Terug
Gepubliceerd op 16/01/2024

2024_CBS_00069 - Omgevingsvergunning - het verbouwen en uitbreiden van een zonevreemde woning plus oprichten van een bijgebouw. langs Djepstraat 10 (202300335SS) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 15/01/2024 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vera Celis; Nadine Laeremans; Marlon Pareijn; Pieter Cowé; Francois Mylle, Algemeen Directeur

Afwezig

Griet Smaers; Bart Julliams; Tom Corstjens; Luc Van Laer

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur

Voorzitter

Vera Celis
2024_CBS_00069 - Omgevingsvergunning - het verbouwen en uitbreiden van een zonevreemde woning plus oprichten van een bijgebouw. langs Djepstraat 10 (202300335SS) - Vergunning 2024_CBS_00069 - Omgevingsvergunning - het verbouwen en uitbreiden van een zonevreemde woning plus oprichten van een bijgebouw. langs Djepstraat 10 (202300335SS) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 16/01/2024

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2023090671

Dossiernummer gemeente: 202300335

 

De gemeente Geel heeft op 17 juli 2023 een aanvraag ontvangen voor het verbouwen en uitbreiden van een zonevreemde woning plus oprichten van een bijgebouw.. De aanvraag werd op 4 augustus 2023 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

de heer Bruno Vangeel wonende Djepstraat 10 te 2440 geel

 

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Djepstraat 10

Kadastrale ligging: afdeling 3 sectie K nrs. 721N en 721X

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:

agrarisch gebied

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen goedgekeurd op 29 januari 2009gelegen in overdruk zonevreemde woningen II

 

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen

Niet van toepassing.

 

Verordeningen

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - inzake parkeren en stallen van auto's en fietsen goedgekeurd op 25 juni 2018.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en vertraagde afvoer van hemelwater goedgekeurd op 23 juni 2006.

Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - basisverordening goedgekeurd op 12 mei 2012.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening - verkavelingen goedgekeurd op 12 mei 2012.

 

  1. Historiek

Er zijn geen historische dossiers voor deze aanvraag.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Het ontwerp stelt de verbouwing en de uitbreiding voor van een zonevreemde woning die dateert van 1950 en de oprichting van een garage/bergplaats. De achterbouw van de woning en de bestaande stallingen worden gesloopt.

 

De bestaande woning wordt intern verbouwd en achteraan uitgebreid met een keuken en leefruimte. De bestaande diepte van16 meter wordt uitgebreid tot 17 meter. De bestaande gevelbreedte van 9,96 meter wordt tot op 10,48 meter gebracht na de verbouwingswerken.

 

De woning heeft na de verbouwingswerken een kroonlijsthoogte van 3,40 meter. Het nieuwe gedeelte achteraan heeft een hoogte van 3,25 meter.

De nokhoogte van 6,60 meter blijft behouden.

Het totale volume van de woning bedraagt na de uitbreiding 730,11m³.

 

De nieuwe garage/berging heeft een oppervlakte van 39,65 m² en wordt ingeplant op 10 meter achter de achtergevel van de woning en op 1 meter van de rechter perceelsgrens. De toegang naar het bijgebouw wordt voorzien in een karrespoor.

 

De verbouwingswerken worden uitgevoerd in een rood genuanceerde gevelsteen, grijs pvc buitenschrijnwerk en voor de dakbedekking worden zwarte pannen voorzien. Het bijgebouw wordt opgericht in dezelfde materialen.

 

  1. Openbaar onderzoek

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd gehouden van 14 augustus 2023 t.e.m. 12 september 2023. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

Er werd geen informatievergadering gehouden.

 

  1. Adviezen

Op 29 augustus 2023 werd het advies ontvangen van Dienst Integraal Waterbeleid

Zie advies in bijlage.

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

Op 10 augustus 2023 werd het advies ontvangen van Departement Landbouw en Visserij (hoofdbestuur)

Zie bijlage

Advies: volledig voorwaardelijk gunstig


Op 7 augustus 2023 werd het advies ontvangen van Fluvius

Aangezien uw aanvraag niet gaat over een project (het bouwen van een meersgezinswoning of de aanpassing van het aantal eenheden), kunnen wij u via deze weg geen advies geven voor elektriciteit en aardgas en verwijzen we naar onze website: https://www.fluvius.be/nl/thema/aansluitingen Advies: geen advies

 

Op 16 augustus 2023 werd het advies ontvangen van Intern stad Geel

Dit advies gaat over de verbouwing en uitbreiding van een woning op het perceel in de Djepstraat 10 waar ook een trage verbinding op gelegen is. Deze verbinding moet behouden blijven en afgestaan worden aan de Stad Geel.

Advies: voorwaardelijk gunstig

Op 28 september 2023 werd het advies ontvangen van Intern stad Geel

 

Advies riolering

Zonering - afvalwater

Het perceel ligt in individueel te optimaliseren buitengebied. Er is geen riolering en in de toekomst zal er geen riolering aangelegd worden. Er moet bijgevolg een individuele waterzuivering (IBA) worden voorzien voor het behandelen van het afvalwater. Op het funderingsplan staat een IBA ingetekend, maar geen voorbezinker (septische put).

Men voorziet een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten de woning wat een gunstig concept is. Men voorziet een sifonput waar beide afvoeren samenkomen. Dit voorkomt geuren van het fecaal water in het grijs water.

Riolering algemeen

Men legt een gescheiden stelsel aan van afvalwater en hemelwater wat verplicht wordt. Aangezien het gaat om grondige verbouwingen kan men een gescheiden stelsel voorzien.

Hemelwater

De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening is

  • van toepassing op de verbouwing en uitbreiding van de woning met carport. Het dossier moet beschouwd worden als een herbouw waardoor men verplicht is een hemelwaterput te plaatsen.
  • niet van toepassing op de herbouw van het bijgebouw: De horizontale dakoppervlakte is kleiner dan 40m², meer bepaald 39,65m².

Hemelwaterput

Men zal een put plaatsen van 10.000L wat qua volume voldoet. Op de hemelwaterput worden alle afvoeren van de woning aangesloten. Men voorziet herbruik voor de toiletten, een wasmachine en een buitenkraan.

Infiltratievoorziening

Volgens de verordening inzake hemelwater is men verplicht om een infiltratievoorziening te plaatsen bij de woning. Er wordt een infiltratiekom zonder overloop voorzien met een infiltratievolume van 12.000L en een infiltratieoppervlakte van 40m² wat qua dimensionering ruim voldoet.

Bij de berekening van de dimensionering mag men een aftrek doen van 60m² omwille van het plaatsen van een hemelwaterput. Verharde grondoppervlakten in waterdoorlatende materialen én verharde grondoppervlakten in niet-waterdoorlatende materialen die kunnen afwateren naar groenzone, moeten niet mee ingerekend worden op voorwaarde dat het water tijd en plaats genoeg heeft om te infiltreren en geen overlast bezorgt bij aangelanden.

Het is aangewezen om na te gaan wat de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand is. De infiltratievoorziening mag niet onder deze grondwaterstand komen te liggen. Voor meer informatie verwijzen we naar het advies van de Dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie.

Het bijgebouw laat men ook afwateren naar een infiltratiekom met dezelfde dimensionering (volume 12.000L en oppervlakte 40m²).

Men kiest voor infiltratiekommen, dus een bovengronds infiltratiesysteem wat een gunstig principe is.  Dit is voordeliger naar aanleg en onderhoud en infiltreert bovendien het meest effectief. Bij de aanleg dient men er op te letten dat de bodem van de infiltratievoorziening niet onder de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand komt.

Advies: voorwaardelijk gunstig

 

  1. Project-MER

Niet van toepassing.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Planologische toets

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op te minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden (artikel 11 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

 

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.

De trage verbindingen ten oosten van de Djepstraat 10 staan al reeds ingetekend op historische kaarten vanaf 1873. Dit maakt dat de wegenis in oorspronkelijke staat behouden moet blijven en niet zomaar gewijzigd mag worden (artikel 8, artikel 14 en artikel 85 van het gemeentewegendecreet).

Tijdens de werken mogen er geen obstakels op de wegenis geplaatst worden zodat de doorgang belemmerd zou worden. Dit staat beschreven in artikel 9 van het gemeentewegendecreet dat stelt dat het bestaande tracé moet blijven tot dat er een alternatief aangeboden wordt. Als dit niet het geval is mag de gemeente volgens artikel 34 de doorgang vrij maken op kosten van de aansprakelijke.

Bijkomend wordt er opgelegd dat de wegenis met haar aanhorigheden gratis en kosteloos dient overgedragen te worden aan de Stad Geel.

