UITERSTE BESLISSINGSDATUM VOOR DIT DOSSIER: 17/03/2025*
*Na deze datum wordt de aanvraag geacht te zijn geweigerd.
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2024100993
Dossiernummer gemeente: 202400410Inrichtingsnummer: 20240715-0016
De gemeente Geel heeft op 26 augustus 2024 een aanvraag ontvangen voor het verbouwen van een bedrijfsgebouw en het bouwen van een hoogspanningscabine. De aanvraag werd op 3 oktober 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
GROEP KENIS NV gevestigd Steenweg op Gierle 314 te 2300 Turnhout en mevrouw Margot Kenis wonende Steenweg op Gierle 314 te 2300 Turnhout
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: Antwerpseweg 91
Kadastrale ligging: afdeling 3 sectie L nrs. 95E en 95D
Verslag
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:
ambachtelijke bedrijven en kmo's
De gebieden voor ambachtelijke bedrijven en de gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalprodukten van schadelijke aard.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :
De aanvraag is gelegen in het ruimtelijk uitvoeringsplan Antwerpseweg, goedgekeurd op 10 april 2012.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
Niet van toepassing.
Verordeningen
Algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.
Bouwcode goedgekeurd op 30 september 2024.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband goedgekeurd op 9 juni 2017.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater goedgekeurd op 10 februari 2023.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen goedgekeurd op 12 mei 2023.
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
Stedenbouwkundige handelingen
De aanvraag betreft:
De verbouwing van een bedrijfsgebouw
Het rooien van bomen en struiken
De heraanleg van parkeerplaatsen
De plaatsing van een hoogspanningscabine
Het bestaande bedrijfsgebouw met woonst wordt deels gesloopt: de showroom met magazijn
en het appartement verdwijnen. Bestaande verhardingen worden gesloopt en enkele
bomen/struiken worden gerooid
Verbouwing van een bedrijfsgebouw
Het bestaande bedrijfsgebouw is niet meer geschikt om de snelle evolutie in de autowereld te
volgen. De bestaande showroom maakt plaats voor een meer flexibele showroom met ruimte
voor meerdere merken. Centraal wordt een neutrale receptieruimte voorzien met sanitair,
koffiecorner, flexibele kantoorruimtes, print/repro, berging en EHBO. Op de verdieping van de
uitbreiding worden sociale ruimtes ingericht (refter, kleedkamers), bergingen voor de merken
en een technische ruimte.
De 2de hands markt is een belangrijk deel geworden van de autowereld. Achter de showroom wordt een stallingsruimte voorzien voor 2de hands wagens.
Deze was in het bestaande gebouw niet voorzien. In de buitenruimte tegen de rechter
perceelsgrens worden 2de handswagens te koop aangeboden. Deze wagens in buitenopstelling
gaan buiten de verkoopsuren naar binnen. Deze parkeerplaatsen 2de hands worden in grastegels
aangelegd omdat ze goed onderhoudbaar zijn buiten de verkoopsuren.
Achter het 2de hands deel wordt een afleverzone gebouwd, een opslag voor stukken en een
uitbreiding op de bestaande werkplaats. De bestaande werkplaats wordt behouden. De berging
voor gevaarlijke producten wordt in overleg met de brandweer buiten opgesteld in een
overdekte omheinde buitenruimte voorzien van opvangbakken i.f.v. calamiteiten. De vrijgekomen
ruimte binnen wordt werkplaats. Het bestaande magazijn wordt gesloopt en ondergebracht in
de bestaande werkplaats (oude afleverzone). Het sanitair voor de werkplaats wordt vernieuwd
naast het magazijn.
Tussen het bestaande gebouw en de uitbreiding is er een verschil in vloerniveau van 15cm. Dit wordt met hellingen opgevangen.
Het gebouw is meer aan de rechterzijde van het perceel gepositioneerd in overleg met de
gemeente. Op deze wijze sluit het aan op de naburige KMO gebouwen en ontstaat er ruimte
t.o.v. de woongebouwen. De natuurlijke helling in het terrein (aflopend naar links en achteraan)
was richtinggevend om het infiltratiebekken aan de linkerzijde van het perceel te voorzien.
Hierdoor wordt een groene ruimte grenzend aan de bestaande woning behouden. De aanleg
van het infiltratiebekken geeft extra bergings- en infiltratieruimte aan het
overstromingsgevoelige deel van het perceel.
Heraanleg van parkeerplaatsen.
De bestaande parkeerplaatsen worden heraangelegd met een duidelijke zone voor bezoekers
en een afsluitbare en beveiligde zone voor bedrijfsmatige voertuigen (onderhoud, aflevering,
ongeval-wagens, personeel, …). De plaatsen voor bezoekers zijn 2.5 x 5.5m volgens de normen
van de stad Geel. 2 toegankelijke plaatsen werden ruimer voorzien en gepositioneerd bij de
toegang tot het gebouw bijkomend gemarkeerd d.m.v. een duidelijk pad. Naast de
parkeerplaatsen is er ook een overdekte fietsenstalling (12fietsen) voorzien met mogelijkheid
tot opladen van elektrische fietsen. Deze is te gebruiken door bezoekers en personeel.
Achteraan de parkeerplaatsen is een manoeuvreerruimte voorzien voor het laden/lossen en keren van vrachtwagens. De uitrit van de vracht- en personenwagens wordt voorzien langs Vogelzang.
