Terug
Gepubliceerd op 23/01/2024

2024_CBS_00125 - Omgevingsvergunning - het bouwen van een bijgebouw en het plaatsen van een overwelving langs Weverstraat 41 (202300513HB) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 22/01/2024 - 12:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Marlon Pareijn; Luc Van Laer; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Tom Corstjens; Pieter Cowé

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_00125 - Omgevingsvergunning - het bouwen van een bijgebouw en het plaatsen van een overwelving langs Weverstraat 41 (202300513HB) - Vergunning 2024_CBS_00125 - Omgevingsvergunning - het bouwen van een bijgebouw en het plaatsen van een overwelving langs Weverstraat 41 (202300513HB) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 26/01/2023

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023147260

Dossiernummer gemeente: 202300513

 

De gemeente Geel heeft op 9 november 2023 een aanvraag ontvangen voor het bouwen van een bijgebouw en het plaatsen van een overwelving. De aanvraag werd op 27 november 2023 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

de heer Rik Van Kerckhoven met als contactadres Weverstraat 41 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Weverstraat 41

Kadastrale ligging: afdeling 5 sectie N nr. 1033Z

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is gelegen in een goedgekeurde niet vervallen verkaveling nl. 473C van 03/01/2018 en bijstelling verkaveling nl. V_202300007 van 12/06/2023.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing. 

 

Verordeningen

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

algemene bouwverordening inzake weekendverblijven goedgekeurd op 8 juli 2005.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 10/02/2023.

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Omgevingsvergunning 201900091/OMV_2019030472 voor bijstelling verkaveling voor het aanpassen van de lotafmetingen en aanpassing bouwdiepte lot 1 en 2 goedgekeurd op 06/05/2019.
  • Omgevingsvergunning 201900537/OMV_2019155828 voor het oprichten van een vrijstaande eengezinswoning goedgekeurd op 24/02/2020.
  • Omgevingsvergunning 202000412/OMV_2020117566 voor het oprichten van een garage in de bouwvrije zijtuinstrook goedgekeurd op 30/11/2020.
  • Omgevingsvergunning V_202300007/OMV_2023044451 voor bijstelling verkaveling voor lot 3 goedgekeurd op 12/06/2023.
  • Omgevingsvergunning 202300497/OMV_2023143148 voor het oprichten van een bijgebouw en het overwelving van een gracht ongegrond, niet rechtsgeldig op 31/10/2023.
  • Verkavelingsvergunning (0473 C) voor het uitbreiden van een verkaveling met 2 loten voor gekoppelde en 5 loten voor vrijstaande eengezinswoningen en tevens de wijziging van een lot - goedgekeurd op 03/01/2018.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Het betreft het oprichten van een bijgebouw in de achtertuinzone, meer bepaald de zone voor bijgebouwen conform de wijziging van de verkaveling (OMV_2023044451).

Het bijgebouw zal tegen de perceelsgrens worden gebouwd met plat dak. Alle aangrenzende buren hebben hun akkoord hiervoor op papier gezet.

Het gebouw zelf wordt opgetrokken in snelbouwsteen, aan de zichtzijde bekleed met houten latten. Het betreft een tuinberging.

Het betreft de uitbreiding van een bestaande grachtoverwelving van 3m naar de maximale toegestane 5m breedte om het op- en afrijden van het perceel te vergemakkelijken.

De duikers worden voorzien in metselwerk in de gevelsteen van de woning volgens de detailtekeningen.

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 10 januari 2024 werd het advies ontvangen van Intern stad Geel

Advies riolering

Zonering en aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig (afvalwaterriolering en gracht). Er is reeds een bestaande aansluiting aanwezig.

Riolering algemeen

 De dakafvoeren van het nieuwe bijgebouw worden aangesloten op de bestaande combiput (hemelwaterput én infiltratieput) en worden dus gescheiden gehouden van het bestaande afvalwaterstelsel van de woning.

Huishoudelijk afvalwater

In het bijgebouw worden geen afvoeren voor afvalwater voorzien.

