2025_CBS_00054 - Administratieve rechtzetting: Omgevingsvergunning - uitbreiding van een klasse 2 inrichting: self car wash langs Meeuwstraat 2 (202400419ML) - Vergunning

Aanleiding en context 

Op 30/12/2024 besliste het college van burgemeester en schepenen om de vergunningsaanvraag ingediend door Hufkens, Joris gevestigd Paviljoenstraat 5 te 2440 Geel, voorwaardelijk te vergunnen. 

De exploitant vraagt in zijn aanvraag een afwijking van de bijzondere voorwaarde die oplegt dat de exploitatie dient te sluiten tussen 22u en 7u. In verslag van de omgevingsambtenaar wordt daarover geconcludeerd dat dit kan toegelaten worden, mits te toepassing van een nieuwe bijzondere voorwaarden. De nieuwe bijzondere voorwaarde werd opgenomen in de beslissing maar de expliciete vermelding dat de afwijking op artikel 5.15.0.6.§1 van VLAREM II en de schrapping van de eerder opgelegde voorwaarde wordt goedgekeurd ontbreekt. Het schepencollege nam wel op dat ze het verslag van de omgevingsambtenaar eigen maakt, maar voor de duidelijkheid wordt dit beter expliciet ook opgenomen in het beslissend gedeelte. 

Er wordt voorgesteld om het besluit aan te passen als volgt:

GECORRIGEERDE BESLISSING 

Verslag van de omgevingsambtenaar

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2024108007

Dossiernummer gemeente: 202400419Inrichtingsnummer: 20240805-0025

De gemeente Geel heeft op 29 augustus 2024 een aanvraag ontvangen voor uitbreiding van een klasse 2 inrichting: self car wash. De aanvraag werd op 23 september 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.

Gegevens van de aanvrager

Hufkens, Joris gevestigd Paviljoenstraat 5 te 2440 Geel

Gegevens van de  ligging

Administratieve ligging: Meeuwstraat 2

Kadastrale ligging: afdeling 3 sectie L nr. 990T

Verslag

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in: 

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

bestaande autosnelweg

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften :

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel goedgekeurd op 10 april 2012gelegen in Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied Geel

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan Antwerpseweg goedgekeurd op 10 april 2012 gelegen in fietstunnel, reservatiestrook voor aanleg Antwerpseweg met ventwegen, zone voor handelslint grootschalige handelszaken.  

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het ruimtelijke uitvoeringsplan.

Overeenstemming met dit plan

Overwegende dat in artikel 5.3.1 van het DABM opgenomen is dat de vergunningverlenende overheid de omgevingsvergunning voor het exploiteren van een ingedeelde inrichting of activiteit dient te weigeren als de exploitatie in strijd is met o.a. een stedenbouwkundig voorschrift of een verkavelingsvoorschrift, voor zover daarvan niet op geldige wijze kan worden afgeweken, lijkt het aangewezen om in voorliggend advies een aftoetsing te maken aan de gekende stedenbouwkundige voorschriften.

De exploitatie is gelegen in het PRUP Antwerpseweg, meer bepaald in een ‘zone voor handelslint grootschalige handelszaken’ (categorie van bedrijvigheid). Deze zone is bestemd voor volgende hoofdactiviteiten:

• grootschalige handelszaken, d.w.z. handelszaken waarbij de gebouwoppervlakte min. 1000 m² per (winkel)unit en max. 5000 m² per gebouw bedraagt.
• kleine en middelgrote ambachtelijke bedrijven met een grotere toonzaalfunctie, d.w.z. bedrijven waarbij de toonzaalfunctie meer dan 10% van de bebouwde gelijkvloerse perceelsoppervlakte inneemt.

 Per bedrijfsperceel zijn volgende activiteiten toegestaan als complementaire functie:

• gerelateerde kantoren en sociale lokalen (kleedkamers, sanitair, refter…), met een maximale oppervlakte van 20% van de gelijkvloerse bruto-vloeroppervlakte van de bebouwing
• een bedrijfswoning ongelijkvloers geïntegreerd in de bedrijfsbebouwing en met een maximale bruto-vloeroppervlakte van 200 m²

Volgende functies zijn als nevenbestemming toegelaten:

• indoor geluidsproducerende recreatieve activiteiten
• benzinestations, car- of truckwash.
• Horeca en diensten, onderschikt en ondersteunend aan de hoofdactiviteiten.
• Dienstverlenende bedrijven
• Opslag van schroot wordt enkel toegestaan i.f.v. garages, autoverkoopruimtes en de daaraan verbonden werkplaatsen, en op voorwaarde dat de opslag niet zichtbaar is vanaf de Antwerpseweg.

 Gelet op bovenstaande lijkt gesteld te kunnen worden dat de ligging van de exploitatie verenigbaar is met de stedenbouwkundige voorschriften van het PRUP.

Verordeningen

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

Bouwcode goedgekeurd op 30 september 2024.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater goedgekeurd op 10 februari 2023.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen goedgekeurd op 12 mei 2023.

2. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend: 

• Stedenbouwkundige vergunning (2010/00280) voor het plaatsen van een lichtreclamezuil - goedgekeurd op 21/05/2010.
• Stedenbouwkundige vergunning (2009/00334) voor het bouwen van een carwash - goedgekeurd op 03/08/2009.
• Milieuvergunning 2009/V2/00779 voor carwash - goedgekeurd op 07/09/2009.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Carwash Top-Wash aan de Meeuwstraat 2 in Geel is een self-carwash bestaande uit 6 was-'boxen'. 

De carwash werkt volledig onbemand door middel van munten die de klanten kunnen aankopen en gebruiken om de installatie te activeren. De installatie werkt met een instelbaar programma waarbij de wagens, optimaal naar water en dosering van toevoegproducten, kunnen worden gereinigd. Er werkt bijgevolg geen personeel op de site. De exploitant bezoekt wel dagelijks de site ter controle.

Op 7/09/2009 werd door het College van Burgemeester en Schepenen van Geel een milieuvergunning afgeleverd op naam van het bedrijf. De eindtermijn van deze vergunning is 7/09/2029.

De aanvraag omvat de actualisatie van de vergunning.. 

Volgende ingedeele inrichtingen of activiteiten worden aangevraagd: 

4. Openbaar onderzoek

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd gehouden van 2 oktober 2024 t.e.m. 31 oktober 2024. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

Er werd geen informatievergadering gehouden.

5. Adviezen

Op 22 november 2024 werd het advies ontvangen van VMM - afvalwater - lucht

Advies: volledig voorwaardelijk gunstig

6. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Mer-screening

De aangevraagde uitbreiding is niet opgenomen in bijlage III van het MER-besluit. Bijgevolg is een MER-screening niet van toepassing.

Milieuaspecten

Bodem

De exploitant vraagt de opslag van gevaarlijke producten. 

Een ton product is opgeslagen in een IBC-container. De IBC-container is niet dubbelwandig en wordt ingekuipt door het gebruik van een lekbak. De inkuiping moet een inhoudsvermogen hebben dat gelijk is aan of groter dan de helft van het totaal inhoudsvermogen van de erin geplaatste tanks of vaten. 

In dezelfde ruimte worden ook drie vaten met elk 100 liter product opgeslagen. Deze worden ook boven een inkuiping geplaatst. De inkuiping moet een inhoudsvermogen hebben van 10 % van het totale inhoudsvermogen van de erin opgeslagen vaten of bussen.

In de technische ruimte is een afvoer voorzien naar de riolering. Deze afvoer staat recht onder de wasproducten. Gemorste vloeistoffen moeten direct worden opgekuisd. In de buurt van de opslag moeten materialen worden voorzien om de gemorste vloeistoffen op te kuisen.

Afvalwater

Lozingsnorm boven IC

De exploitant heeft een vergunning voor de lozing van afvalwater met een debiet van 1.5m³/uur, 10m³/dag en 3000m³/ uur. De exploitant vraagt een bijzondere lozingsnorm voor fosfor van 10 mg/l. De exploitant vraagt deze verhoogde norm aan naar aanleiding staalnames door de milieutoezichthouder en vervolgens de exploitant. De exploitant geeft ook te kennen dat de staalname die door hem werd uitgevoerd een te hoge concentratie aan ammoniak bevatte. Om dit probleem op te lossen gebruikt hij nu nog een ander reinigingsmiddel. Er werd in de aanvraag niet opgenomen of er nadien nog een controle-analyse van het afvalwater werd gedaan. 

