Goedkeuren 2024_CBS_00827 - Omgevingsvergunning - het verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning langs Gemeenteheide 57 (202300607IV) - Goedkeuren

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 9/04/2024

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023171769

Dossiernummer gemeente: 202300607

 

De gemeente Geel heeft op 22 december 2023 een aanvraag ontvangen voor het verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning. De aanvraag werd op 9 februari 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Florien Veraghtert wonende Gemeenteheide 55 te 2440 Geel en de heer Verheyden Jess wonende Gemeenteheide 55 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Gemeenteheide 57

Kadastrale ligging: afdeling 3 sectie K nr. 915Y3

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

 

woonuitbreidingsgebied

De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Verordeningen

  • gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.
  • gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 2 oktober 2023.
  • gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Stedenbouwkundige vergunning (04721) voor verbouwen van/tot of uitbreiden van land- en tuinbouw - geweigerd op 25/08/1969.
  • Stedenbouwkundige vergunning (04766) voor verbouwen van/tot of uitbreiden van eengezinswoning - goedgekeurd op 27/10/1969.
  • Stedenbouwkundige vergunning (02291) voor nieuwbouw eengezinswoning - goedgekeurd op 13/02/1961.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De aanvraag betreft het verbouwen en uitbreiden van een ééngezinswoning.

 

Een deel van de achterbouw wordt gesloopt en vervangen door een nieuwe achterbouw.

Deze nieuwe achterbouw wordt doorgetrokken op de verdieping. Op deze manier ontstaat er een ééngezinswoning met 3 slaapkamers.

 

Tegen de linkerzijgevel wordt een carport opgericht in gevelsteenmetselwerk.

 

De gevels van de woning zullen afgewerkt met kaleien in gebroken witte kleur.

 

De bestaande bijgebouwen op het perceel worden gesloopt. De bomen worden gerooid.

 

De woning heeft in de bestaande toestand een bouwvolume van 622,82m³. Na de uitbreiding zal het bouwvolume 849,93m³ bedragen.

 

  1. Openbaar onderzoek

Er werd geen openbaar onderzoek georganiseerd. De aanvraag heeft echter wel betrekking op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. In toepassing van artikel 83 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning werd met een beveiligde zending het standpunt gevraagd van de eigenaars van de aanpalende percelen.

Er werd geen bezwaar ingediend.

 

  1. Adviezen

Op 26 maart 2024 werd het advies ontvangen van stad Geel, dienst Openbaar Domein, team groen:

De aanvraag betreft het slopen van 2 bijgebouwen en het verbouwen / uitbreiden van een woning, op een perceel gelegen te 2440 Geel, Gemeenteheide 57.

Op het perceel, kadastraal gekend als 13373_K_0915_Y_003_00, groeien 2 inheemse, standplaatsgeschikte en gezonde lindebomen. Uit het inplantingsplan blijkt dat de aanvrager deze bomen wenst te rooien. De reden voor dit voornemen is onduidelijk. 

Deze bomen vormen een stapsteen naar de iets verder gelegen groenbuffer die het gebied voor verblijfsrecreatie scheidt van het woonuitbreidingsgebied. Verder maken ze onderdeel uit van een noordzuid georiënteerde bomenrij achter de woningen Gemeenteheide 49-57. Dergelijke bomenrijen vormen een oriëntatiepunt voor tal van ongewervelden en vleermuizen. Het wegnemen van een of meerdere van deze elementen zal leiden tot desoriëntatie, habitatverlies, versnippering en een daling van de biodiversiteit.

Het behoud van deze bomen dient dan ook gezien in een breder kader van goed ruimtelijk beleid met aandacht voor groen, biodiversiteit en een leefbare woonomgeving.

Naast bovenstaande redenen is het behoud van gezonde bomen als deze, aangewezen om diverse redenen. Zo o.a. om een leefbaar woonklimaat en aangename buitentemperatuur te behouden. Tijdens de koude winterperiode laten deze bomen het zonlicht gefilterd doordringen in de woning. In de zomer zorgen ze voor een natuurlijk en aangenaam, verkoelend effect. En dit zowel in, als rond de woning. Het wegnemen van de bomen zal leiden tot hogere temperaturen in de zomer. In functie van indirecte lichtinval kunnen onderaan de boom enkele takken weggenomen of ingesnoeid worden. Een dergelijke maatregel dient te worden uitgevoerd door een vakbekwaam persoon met kennis van boomverzorging.

Zo mag er niet meer dan 20% kroonvolume worden weggenomen. De stam/kroonverhouding dient 1 op 2 te zijn. M.a.w. 1 deel stam en 2 delen kroon. Ook het tijdstip van uitvoering en de wijze waarop de ingreep gebeurt zijn van essentieel belang i.f.v. bomenbehoud.

Advies: ongunstig

 

Op 7 maart 2024 werd het advies ontvangen van stad Geel, dienst Openbaar Domein, team grijs

Advies riolering

Zonering – aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein. Volgens onze rioleringsplannen is er een bestaande huisaansluiting. Deze aansluiting ligt op 5m50 gemeten vanaf de inspectieput die gelegen is in de straat op de T-splitsing met Vroente. Men dient de bestaande aansluiting te gebruiken. Als er nog geen huisaansluitputjes zijn, moet men deze plaatsen volgens de richtlijnen beschreven in de voorwaarden.

Riolering algemeen

Op het funderingsplan is er een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater voorzien, wat ook een verplichting is.

De afvoerbuizen voor het grijswater en hemelwater hebben een diameter van 110 mm. De afvoerbuis van het fecaal water heeft een diameter van 125 mm. Deze diameters voldoen (max. 160 mm).

Huishoudelijk  afvalwater

Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput waar beide afvoeren samenkomen om geurhinder te vermijden.

Hemelwater

De  Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Het dossier betreft een verbouwing met werken aan de afwatering en met uitbreiding. Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

Hemelwaterput

Volgens het bestaande plan is er een hemelwaterput maar deze zal worden gesupprimeerd omdat hier de uitbreiding komt. Men plaatst een nieuwe hemelwaterput met een volume van 10.000 L. Op de put worden alle dakafvoeren aangesloten. Men zal het hemelwater herbruiken voor spoeling van 2 toiletten, voor een wasmachine en 2 buitenkranen.

Infiltratievoorziening

Men voorziet een bovengrondse infiltratievoorziening, type wadi, met een infiltratievolume van 4010 L, een infiltratieoppervlakte van 8,91 m² en een diepte van 50 cm wat voldoet aan de verordening.

Waterdoorlatende verhardingen en niet-waterdoorlatende verhardingen die kunnen afwateren naar groenzone moeten niet mee ingerekend worden bij de dimensionering van de infiltratievoorziening. Deze verhardingen worden niet mee gerekend volgens het ingevulde hemelwaterformulier. Men moet er op letten dat het water dat op deze verhardingen valt, tijd krijgt om te infiltreren en dat men geen wateroverlast veroorzaakt bij naastliggende percelen of naar het openbaar domein toe.

Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar het openbare rioleringsstel. Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.

Advies toegang tot het perceel

In de bestaande toestand is er op openbaar domein aan de linkerzijde een verharde toegang in functie van de oprit op privé. De rest van de berm is ook verhard met klinkers. Volgens onze regelgeving is dit niet toegestaan. Op het openbaar domein mag enkel de strikt noodzakelijke toegang verhard worden met een maximum breedte van 6m, eventueel opsplitsbaar in 2.

Volgens het nieuwe inplantingsplan behoudt men de toegang aan de linkerzijde. Op de rooilijn bedraagt de breedte 4m24.

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg (Gemeenteheide).

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

 

Watertoets

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

Het perceel gelegen te Geel, Afdeling 3, Sectie K, nr. 915Y3 stroomt af naar de Rijloop, een onbevaarbare waterloop van 2de categorie die beheerd wordt door Provincie Antwerpen. De locatie is volgens de watertoetskaarten niet overstromingsgevoelig.

Mogelijke schadelijke effecten voor het water zouden kunnen ontstaan door wijziging van de kwaliteit van het oppervlaktewater of het grondwater, wijziging van infiltratie naar het grondwater, wijziging van de grondwatervoorraden en het grondwaterstromingspatroon, wijziging van het overstromingsregime, het afvoergedrag of de structuurkwaliteit van de waterloop, en wijziging van waterafhankelijke natuur.

Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht. Het project wordt bijgevolg gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid.

Gezien het risico beperkt is tot het gevraagde project, dient de eigenaar zelf alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om eventuele waterschade te voorkomen.

Niet functionele verharde oppervlakten moeten vermeden worden. Eventuele verharding is bij voorkeur waterdoorlatend. Het dakwater moet zoveel mogelijk hergebruikt worden (als toiletspoeling, waswater, beregening, … ). Het overige afstromende hemelwater (niet doorlaatbare verharde oppervlakten, overloop regenwaterput, …) moet worden geïnfiltreerd en/of – wanneer de bodem geen of slechts beperkte infiltratie toelaat - gebufferd. Slechts een zeer beperkte hoeveelheid mag worden afgevoerd. Er moet minstens voldaan zijn aan de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.

Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening.

Conclusie

De watertoets wordt positief beoordeeld.

 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:

 

Functionele inpasbaarheid

Het betreft de verbouwing van een zonevreemde ééngezinswoning. In de straat zijn meerdere woningen aanwezig. De aanvraag is functioneel inpasbaar voor wat betreft de verbouwing.

 

In deze aanvraag is eveneens het rooien van 2 lindebomen opgenomen. De reden voor het rooien is niet meegegven.

Deze bomen vormen een stapsteen naar de iets verder gelegen groenbuffer die het gebied voor verblijfsrecreatie scheidt van het woonuitbreidingsgebied. Verder maken ze onderdeel uit van een noordzuid georiënteerde bomenrij achter de woningen Gemeenteheide 49-57. Dergelijke bomenrijen vormen een oriëntatiepunt voor tal van ongewervelden en vleermuizen. Het wegnemen van een of meerdere van deze elementen zal leiden tot desoriëntatie, habitatverlies, versnippering en een daling van de biodiversiteit.

Het behoud van deze bomen dient dan ook gezien in een breder kader van goed ruimtelijk beleid met aandacht voor groen, biodiversiteit en een leefbare woonomgeving.

Naast bovenstaande redenen is het behoud van gezonde bomen als deze, aangewezen om diverse redenen. Zo o.a. om een leefbaar woonklimaat en aangename buitentemperatuur te behouden. Tijdens de koude winterperiode laten deze bomen het zonlicht gefilterd doordringen in de woning. In de zomer zorgen ze voor een natuurlijk en aangenaam, verkoelend effect. En dit zowel in, als rond de woning. Het wegnemen van de bomen zal leiden tot hogere temperaturen in de zomer. In functie van indirecte lichtinval kunnen onderaan de boom enkele takken weggenomen of ingesnoeid worden. Een dergelijke maatregel dient te worden uitgevoerd door een vakbekwaam persoon met kennis van boomverzorging.

Zo mag er niet meer dan 20% kroonvolume worden weggenomen. De stam/kroonverhouding dient 1 op 2 te zijn. M.a.w. 1 deel stam en 2 delen kroon. Ook het tijdstip van uitvoering en de wijze waarop de ingreep gebeurt zijn van essentieel belang i.f.v. bomenbehoud.

De aanvraag voor het rooien van de 2 lindebomen is functioneel niet inpasbaar.

 

Mobiliteitsimpact

Voor een ééngezinswoning is de impact van de mobiliteit beperkt.

 

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De woning heeft een beperkt bouwvolume.

 

Visueel-vormelijke elementen

De woning wordt opgericht in hedendaagse materialen.

 

De 2 lindebomen vormen een stapsteen naar de achterliggende groenbuffer. Deze maken ook deel uit van een noordzuid georiënteerde bomenrij achter de woningen. De bomen zijn bepalend voor het groene karakter van de buurt en moeten behouden blijven.

 

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

 

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

 

Deze 2 lindbomen zorgen voor een aangenaam woonklimaat in de woning in de zomer en winter. Het gebruiksgenot voor de bewoners stijgt.

Daarnaast zijn deze bomen bomen bepalend voor het groene karakter in de buurt.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening voor het verbouwen van de woning.

De aanvraag is NIET in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening voor het rooien van de bomen.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

De aanpalende eigenaars werden op 16/02/2024 aangeschreven aangezien de aanvraag betrekking heeft op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen  voor gemene eigendom. Er werd geen bezwaar ingediend.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:

  • Het advies van stad Geel, dienst Openbaar Domein, team groen, afgeleverd op 26 maart 2024 is ongunstig.
  • Het advies van stad Geel, dienst Openbaar Domein, team grijs, afgeleverd op 7 maart 2024 is voorwaardelijk gunstig.
    Aanpassingen van het openbaar domein mag men niet zelf uitvoeren. Men moet hiervoor een aanvraag doen.

Volgens onze regelgeving mag op openbaar domein enkel de strikt noodzakelijke toegang verhard worden met een maximum breedte van 6m, eventueel opsplitsbaar in 2. De rest van de berm moet ingericht zijn als gras-of zandberm. Om zich in regel te stellen, kan men een aanvraag tot aanpassing van het openbaar domein doen via de website (www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein).

 

Conclusie

De omgevingsambtenaar verleent een GUNSTIG advies met voorwaarden voor het verbouwen van de woning:

 

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Men moet de bestaande aansluiting opzoeken en gebruiken. Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de bestaande aansluiting.

Men dient zelf de huisaansluitputjes DWA en RWA te plaatsen volgens volgende richtlijnen:

  • te plaatsen op privé nabij de rooilijn met onderlinge afstand van min. 0,5m en max. 1m.
  • De huisaansluitputjes dienen van kunststof te zijn met voorgevormde vloei.
  • Kleur en afmeting:
    • RWA: grijs met diameter 250mm
    • DWA: roodbruin met diameter 315mm. 
  • De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.
  • De afvoerbuis van het regenwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop wenst vanuit de infiltratievoorziening. Als men geen noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening naar de openbare riolering hoeft men geen huisaansluitputje RWA te plaatsen.
  • Na de putjes moet men het afvalwater en hemelwater samenbrengen met een y-stuk en koppelen aan de bestaande aansluiting.

Als men geen bestaande aansluiting terugvindt, moet men contact opnemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel.              

Putten of andere voorzieningen (zoals hemelwaterput, infiltratievoorziening) dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

 

Men  is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 10.000 L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten aanvoerleidingen voorzien worden naar alle toiletten, een wasmachine en één of meerdere dienstkranen (binnenkraan, buitenkraan).
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen. De diepte mag max. 50 cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 3620 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 8,78 m² te bedragen.

Aanpassingen van het openbaar domein mag men niet zelf uitvoeren. Men moet hiervoor een aanvraag doen.

Volgens onze regelgeving mag op openbaar domein enkel de strikt noodzakelijke toegang verhard worden met een maximum breedte van 6m, eventueel opsplitsbaar in 2. De rest van de berm moet ingericht zijn als gras-of zandberm. Om zich in regel te stellen, kan men een aanvraag tot aanpassing van het openbaar domein doen via de website (www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein).

 

Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme.

De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type.

Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.

 

Het bestaande vloerpeil van de woning wordt aangehouden.

 

Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.

De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.

 

 

De omgevingsambtenaar verleent een ONGUNSTIG advies voor het rooien van de 2 lindebomen omwille van volgende redenen:

 

Deze bomen vormen een stapsteen naar de iets verder gelegen groenbuffer die het gebied voor verblijfsrecreatie scheidt van het woonuitbreidingsgebied. Verder maken ze onderdeel uit van een noordzuid georiënteerde bomenrij achter de woningen Gemeenteheide 49-57. Dergelijke bomenrijen vormen een oriëntatiepunt voor tal van ongewervelden en vleermuizen. Het wegnemen van een of meerdere van deze elementen zal leiden tot desoriëntatie, habitatverlies, versnippering en een daling van de biodiversiteit.

Het behoud van deze bomen dient dan ook gezien in een breder kader van goed ruimtelijk beleid met aandacht voor groen, biodiversiteit en een leefbare woonomgeving.

Naast bovenstaande redenen is het behoud van gezonde bomen als deze, aangewezen om diverse redenen. Zo o.a. om een leefbaar woonklimaat en aangename buitentemperatuur te behouden. Tijdens de koude winterperiode laten deze bomen het zonlicht gefilterd doordringen in de woning. In de zomer zorgen ze voor een natuurlijk en aangenaam, verkoelend effect. En dit zowel in, als rond de woning. Het wegnemen van de bomen zal leiden tot hogere temperaturen in de zomer. In functie van indirecte lichtinval kunnen onderaan de boom enkele takken weggenomen of ingesnoeid worden. Een dergelijke maatregel dient te worden uitgevoerd door een vakbekwaam persoon met kennis van boomverzorging.

Zo mag er niet meer dan 20% kroonvolume worden weggenomen. De stam/kroonverhouding dient 1 op 2 te zijn. M.a.w. 1 deel stam en 2 delen kroon. Ook het tijdstip van uitvoering en de wijze waarop de ingreep gebeurt zijn van essentieel belang i.f.v. bomenbehoud.

 

 

 

Lasten

Niet van toepassing

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren voor het verbouwen van de woning aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Men moet de bestaande aansluiting opzoeken en gebruiken. Bij aanleg van de private riolering moet men rekening houden met de diepte van de bestaande aansluiting.

Men dient zelf de huisaansluitputjes DWA en RWA te plaatsen volgens volgende richtlijnen:

  • te plaatsen op privé nabij de rooilijn met onderlinge afstand van min. 0,5m en max. 1m.
  • De huisaansluitputjes dienen van kunststof te zijn met voorgevormde vloei.
  • Kleur en afmeting:
    • RWA: grijs met diameter 250mm
    • DWA: roodbruin met diameter 315mm. 
  • De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje DWA.
  • De afvoerbuis van het regenwater moet aangesloten worden op het huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop wenst vanuit de infiltratievoorziening. Als men geen noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening naar de openbare riolering hoeft men geen huisaansluitputje RWA te plaatsen.
  • Na de putjes moet men het afvalwater en hemelwater samenbrengen met een y-stuk en koppelen aan de bestaande aansluiting.

Als men geen bestaande aansluiting terugvindt, moet men contact opnemen met de dienst Openbaar domein van stad Geel.              

Putten of andere voorzieningen (zoals hemelwaterput, infiltratievoorziening) dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

 

Men  is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 10.000 L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moeten aanvoerleidingen voorzien worden naar alle toiletten, een wasmachine en één of meerdere dienstkranen (binnenkraan, buitenkraan).
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen. De diepte mag max. 50 cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 3620 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 8,78 m² te bedragen.

Aanpassingen van het openbaar domein mag men niet zelf uitvoeren. Men moet hiervoor een aanvraag doen.

Volgens onze regelgeving mag op openbaar domein enkel de strikt noodzakelijke toegang verhard worden met een maximum breedte van 6m, eventueel opsplitsbaar in 2. De rest van de berm moet ingericht zijn als gras-of zandberm. Om zich in regel te stellen, kan men een aanvraag tot aanpassing van het openbaar domein doen via de website (www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein).

 

Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme.

De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type.

Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.

 

Het bestaande vloerpeil van de woning wordt aangehouden.

 

Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.

De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.

 

 


 

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren voor het rooien van de 2 lindebomen omwille van volgende redenen:

 

Deze bomen vormen een stapsteen naar de iets verder gelegen groenbuffer die het gebied voor verblijfsrecreatie scheidt van het woonuitbreidingsgebied. Verder maken ze onderdeel uit van een noordzuid georiënteerde bomenrij achter de woningen Gemeenteheide 49-57. Dergelijke bomenrijen vormen een oriëntatiepunt voor tal van ongewervelden en vleermuizen. Het wegnemen van een of meerdere van deze elementen zal leiden tot desoriëntatie, habitatverlies, versnippering en een daling van de biodiversiteit.

Het behoud van deze bomen dient dan ook gezien in een breder kader van goed ruimtelijk beleid met aandacht voor groen, biodiversiteit en een leefbare woonomgeving.

Naast bovenstaande redenen is het behoud van gezonde bomen als deze, aangewezen om diverse redenen. Zo o.a. om een leefbaar woonklimaat en aangename buitentemperatuur te behouden. Tijdens de koude winterperiode laten deze bomen het zonlicht gefilterd doordringen in de woning. In de zomer zorgen ze voor een natuurlijk en aangenaam, verkoelend effect. En dit zowel in, als rond de woning. Het wegnemen van de bomen zal leiden tot hogere temperaturen in de zomer. In functie van indirecte lichtinval kunnen onderaan de boom enkele takken weggenomen of ingesnoeid worden. Een dergelijke maatregel dient te worden uitgevoerd door een vakbekwaam persoon met kennis van boomverzorging.

Zo mag er niet meer dan 20% kroonvolume worden weggenomen. De stam/kroonverhouding dient 1 op 2 te zijn. M.a.w. 1 deel stam en 2 delen kroon. Ook het tijdstip van uitvoering en de wijze waarop de ingreep gebeurt zijn van essentieel belang i.f.v. bomenbehoud.