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

 

Mer-screening

Niet van toepassing.


Watertoets

Artikel 8 van het decreet van 5 juli 2013 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd wordt. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. 

Enkel wordt bij toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt.  Dit moet gecompenseerd worden door de plaatsing van een hemelwaterput of de aanleg van een infiltratievoorziening.

Het project paalt niet rechtstreeks aan de waterloop van 2de categorie de Kwalijkloop  nr. A.7.25.2, het project watert er (deels) naar af.

De aanvraag is niet gelegen in een overstromingsgevoelig gebied.

De aanvraag is niet gelegen in signaal gebied.

De aanvraag is verenigbaar met de doelstellingen van het Decreet Integraal Waterbeleid (art.

1.2.2.), aangezien het effect verwaarloosbaar is wanneer men zich houdt aan de algemene

wettelijke voorwaarden, zoals opgelegd in het advies van Integraal Waterbeleid dd. 29/08/2023.

Conclusie:

De hemelwatertoets is doorstaan, de aanvraag is verenigbaar met de huidige wetgeving en de doelstellingen en beginselen van het Decreet Integraal Waterbeleid.

 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Deze beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de volgende criteria als uitvoering van art. 4.3.1 van de codex:

1. Functionele inpasbaarheid

De aanvraag speelt zich af binnen gewestplanbestemming agrarisch gebied. De aanvraag situeert zich in het RUP Zonevreemde Woningen – overdruk II en voldoet aan de voorwaarden waardoor de aanvraag principieel functioneel inpasbaar is.

 

2. Mobiliteitsimpact

De aanvraag heeft beperkte invloed op de mobiliteit, gezien het louter betrekking heeft op de het verbouwen / uitbreiden van een bestaande woning betreft. Auto’s kunnen gestald worden op het eigen terrein.

 

3. Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De bestaande inplanting blijft behouden. De woning wordt intern verbouwd en achteraan uitgebreid met een keuken en leefruimte. De bestaande diepte van16 meter wordt uitgebreid tot 17 meter. De bestaande gevelbreedte van 9,96 meter wordt tot op 10,48 meter gebracht na de verbouwingswerken.

De bestemming eengezinswoning blijft behouden. Het aantal bouwlagen blijft hetzelfde.

De bestaande bijgebouwen (stallen) achteraan op het perceel met een oppervlakte van 95,24m² en een kleine rechts naast de woning worden gesloopt. Er wordt slechts 1 nieuw bijgebouw opgericht van 39,65m².

De aanvraag heeft geen impact op het ruimtegebruik van de percelen.

Het project is qua schaal in overeenstemming met de omgeving van dit project.  

 

4. Visueel-vormelijke elementen

De aanvraag voorziet het gebruik van duurzame en kwalitatieve materialen.

Visueel-vormelijk strookt de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

5. Cultuurhistorische elementen

Niet van toepassing.

 De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.

 

6. Bodemreliëf

De aanvraag voorziet geen reliëfwijzigingen, het natuurlijke maaiveld blijft behouden.

De oppervlakte van verhardingen blijft beperkt tot 70,40m², de oppervlakte van het perceel bedraagt 1931m².

De zone rondom het hoofdgebouw dient als tuin te worden aangelegd en als dusdanig gehandhaafd. Alle verhardingen dienen uitgevoerd in waterdoorlatende materialen zowel in afwerking (toplaag) als fundering

 

7. Hinderaspecten

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

 

8.  Conclusie

Omwille van het voorgaande is het voorstel planologisch en stedenbouwkundig  verenigbaar met de omgeving.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden  van 14 augustus 2023 tot en met 12 september 2023. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:

  • Het advies van Dienst Integraal Waterbeleid, afgeleverd op 29 augustus 2023 is voorwaardelijk gunstig.
  • Het advies van Departement Landbouw en Visserij (hoofdbestuur), afgeleverd op 10 augustus 2023 is voorwaardelijk gunstig.
  • Het advies van Fluvius, afgeleverd op 7 augustus 2023 is geen advies.
  •  Het advies van Intern stad Geel afgeleverd op 16 augustus 2023 is voorwaardelijk gunstig.
    Het gemeentewegendecreet:
  • “Artikel 8. (01/09/2019- ...): Niemand kan een gemeenteweg aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad.
  • Artikel 9. (01/09/2019- ...): Bij verplaatsing van een gemeenteweg geldt dat het bestaande tracé een gemeenteweg blijft totdat het nieuwe tracé openstaat voor het publiek.
  • Artikel 14. (01/09/2019- ...): (…) Als de gemeenteraad vaststelt dat er geen sprake is van een dertigjarig niet-gebruik door het publiek, geeft de gemeenteraad aan het college van burgemeester en schepenen de opdracht om de publieke doorgang te vrijwaren overeenkomstig de in dit decreet opgenomen instrumenten en handhavingsbevoegdheden.
  • Artikel 34. (01/09/2019- ...): § 1. De gemeente is belast met het beheer van de gemeentewegen en het vrijwaren van de publieke doorgang over de volledige breedte van de gemeenteweg.
  • § 2. De gemeente kan, met toepassing van de relevante regelgeving, te allen tijde onderhouds- en herstelwerkzaamheden uitvoeren aan gemeentewegen. Daarin zijn het herstel van het wegdek, het snoeien van overhangende takken, het garanderen van een adequate waterhuishouding en het herstellen van wegzakkende bermen begrepen.
  • De gemeente kan te allen tijde versperringen of andere belemmeringen die de toegang, het gebruik of het beheer van de gemeenteweg hinderen of verhinderen, verwijderen of laten verwijderen.
  • In voorkomend geval kan de gemeente de kosten terugvorderen van de aansprakelijke.
  • § 3. Gemeenten kunnen met derden of met andere overheden een beheerovereenkomst sluiten over de volledige of gedeeltelijke uitvoering van beheerstaken.
  • De beheerovereenkomsten, vermeld in het eerste lid, kunnen een vergoeding vaststellen voor de kosten die gemaakt worden voor het beheer van de gemeenteweg. De beheerovereenkomsten kunnen geen afbreuk doen aan de wettelijke beheers- en veiligheidsverantwoordelijkheid van de gemeente.”
  •  Het advies van Intern stad Geel afgeleverd op 28 september 2023 is voorwaardelijk gunstig.

 

Conclusie

De vergunning heeft betrekking op de aangevraagde werken.

De werken dienen ingeplant en uitgevoerd overeenkomstig het goedgekeurde dossier.

Gevolg dient gegeven aan het advies van Integraal waterbeleid dd. 29/08/2023 ref. WAAD-2023-2025 (zie bijlage).

Gevolg dient gegeven aan het advies van het Departement Landbouw en Visserij dd. 10/08/2023 ref. 2023_005162_v1

Er wordt een zonevreemde eengezinswoning verbouwd, het bouwvolume bedraagt 730,11m³.

Alle bestaande bijgebouwen worden volledig gesloopt en er wordt één bijgebouw van 39,65m² opgericht op 1 meter van de zijdelingse perceelsgrens en 10 meter achter de nieuwe achtergevel van de woning.

Bij de afbraakwerken dienen de nodige maatregelen te worden getroffen om de verkeersveiligheid te verzekeren.

Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be) .

Indien de werken gepaard gaan met grondverzet dienen de voorschriften opgenomen in het Vlarebo, het Vlaams reglement betreffende bodemsanering en bodembescherming opgevolgd te worden.

Dit houdt ondermeer in dat bij bodem afkomstig van een ontgraving groter dan 250 m³ of afkomstig van een verdachte grond, een technisch verslag moet worden opgemaakt en het transport moet vergezeld zijn van de nodige transportdocumenten omschreven in Vlarebo art. 183.

Bij aanwezigheid van een stookolietank, moet deze correct buitengebruik gesteld worden en verwijderd. De bouwheer laat zich hiervoor bijstaan door een deskundige of erkende stookolietechnicus. De deskundige of de erkende stookolietechnicus stelt naar aanleiding van de buitengebruikstelling van de houder een attest op waaruit ondubbelzinnig blijkt dat de buitengebruikstelling werd uitgevoerd volgens de regels van het vak. Dit attest vermeldt bovendien de naam en het erkenningsnummer van de deskundige of de erkende stookolietechnicus. Dit attest moet overgemaakt worden aan de vergunning verlenende overheid via handhaving@geel.be

 

Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme.

De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type.

Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.

De woning moet voldoen aan de EPB-eisen.

 

Niet-bebouwde oppervlakte:

Vanuit een streven naar een duurzaam en ruimtelijk verantwoord gebruik van de bestaande kavel waarop de woning gelegen is, is een landelijke tuininrichting passend binnen de draagkracht van de omgeving enkel toegestaan in de onmiddellijke omgeving van de bestaande vergunde of hoofdzakelijk vergunde woning, dit wil zeggen binnen een afstand van 30m van het woninghoofdgebouw. De aanleg van de tuin dient zich te integreren in de omgeving. Bijzondere constructies of ingrepen passend in een landelijke tuin zijn toegelaten binnen een afstand van 30m van het woninghoofdgebouw, voor zover ze opgericht worden in relatie met de landschappelijke omgeving.

– Het gebruik en de inrichting van het resterende gedeelte van de huiskavel, met andere woorden het gedeelte dat zich niet bevindt in de onmiddellijke omgeving van de woning, dient zich te richten naar de geldende bestemming van de huiskavel en omgeving.

– Bestaande streekeigen en inheemse groenelementen, zoals bomen en kleine landschapselementen, dienen maximaal bewaard te blijven.

– Beplanting van de niet-bebouwde oppervlakte kan enkel bestaan uit streekeigen en standplaatsgeschikte beplanting die is aangepast aan het omgevende landschap.

– Het bestaande microreliëf dient behouden te blijven. Op de niet-bebouwde oppervlakte zijn nivelleringen niet toegelaten. Reliëfwijzigingen kunnen enkel worden toegestaan in functie van constructies voor waterzuivering of waterbuffering.

 

Afsluitingen

– Afsluitingen kunnen opgericht worden voor de perceel afscheiding van de bestaande huiskavel of ter afsluiting van de onmiddellijke omgeving van de woning, die ingericht mag worden als tuin.

– Dichte, ondoorzichtige en zicht afschermende afsluitingen als muren, houten panelen, betonpanelen, vlechtschermen, rieten matten, zeildoeken, panelen/roosters uit andere materialen en dergelijke zijn niet toegelaten. Dit verbod geldt niet voor opgaande natuurlijke begroeiing als hagen, houtkanten en dergelijke in streekeigen en standplaatsgeschikte soorten.

– De vormgeving en het materiaalgebruik bij afsluitingen dient in overeenstemming te zijn met het landschappelijke en natuurlijke karakter van de omgeving.

Er worden geen terreinophogingen uitgevoerd, noch bomen gerooid.

 

Trage weg

De huidige trage weg bedding ten oosten en van de Djepstraat 10 dient gratis en kosteloos afgestaan te worden aan de Stad Geel.

Ook mag de toestand van de weg niet verslechteren en moet het pad steeds bereikbaar zijn. Dus ook tijdens de werken.

De trage verbindingen ten oosten van de Djepstraat 10 staan al reeds ingetekend op historische kaarten vanaf 1873. Dit maakt dat de wegenis in oorspronkelijke staat behouden moet blijven en niet zomaar gewijzigd mag worden (artikel 8, artikel 14 en artikel 85 van het gemeentewegendecreet).

Tijdens de werken mogen er geen obstakels op de wegenis geplaatst worden zodat de doorgang belemmerd zou worden. Dit staat beschreven in artikel 9 van het gemeentewegendecreet dat stelt dat het bestaande tracé moet blijven tot dat er een alternatief aangeboden wordt. Als dit niet het geval is mag de gemeente volgens artikel 34 de doorgang vrij maken op kosten van de aansprakelijke.

 

Riolering / hemelwater

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Er moet een individuele waterzuivering (IBA) worden voorzien voor het behandelen van het afvalwater:

  • De IBA wordt geplaatst, gewijzigd, hersteld en onderhouden door toedoen, op kosten en onder de verantwoordelijkheid van de stad Geel. De IBA blijft haar eigendom.
  • De locatie van de IBA dient zo gekozen te worden dat deze makkelijk toegankelijk is en blijft voor onderhoud en controle.
  • Voor de plaatsing van de IBA dient men contact op te nemen met het contactcentrum Grondgebiedszaken van stad Geel. De stad zal na het betalen van de retributie voor vervroegde plaatsing van een IBA een medewerker van Aquafin de opdracht geven om ter plaatse te komen. Aquafin zal vervolgens advies verlenen over de 2 mogelijke systemen (bovengronds en ondergronds systeem).
  • Men is verplicht om een voorbezinking (septische put) te voorzien van minimum 3000L waarop zowel zwart (fecaal water) als grijs water (water afkomstig van douche, lavabo, ...) moet worden aangesloten.  Indien er mee dan 5 personen verblijven in de woning moet de grootte van de voorbezinker aangepast worden aan het aantal personen. Hierbij wordt er gerekend met de formule aantal bewoners X 600 liter per persoon= grootte septische put.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Men is verplicht een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak van de woning en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men dient de aftappunten te voorzien zoals voorgesteld in het dossier: toiletspoeling, wasmachine, buitenkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.
  • Het infiltratievolume dient minimum 3875 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum  6,2 m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt o.a. nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd.

 

Bronbemaling

Indien voor de uitvoering van de stedenbouwkundige handelingen een bronbemaling geplaatst zal worden, moet deze aangevraagd worden via het omgevingsloket voor de start van de bronbemaling. De bronbemaling moet voldoen aan de bepalingen van Vlarem II afd. 5.53.6.1. Het bemalingswater moet zoveel mogelijk terug in de grond worden ingebracht buiten de onttrekkingszone. Hiervoor kan gebruikgemaakt worden van infiltratieputten, infiltratiebekkens of infiltratiegrachten. Indien dit technisch onmogelijk is mag het water geloosd worden via de RWA-aansluiting.

 

 

Lasten

Grondafstand:

De uitvoering van de vergunde werkzaamheden kan pas van start gaan ná het verlijden van de akte van grondafstand of met uitdrukkelijke overeenkomst met de dienst patrimonium.

De aanvrager van de vergunning is op de hoogte van deze grondafstand.

De gemeenteraad keurt in zitting van 20/12/2023 de gratis en kosteloze overdracht goed van een stuk grond ter hoogte van Djepstraat 10  aan stad Geel onder volgende voorwaarden:

  • De aanvrager van de omgevingsvergunning voldoet aan alle voorwaarden en lasten zoals die zullen opgenomen worden in de omgevingsvergunning.
  • De realisatie van een gratis overdracht van het gedeelte grond aan de straatkant dat op het perceel van de aanvrager gelegen is, wordt als last opgenomen in de omgevingsvergunning.
  • Er dient een digitaal opmetingsplan van een landmeter met exacte afmetingen te worden bezorgd aan de dienst Patrimonium van stad Geel.
  • Alle kosten (inclusief kosten landmeter voor opmaak opmetingsplan en kosten notaris voor opmaak akte) verbonden aan deze gratis overdracht zijn ten laste van de aanvrager.
  • De omgevingsvergunning wordt uitgevoerd in overeenstemming met het goedgekeurde plan.
  • De aangevraagde omgevingsvergunning zal slechts uitwerking krijgen nadat op initiatief van de aanvrager de grondafstand effectief voltrokken is.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

De vergunning heeft betrekking op de aangevraagde werken.

De werken dienen ingeplant en uitgevoerd overeenkomstig het goedgekeurde dossier.

Gevolg dient gegeven aan het advies van Integraal waterbeleid dd. 29/08/2023 ref. WAAD-2023-2025 (zie bijlage).

Gevolg dient gegeven aan het advies van het Departement Landbouw en Visserij dd. 10/08/2023 ref. 2023_005162_v1

Er wordt een zonevreemde eengezinswoning verbouwd, het bouwvolume bedraagt 730,11m³.

Alle bestaande bijgebouwen worden volledig gesloopt en er wordt één bijgebouw van 39,65m² opgericht op 1 meter van de zijdelingse perceelsgrens en 10 meter achter de nieuwe achtergevel van de woning.

Bij de afbraakwerken dienen de nodige maatregelen te worden getroffen om de verkeersveiligheid te verzekeren.

Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be) .

Indien de werken gepaard gaan met grondverzet dienen de voorschriften opgenomen in het Vlarebo, het Vlaams reglement betreffende bodemsanering en bodembescherming opgevolgd te worden.

Dit houdt ondermeer in dat bij bodem afkomstig van een ontgraving groter dan 250 m³ of afkomstig van een verdachte grond, een technisch verslag moet worden opgemaakt en het transport moet vergezeld zijn van de nodige transportdocumenten omschreven in Vlarebo art. 183.