Naar aanleiding van de vraag voor de bijzondere lozingsnorm voor fosfor werd advies gevraagd aan VMM. Het advies luidt: 

“De Vlaamse Milieumaatschappij adviseert gunstig voor het lozen van bedrijfsafvalwater met een maximum debiet van 1,5 m³/u – 10 m³/d – 3.000 m³/j (R. 3.4.1.b.) in oppervlaktewater (baangracht langsheen de Meeuwstraat te Geel) mits voldaan wordt aan de algemene voorwaarden voor lozing van BA in oppervlaktewater en de volgende bijzondere voorwaarden: 

• de lozing gebeurt via een kws-afscheider met coalescentiefilter; 
• P totaal: 10 mg/l.”

De exploitant voorziet inderdaad te kunnen voldoen aan de lozingsnorm voor fosfor door gebruik te maken van een ander reinigingsmiddel en de lozing gebeurt via een kws-afscheider met coalescentiefilter. De KWS-afscheider is uitgerust met een alarm dat aangeeft wanneer deze bijna vol is. 

Afwijkend van de vorige vergunning adviseert VMM nu dat de lozing moet voldoen aan lozingsnormen voor oppervlaktewater in tegenstelling tot wat vergund is, namelijk de lozingsnormen die zijn opgenomen in artikel 4.2.2.3.1. (lozingsnormen voor lozing op riolering). Dit houdt in dat de lozingsnormen strenger zijn geworden t.o.v. de vorige vergunning.

Volgende lozingsnormen zijn in dat geval van toepassing: 

Uit beide staalnamens bleek dat de bovengrens voor pH licht werd overschreden, met name 0.3 en 0.2 pH-eenheid. Beiden overschrijdingen zitten onder de meetonzekerheidsgrens van 0.4 pH-eenheid. Voor zwevende stoffen bleek ook een overschrijding van 4 mg/l, wat ook kleiner is dan de meetonzekerheid van 40% zoals opgenomen in bijlage 4.2.5.2. van VLAREM II. 

Voor wat betreft ammoniak lijken de concentraties is het afvalwater sterk af te wijken van de norm. Voor ammoniak en nitriet geldt dat dit indelingscriterium enkel geldt voor de oppervlaktewaterlozers. Dit was voorheen dus niet van toepassing. De resultaten van de staalnamen voor ammoniak 380 µg/l in de laatste staalname en 95 µg/l in de eerste staalname, wat een overschrijding is van de norm, ook met de toepassing van de opgelegde meetonzekerheid.  De aanvrager neemt in de aanvraag op een nieuw product te zullen gebruiken waardoor er geen overschrijding meer zou mogen zijn van de norm voor ammoniak. 

Ook voor de stoffen, extraheerbaar met petroleumether, is er een overschrijding van de norm in de eerste staalname. In de tweede staalname wordt de rapportagegrens niet overschreden.  

Het is aangewezen dat de exploitant een zelfcontrole doet om te bepalen of hij voldoet aan de norm. Indien blijkt dat het afvalwater niet voldoet aan de opgelegde normen moet de exploitant bijkomende maatregelen nemen zoals het gebruik van andere producten of een bijkomende zuivering.

Aangevraagde debiet

Het aangevraagde debiet per uur is ongewijzigd volgens de aanvrager. De aanvrager vraagt een bijstelling van de bijzondere voorwaarde die van toepassing is met name in verband met de sluitingsuren: van 22u tot en met 7u. De exploitant wenst de carwash 24/7 uit te baten. Naar aanleiding van deze afwijking werd gevraagd via een nieuwe PIV een bijkomende berekening van het afvalwater te bezorgen van deze extra opening. 

De exploitatie is momenteel vergund voor een debiet van 1 m³/uur volgens artikel 1 van de vergunning verleend op 07/09/2009. Er werd echter toen ook al 1.5 m³/uur, 15m³/dag en 3000m³/jaar aangevraagd. Mogelijk is dit een administratieve fout in de beslissing aangezien de 1m³ niet gemotiveerd is beslist. De huidige aanvraag vermeldt dat het vergunde debiet 1.5 m³/uur is. In addendum R3 geeft de exploitant aan 1.5m³/ uur, 15.5 m³ per dag en 3000m³/jaar te lozen. 

Volgens de berekening zal de exploitant echter maximaal (worst case) 5639 m³/jaar lozen. 

Wanneer men rekening houdt met een gemiddelde bezetting van 120 wagens (tov. 206 die zouden worden vergund) zou er 3011 m³/jaar worden geloosd. Rekening houdend met de veronderstelling dat er niet elke dag 206 voertuigen worden gewassen lijkt dit aanneembaar. 

Een dagdebiet van 15.5m³ is eveneens aanneembaar aangezien 75l*206= 15.450 l/dag. 

Rekening houden met een verbruik van 75 l/voertuigen wordt voorgesteld om een vergunning te verlenen voor maximaal 1.5 m³ per uur, 15.5 m³ per dag en 3011 m³/jaar.  Dit ligt in lijn met het advies van VMM, behalve voor het dagdebiet. 

Geluid en trillingen

Het wassen van de voertuigen met hogedrukspuiten, het stofzuigen van de wagens en de motoren van de wagens zijn potentiële bronnen van geluidshinder.

 De exploitant neemt volgende maatregelen om geluidshinder te beperken:

• via affiches worden klanten gevraagd om hun motor uit te zetten en niet te claxonneren;
• de installaties worden periodiek gecontroleerd om defecten snel op te sporen zodat deze defecten geen geluidshinder kunnen veroorzaken;
• het reinigen van de wagens gebeurt in een overdekte ruimte die langs drie zijden gesloten is;
• de stofzuigers zijn geluidsarm.

Gelet op de genomen maatregelen en de ligging van de carwash langst een drukke gewestweg en niet in woongebied lijkt de impact van geluid aanvaardbaar te zijn. 

Mobiliteit

De mobiliteit is afkomstig van het aan- en afrijden van klanten van de carwash. Op de site komen er gemiddeld 120 klanten per dag. Daarnaast zijn er ook leveringen van de wasproducten, dit is gemiddeld 1 keer per 2 maanden.

Er worden geen aanzienlijke wijzigingen in mobiliteit verwacht ten gevolge van voorliggende vergunningsaanvraag. Bovendien kan verwacht worden dat de door de carwash gegenereerde mobiliteit eerder beperkt is in vergelijking met de mobiliteitsbewegingen langs de Antwerpseweg, zijnde een drukke gewestweg.

Het lijkt bijgevolg aanneembaar dat de exploitatie geen aanzienlijke mobiliteitshinder met zich mee zal brengen.

Licht

Voor de exploitatie is er verlichting voorzien op het terrein en in de wasboxen. 

De exploitatie is gelegen in gebied het PRUP Antwerpseweg, meer bepaald in een ‘zone voor handelslint grootschalige handelszaken’ (categorie van bedrijvigheid) en gelegen naast een drukke gewestweg. De impact van de verlichting is bijgevolg verwaarloosbaar.

De verlichting moet beperkt zijn tot de terrein en klemtoonverlichting. De verlichting moet naar beneden schijnen en mag onder geen geval de intensiteit van de straatverlichting overtreffen. 

Grondwater

De exploitant is vergund voor het oppompen van max. 3.000 m³/jaar via een verbuisde boorput met een diepte van 60 m uit de watervoerende laag met HCOV-code 0252 Zand van Diest. Het opgepompte grondwater wordt gebruikt voor het wassen van de voertuigen in de self-carwash.

 Er wordt geen wijziging gevraagd m.b.t. de opgepompte debieten (max. 8 m³/dag en max. 3.000 m³/jaar), noch m.b.t. de ligging van de grondwaterwinning.

Eerder werd de grondwaterwinning vergund onder rubriek 53.8.2 (klasse 2, advies VMM). De exploitant vraagt om deze rubriek aan te passen naar rubriek 53.8.1.a (klasse 3). Vermits de diepte van de grondwaterwinning (60 m) minder diep is dan het dieptecriterium op deze plaats (87 m) is rubriek 53.8.1.a de van toepassing zijnde rubriek. De aanpassing van de vergunde rubriek 53.8.2 naar rubriek 53.8.1.a is bijgevolg aanvaardbaar.

Biodiversiteit

De exploitatie ligt op ongeveer 2,1 km van het habitatrichtlijngebied ‘Bovenloop van de Grote Nete met Zammelsbroek, Langdonken en Goor’ en op ongeveer 2 km van het VEN-gebied ‘De Gebroekten Grote Nete’. De exploitatie is niet gelegen nabij vogelrichtlijngebied (op ca. 5 km).

Stikstof

Voorliggende aanvraag betreft een mobiliteitsgerelateerd project dat conform art. 26 van het decreet niet beoordeeld wordt volgens het beoordelingskader voor stationaire bronnen van NOx. Hiervoor geldt het beoordelingskader voor NOx voor mobiliteitsgerelateerde projecten.

Voor de beoordeling van eenvoudige dossiers met verkeer als enige stikstofbron kan een beroep gedaan worden op de recente VITO studie ‘Voertuigemissies en de minimis-normen: een analytische benadering voor wegverkeer’ (VITO-rapport 2024/EI/R/3195). In de tabellen van het rapport worden de maximale emissies of jaarlijkse verkeersbewegingen weergegeven per kritische depositiewaarde (KDW) (in kg N/ha/jaar) en afstand (in meter) tot het habitattype waarbij de 1% de minimisdrempel hoe dan ook niet zal worden overschreden.

Indien de verkeersemissies of de jaarlijkse vervoersbewegingen van een project onder de waarden weergegeven in de tabellen blijven, kan met zekerheid gesteld worden dat de impactscore van het project onder de 1% de minimisdrempel blijft en er aldus geen verdere passende beoordeling nodig is.

Vermits voorliggend vergunningsplichtig verkeersgenererend project zowel licht verkeer als zwaar verkeer betreft, dienen beide in rekening gebracht te worden overeenkomstig de voorgestelde werkwijze tijdens de infosessie ‘Mobiliteit en het stikstofdecreet’ dd. 21/6/2024 (https://www.vlaanderen.be/stikstof-in-vlaanderen/infosessie-mobiliteit-en-het-stikstofdecreet).

De exploitant voegde een impactscoreberekening toe waaruit blijkt dat de impactscore <1% en er bijgevolg geen passende beoordeling nodig is. 

Verscherpte natuurtoets

 In de nota van de Vlaamse Regering betreft het voorontwerp besluit van de Vlaamse Regering over de beoordeling van schade aan de natuur in het Vlaams Ecologisch Netwerk en de principiële goedkeuring ervan is opgenomen dat meet- of beoordelingsinstrumenten die worden gehanteerd in toepassing van andere natuurtoetsen (bv. de impactscoretool bij habitattoets) ook kunnen ingezet worden bij de beoordeling in toepassing van artikel 26bis van het decreet.

De gezamenlijke impactscoreberekening m.b.t. de habitattoets gaat uit van worst-case KDW (KDW = 6) en van een afstand van 2 km tot Habitatrichtlijngebied. Vermits het dichtstbij zijnde VEN-gebied op ca. 2 km van de exploitatie gelegen is, lijken de resultaten m.b.t. de habitattoets, op basis van vermelde nota aan de Vlaamse Regering, te kunnen hernomen worden voor VEN-gebied. Er zijn, wat betreft stikstofdeposities, geen onvermijdbare en onherstelbare schade aan de natuur in VEN-gebied te verwachten. 

Bijstelling van de bijzondere voorwaarden

De exploitant vraag een bijstelling van de opgelegde bijzondere voorwaarden. Dit is tevens een afwijking op artikel 5.15.0.6.§1 van VLAREM II dat luidt als volgt: "Onverminderd de bepalingen van hoofdstuk 4.5. zijn rustverstorende werkzaamheden verboden op werkdagen tussen 19 uur en 7 uur alsmede op zon- en feestdagen, tenzij anders vermeld in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit."

Volgende voorwaarden zijn tot op heden van toepassing: 

• Volgende sluitingsuren worden opgelegd: voor alle boxen van 22u tot 7u.
• De sluitingsuren dienen duidelijk te worden vermeld aan de toegang van de inrichting.
• De installaties dienen uitgeschakeld tijdens de openingsuren. 

Er wordt gevraagd om de carwash 24u lang open te kunnen houden. Hierdoor zijn ook de andere bijzondere voorwaarden zonder voorwerp. 

Overwegende dat: 

• de situatie is gewijzigd sinds 2009, waarbij een woning stond naast de carwash en dat volgens het verslag van de omgevingsambtenaar deze woning die op minder dan 50 meter van de carwash stond aanleiding gaf tot het opleggen van deze bijzondere voorwaarde;
•  de carwash gelegen is in een ‘zone voor handelslint grootschalige handelszaken’ (categorie van bedrijvigheid) (PRUP Antwerpseweg), 
• de carwash gelegen is langs een drukke gewestweg (waar ook ’s nachts nog een redelijke hoeveelheid doorgaand verkeer is) 

en gelet op de genomen maatregelen met betrekking tot geluid en trillingen, is de bijstelling van de bijzondere voorwaarde aanvaardbaar. 

De exploitant deelt mee dat: 

Er zullen bordjes geplaatst worden die verplichten de motor uit te zetten en die claxonneren verbieden.

De exploitant doet dagelijks een routine controle op de site. Hier zal ook nagegaan worden of de installaties defecten vertonen zodat dit snel verholpen kan worden. Goed werkend gereedschap is namelijk stiller dan defect materiaal.

Er wordt aanbevolen om in de bijzondere voorwaarde op te nemen dat de bezoekers moeten geïnformeerd worden dat het verboden is de auto te laten draaien, te claxoneren en de radio’s van de wagen op te zetten. 

Resultaten openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden  van 2 oktober 2024 tot en met 31 oktober 2024. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:

• Het advies van VMM - afvalwater - lucht, afgeleverd op 22 november 2024 is voorwaardelijk gunstig.

Het advies wordt gevolgd en er wordt voorgesteld om de lozingsnormen opgelegd door VMM op te leggen in de bijzondere voorwaarden. 

Conclusie

Uitgaande van de gegevens opgenomen in het aanvraagdossier en rekening houdende met bovenstaande bemerkingen wordt deze aanvraag gunstig geadviseerd, mits toepassing van de algemene, sectorale en bijzondere milieuvoorwaarden. 

 Bijzondere milieuvoorwaarden

 Er wordt voorgesteld om naar aanleiding van deze aanvraag de bijzondere voorwaarden aan te passen als volgt: 

• In afwijking van artikel 5.15.0.6.§1 van VLAREM II mag de exploitatie 24/7 geopend zijn. 
  
• De bezoekers moeten geïnformeerd worden dat het verboden is de auto te laten draaien, te claxoneren of de radio’s van de wagen op te zetten tijdens het wassen of stofzuigen. Bij de boxen en de stofzuigers worden borden geplaatst waar deze informatie op staat in de vorm van pictogrammen én geschreven tekst. 
• De verlichting moet beperkt zijn tot de terrein en klemtoonverlichting. De verlichting moet naar beneden schijnen en mag in geen geval de intensiteit van de straatverlichting overtreffen. 
• Er wordt voldaan aan de algemene voorwaarden voor lozing van bedrijfsafvalwater in oppervlaktewater, met een bijzondere lozingsnorm voor:

- fosfor (P): 10 mg/l

• de lozing gebeurt via een kws-afscheider met coalescentiefilter; 

• de exploitant dient periodiek en voldoende frequent af te stemmen met leveranciers van wasproducten opdat zo maximaal mogelijk kan gekozen worden voor ecologisch verantwoorde producten met minimale emissielozing van gevaarlijke stoffen.

• De exploitant moet een zelfcontrole doen van het bedrijfsafvalwater. De eerste staal wordt genomen binnen 30 dagen te tellen vanaf de datum van de beslissing. Indien blijkt dat het afvalwater niet voldoet aan de opgelegde normen moet de exploitant bijkomende maatregelen nemen zoals het gebruik van andere producten of een bijkomende zuivering. Na elke volledig doorgevoerde wijziging doet de exploitant opnieuw een zelfcontrole van het afvalwater. 
  Bij vernoemde zelfcontrole worden ten minste onderstaande parameters geanalyseerd door een VLAREL-erkend labo: pH, temperatuur, afmeting, bezinkbare stoffen, zwevende stoffen, stoffen, extraheerbaar met petroleumether, som van anionische, niet-ionogene en kationische oppervlakteactieve stoffen, vastgestelde olien, vetten of andere drijvende stoffen, totaal fosfor, ammoniak, nitriet.

• In de buurt van de opslag van gevaarlijke stoffen moeten materialen worden voorzien om de gemorste vloeistoffen op te kuisen.

Besluit