Plaatsing van een hoogspanningscabine
De autowereld is in snel tempo aan het elektrificeren. Om klaar te zijn voor een overwegend
elektrisch wagenpark wordt de plaatsing van een hoogspanningscabine voorzien. De cabine
wordt links vooraan het perceel ingeplant in overleg met Fluvius. De cabine wordt verhoogd
aangelegd (vloerpas 22.05m) rekening houdend met de opmerkingen van DIW. Rond de cabine
wordt een beukenhaag aangeplant zodat deze integreert in de groene zone van het
infiltratiebekken.
Ingedeelde inrictingen of activiteiten
Toepasselijke indelingsrubrieken van de VLAREM-indelingslijst voor deze aanvraag:
Rubriek |
Omschrijving |
Hoeveelheid |
Klasse |
3.4.1°a) |
Het lozen van accidenteel verontreinigd hemelwater en afvalwater afkomstig van het wassen van voertuigen op de wasplaats (Nieuw) |
2 m³/uur |
3 |
6.4.1° |
Opslag van afvalolie in een tank van 2500 L en in vijf vaten van 200 L. Opslag van smeerolie in twee tanks van elk 1500 L, zeven vaten van 200 L en drie vaten van 60 L. (Nieuw) |
8080 liter |
3 |
6.5.1° |
2 verdeelslangen voor het vullen van voertuigen (Nieuw) |
2 verdeelslangen |
3 |
15.1.1° |
Het stallen van zes voertuigen (bestelwagens, aanhangwagens, vrachtwagen) (Nieuw) |
6 voertuigen |
3 |
15.2. |
Onderhoudswerkplaats met 8 hefbruggen (gelegen in industriegebied) (Nieuw) |
8 hefbruggen |
3 |
15.4.1° |
Een roll-over wasplaats voor het wassen van maximaal 12 wagens per dag. (Nieuw) |
1 Wasplaats |
3 |
15.6.1° |
Het stallen van maximaal 25 ton geaccidenteerde voertuigen (met nooit meer dan 15 ton voertuigwrakken). (Nieuw) |
25 ton |
3 |
16.3.2°a) |
Exploitatie van een luchtcompressor van 7,5 kW en warmtepompen van gezamenlijk 38 kW (Nieuw) |
45,5 kW |
3 |
17.3.2.1.1.1°b) |
Opslag van diesel in een 6000 L tank (6000 L x 0.833 kg/L = 4998 kg) (Nieuw) |
5 ton |
3 |
17.3.2.1.2.1° |
Opslag van twee 200 L vaten ruitensproeivloeistof (2 x 200 kg) (Nieuw) |
0,4 ton |
3 |
17.3.2.2.1° |
Een benzinetank van 2700 L (1.944 kg) (Nieuw) |
1944 kg |
3 |
17.3.7.1°a) |
Opslag van zes 200 L vaten antivries vloeistof (6 x 200 kg) (Nieuw) |
1,2 ton |
3 |
17.4. |
Opslag van gevaarlijke stoffen in kleine verpakkingen zoals verven, thinners, remreiniger, onderhoudsmiddelen,... (Nieuw) |
1000 liter |
3 |
29.5.2.1°a) |
Metaalbewerkingsmachines (Nieuw) |
10 kW |
3 |
De vorige vergunning van deze exploitant verliep op 05/08/2022. De huidige aanvraag betreft de vergunning voor een klasse-3 inrichting in tegenstelling tot de vorige vergunning voor een klasse 2-inrichting. De activiteiten voor het aanbrengen van bedekkingsmiddelen alsook de opslag van gevaarlijke producten en de opslag van voertuigwrakken tot 10 stuks, ingedeeld onder rubriek 2 – afvalstoffen, zijn niet opnieuw hernomen in deze aanvraag.
Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 13 oktober 2024 t.e.m. 11 november 2024. Er werden 2 bezwaarschriften ingediend.
Inhoud bezwaarschriften
Het tweede openbaar onderzoek werd gehouden naar aanleiding van van 22 januari 2025 t.e.m. 20 februari 2025. Er werden 2 bezwaarschriften ingediend.
Inhoud bezwaarschriften
Op 6 maart 2025 werd het advies ontvangen van Agentschap Wegen en Verkeer
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 4 maart 2025 werd het advies ontvangen van Dienst Integraal Waterbeleid
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 22 oktober 2024 werd het advies ontvangen van indoor.astrid@ibz.fgov.be
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 15 oktober 2024 werd het advies ontvangen van Fluvius
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 16 december 2024 werd het advies ontvangen van Brandweerzone Kempen - Hulpverleningszone 5 (Geel)
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 21 november 2024 werd het advies ontvangen van Aquafin
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 20 november 2024 werd het advies ontvangen van Departement Landbouw en Visserij (hoofdbestuur)
Advies: ongunstig
Op 28 februari 2025 werd het advies ontvangen van Team Grijs (mobiliteit) van stad Geel
Er wordt een voorwaardelijk gunstig advies gegeven worden gezien de verduidelijkingen rondom de parkeerplaatsen aan de rechterzijde van het hoofdgebouw, de parkeerplaatsen achteraan het hoofdgebouw, de draaicirkels voor vrachtwagens, de in -en uitrit langs Vogelzang en de locatie, hoeveelheden en afmetingen van de fietsenstallingen tijdens het overleg van 13 februari besproken werden en er een consensus werd bekomen. Dienst mobiliteit blijft echter afraden om de in -en uitrit langs Vogelzang te creëren i.v.m. potentiële conflicten voor voetgangers en fietsers langsheen Vogelzang en de Antwerpseweg N19. Hierover dient het college een beslissing te nemen. Met architect Tom Goos werd geen ander alternatief gevonden door het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer om een in -en uitrit langs Antwerpseweg te voorzien. Dienst mobiliteit heeft daarom voor het scenario gekozen via de werking met een uitrit voor vrachtwagens langsheen Vogelzang om de vooruitgang binnen dit dossier niet te dwarsbomen.