Bij aanwezigheid van een stookolietank, moet deze correct buitengebruik gesteld worden en verwijderd. De bouwheer laat zich hiervoor bijstaan door een deskundige of erkende stookolietechnicus. De deskundige of de erkende stookolietechnicus stelt naar aanleiding van de buitengebruikstelling van de houder een attest op waaruit ondubbelzinnig blijkt dat de buitengebruikstelling werd uitgevoerd volgens de regels van het vak. Dit attest vermeldt bovendien de naam en het erkenningsnummer van de deskundige of de erkende stookolietechnicus. Dit attest moet overgemaakt worden aan de vergunning verlenende overheid via handhaving@geel.be

 

Elke woning dient uitgerust met één of meer rookmelders of moet beschikken over een branddetectiesysteem dat gekeurd en gecertificeerd is door een daartoe erkend organisme.

De rookmelder dient conform te zijn aan NBN EN 14.604, reageert op de rookontwikkeling bij brand door het produceren van een scherp geluidssignaal, en is niet van het ionische type.

Opmerkingen inzake de plaatsing van de rookmelders: minstens één rookmelder per bouwlaag, in kamerwoningen moet elke kamer ermee uitgerust zijn, mogelijke opstelling in de hal, gang, slaapkamer, living, wasplaats, kelder, verwarmingslokaal; plaatsing wordt afgeraden in de badkamer, keuken, garage.

De woning moet voldoen aan de EPB-eisen.

 

Niet-bebouwde oppervlakte:

Vanuit een streven naar een duurzaam en ruimtelijk verantwoord gebruik van de bestaande kavel waarop de woning gelegen is, is een landelijke tuininrichting passend binnen de draagkracht van de omgeving enkel toegestaan in de onmiddellijke omgeving van de bestaande vergunde of hoofdzakelijk vergunde woning, dit wil zeggen binnen een afstand van 30m van het woninghoofdgebouw. De aanleg van de tuin dient zich te integreren in de omgeving. Bijzondere constructies of ingrepen passend in een landelijke tuin zijn toegelaten binnen een afstand van 30m van het woninghoofdgebouw, voor zover ze opgericht worden in relatie met de landschappelijke omgeving.

– Het gebruik en de inrichting van het resterende gedeelte van de huiskavel, met andere woorden het gedeelte dat zich niet bevindt in de onmiddellijke omgeving van de woning, dient zich te richten naar de geldende bestemming van de huiskavel en omgeving.

– Bestaande streekeigen en inheemse groenelementen, zoals bomen en kleine landschapselementen, dienen maximaal bewaard te blijven.

– Beplanting van de niet-bebouwde oppervlakte kan enkel bestaan uit streekeigen en standplaatsgeschikte beplanting die is aangepast aan het omgevende landschap.

– Het bestaande microreliëf dient behouden te blijven. Op de niet-bebouwde oppervlakte zijn nivelleringen niet toegelaten. Reliëfwijzigingen kunnen enkel worden toegestaan in functie van constructies voor waterzuivering of waterbuffering.

 

Afsluitingen

– Afsluitingen kunnen opgericht worden voor de perceel afscheiding van de bestaande huiskavel of ter afsluiting van de onmiddellijke omgeving van de woning, die ingericht mag worden als tuin.

– Dichte, ondoorzichtige en zicht afschermende afsluitingen als muren, houten panelen, betonpanelen, vlechtschermen, rieten matten, zeildoeken, panelen/roosters uit andere materialen en dergelijke zijn niet toegelaten. Dit verbod geldt niet voor opgaande natuurlijke begroeiing als hagen, houtkanten en dergelijke in streekeigen en standplaatsgeschikte soorten.

– De vormgeving en het materiaalgebruik bij afsluitingen dient in overeenstemming te zijn met het landschappelijke en natuurlijke karakter van de omgeving.

Er worden geen terreinophogingen uitgevoerd, noch bomen gerooid.

 

Trage weg

De huidige trage weg bedding ten oosten en van de Djepstraat 10 dient gratis en kosteloos afgestaan te worden aan de Stad Geel.

Ook mag de toestand van de weg niet verslechteren en moet het pad steeds bereikbaar zijn. Dus ook tijdens de werken.

De trage verbindingen ten oosten van de Djepstraat 10 staan al reeds ingetekend op historische kaarten vanaf 1873. Dit maakt dat de wegenis in oorspronkelijke staat behouden moet blijven en niet zomaar gewijzigd mag worden (artikel 8, artikel 14 en artikel 85 van het gemeentewegendecreet).

Tijdens de werken mogen er geen obstakels op de wegenis geplaatst worden zodat de doorgang belemmerd zou worden. Dit staat beschreven in artikel 9 van het gemeentewegendecreet dat stelt dat het bestaande tracé moet blijven tot dat er een alternatief aangeboden wordt. Als dit niet het geval is mag de gemeente volgens artikel 34 de doorgang vrij maken op kosten van de aansprakelijke.

 

Riolering / hemelwater

Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel.

De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160mm.

Er moet een individuele waterzuivering (IBA) worden voorzien voor het behandelen van het afvalwater:

  • De IBA wordt geplaatst, gewijzigd, hersteld en onderhouden door toedoen, op kosten en onder de verantwoordelijkheid van de stad Geel. De IBA blijft haar eigendom.
  • De locatie van de IBA dient zo gekozen te worden dat deze makkelijk toegankelijk is en blijft voor onderhoud en controle.
  • Voor de plaatsing van de IBA dient men contact op te nemen met het contactcentrum Grondgebiedszaken van stad Geel. De stad zal na het betalen van de retributie voor vervroegde plaatsing van een IBA een medewerker van Aquafin de opdracht geven om ter plaatse te komen. Aquafin zal vervolgens advies verlenen over de 2 mogelijke systemen (bovengronds en ondergronds systeem).
  • Men is verplicht om een voorbezinking (septische put) te voorzien van minimum 3000L waarop zowel zwart (fecaal water) als grijs water (water afkomstig van douche, lavabo, ...) moet worden aangesloten.  Indien er mee dan 5 personen verblijven in de woning moet de grootte van de voorbezinker aangepast worden aan het aantal personen. Hierbij wordt er gerekend met de formule aantal bewoners X 600 liter per persoon= grootte septische put.

Putten dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.

Men is verplicht een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.

De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
  • Het volume van de hemelwaterput moet minimum 5000L bedragen.
  • Men dient de afvoeren van het volledige dak van de woning en van het bijgebouw hier op aan te sluiten.
  • De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van herbruik. Men dient de aftappunten te voorzien zoals voorgesteld in het dossier: toiletspoeling, wasmachine, buitenkraan.
  • De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.

De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:

  • Bij plaatsing van een infiltratievoorziening dient men rekening te houden met de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand. De bodem van de infiltratievoorziening mag niet lager gelegen zijn dan deze gemiddelde grondwaterstand.
  • Het infiltratievolume dient minimum 3875 L te bedragen.
  • De infiltratieoppervlakte dient minimum  6,2 m² te bedragen.

Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt o.a. nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd.

 

Bronbemaling

Indien voor de uitvoering van de stedenbouwkundige handelingen een bronbemaling geplaatst zal worden, moet deze aangevraagd worden via het omgevingsloket voor de start van de bronbemaling. De bronbemaling moet voldoen aan de bepalingen van Vlarem II afd. 5.53.6.1. Het bemalingswater moet zoveel mogelijk terug in de grond worden ingebracht buiten de onttrekkingszone. Hiervoor kan gebruikgemaakt worden van infiltratieputten, infiltratiebekkens of infiltratiegrachten. Indien dit technisch onmogelijk is mag het water geloosd worden via de RWA-aansluiting.

 

 

Lasten

Grondafstand:

De uitvoering van de vergunde werkzaamheden kan pas van start gaan ná het verlijden van de akte van grondafstand of met uitdrukkelijke overeenkomst met de dienst patrimonium.

De aanvrager van de vergunning is op de hoogte van deze grondafstand.

De gemeenteraad keurt in zitting van 20/12/2023 de gratis en kosteloze overdracht goed van een stuk grond ter hoogte van Djepstraat 10  aan stad Geel onder volgende voorwaarden:

  • De aanvrager van de omgevingsvergunning voldoet aan alle voorwaarden en lasten zoals die zullen opgenomen worden in de omgevingsvergunning.
  • De realisatie van een gratis overdracht van het gedeelte grond aan de straatkant dat op het perceel van de aanvrager gelegen is, wordt als last opgenomen in de omgevingsvergunning.
  • Er dient een digitaal opmetingsplan van een landmeter met exacte afmetingen te worden bezorgd aan de dienst Patrimonium van stad Geel.
  • Alle kosten (inclusief kosten landmeter voor opmaak opmetingsplan en kosten notaris voor opmaak akte) verbonden aan deze gratis overdracht zijn ten laste van de aanvrager.