Hemelwater

Volgens het ingevulde hemelwaterformulier is de GSV hemelwater 2023 niet van toepassing. Dit is niet correct. De nieuwe hemelwaterverordening is wel van toepassing aangezien men een overdekte constructie wenst te bouwen en men afvoeren voorziet.

Hemelwaterput

In principe zou men bij het bijgebouw een hemelwaterput moeten plaatsen van minstens 5607 L. Men kiest ervoor om het nieuwe bijgebouw mee aan te sluiten op de bestaande hemelwaterput van 5000 L waarop de dakafvoeren van de woning zijn aangesloten. Op deze manier zal het hemelwater mee gebruikt worden voor toepassingen in de woning. Op zich is dit een goed principe en er kan mee akkoord gegaan worden. De hemelwaterput van 5000 L is echter vrij klein t.o.v. de oppervlakte die men er zal op aansluiten. Dus men zou kunnen overwegen om een put van 5000 L bij te plaatsen.

Men moet maximaal inzetten op herbruik. Bij de vergunning van de bouw van de woning, werd het herbruik voorzien voor 2 toiletten en een buitenkraan. Ook als er al een hemelwaterput aanwezig is, stelt de nieuwe GSV dat men aanvoerleidingen moet voorzien voor elk toilet, wasmachine en dienstkranen voor poetswater, tuin en terras (als aanwezig) indien hiervoor geen leidingen onder of door het gebouw moeten aangelegd worden. Als het mogelijk is, moet men dus ook de wasmachine als aftappunt voorzien.

De bestaande infiltratievoorziening bedraagt qua volume 2500 L en qua infiltratieoppervlakte 4,32 m². In de beschrijvende nota wordt vermeld dat dit voldoet, ook als het nieuwe gebouw er mee op aansluit. Het voldoet echter niet. Men meldt ook dat de overloop van de put naar de voorliggende open gracht gaat wat de infiltratiecapaciteit extra verhoogd. Een open gracht mag niet gezien worden als vervanging van een private infiltratievoorziening. Er mag niet gerekend worden op een openbare voorziening om te voldoen aan de verordening.

Advies toegang tot het perceel met overwelving

Huidige situatie

In de bestaande toestand is er een tijdelijke overwelving aanwezig. De open gracht werd tijdelijk overwelfd om de bouwwerken te kunnen uitvoeren.

Aanvraag

Men vraagt een vergunning voor een definitieve overwelving met een breedte van 5m.

Advies

Volgens het Uitvoeringsbesluit van 7 mei 2021 betreft de onbevaarbare waterlopen mag er per perceel slechts 1 overwelving worden voorzien met een maximale breedte van 5m (gemeten van buitenkant kopmuur tot buitenkant kopmuur).

      Van de maximale breedte van 5m kan worden afgeweken als uit het dossier blijkt dat een bredere overwelving nodig is voor andere voertuigen dan personenwagens en lichte bestelwagens.

  • Dit is niet van toepassing.

      Van het aantal overwelvingen kan worden afgeweken als uit het dossier blijkt dat er meer dan één overwelving nodig is in functie van de toegankelijkheid.

  • Dit is niet van toepassing.

Het gedeelte van de gracht dat niet wordt overwelfd, moet behouden blijven als open gracht. Dit gedeelte mag niet voorzien worden van betuining.

We adviseren om contact te nemen met de eigenaars van de naastgelegen woning met huisnr. 39. Zij hebben ook een tijdelijke overwelving liggen die nog vervangen moet worden door een definitieve overwelving. Aangezien de opritten naast elkaar liggen, is het mogelijk om één gezamenlijke overwelving te voorzien met 2 kopmuren en niet twee aparte overwelvingen met 4 kopmuren. Dit drukt de kostprijs voor beide eigenaars.

Besluit met voorwaarden

Er wordt één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m. Het is mogelijk dat de breedte enigszins afwijkt afhankelijk van de gebruikte materialen. De rest van de gracht moet behouden blijven als open gracht en mag niet betuind worden.

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen:

  • Dit kan via de website van stad Geel: www.geel.be/aanpassingen-openbaar-domein
  • Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer.
  • De kosten voor de aanleg van de overwelving en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.

Technische Fiche overwelving

De overwelving:

  • De overwelving wordt gebouwd van geprefabriceerde betonbuizen
  • De dikwandige betonbuizen, BENOR – gekeurd, hebben een doorlaatopening van min. 0,40m.
  • Ze moeten worden geplaatst op een fundering van schraal beton met een dikte van 0,20m.
  • Ter hoogte van de kopmuur wordt de fundering aangelegd met een dikte van 0,30m.
  • De lengte bedraagt max. 5m
  • De sleuf wordt aangevuld met goede aanvulgrond of zand indien er geen verharding boven op komt.
  • De vloer of de bodem moet aangelegd worden in overeenstemming met de bodem van de gracht, zodat het water voortdurend kan wegvloeien.

De kopmuren:

De kopmuren kunnen aangelegd worden:

  • In baksteenmetselwerk (dikte 0,30 m.) De dagzijden worden ingevoegd en alle metselwerk in contact met de grond wordt voorzien van cementering (dikte 1 cm.)  Het geheel wordt afgedekt met dekstukken in gladde beton of met een rollaag uit metselwerk.
  • Of in geprefabriceerd gewapend beton.

Verharding boven de ondergrondse constructie:

  • De betonbuizen zullen omhuld worden met een laag zandcement
  • De verharding wordt volgens volgende opbouw uitgevoerd:
    • Fundering: 15cm steenslag 22/40
    • Tussenlaag (bed): 5 cm zandcement
    • Verharding: betonstraatstenen. Deze betonstraatstenen zijn niet gekleurd (= betonkleur) met afmeting 22cm op 11cm of 22cm op 22cm.
    • Voegvulling: zand

Hellingspercentage:

Het hellingspercentage van de oprit bedraagt min. 0,02 m en max. 0,04 m per meter in de richting van de as van de weg.

Goot:

Er zal steeds een goot voorzien worden tussen oprit en rijweg/fietspad/voetpad.

 

Advies:  voorwaardelijk gunstig

 

  1. Project-MER

 

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

(Artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichtingen en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

Watertoets

Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 gecoördineerd op 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 (BS 31 oktober 2006) en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan het watersysteem, aan de doelstellingen van artikel 1.2.2 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het bekkenbeheerplan. 

Het perceel gelegen te Geel, Afdeling 5, Sectie N , nr. 1033Z stroomt af naar de Wimp, een (on)bevaarbare waterloop (van categorie 2) die beheerd wordt door de Provincie Antwerpen – Grote Nete.

De aanvraag is niet gelegen in signaalgebied

De aanvraag is volgens de watertoetskaart niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied  pluviaal en/of fluviaal.


Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening. We verwijzen naar het advies van de stadsdienst ‘Openbaar Domein’.

Advies riolering

Zonering en aansluiting

Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig (afvalwaterriolering en gracht). Er is reeds een bestaande aansluiting aanwezig.

Riolering algemeen

 De dakafvoeren van het nieuwe bijgebouw worden aangesloten op de bestaande combiput (hemelwaterput én infiltratieput) en worden dus gescheiden gehouden van het bestaande afvalwaterstelsel van de woning.

Huishoudelijk afvalwater

In het bijgebouw worden geen afvoeren voor afvalwater voorzien.

Hemelwater

Volgens het ingevulde hemelwaterformulier is de GSV hemelwater 2023 niet van toepassing. Dit is niet correct. De nieuwe hemelwaterverordening is wel van toepassing aangezien men een overdekte constructie wenst te bouwen en men afvoeren voorziet.

Hemelwaterput

In principe zou men bij het bijgebouw een hemelwaterput moeten plaatsen van minstens 5607 L. Men kiest ervoor om het nieuwe bijgebouw mee aan te sluiten op de bestaande hemelwaterput van 5000 L waarop de dakafvoeren van de woning zijn aangesloten. Op deze manier zal het hemelwater mee gebruikt worden voor toepassingen in de woning. Op zich is dit een goed principe en er kan mee akkoord gegaan worden. De hemelwaterput van 5000 L is echter vrij klein t.o.v. de oppervlakte die men er zal op aansluiten. Dus men zou kunnen overwegen om een put van 5000 L bij te plaatsen.

Men moet maximaal inzetten op herbruik. Bij de vergunning van de bouw van de woning, werd het herbruik voorzien voor 2 toiletten en een buitenkraan. Ook als er al een hemelwaterput aanwezig is, stelt de nieuwe GSV dat men aanvoerleidingen moet voorzien voor elk toilet, wasmachine en dienstkranen voor poetswater, tuin en terras (als aanwezig) indien hiervoor geen leidingen onder of door het gebouw moeten aangelegd worden. Als het mogelijk is, moet men dus ook de wasmachine als aftappunt voorzien.

De bestaande infiltratievoorziening bedraagt qua volume 2500 L en qua infiltratieoppervlakte 4,32 m². In de beschrijvende nota wordt vermeld dat dit voldoet, ook als het nieuwe gebouw er mee op aansluit. Het voldoet echter niet. Men meldt ook dat de overloop van de put naar de voorliggende open gracht gaat wat de infiltratiecapaciteit extra verhoogd. Een open gracht mag niet gezien worden als vervanging van een private infiltratievoorziening. Er mag niet gerekend worden op een openbare voorziening om te voldoen aan de verordening.

Conclusie: 

Gelet op de aard van de aangevraagde activiteiten en mits naleving van de opgelegde voorwaarden zullen er geen schadelijke effecten zijn op het watersysteem. Bijgevolg wordt voldaan aan artikel 1.3.1.1. van het decreet betreffende het integraal waterbeleid, meer bepaald de watertoets.

Mer-screening

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO: 

Functionele inpasbaarheid

Het betreft het oprichten van een bijgebouw in de achtertuinzone, meer bepaald de zone voor bijgebouwen en het uitbreiden van de bestaande grachtoverwelving van 3m naar de maximale toegestane 5m om het op- en afrijden van het perceel te vergemakkelijken.

Mobiliteitsimpact

Voor de tuinberging en de overwelving is de impact van de mobiliteit beperkt.

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De tuinberging heeft een oppervlakte van 56,70m² en wordt ingeplant tegen de rechter, achter en linkerperceelsgrens.

Visueel-vormelijke elementen

De tuinberging wordt opgetrokken in snelbouwsteen, aan de zichtzijde bekleed met houten latten.

De duikers van de overwelving worden voorzien in metselwerk in de gevelsteen van de woning volgend de detailtekeningen.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

Niet van toepassing.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van het volgend advies en beoordeelt deze als volgt:

  •  Het advies van Intern stad Geel afgeleverd op 10 januari 2024 is voorwaardelijk gunstig.
    We adviseren om contact te nemen met de eigenaars van de naastgelegen woning met huisnr. 39. Zij hebben ook een tijdelijke overwelving liggen die nog vervangen moet worden door een definitieve overwelving. Aangezien de opritten naast elkaar liggen, is het mogelijk om één gezamenlijke overwelving te voorzien met 2 kopmuren en niet twee aparte overwelvingen met 4 kopmuren. Dit drukt de kostprijs voor beide eigenaars.
  • We adviseren om te overwegen een hemelwaterput (bovengronds of ondergronds) bij te plaatsen die qua volume overeenstemt met de vooropgestelde rekenregels van de nieuwe GSV 2023. In functie van herbruik is dit zinvol.

 

Conclusie

Gunstig onder voorwaarden: 

 

De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.


Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Openbaar Domein Stad Geel, team grijs:

Men dient de hemelwaterafvoer van het nieuwe bijgebouw:

  • gescheiden te houden van de private afvalwaterriolering.
  • aan te sluiten op de bestaande combiput (hemelwaterput én infiltratieput)

Als het mogelijk is, moet men de wasmachine, naast de bestaande aftappunten (toiletten en buitenkraan) als aftappunt voorzien. Dit is enkel verplicht als men hiervoor geen leidingen onder of door het gebouw (de woning) moet aanleggen.

De nieuwe Gewestelijke stedenbouwkundige verordening 2023 is van toepassing aangezien men een nieuwe constructie (gebouw zonder woongelegenheid) bouwt. Om te voldoen aan de verordening moet men de nodige maatregelen treffen. De openbare gracht mag niet mee gerekend worden om qua infiltratie te voldoen aan de verordening.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Er wordt één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m. Het is mogelijk dat de breedte enigszins afwijkt afhankelijk van de gebruikte materialen. Kopmuren in eigen metselwerk worden niet toegestaan. De rest van de gracht moet behouden blijven als open gracht en mag niet betuind worden.

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen. Dit kan via de website van stad Geel. Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer volgens de technische fiche beschreven in het advies. De kosten voor de aanleg van de overwelving met kopmuren en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.


Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.

 

Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.

De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.

 

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.

 

 

Lasten

Niet van toepassing

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

De werken dienen uitgevoerd te worden overeenkomstig de goedgekeurde plannen, uitgezonderd voor die elementen waarvoor voorwaarden werden geformuleerd. De voorwaarden krijgen voorrang op het plan.


Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Openbaar Domein Stad Geel, team grijs:

Men dient de hemelwaterafvoer van het nieuwe bijgebouw:

  • gescheiden te houden van de private afvalwaterriolering.
  • aan te sluiten op de bestaande combiput (hemelwaterput én infiltratieput)

Als het mogelijk is, moet men de wasmachine, naast de bestaande aftappunten (toiletten en buitenkraan) als aftappunt voorzien. Dit is enkel verplicht als men hiervoor geen leidingen onder of door het gebouw (de woning) moet aanleggen.

De nieuwe Gewestelijke stedenbouwkundige verordening 2023 is van toepassing aangezien men een nieuwe constructie (gebouw zonder woongelegenheid) bouwt. Om te voldoen aan de verordening moet men de nodige maatregelen treffen. De openbare gracht mag niet mee gerekend worden om qua infiltratie te voldoen aan de verordening.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.

Er wordt één overwelving toegestaan met een maximale breedte van 5m. Het is mogelijk dat de breedte enigszins afwijkt afhankelijk van de gebruikte materialen. Kopmuren in eigen metselwerk worden niet toegestaan. De rest van de gracht moet behouden blijven als open gracht en mag niet betuind worden.

Voor de plaatsing van de definitieve overwelving moet men een aanvraag doen. Dit kan via de website van stad Geel. Stad Geel zal de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren door een aangestelde aannemer volgens de technische fiche beschreven in het advies. De kosten voor de aanleg van de overwelving met kopmuren en de verharding zijn ten laste van de aanvrager.


Onverminderd de bepalingen opgenomen in de stedenbouwkundige verordening dient de nodige aandacht besteed aan het maximaal vermijden van alle vormen van verharding in de buitenruimte. Onder verharding dient niet-limitatief begrepen: gesloten verhardingen (bv. asfalt), betonverhardingen (klinkers, tegels), natuursteen verharding, halfopen verharding (dolomiet) als open verharding (kiezel, grind, splitt,..).. Met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen, de verbinding tussen de aangevraagde en vergunde constructies is het niet toegestaan om gebruik te maken van enige vorm van steenachtig materiaal.

 

Gevolg dient gegeven aan art. 3.131. van de Wet houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek m.b.t. dakdrop. Dit wil zeggen dat het dak zodanig moet aangelegd worden dat het regenwater op het eigen terrein afloopt.

De regenafvoer moet dus op het eigen terrein voorzien worden.

 

Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur.

De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.