Terug
Gepubliceerd op 23/05/2024

2024_CBS_01375 - Omgevingsvergunning - het oprichten van een garage met tuinberging langs Larumsebrugweg 114 (202400124JH) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
di 21/05/2024 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Marlon Pareijn; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Pieter Cowé; Luc Van Laer

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_01375 - Omgevingsvergunning - het oprichten van een garage met tuinberging langs Larumsebrugweg 114 (202400124JH) - Vergunning 2024_CBS_01375 - Omgevingsvergunning - het oprichten van een garage met tuinberging langs Larumsebrugweg 114 (202400124JH) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 02/06/2024 (bindende eindtermijn)

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023164675

Dossiernummer gemeente: 202400124

 

De gemeente Geel heeft op 15 maart 2024 een aanvraag ontvangen voor het oprichten van een garage met tuinberging. De aanvraag werd op 3 april 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

de heer Ben Robbrechts wonende Larumsebrugweg 114 te 2440 Geel en mevrouw Joke Otten wonende Larumsebrugweg 114 te 2440 Geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Larumsebrugweg 114

Kadastrale ligging: afdeling 4 sectie D nrs. 747D en 1095A

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

woongebied met landelijk karakter

De woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

  • Stedenbouwkundige vergunning (14281) voor het slopen van een autobergplaats en het oprichten van een werkplaats- garage - goedgekeurd op 22/08/2002.
  • Stedenbouwkundige vergunning (13186) voor het regulariseren van een magazijn, garage en werkplaats - geweigerd op 14/02/2000.
  • Stedenbouwkundige vergunning (14004) voor het slopen van een autobergplaats en het oprichten van een werkplaatsgarage - goedgekeurd op 04/03/2002.
  • Stedenbouwkundige vergunning (2008/00081) voor het plaatsen van een distributiecabine in crepistructuur - goedgekeurd op 07/04/2008.
  • Stedenbouwkundige vergunning (2009/00184) voor het wijzigen van de dakbedekking van leien naar pannen, het plaatsen van 2 dakkapellen en een gevelwijziging - goedgekeurd op 27/04/2009.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De bestaande woning wordt behouden zoals ze nu is. De losstaande garage en het bijgebouw

worden afgebroken. Op de bestaande vloerplaat van een vroegere stal , wordt een nieuwe garage met tuinberging opgericht.

Om de verharding zoveel mogelijk te beperken wordt ongeveer de helft van de bestaande verharding

uitgebroken (bestaande verharding: 271.38m²; nieuwe verharding: 138.50m²). De verharding

die blijft bestaan is nodig als toegangsweg tot de garage.

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 30 april 2024 werd het advies ontvangen van Team grijs stad Geel

Advies riolering

Zonering en aansluiting

Het perceel waarop men 2 bestaande bijgebouwen wil slopen en een nieuw bijgebouw (garage met tuinberging) wil plaatsen is gelegen in collectief te optimaliseren buitengebied. Er is geen volwaardig openbaar rioleringsstelsel. Dit betekent dat al het afvalwater moet worden voorbehandeld.

Afvalwater

Volgens het funderingsplan worden er geen afvalwaterafvoeren voorzien in het nieuwe bijgebouw. Er dient dus geen voorbehandelingsinstallatie (septische put) te worden voorzien.

Hemelwater

Het hemelwater blijft gescheiden van afvalwater volgens het funderingsplan, wat verplicht is.

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening is van toepassing. Men is verplicht om een hemelwaterput en een bovengrondse infiltratievoorziening te plaatsen. Men plaatst een hemelwaterput van 7000L wat voldoet aan de verordening (min. 6600 L). Alle afvoeren van het bijgebouw sluiten aan op de put. Er staat geen diameter vermeld bij de afvoeren. Er wordt verwacht dat men de correcte diameter gebruikt (max. 160mm). Het hemelwater zal herbruikt worden voor de dieren en voor de tuin. Een buitenkraan/dienstkraan voldoet als aftappunt.

Men voorziet een bovengrondse infiltratievoorziening, type wadi, met een infiltratievolume van  1260L  en een infiltratieoppervlakte van 3,75 m² . Deze voorziening voldoet qua dimensionering: min. 1188 L en min. 2,8m².  Omwille van de plaatsing van een hemelwaterput mag men 30m² in mindering brengen wat men ook gedaan heeft bij de berekening van de dimensionering.

Volgens de bodemkaart die terug te vinden is op Geopunt, heeft de bodem een drainageklasse d. Dit betekent dat de diepte van de infiltratievoorziening zich maximaal 50 cm onder het maaiveld mag bevinden. De voorziening heeft volgens de doorsnede die op het funderingsplan staat een diepte van 50 cm wat hieraan voldoet. De bodem mag meegeteld worden als infiltratieoppervlakte. Er wordt geen overloop voorzien vanuit de infiltratievoorziening wat een gunstig principe is.

 

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

 

 

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Wegenis

Het perceel is gelegen langs een gemeenteweg.

 

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

Watertoets

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

Het voorliggende (bouw)project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied. Bovendien worden er geen belangrijke ondergrondse constructies gebouwd en worden er geen grachten gedempt, overwelfd, ingebuisd of beschoeid, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput en/of infiltratie- en/of buffervoorziening, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke stedenbouwkundige verordening.

Mer-screening

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.

Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.

Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag niet te screenen.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Goede ruimtelijke ordening

Opportuniteitstoets

Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een omgevingsvergunning te worden geweigerd indien het aangevraagde onverenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De beoordelingsgronden van de goede ruimtelijke ordening worden omschreven in art. 4.3.1§2 van de VCRO.

Functionele inpasbaarheid

Het oprichten van een garage met tuinberging stelt geen beperking aan het gebruik van het perceel. De bestemming van het perceel wordt door de aanvraag niet geschaad. De aanvraag is functioneel in overeenstemming met de functies van de omliggende percelen en deze in de ruimere omgeving van het project.

Ruimtegebruik – schaal- bouwdichtheid.

De aanvraag heeft geen impact op het ruimtegebruik van het perceel. Er wordt immers gebouwd op een reeds bestaande vloerplaat.

Visueel-vormelijk

De aanvraag heeft geen impact op de visueel-vormelijke uitstraling in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.

Mobiliteit

De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.

Bodemreliëf

De aanvraag heeft geen impact op het bodemreliëf.

Hinderaspecten – gezondheid

De aanvraag brengt geen extra hinder met zich mee voor de omgeving, gezondheidsaspecten worden niet geschaad.

Er kan geconcludeerd worden dat het project in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening en aanleg.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden.

Niet van toepassing.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van het volgend advies en beoordeelt deze als volgt:

  •  Het advies van Team grijs van stad Geel, afgeleverd op 30 april 2024, is voorwaardelijk gunstig.

 

Conclusie

Er wordt een gunstig advies gegeven onder volgende voorwaarden:

 

De werken dienen te worden uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde plannen.

De afvoerbuizen voor het hemelwater (grijs) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Men is verplicht een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 6600L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak van het bijgebouw hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moet een aanvoerleiding voorzien worden voor minstens één dienstkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen.
  • De diepte mag max. 50 cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 1188 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 2,8 m² te bedragen.

Bij nieuwbouw is het verplicht de privéwaterafvoer te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring).

 

 

Lasten

Niet van toepassing

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

De werken dienen te worden uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde plannen.

De afvoerbuizen voor het hemelwater (grijs) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Men is verplicht een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 6600L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak van het bijgebouw hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Er moet een aanvoerleiding voorzien worden voor minstens één dienstkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen.
  • De diepte mag max. 50 cm bedragen.
  • Het infiltratievolume dient minimum 1188 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum 2,8 m² te bedragen.

Bij nieuwbouw is het verplicht de privéwaterafvoer te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring).