Terug
Gepubliceerd op 04/03/2025

2025_CBS_00727 - Omgevingsvergunning - bouwen van een woning te Berkenstraat 12 (202400546 swa) - Vergunning

College van Burgemeester en Schepenen
ma 03/03/2025 - 13:00 1.14
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Pieter Cowé; Nadine Laeremans; Bart Julliams; Luc Van Laer; Vera Celis; Francois Mylle, Algemeen Directeur; Anne-Laure Maes

Afwezig

Marlon Pareijn; Tom Corstjens; Kris Vangeel

Secretaris

Francois Mylle, Algemeen Directeur
2025_CBS_00727 - Omgevingsvergunning - bouwen van een woning te Berkenstraat 12 (202400546 swa) - Vergunning 2025_CBS_00727 - Omgevingsvergunning - bouwen van een woning te Berkenstraat 12 (202400546 swa) - Vergunning

Motivering

Aanleiding en context

 Uiterste beslissingsdatum: 04/03/2025

 

 

 

 

 

Verslag van de omgevingsambtenaar

 

Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2024154127

Dossiernummer gemeente: 202400546

 

De gemeente Geel heeft op 5 december 2024 een aanvraag ontvangen voor bouwen van een woning. De aanvraag werd op 3 januari 2025 volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Gegevens van de aanvrager

mevrouw Isabeau Lenaerts wonende Biesven 22 te 2350 Vosselaar en de heer Stef Corthouts wonende Zeven Zillenerf 9 te 3293 Diest

 

Gegevens van de   ligging

Administratieve ligging: Berkenstraat 12.

Kadastrale ligging: afdeling 3 sectie K nrs. 1232A en 1237A

 

Verslag

  1. Stedenbouwkundige basisgegevens

 

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in: 

woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

agrarisch gebied

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

 

Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften:

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

 

Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften:

De aanvraag is volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen goedgekeurd op 29 januari 2009 gelegen in “overdruk zonevreemde woningen II”.

 

De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag is gesitueerd in een ruimtelijk uitvoeringsplan, doch is dit niet van toepassing. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan Herentals-Mol en de verkavelingsvoorschriften..

 

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met dit plan en met de stedenbouwkundige voorschriften.

 

Verordeningen

algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.

Bouwcode goedgekeurd op 30 september 2024.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband goedgekeurd op 9 juni 2017.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven en de inrichting van gebieden voor dergelijke verblijven goedgekeurd op 5 juli 2013.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater goedgekeurd op 10 februari 2023.

gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen goedgekeurd op 12 mei 2023.

 

  1. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend: 

  • Omgevingsvergunning 202000357/OMV_2020043074 voor elia asset - 380kv-lijn massenhoven-meerhout-van eyck - upgrade 2 x htls goedgekeurd op 27/01/2021.
  • Omgevingsvergunning 202000455/OMV_2020126745 voor het bouwen van een vrijstaande ééngezinswoning goedgekeurd op 21/12/2020.
  • Verkavelingsvergunning (2115) voor verkavelen in 29 loten voor vrijstaande en 6 loten voor gekoppelde eengezinswoningen, een sociaal lot en de aanleg van een nieuwe weg en plein - goedgekeurd op 10/10/2016.
  • Verkavelingsvergunning (1951 B) voor aanvraag voor een nieuwe verkaveling (wonen of industrie) - geweigerd op 10/02/2010.
  • Milieuvergunning 2017/M3/05068 voor droogzuiging - goedgekeurd op 02/10/2017.

 

  1. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De projectzone is gelegen te Berkenstraat 12. Het betreft een onbebouwd perceel binnen een residentiële verkaveling. Het rechtse, aangrenzende perceel is bebouwd met een ééngezinswoning. Links grenst het perceel aan het openbaar domein.

Huidige aanvraag beoogt het bouwen van een ééngezinswoning met inpandige garage en het aanleggen van verhardingen.

De nieuwbouwwoning heeft een bouwbreedte van 15 meter. De bouwdiepte bedraagt 10 meter. De woning wordt ingeplant op 5 meter van de rooilijn. De afstand tot de linkse, laterale perceelsgrens bedraagt 3 meter. De afstand tot de rechtse, laterale perceelsgrens bedraagt 3,5 meter. De woning telt twee bouwlagen en wordt voorzien van een zadeldak. De dakhelling bedraagt 45°. De kroonlijsthoogte varieert tussen 3,2 meter en 6 meter. De nokhoogte bedraagt 10,64 meter.

Op het gelijkvloers beschikt de woning over een inpandige garage, een wasberging, een keuken, een eethoek, een zithoek, een berging, een bureau en een inkomhal met toilet en trap. Op verdieping beschikt de woning over een badkamer, een nachthal, een toilet en 3 slaapkamers, waarvan 1 met een dressing. Onder het zadeldak wordt nog een zolder met technische ruimte voorzien.

Er wordt een regenwaterput voorzien van 10.000 liter.

De woning wordt afgewerkt in rood genuanceerd gevelmetselwerk. Het dak wordt voorzien van donkere dakpannen.

Huidige aanvraag beoogt tevens het aanleggen van een terrasverharding van 24m² achter de woning. In de voor- en rechterzijtuinstrook wordt een verharding voorzien van 40,77m², die dienst doet als oprit.

Huidige aanvraag beoogt het aanleggen van een wadi in de voortuin. De wadi heeft een breedte van 7 meter. De infiltratieoppervlakte bedraagt 15,2m². Het volume bedraagt 4556 liter. De wadi wordt voorzien op 2 meter van de rooilijn en op 4,5 meter van de linkse, laterale perceelsgrens.

 

  1. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

 

  1. Adviezen

Op 31 januari 2025 heeft het Agentschap voor Natuur en Bos meegedeeld in dit dossier geen advies te verlenen.

 

Op 21 januari 2025 werd het advies ontvangen van AQUAFIN, met als referentie ‘P25001095’, waarvan de conclusie als volgt leest:

 

Conclusie van het advies 

Het dossier kan gunstig geadviseerd worden. 

Er dient rekening te worden gehouden met de volgende voorwaarden: 

  • De diameter van de afval- en hemelwateraansluiting mag max. 160 mm bedragen. In verband met de aansluiting van de bouw op het openbaar stelsel verwijzen we naar de stad Geel die de modaliteiten hiervoor zal vastleggen. 
  • Er dient te worden aangesloten op de bestaande / nieuw geplaatste huisaansluiting. Hierbij dient men rekening te houden met zowel diepte als ligging. Indien aansluiten niet mogelijk is, moeten maatregelen op eigen terrein genomen worden (bv. pompen). De aansluiting dient indien mogelijk te worden aangeboden op maximaal 80cm onder het maaiveld op de scheiding tussen privéterrein en openbaar domein. 
  • Afvalwater en hemelwater moeten volledig gescheiden worden. 
  • De zone is gelegen in overstromingsgevoelig gebied. Bij het bouwen in een zone die gelegen is in overstromingsgevoelig gebied, is het van belang dat er voldoende aandacht wordt besteed aan waterveilig bouwen en aan het bewaren en herstellen van de ruimte voor water (bv overstroombare kelders, bouwen op palen,...). Verder dient er ook een advies verkregen te worden via de waterloopbeheerder en dient er rekening gehouden te worden met de voorwaarden volgend uit de watertoets. 
  • Indien afvoerpunten van het gebouw lager gelegen zijn dan het straatniveau dient de aansluiting beveiligd te worden tegen terugstroming. Dit kan door aan te sluiten via een terugslagklep of pomp. Een terugslagklep dient in het private leidingenstelsel geplaatst te worden en niet in de infrastructuur van de rioolbeheerder. 
  • De kanten van de wadi mogen niet steil aangelegd worden maar moeten flauw hellend zijn, zodat deze ook mee kunnen infiltreren. Men dient bovendien rekening te houden bij uitvoering van het dossier dat de gronden t.h.v. de toekomstige wadi niet verdicht worden om de optimale werking ervan te bewaren. Zo niet dienen ze opnieuw losgefreesd te worden voor definitieve aanleg. Het gras moet direct hydraulisch ingezaaid worden, bij voorkeur vóór de aansluiting van het water zelf, zodat het gras de kans krijgt om te groeien alvorens de wadi vol staat met water. Een alternatief voor hydraulisch inzaaien zijn vooraf ingezaaide, biologisch afbreekbare kokosmatten (ongewapend met plastiek of ijzerdraad). Merk wel op dat dit laatste een ecologisch minder interessant alternatief is wegens het gebruik van dominante en weinig diverse soorten. 

Er dient voldaan te worden aan volgende algemene voorwaarden: 

  • Het is aangewezen om op de hemelwateraansluiting een terugslagklep te voorzien. Op die manier wordt het risico op terugstroming van water uit het systeem waarop wordt aangesloten en eventuele vervuiling van het hemelwatersysteem beperkt. 
  • Indien er een bemaling wordt opgezet moet het bemalingswater bij voorkeur ter plaatse infiltreren. Wanneer dit niet mogelijk is kan er worden aangesloten op oppervlaktewater of een RWA leiding. Pas als de bovenstaande opties technisch niet haalbaar zijn mag er geloosd worden op een afvalwaterleiding. Hiervoor moet een vergunning aangevraagd worden op de site van Aquafin bij technische partners indien het debiet >10 m³/u. 
  • Bij de uitvoering van de werken en de aanleg van de infiltratievoorziening(en) dient rekening te worden gehouden met de VLARIO richtlijnen infiltratievoorzieningen. De infiltratievoorzieningen mogen in geen geval drainerend werken. Voorbeelden van infiltratievoorzieningen kunnen gevonden worden op www.blauwgroenvlaanderen.be 

 

Er werd advies gevraagd aan Dienst Integraal Waterbeleid maar het advies werd niet ontvangen binnen de termijn.  Het advies wordt geacht stilzwijgend gunstig te zijn.

 

Op 30 januari 2025 werd het advies ontvangen van Elia Contact Center Noord, als volgt geformuleerd:

 

Naar aanleiding van uw aanvraag, kunnen wij u meedelen dat voor alle activiteiten nabij bovengrondse hoogspanningslijnen wettelijke horizontale en verticale veiligheidsafstanden gelden.

  • In een zone van 0 tot 50 meter langs beide zijden van deze hoogspanningslijnen geeft Elia steeds een gedetailleerd advies met te respecteren hoogtebeperkingen.
  • In de zone van 50 tot 100 meter langs beide zijden van deze hoogspanningslijnen zijn er geen specifieke hoogtebeperkingen tenzij u werken uitvoert met werfkranen, betonpompen, hoogtewerkers of andere hijstoestellen waarvan sommige delen (vb. giek van de kraan) toch binnen de zone van 0 tot 50 meter zouden kunnen binnendringen.

Na situering van uw activiteit hebben wij vastgesteld dat deze voorzien is in de zone van 50 tot 100 meter t.o.v. de hoogspanningslijn, waardoor wij geen bezwaar hebben tegen de bouw van een ééngezinswoning. Tijdens het uitvoeren van de bouwwerken dient men rekening te houden met hetgeen volgt:

  • Indien er tijdens de werken gebruik gemaakt wordt van een werfkraan (inclusief giek), betonpomp, hoogwerker of andere hijstoestellen, dan dienen deze zodanig opgesteld en gebruikt te worden dat de veiligheidszones te allen tijde worden gerespecteerd. De te respecteren veiligheidsafstanden zijn afhankelijk van de spanning van de luchtlijn. Deze spanning wordt uitgedrukt in kV (1 kV = 1.000 volt). Onder de bovenstaande referentie "Hoogspanningslijn" vindt u de spanning van de verbindingen waarmee u rekening moet houden bij het bepalen van de veiligheidsafstanden. 

Wij vragen u dan ook kennis te nemen van de veiligheidsvoorschriften en bepalingen in bijlage 1, die u moeten toelaten onze plannen juist te interpreteren. In geval van beperkt zicht (weersomstandigheden, voor zonsopgang, ...) vragen wij u wegens veiligheidsredenen om de kraanwerken / Kranen niet aan te vatten maar te wachten tot onze installaties (hoogspanningsgeleiders en/of hoogspanningsmast) voldoende zichtbaar zijn. Geen enkel element van de kraan (giek, last,...) mag zich ooit boven de hoogspanningslijnen begeven.

Teneinde de veiligheid van mensen, de continuïteit van de elektriciteitsvoorzieningen en de vrijwaring van alle betrokken installaties te garanderen, dient men in de onmiddellijke omgeving van de hoogspanningsgeleiders enkele wettelijke bepalingen te eerbiedigen.

Gelieve daarom kennis te nemen van de veiligheidsvoorschriften ter zake die wij in een beknopte weergave als bijlage zenden. De opdrachtgever wordt geacht deze richtlijnen mee te delen aan iedereen die in zijn (directe of indirecte) opdracht werken uitvoert.

 

  1. Project-MER

Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.

 

  1. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door de gemeentelijke omgevingsambtenaar

Planologische toets

De projectsite is volgens het gewestplan Herentals-Mol gelegen binnen de zoneringen 'woongebied' en 'agrarisch gebied'.

De aanvraag voldoet aan de voorschriften van het gewestplan Herentlas-Mol.

 

Wegenis

Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.

Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.

§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :

1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;

2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;

3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.

 

Watertoets

Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 gecoördineerd op 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 (BS 31 oktober 2006) en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan het watersysteem, aan de doelstellingen van artikel 1.2.2 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het bekkenbeheerplan. 

De percelen gelegen te Geel, kadastraal gekend als 13373K1232/00A000 en 13373K1237/00A000 stromen af naar de Kwalijkloop, een (on)bevaarbare waterloop (van categorie II) die beheerd wordt door Provincie Antwerpen – Grote Nete.

De aanvraag is niet gelegen in signaalgebied.

Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening. 

De percelen zijn volgens de watertoetskaart gedeeltelijk gelegen in overstromingsgevoelig gebied (8/03/2023) pluviaal en fluviaal. 

De te bouwen constructie ligt niet binnen dit overstromingsgevoelige gebied.

Er is advies gevraagd aan Provincie Antwerpen – Dienst Integraal Waterbeheer. Zij hebben geen advies uitgebracht binnen de wettelijke termijn. Het advies wordt geacht gunstig te zijn.

3. VERENIGBAARHEID MET HET WATERSYSTEEM 

Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht. Het project wordt bijgevolg gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid. 

Conclusie: 

Gelet op de aard van de aangevraagde activiteiten zullen er geen schadelijke effecten zijn op het watersysteem. Bijgevolg wordt voldaan aan artikel 1.3.1.1. van het decreet betreffende het integraal waterbeleid, meer bepaald de watertoets.

 

Natuurtoets

De projectzone is niet gelegen binnen vogelrichtlijngebied.

De projectzone is niet gelegen binnen habitatrichtlijngebied.

De projectzone is niet gelegen binnen VEN-gebied.

De projectzone is niet gelegen binnen bosgebied.

De projectzone is niet gelegen binnen natuurgebied.

De aanvraag doorstaat de natuurtoets.

 

Scheidingsmuren

De aanvraag heeft geen betrekking op de oprichting, uitbreiding, afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

 

Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:

 

Functionele inpasbaarheid

Het betreft een ééngezinswoning die opgericht wordt in een straat met meerdere ééngezinswoningen. Het gebouw is inpasbaar. 

 

Mobiliteitsimpact

Voor een ééngezinswoning is de impact van de mobiliteit beperkt. Er wordt een inpandige garage voorzien. 

 

Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid

De nieuwbouwwoning heeft een bouwbreedte van 15 meter. De bouwdiepte bedraagt 10 meter. De woning wordt ingeplant op 5 meter van de rooilijn. De afstand tot de linkse, laterale perceelsgrens bedraagt 3 meter. De afstand tot de rechtse, laterale perceelsgrens bedraagt 3,5 meter. De woning telt twee bouwlagen en wordt voorzien van een zadeldak. De dakhelling bedraagt 45°. De kroonlijsthoogte varieert tussen 3,2 meter en 6 meter. De nokhoogte bedraagt 10,64 meter.

Op het gelijkvloers beschikt de woning over een inpandige garage, een wasberging, een keuken, een eethoek, een zithoek, een berging, een bureau en een inkomhal met toilet en trap. Op verdieping beschikt de woning over een badkamer, een nachthal, een toilet en 3 slaapkamers, waarvan 1 met een dressing. Onder het zadeldak wordt nog een zolder met technische ruimte voorzien.

Er wordt een regenwaterput voorzien van 10.000 liter.

Huidige aanvraag beoogt tevens het aanleggen van een terrasverharding van 24m² achter de woning. In de voor- en rechterzijtuinstrook wordt een verharding voorzien van 40,77m², die dienst doet als oprit.

Huidige aanvraag beoogt het aanleggen van een wadi in de voortuin. De wadi heeft een breedte van 7 meter. De infiltratieoppervlakte bedraagt 15,2m². Het volume bedraagt 4556 liter. De wadi wordt voorzien op 2 meter van de rooilijn en op 4,5 meter van de linkse, laterale perceelsgrens.

De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid zijn van een aanvaardbaar niveau.

 

Visueel-vormelijke elementen

De woning wordt afgewerkt in rood genuanceerd gevelmetselwerk. Het dak wordt voorzien van donkere dakpannen. Er wordt gebruik gemaakt van duurzame, kwaliteitsvolle materialen. Het ontwerp is architectonisch verantwoord en past binnen de onmiddellijke omgeving.

 

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

 

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.

 

Resultaten openbaar onderzoek

Er diende over de aanvraag geen openbaar onderzoek gehouden te worden. 

 

Bespreking adviezen

De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de adviezen.

De (algemene) voorwaarden in het advies van Aquafin d.d. 21/01/2025 en met als referentie ‘P25001095’ dienen strikt te worden nageleefd.

De (algemene) voorwaarden in het advies van Elia Contact Center Noord d.d. 30/01/2025 dienen strikt te worden nageleefd.

 

Conclusie

De aanvraag wordt voorwaardelijk gunstig beoordeeld.

 

Voorwaarden

  • De (algemene) voorwaarden in het advies van Aquafin d.d. 21/01/2025 en met als referentie ‘P25001095’ dienen strikt te worden nageleefd.
  • De (algemene) voorwaarden in het advies van Elia Contact Center Noord d.d. 30/01/2025 dienen strikt te worden nageleefd.

Lasten

Niet van toepassing

 

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanvraag goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die zich er toe verbindt volgende voorwaarden strikt na te leven:

  • De (algemene) voorwaarden in het advies van Aquafin d.d. 21/01/2025 en met als referentie ‘P25001095’ dienen strikt te worden nageleefd.
  • De (algemene) voorwaarden in het advies van Elia Contact Center Noord d.d. 30/01/2025 dienen strikt te worden nageleefd.