Na overleg met de architect op 13 februari 2025 werd beslist om het inplantingsplan aan te passen na afstemming met de dienst vergunningen en dienst mobiliteit. Deze aanpassing omvat onder andere de verduidelijking van de manoeuvreerruimte en circulatie nabij de parkeerplaatsen aan de rechterzijde van het gebouw voor tweedehandswagens, waarbij rekening wordt gehouden met voldoende manoeuvreerruimte naast het hoofdgebouw om een vlotte doorstroming te garanderen. Er mag verder gewerkt worden met een groen haagje naast de parkeerplaatsen aan de rechterzijde van het hoofdgebouw. Daarnaast wordt de circulatie van vrachtwagens geoptimaliseerd, met een uitrit langs Vogelzang om het vrachtverkeer te scheiden van bezoekersverkeer, ook doormiddel van nabij de uitrit voor vrachtwagens materialisatie te plaatsen zodat vrachtwagens hun bocht in Vogelzang niet zullen afsnijden richting kruispunt Vogelzang/Antwerpseweg-N19. Deze geniet echter niet de voorkeur van dienst mobiliteit, maar om het dossier niet te hypotheceren rekening houdend met het advies vanhet Agentschap Wegen en Verkeer om in -en uitrit te voorzien langs Antwerpseweg N19, kiest dienst mobiliteit ervoor om de beslissing van de uitrit voor vrachtwagens te leggen bij het college van burgemeester en schepenen. Ook de afmetingen van de parkeerplaatsen worden gewaardborgd met een minimale lengte van 5 meter.
Advies: voorwaardelijk gunstig
Op 17 december 2024 werd het advies ontvangen van Team Grijs (riolering) van stad Geel
1 Advies riolering
Er werd advies gevraagd bij Aquafin voor dit dossier. De voorwaarden opgenomen in dit advies dienen integraal gevolgd te worden. Dit advies is gunstig onder voorwaarden.
Zonering – aansluiting
Het perceel is gelegen in centraal gebied. Er is een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig op openbaar domein.
Er is een bestaande aansluiting DWA aanwezig. De ligging hiervan is echter niet gekend bij de stad.
Men dient deze bestaande aansluiting op te zoeken en te gebruiken. Indien nodig, zal de stad een huisaansluitputje plaatsen op private eigendom op +-50cm uit de rooilijn.
Bijkomen moet er een nieuwe RWA aansluiting gemaakt worden welke aansluit op de bestaande RWA riolering langs Vogelzang. Na het verlenen van de vergunning, zal er een aansluiting met plaatsing van de huisaansluitputjes RWA en DWA worden gerealiseerd door stad Geel.
Riolering algemeen
Op het funderingsplan is er een gescheiden stelsel van afvalwater en hemelwater voorzien, wat ook een verplichting is. Er wordt verwacht dat men de correcte diameters gebruikt (max. 160 mm). De afvoerbuizen worden volgens plan aangesloten op de huisaansluitputjes RWA en DWA. Hierbij dient men rekening te houden met zowel de ligging als de diepte van de -te realiseren- huisaansluitingen.
Huishoudelijk afvalwater
Voor het afvalwater voorziet men een gescheiden stelsel van fecaal water (toilet) en grijs water (douche, lavabo, …) tot buiten het gebouw. Het fecaal water gaat naar een septische put met inhoud van 5.000L. Men voorziet een sifonput waar beide afvoeren samenkomen om geurhinder te vermijden.
Hemelwater
De Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater is van toepassing. Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen.
Hemelwaterput
Men plaatst een hemelwaterput met een volume van 40.000L. Op de put worden de dakafvoeren aangesloten van het nieuw te bouwen gedeelte en voorzijde bestaande gedeelte. De achterzijde van bestaande gedeelte gaat rechtstreeks naar de infiltratievoorziening. Men zal het hemelwater herbruiken voor toiletspoeling, wasmachine, buitenkraan, dienstkraan, … Dit werd vooraf besproken en goed bevonden.
Infiltratievoorziening
Men voorziet een bovengrondse infiltratievoorziening met een volume van 91.150L en een oppervlakte van 287m². Uit het advies van Aquafin blijkt dat dit niet voldoende is en aangepast moet worden.
Waterdofffforlatende verhardingen en niet-waterdoorlatende verhardingen die kunnen afwateren naar groenzone moeten niet mee ingerekend worden bij de dimensionering van de infiltratievoorziening.
Men voorziet een noodoverloop vanuit de infiltratievoorziening naar de openbare RWA riolering langs Vogelzang . Dit is geen verplichting maar wordt wel toegestaan.
2 Advies toegangen
Bestaande toestand
Het perceel is gelegen in de hoek tussen Antwerpseweg en Vogelzang. Er is een inrit langs Antwerpseweg en een inrit langs Vogelzang.
Nieuwe toestand
In de nieuwe toestand wordt enkel een uitrit langs Vogelzang voorzien en blijft de toegang langs Antwerpseweg behouden volgens bestaande toestand.
Advies
Er werd advies gevraagd bij wegbeheerder AWV voor dit dossier. De regelgeving van AWV rond toegangen is dan ook te volgen en voorwaarden opgenomen in dit advies dienen integraal gevolgd te worden.
Wegenis
Het perceel is gelegen langs een gewestweg en een gemeenteweg.
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
Watertoets
Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.
Het perceel gelegen te Geel, Afdeling 3, Sectie L, nrs.95D, 95E is gelegen langs en stroomt af naar de Puntloop, een onbevaarbare waterloop van 2de categorie die beheerd wordt door provincie Antwerpen – Grote Nete. De locatie is volgens de watertoetskaarten deels overstromingsgevoelig.
Mogelijke schadelijke effecten voor het water zouden kunnen ontstaan door wijziging van de kwaliteit van het oppervlaktewater of het grondwater, wijziging van infiltratie naar het grondwater, wijziging van de grondwatervoorraden en het grondwaterstromingspatroon, wijziging van het overstromingsregime, het afvoergedrag of de structuurkwaliteit van de waterloop, en wijziging van waterafhankelijke natuur.
Uit de meest recente modellen blijkt dat voor een bui met een terugkeerperiode van 100 jaar
ter hoogte van het perceel in kwestie een waterpeil van 21,75 mTAW optreedt. Ergere
overstromingen zijn niet uit te sluiten en er kan geen sluitende garantie gegeven worden dat er
zich op het perceel in de toekomst geen wateroverlast (meer) zal voordoen.
Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw
voldoende hoog gekozen worden. Het overstromingsveilig bouwpeil bedraagt 22,05 mTAW,
conform de aangeleverde plannen.
Tevens worden de mogelijk schadelijke effecten opgevangen door voldoende infiltratiemogelijkheden en hemelwaterputten op het eigen terrein te voorzien.
Mer-screening
Het ontwerp komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage I en II van de Europese richtlijn 85/337/EEG, noch op de lijst als bijgevoegd als bijlage I en II van het Project-m.e.r.-besluit. Bijgevolg dient geen milieueffectenrapport te worden opgesteld.
Het ontwerp komt voor op de lijst gevoegd als bijlage III van het Project-m.e.r.-besluit.
Bijgevolg dient de vergunningverlenende overheid de aanvraag te screenen.
Er werd een uitgebreide m.e.r. – screeningsnota bij de aanvraag gevoegd.
De beoordeling dat er geen merkelijke effecten op de omgeving zullen zijn, wordt gevolgd.
Natuurtoets
De exploitatie ligt op ca. 2800 m van het dichtstbijzijnde habitatrichtlijngebied Bovenloop van de Grote Nete met Zammelsbroek, Langdonken en Goor.
De aanvrager voegt bij de aanvraag een berekening van de stikstofimpact van de werffase en de exploitatiefase toe. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de drempelscore van 1% niet wordt overschreden. Bijgevolg is een passende beoordeling niet nodig.
Er zijn geen stationaire stikstofbronnen aanwezig op de exploitatie.
Gelet op de aard en de ligging van de exploitatie en op basis van de beschikbare gegevens in de omgevingsvergunningsaanvraag lijkt het aanneembaar te stellen dat de exploitatie geen onvermijdbare en onherstelbare schade aan de natuur in VEN-gebied zal veroorzaken, noch dat de exploitatie een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van Habitatrichtlijngebieden zal veroorzaken, op voorwaarde dat de exploitant zich houdt aan de voorwaarden opgelegd in de relevante wetgeving en voor zover de exploitant zich gedraagt naar de code van goede natuurpraktijk.
Milieuaspecten
Afvalwater
Het afvalwater afkomstig van de exploitatie bestaat uit huishoudelijk afvalwater afkomstig van het sanitair en bedrijfsafvalwater afkomstig van de carwash, het potentieel verontreigigd hemelwater dat valt op de tankpiste (90m³) en het afvalwater afkomstig van de handwasbak in de garagewerkplaats.
De exploitaite ligt in centraal gebied volgens de zoneringsplannen van VMM.
De hoeveelheid huishoudelijk afvalwater overschrijdt de grens van 600m³/ jaar niet waardoor deze niet is ingedeeld. De lozing van het zwart water gebeurt via een septische put.
Het bedrijfsafvalwater is afkomstig van de carwash. Het verbruik van de carwash bij het wassen van 4 voertuigen wordt geschat op 0,56 m³/u.
Daarnaast is er ook een tankpiste voorzien van 61m³ in open lucht. De tankplaats is voorzien van twee kolkputten waarvan het water terechtkomt in een KWS-afscheider en vervolgens wordt geloosd op DWA. De opslag van de autowrakken gebeurd ook op deze pista. Het water dat valt op deze piste is potentieel verontreinigd. Het berekend debiet is hier 1,422 m³/u.
Bodem
De exploitant voorziet een piste voor de opslag van voertuigwrakken achteraan het omheinde deel van het perceel. Er is een poort voorzien met een video-call systeem waardoor takeldienst toegang kunnen krijgen buiten de openingsuren. Op die manier kunnen voertuigwrakken ten alle tijden worden gestald op de daarvoor voorziene plaats.
Alle gevaarlijke vloeistoffen zullen voorzien zijn van een lekbak. De opslagtanks voor smeerolie en afvalolie (reeds bestaande enkelwandige tanks) zijn ingekuipt. De diesel en benzinetank zijn nieuwe tanks en zullen voldoen aan de Vlarem II voorwaarden (dubbelwandig, lekdetectie,..).
Het tanken van voertuigen gebeurt op een vloeistofdichte piste met een afvoer naar een KWS-afscheider. Het stallen van geaccidenteerde voertuigen gebeurt eveneens op de vloeistofdichte piste met afvoer naar een KWS-afscheider. Gezien het dubbele gebruik van de vloeistofdichte piste is het aan te bevelen dat de exploitant een procedure opstelt om te verzekeren dat beide activiteiten enkel op de daarvoor voorziene plaats worden uitgevoerd.
De exploitatie heeft reeds een vergunning gehad voor verschillende rubrieken met vlarebo-code A. Als gevolg moet de exploitant elke 20 jaar en bij sluiting of overdracht een bodemonderzoek uitvoeren. Het laatste oriënterend bodemonderzoek dateert volgens de informatie in de databank van OVAM van 2011.
Geluid
Er zullen warmtepompen geplaatst worden voor comfortkoeling van de gebouwen. De toestellen worden op het dak geplaatst en hebben een geluidsdruk van 55 dB(A). De berekende geluidsimmissie op de perceelgrens is 37dB(A). Rekening houdend met de plaats van de installaties op het dak waardoor het geluid niet gericht is op de perceelgrenzen maar naar boven uitstraalt, de ligging langst een drukke baan en de ligging in industriegebied, kan worden aangenomen dat de impact op het omgevingsgeluid tot een aanvaardbaar niveau wordt beperkt.
Lucht
De warmtepompen die worden geplaatst hebben een geïnstalleerd vermogen van 45 kW. Verder zijn ze uitgerust met het koelmiddel R290 dat een GWP-waarde heeft van 3. Het is geen F-gas. De bepalingen opgenomen in artikel 5.16.3.3.§3 van VLAREM II zijn van toepassing. De installaties moet bijgevolg binnen een termijn van 12 maanden na indienststelling worden gekeurd en geoptimaliseerd door een erkende airco-energiedeskundige als vermeld in artikel 6, 1°, f), van het VLAREL, conform de bepalingen opgenomen in voornoemde artikel. Vervolgen moeten de installaties elke 5 jaar worden gekeurd.
Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening
Goede ruimtelijke ordening
Opportuniteitstoets
Overeenkomstig artikel 4.3.1§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dient een omgevingsvergunning te worden geweigerd indien het aangevraagde onverenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De beoordelingsgronden van de goede ruimtelijke ordening worden omschreven in art. 4.3.1§2 van de VCRO.
Functionele inpasbaarheid
Het verbouwen van een bedrijfsgebouw en het bouwen van een hoogspanningscabine stelt geen beperking aan het gebruik van het perceel. De bestemming van het perceel wordt door de aanvraag niet geschaad. De aanvraag is functioneel in overeenstemming met de functies van de omliggende percelen en deze in de ruimere omgeving van het project.
Ruimtegebruik – schaal- bouwdichtheid.
De aanvraag heeft een impact op het ruimtegebruik van het perceel. Er komt immers een beperkte uitbreiding van de verharding. Het huidige bedrijf maakt op dit moment meer dan maximaal gebruik van de beschikbare ruimte en verhardingen.
Wagens worden nu overal gestald. Na de verbouwing wordt de stallingsruimte vooral
duidelijker, efficiënter en duurzamer ingericht.
Het project is qua schaal in overeenstemming met de omgeving van dit project, die veelal bestaat uit grote handelszaken, autogarages en tankstations.
Visueel-vormelijke aspecten.
De aanvraag heeft een impact op de visueel-vormelijke uitstraling van de percelen in het straatbeeld. Er gebeuren immers ook aanpassingen aan de voorgevel. Die aanpassingen passen echter in het straatbeeld dat gekenmerkt wordt door handelszaken en kmo’s.
Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gesitueerd in een beschermd landschap of dorpsgezicht. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van het perceel en de omgeving.
Mobiliteit
De nieuwe terreininrichting maakt laden en lossen achteraan het terrein mogelijk. Een brede
verharde zone met keerplaats zorgt ervoor dat de wagens direct op de juiste plaats worden
gelost.
Een duidelijke scheiding tussen bezoekersparkeren en parkeerplaatsen voor het bedrijf
verbetert de toegankelijkheid en de werking van het bedrijf.
Er zijn reeds een aantal oplaadpunten voor wagens aanwezig, deze worden behouden en geherpositioneerd.
Een overdekte fietsenstalling met oplaadpunten stimuleert het gebruik van de fiets als
vervoersmiddel.
De bestaande inrit aan de Antwerpseweg wordt behouden en er wordt een nieuwe uitrit voorzien langs Vogelzang.
Een eventuele (tijdelijke) toename van transporten, bezoekers, extra personeel wordt door de
betere inrichting op eigen terrein opgevangen. Schommelingen in transportbewegingen zijn op
dit moment vooral een gevolg van evoluties in de automobielsector. Deze verbouwing is nodig
om dit op te kunnen vangen.
Aantal parkeerplaatsen binnen:
- 37 bedrijfsmatige parkeerplaatsen (i.f.v. verkoop)
Aantal parkeerplaatsen buiten:
- 27 bezoekersparkeerplaatsen (incl. 2 aangepaste plaatsen)
- 123 bedrijfsmatige parkeerplaatsen (incl. 4 ongevalplaatsen)
- 12 fietsparkeerplaatsen - overdekt (eenvoudig uitbreidbaar)
Bodemreliëf
De aanvraag heeft een impact op het bodemreliëf. Deze impact is echter beperkt door de beperkte uitbreiding van de verharding die volledig in overeenstemming is met de gewestelijke hemelwaterverordening 2023.
Hinderaspecten – gezondheid
De aanvraag brengt geen extra hinder met zich mee voor de omgeving en heeft geen impact op de gezondheidsaspecten in de omgeving.
Groenaanleg
Voor de aanleg van de parkeerplaatsen worden achteraan tegen de perceelsgrenzen (links en
rechts) volgende bomen gerooid:
- Aan de rechterzijde van het perceel (zijde Lidl): 5 Elzen waarvan 1 omtrek groter dan 1m
en 3 Hazelaarstruiken.
- Aan de linkerzijde (woning+garage): 9 Elzen, 2 Sparren en 2 Hazelaarstruiken. Allen met
omtrek kleiner dan 1m. Hiervan zijn er 9 Elzen/Sparren volledig overwoekerd door
wingerd/klimop.
Ter compensatie wordt de groenzone achteraan de percelen versterkt:
- De bestaande bomen-en-struiken zone achteraan (achter de 100m lijn vanaf de bestaande
rooilijn) wordt behouden. Dode bomen en gaten groter dan 2m worden opnieuw ingevuld.
Soorten zoals voorzien in de 2de zone.
- Een 2de bomen-en-struikenzone wordt voorzien naast de nieuwe verharding rekening
houdend met de manoeuvreerruimte voor vrachtwagens. Hierbij worden volgende bomen
aangeplant:
4 x zwarte els (vrije uitgroei)
2 x boskers (vrije uitgroei)
2 x boswilg
2 x meidoorn (tweestijlig).
Een doorgang van 3m wordt voorzien ifv onderhoud.
- Het omliggende grasland wordt ingezaaid met:
achillea ptarmica (wilde bertram)
angelica sylvestris (gewone engelwortel)
barbarea vulgaris (barbarakruid)
cardamine pratensis (pinksterbloem)
filipendula ulmaria (moerasspirea)
hypericum maculatum obtusiusculum (gevlekt hertshooi)
hypericum tetrapterum (gevleugeld hertshooi)
lotus pendunculatus (moerasrolklaver)
lysimachia vulgaris (grote wederik)
lythrum salicaria (kattestaart)
prunella vulgaris (brunel)
ranunculus acris (scherpe boterbloem)
rhinanthus angustifolius (grote ratelaar)
silene flos-cuculi (echte koekoeksbloem)
thalictrum flavum (poelruit)
valeriana officinalis (valeriaan)
Het infiltratiebekken wordt met grassen aangeplant.
Rond de hoogspanningscabine wordt een beukenhaag aangeplant.
Er kan geconcludeerd worden dat het project in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening en aanleg.
Resultaten openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 13 oktober 2024 tot en met 11 november 2024. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er 2 bezwaarschriften ontvangen.
Inhoud bezwaarschriften
Evaluatie bezwaarschriften
Evaluatie:
In de zone tussen de parking en de woonzone dienen ook grotere planten te worden voorzien als bufferzone t.o.v. de woonzone. Hiervoor kunnen waterminnende planten en/of bomen gebruikt worden die in de wadi kunnen voorzien worden.
Evaluatie:
Net door de herlocatie van de parkeerplaatsen in deze aanvraag, is er nu voldoende ruimte om te laden en lossen op het eigen terrein.
Evaluatie:
De waterhuishouding voldoet aan de hemelwaterverordening 2023. De wadi is voldoende groot voorzien om wateroverlast naar de aanpalende percelen op te vangen.
Evaluatie:
De hoogspanningscabine wordt zodanig ingeplant dat het infiltratiebekken met een overloop naar de RWA ten alle tijden kan onderhouden worden en zijn waterinfiltrerend karakter kan behouden.
Het tweede openbaar onderzoek werd gehouden naar aanleiding van van 22 januari 2025 tot en met 20 februari 2025. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er 2 bezwaarschriften ontvangen.
Inhoud bezwaarschriften
Evaluatie bezwaarschriften
• De parking moet herbekenen worden zodat er een groenzone kan behouden blijven tussen de woonzone en de industrie.
Evaluatie:
In de zone tussen de parking en de woonzone dienen ook grotere planten te worden voorzien als bufferzone t.o.v. de woonzone. Hiervoor kunnen waterminnende planten en/of bomen gebruikt worden die in de wadi kunnen voorzien worden.
• Er moet rekening gehouden worden met de mogelijkheid van het lossen van vrachtwagens op eigen terrein (dit is nu niet mogelijk)
Evaluatie:
Net door de herlocatie van de parkeerplaatsen in deze aanvraag, is er nu voldoende ruimte om te laden en lossen op het eigen terrein.
• De afwatering moet herbekenen worden. Het inflitratiebekken verplaatsen en niveau parking verlagen.
Evaluatie:
De waterhuishouding voldoet aan de hemelwaterverordening 2023. De wadi is voldoende groot voorzien om wateroverlast naar de aanpalende percelen op te vangen.
• Geen hoogspanningscabine boven de bestaande gracht.
Evaluatie:
De hoogspanningscabine wordt zodanig ingeplant dat het infiltratiebekken met een overloop naar de RWA ten alle tijden kan onderhouden worden en zijn waterinfiltrerend karakter kan behouden.
Bespreking adviezen
De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:
“Al de groenvoorzieningen (groenbuffer, laanbeplanting, groen voortuinzone, etc.) binnen het bedrijventerrein worden gerealiseerd in streekeigen en standplaatsgeschikte soorten. Bij de keuze van plantmateriaal kan ook rekening gehouden worden met natuurelementen uit de omgeving.”
Beoordeling door de omgevingsambtenaar:
Deze tekst legt enkel voorwaarden op voor groenvoorzieningen binnen het PRUP, maar, houdt geen beperking in voor aanplantingen buiten het PRUP.
Het achterliggende agrarisch gebied, dat van dezelfde eigenaar is, is reeds ‘aangetast’ door een bomenrij die dienst doet als bufferzone en een boom in het midden van het perceel. Een praktisch landbouwgebruik wordt hierdoor al beperkt.
De compensatie-aanplantingen gebeuren als volgt:
- De bestaande bomen-en-struiken zone achteraan (achter de 100mm lijn vanaf de bestaande rooilijn) wordt behouden. Dode bomen en gaten groter dan 2m worden opnieuw ingevuld.
- Een 2de bomen-en-struikenzone wordt voorzien naast de nieuwe verharding rekening houdend met de manoeuvreerruimte voor vrachtwagens.
Deze aanplantingen zullen het landbouwgebruik van het achterliggende perceel niet verder beknotten. Tevens is door de bestaande bomenrij het gebied al moeilijk of niet meer bereikbaar voor landbouwvoertuigen.
Een kwaliteitsvolle compensatie voor de te vellen bomen kan dus veel meer bijdragen aan de natuurlijke omgeving dan een landbouwgebruik wat in de praktijk momenteel zo goed als onmogelijk is.
Het aanplanten van de bomen impliceert ook niet dat het agrarisch gebruik van het stukje perceel voor altijd verloren zou zijn voor agrarische activiteiten.
Conclusie
De omgevingsambtenaar verleent voorwaardelijk gunstig advies.
Volgende voorwaarden zijn van toepassing op de aanvraag:
Betreffende de stedenbouwkundige handelingen:
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Astrid dd. 22/10/2024 met kenmerk 2024100012:
Gezien het gebouw binnen meerdere criteria valt, heeft de commissie beslist dat er in het volledige gebouw ASTRID indoordekking dient aanwezig te zijn.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Fluvius dd. 22/11/2024.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Brandweerzone Kempen dd. 12/10/2024 met kenmerk BWDP/2019-0450/003/01/GKE.
Aan de linkerperceelsgrens dient buiten de grassen ook hogere begroeiing te worden voorzien als afbakening tussen het industrie- en woongebied. Op deze manier dient een groene visuele grens te worden voorzien langs de linkerperceelsgrens, die ook in de winter zijn functie behoudt. Hiervoor dienen dan ook de meest geschikte gewassen te worden aangeplant.
De wadi en het infiltratiebekken dienen ten alle tijden goed onderhouden te worden zodat ze zorgen voor een optimale opvang van het hemelwater op het eigen terrein. Indien dit niet voldoende zou zijn om waterafvoer naar het linksaanpalende perceel te voorkomen, dienen bijkomende maatregelen te worden genomen (bv. grotere wadi, diepere gracht of een keermuur).
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer dd. 06/03/2025 met kenmerk AV/114/2024/00796/B:
Er wordt een inrit voorzien langs de N19 Antwerpseweg, en de uitrit wordt voorzien langs de
gemeenteweg Vogelzang.
Dit advies wordt gebaseerd op het nieuwe inplantingsplan BA_0_I_N_01_INPLANTING, dat werd
aangepast na overleg met AWV.
Het Agentschap Wegen en Verkeer legt de volgende voorwaarden op omtrent de constructies die
binnen de reservatiestrook gelegen zijn:
Deze constructies (o.a. verhardingen voor het gebouw en waterdoorlatende grastegels i.f.v.
parkeren aan de zijkant van het perceel binnen de reservatiestrook) worden tijdelijk vergund tot
het moment dat AWV op eenvoudig verzoek om de kosteloze verwijdering vraagt in het kader van
de heraanleg van de gewestweg (o.a. realisatie van de geplande ventwegen)
Deze constructies (o.a. verharding, parkings) kunnen geen onderdelen uitmaken van de
omgevingsvergunning die noodzakelijk zijn voor de vergunbaarheid van het project zodat zij op elk
moment verwijderbaar zijn.
Er kunnen geen reclameconstructies toegestaan worden binnen de reservatiestrook.
Er dient gevolg te worden gegeven aan het advies van Dienst Integraal Waterbeleid dd. 04/03/2025 met kenmerk WAAD-2025-0171.
Tijdens de uitvoering van de werken moet de locatie van de infiltratiezone gevrijwaard
worden van zware belasting om bodemverdichting te vermijden. Zo kan de
infiltratiecapaciteit maximaal behouden blijven.
Het bekken moet worden voorzien van een vertraagde doorvoer met een debiet van 1.36
l/s (5 l/s/ha aangesloten verharding). Dit kan niet worden gerealiseerd met een
knijpleiding met opening 110 mm maar wel met een hydroslide. Het bekken dient te
worden voorzien van een hydroslide met een debiet van maximaal 1.36 l/s.
Riolering algemeen
Hemelwater
Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.
De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:
De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:
Verplichte keuring privéwaterafvoer
Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.
Opmerkingen
Men zorgt best voor een terugslagklep in de private afvoeren. Dit om terugstroming vanuit het openbare rioleringsstelsel te voorkomen.
2 Voorwaarden toegangen
3 Voorwaarden rooilijn
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur en AWV.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
Betreffende de ingedeelde inrichtingen en activiteiten:
Algemene milieuvoorwaarden van VLAREM II
Hoofdstuk |
Omschrijving |
4.1. |
Algemene voorschriften |
4.2. |
Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging |
4.3. |
Beheersing van bodem- en grondwaterverontreiniging |
4.4. |
Beheersing van luchtverontreiniging |
4.5. |
Beheersing van geluidshinder |
4.6. |
Beheersing van hinder door licht |
4.7. |
Beheersing van asbest |
Sectorale milieuvoorwaarden van VLAREM II:
Hoofdstuk |
Omschrijving |
5.3 |
Het lozen van afvalwater en koelwater |
5.6 |
Brandstoffen en brandbare vloeistoffen |
5.15 |
Garages, parkeerplaatsen en herstellingswerkplaatsen voor motorvoertuigen |
5.16 |
Behandelen van gassen |
5.17 |
Opslag van gevaarlijke stoffen |
5.29 |
Metalen |
Bijzondere milieuvoorwaarden:
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning onder voorwaarden af te leveren aan de aanvrager.
Volgende rubrieken en hoeveelheden zijn hiermee vergund voor een termijn van onbepaalde duur:
Rubriek | Omschrijving | Hoeveelheid | Klasse |
3.4.1°a) | Het lozen van accidenteel verontreinigd hemelwater en afvalwater afkomstig van het wassen van voertuigen op de wasplaats | 2 m³/uur | 3 |
6.4.1° | Opslag van afvalolie in een tank van 2500 L en in vijf vaten van 200 L. Opslag van smeerolie in twee tanks van elk 1500 L, zeven vaten van 200 L en drie vaten van 60 L. | 8080 liter | 3 |
6.5.1° | 2 verdeelslangen voor het vullen van voertuigen | 2 verdeelslangen | 3 |
15.1.1° | Het stallen van zes voertuigen (bestelwagens, aanhangwagens, vrachtwagen) | 6 voertuigen | 3 |
15.2. | Onderhoudswerkplaats met 8 hefbruggen (gelegen in industriegebied) | 8 hefbruggen | 3 |
15.4.1° | Een roll-over wasplaats voor het wassen van maximaal 12 wagens per dag. | 1 Wasplaats | 3 |
15.6.1° | Het stallen van maximaal 25 ton geaccidenteerde voertuigen (met nooit meer dan 15 ton voertuigwrakken). | 25 ton | 3 |
16.3.2°a) | Exploitatie van een luchtcompressor van 7,5 kW en warmtepompen van gezamenlijk 38 kW | 45,5 kW | 3 |
17.3.2.1.1.1°b) | Opslag van diesel in een 6000 L tank (6000 L x 0.833 kg/L = 4998 kg) | 5 ton | 3 |
17.3.2.1.2.1° | Opslag van twee 200 L vaten ruitensproeivloeistof (2 x 200 kg) | 0,4 ton | 3 |
17.3.2.2.1° | Een benzinetank van 2700 L (1.944 kg) | 1944 kg | 3 |
17.3.7.1°a) | Opslag van zes 200 L vaten antivries vloeistof (6 x 200 kg) | 1,2 ton | 3 |
17.4. | Opslag van gevaarlijke stoffen in kleine verpakkingen zoals verven, thinners, remreiniger, onderhoudsmiddelen,... | 1000 liter | 3 |
29.5.2.1°a) | Metaalbewerkingsmachines | 10 kW | 3 |
Volgende voorwaarden moet strikt worden nageleefd door de exploitant / aanvrager:
Stedenbouwkundige voorwaarden:
Riolering algemeen
Hemelwater
Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.
De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:
De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:
Verplichte keuring privéwaterafvoer
Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.
Opmerkingen: Men zorgt best voor een terugslagklep in de private afvoeren. Dit om terugstroming vanuit het openbare rioleringsstelsel te voorkomen.
Voorwaarden toegangen:
Voorwaarden rooilijn:
Er mogen geen werken uitgevoerd worden op het openbaar domein zonder voorafgaandelijke toelating en onder de vooropgestelde voorwaarden van het stadsbestuur en AWV.
De kosten voor het uitvoeren van aanpassingswerken aan het openbaar domein of het verplaatsen van nutsvoorzieningen zijn ten laste van de bouwheer.
Voorwaarden ingedeelde inrichtingen en activiteiten
Algemene milieuvoorwaarden van VLAREM II
Hoofdstuk | Omschrijving |
4.1. | Algemene voorschriften |
4.2. | Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging |
4.3. | Beheersing van bodem- en grondwaterverontreiniging |
4.4. | Beheersing van luchtverontreiniging |
4.5. | Beheersing van geluidshinder |
4.6. | Beheersing van hinder door licht |
4.7. | Beheersing van asbest |
Sectorale milieuvoorwaarden van VLAREM II:
Hoofdstuk | Omschrijving |
5.3 | Het lozen van afvalwater en koelwater |
5.6 | Brandstoffen en brandbare vloeistoffen |
5.15 | Garages, parkeerplaatsen en herstellingswerkplaatsen voor motorvoertuigen |
5.16 | Behandelen van gassen |
5.17 | Opslag van gevaarlijke stoffen |
5.29 | Metalen |
Bijzondere milieuvoorwaarden: