Uiterste beslissingsdatum: 19/02/2025
Verslag van de omgevingsambtenaar
Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2024127612
Dossiernummer gemeente: 202400452
De gemeente Geel heeft op 24 september 2024 een aanvraag ontvangen voor regularisatie van de uitbreiding van een woning, een bijgebouw en de verhardingen. De aanvraag werd op 6 november 2024 volledig en ontvankelijk verklaard.
Gegevens van de aanvrager
mevrouw Godelieva De Busser wonende St. Corneliusstraat 59 te 2440 Geel
Gegevens van de ligging
Administratieve ligging: St.-Corneliusstraat 42
Kadastrale ligging: afdeling 4 sectie D nrs. 934N, 934V en 934Y
Verslag
Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.
De aanvraag is volgens het gewestplan Herentals-Mol goedgekeurd op 28 juli 1978 gelegen in:
woongebied
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
Ligging volgens BPA + bijhorende voorschriften:
De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.
Ligging volgens RUP + bijhorende voorschriften:
De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is gedeeltelijk gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag
De aanvraag is niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan en de voorschriften van de goedgekeurde verkaveling.
Overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met het gewestplan en met de stedenbouwkundige voorschriften van dit plan.
De aanvraag is niet in overeenstemming met de goedgekeurde, geldende verkaveling.
Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen
De garage is ingeplant over de grens van lot 1 van de goedgekeurde verkaveling. De verkaveling dient bijgesteld te worden om de garage in de huidige vorm te regulariseren.
Verordeningen
algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997.
Bouwcode goedgekeurd op 30 september 2024.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband goedgekeurd op 9 juni 2017.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven en de inrichting van gebieden voor dergelijke verblijven goedgekeurd op 5 juli 2013.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater goedgekeurd op 10 februari 2023.
gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen goedgekeurd op 12 mei 2023.
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
De projectsite is gelegen te St.-Corneliusstraat 42 en omvat 3 percelen, waarvan er 2 aan de straat grenzen en 1 achterliggend gelegen is. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door residentiële bebouwing in open of halfopen bouworde.
Op het linkse perceel binnen de projectzone staat een halfopen eengezinswoning tegen de linkse perceelsgrens en het linkse deel van een dubbele garage tegen de rechtse perceelsgrens. Het hiervan links aanpalende perceel is bebouwd met een halfopen woning met huisnummer 40. Op het rechtse perceel binnen de projectzone staat het rechtse deel van de dubbele garage, tegen de linkse perceelsgrens. Op het hiernaast gelegen perceel staat een halfopen woning met huisnummer 46, waarvan de gevel tegen de projectsite grenst.
Concreet omvat de projectzone 3 percelen, waarvan het rechtse perceel een lot is binnen een goedgekeurde verkaveling. Op dit lot staat een gedeelte van de dubbele garage.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van 3 uitbreidingen van de halfopen ééngezinswoning. Het hoofdvolume van de woning wordt geacht vergund te zijn.
Uitbreiding 1:
Achter het hoofdvolume, tegen de perceelsgrens is de woning uitgebreid met een achterbouw waarvan de bouwbreedte 3,65 meter bedraagt. De bouwdiepte van de uitbreiding bedraagt 7,61 meter. De uitbreiding is voorzien van een hellend dak waarvan de nokhoogte (tegen de perceelsgrens) 4,6 meter bedraagt. Het dak watert af richting het eigen perceel. De uitbreiding heeft een oppervlakte van 27m².
De uitbreiding is uitgevoerd in rode gevelsteen. Het dak is voorzien van rode pannen.
Uitbreiding 2:
Achter het hoofdvolume, rechts van uitbreiding 1, is de woning uitgebreid met een achterbouw met plat dak. De bouwbreedte hiervan bedraagt 2,96 meter. De bouwdiepte van deze uitbreiding bedraagt 7,68 meter. Het plat dak heeft een hoogte van 3,10 meter. Deze uitbreiding heeft een oppervlakte van 22m².
De uitbreiding is voorzien in rode gevelsteen. Het plat dak is voorzien uit witte PVC.
Uitbreiding 3:
Achter uitbreiding 1, tegen de perceelsgrens, is er nog een achterbouw voorzien. Deze uitbouw heeft een bouwdiepte van 6,22 meter en heeft aan de achterzijde, grenzend tegen de perceelsgrens, een bouwbreedte van 3,59 meter. De uitbreiding is voorzien van een hellend dak waarvan het hoogste punt (2,85m) tegen de perceelsgrens ligt.
De uitbreiding is voorzien in rode gevelsteen. Het dak is voorzien in PVC goflplaten.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van een bijgebouw/garage. De garage is staat ingeplant over de gemeenschappelijke perceelsgrens van perceel 934V en 934N. De constructie staat ingeplant op 2,03 meter achter de achtergevel van uitbreiding 2 en op 2,75 meter van de rechtergevel van uitbreiding 3. De garage is voorzien van plat dak waarvan de hoogte 2,62 meter bedraagt. De bouwbreedte van de garage bedraagt 7,65 meter. De bouwdiepte varieert tussen enerzijds 6,98 meter en anderzijds 9,06 meter. De totale oppervlakte van de constructie bedraagt 62m². Het is een dubbele garage zonder interne scheidingsmuur. De voorgevel van de garage is opgetrokken in rode gevelsteen. De andere gevels zijn opgetrokken in betonblokken.
Huidige aanvraag beoogt tevens het regulariseren van een koterij achter de garage. Deze koterij heeft een oppervlakte van 15m² en grenst aan de achtergevel van het langste deel van de garage. De bouwdiepte bedraagt 3,11 meter. De koterij is opgetrokken in betonplaten en voorzien van een hellend dak bestaande uit golfplaten.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van een verharding die dienst doet als oprit voor de garage. Deze verharding heeft een oppervlakte van 171,8m² en is uitgevoerd in betonklinkers. De breedte aan de weg bedraagt 7,59 meter.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van een verharding van 27m² in de achtertuin, tussen en rond de bebouwing. Deze verharding is uitgevoerd in betontegels.
Huidige aanvraag beoogt het aanleggen van een wadi achter uitbreiding 3. Het volume van deze wadi bedraagt 2281 liter.
Overeenkomstig artikel 85 van het omgevingsvergunningsdecreet heeft de gemeente de mogelijkheid om op eigen initiatief de bestaande verkavelingsvergunning bij te stellen.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 16 november 2024 t.e.m. 15 december 2024. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.
Er werd geen informatievergadering gehouden.
Op 20 december 2024 heeft Onroerend Erfgoed laten weten geen bezwaar te hebben tegen huidige aanvraag.
Op 6 december 2024 werd het advies ontvangen van AQUAFIN, met als referentie ‘P24006609’, als volgt geformuleerd:
Situering project
Aquafin formuleert in het kader van de RTD Geel een hydraulisch advies aangaande een project, gelegen aan de St. Corneliusstraat 42 te 2440 Geel. We evalueren hierbij of het dossier voldoet aan de geldende richtlijnen betreffende de aansluiting van afval- en hemelwater.
Het project betreft de regularisatie van de uitbreiding van een ééngezinswoning en de nieuwbouw van de garage met berghok en de aanleg van grondverharding.
De projectzone is niet gelegen in pluviaal overstromingsgevoelig gebied.
De projectzone is niet gelegen in fluviaal overstromingsgevoelig gebied.
Het project is volgens het zoneringsplan gelegen in het centraal gebied.
Bestaande riolering
Ter hoogte van het project is in de bestaande situatie een gescheiden rioolstelsel aanwezig. De gemengde leiding is cirkelvormig en heeft een diameter van 400 mm. Bovenkant buis bevindt zich op ca. 1.66 m-mv of ca. 18.82 m-TAW ter hoogte van de geplande aansluiting.
De RWA-leiding (ingebuisde Larumse Loop) is cirkelvormig en heeft een diameter van 600 mm. Bovenkant buis bevindt zich op ca. 0.4 m-mv of ca. 20.05 m-TAW ter hoogte van de geplande aansluiting.
Motivatie van het advies
Evaluatie aansluiting afvalwater
Inzake deze aanvraag wordt geen afvalwater geproduceerd.
Evaluatie aansluiting hemelwater
De evaluatie van de hemelwateraansluiting houdt in dat we nagaan of er is voldaan aan de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening inzake hemelwater (GSV) en of de diameter van de hemelwateraansluiting voldoet aan de geldende richtlijnen.
Toetsing aan de GSV
Er dient voldaan te zijn aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater versie 2 oktober 2023. Voor de afvoer van hemelwater moet de voorkeur gegeven worden aan de volgende afvoerwijzen in afnemende graad van prioriteit:
Slechts de overloop van een regenwaterput en/of infiltratiesysteem of vertraagde doorvoer van een buffervoorziening mag het perceel verlaten naar een afvoerweg.
Het dossier betreft de regularisatie van de uitbreiding van bestaande dak- of grondverharding. In de vergunde situatie is een hemelwaterput aanwezig.
Volgens het rioleringsplan is er een klokputje op de hemelwaterafvoer aangesloten (zie afbeelding hieronder). Dit is t.h.v de uitbreiding en de garage, er liggen waterdoorlatende betontegels (27m²), een deel van deze zone watert af via het klokputje naar de bestaande hemelwaterput. Verder is te zien dat een deel van de uitbreiding (22 m²) ook afwatert naar de hemelwaterput. Een ander deel (23 m²) van de uitbreiding watert rechtstreeks af naar de wadi. Dus een deel wordt gebruikt voor hergebruik en een deel voor infiltratie. Gezien de situatie en oppervlaktes is dit aanvaardbaar.
Een deel van de verharding watert af op het eigen terrein (garage met berghok) of wordt uitgevoerd in waterdoorlatend materiaal (oprit). Deze oppervlaktes hoeven niet in rekening te worden gebracht bij de dimensionering van de infiltratievoorzieningen zolang het hemelwater voldoende tijd krijgt om te infiltreren op het eigen terrein. Er mag geen wateroverlast ontstaan ter hoogte van de openbare weg of de aanpalende percelen ten gevolge van afstromend hemelwater.
Hemelwaterput
Er is reeds een hemelwaterput aanwezig. Hierop sluit de tuinzijde van de woning aan, met uitzondering van een deel van de uitbreiding (23 m²). De overloop is niet opgetekend. Vermoedelijk gaat deze naar de waterloop.
Er wordt verharde grondoppervlakte aangesloten op de hemelwaterput: er is een extra zandvang noodzakelijk om een goede werking van de pomp te verzekeren.
Infiltratievoorziening
De totale afwaterende oppervlakte van het perceel is gelijk aan 23 m².
Er dient een infiltratievoorziening te worden geplaatst met een minimale infiltratievolume van 759 liter en een minimale infiltratieoppervlakte van 1.84 m².
Er wordt een bovengrondse infiltratievoorziening voorzien met een volume van 2281 liter en een infiltratieoppervlakte van 5.53 m². De dimensionering van de infiltratievoorziening is conform.
Er wordt geen overloop voorzien. Gezien de situatie is het goed om alles (van dit deel van de uitbreiding) te infiltreren en dus de wadi, zoals voorzien, groter te dimensioneren.
Buffervoorziening
Er dient geen buffervoorziening aangelegd te worden.
Conclusie van het advies
Het dossier kan aanvaard worden mits aan volgende voorwaarden wordt voldaan:
Er dient eveneens rekening te worden gehouden met de volgende voorwaarden:
Er dient voldaan te worden aan volgende algemene voorwaarden:
Op 8 januari 2025 werd het ongunstig advies ontvangen van Dienst Integraal Waterbeleid, waarvan de conclusie als volgt leest:
Ongunstig, aangezien er niet voldaan wordt aan de doelstellingen en beginselen van het Decreet Integraal Waterbeleid.
De aanvraag tot regularisatie wordt op gelijkaardige wijze geëvalueerd als een aanvraag voor een nieuw ontworpen toestand. De aangeleverde informatie bij voorliggende aanvraag is te beperkt om de evaluatie correct te kunnen uitvoeren.
Er hoort, zoals bovenstaand besproken, meer informatie aangeleverd te worden, rekening houdend met de volgende noodzakelijke voorwaarden:
• Gedetailleerde informatie m.b.t. de bestaande verhardingen inclusief een plan met aanduidingen van de waterdoorlaatbaarheid, de hellingsgraad (%) en de afstroomrichting van alle verharde oppervlaktes.
• De toestand van de bestaande hemelwaterput hoort voldoende beschreven te worden.
• Het aanleveren van een leiding -en rioleringsplan m.b.t. de afvoer van het hemelwater is noodzakelijk.
• De dimensies van de infiltratievoorziening horen correct berekend te worden.
• Er dient steeds een aparte snede doorheen de infiltratievoorzieningen te worden aangeleverd, conform de checklist aan te leveren documenten bij het provinciaal beleidskader. Deze dient minstens de volgende gegevens te bevatten: de gemiddelde hoogste grondwaterstand, diepte van de voorziening, indien voorzien de inplanting van de overloop en de nuttige oppervlaktes en volumes.
Om deze redenen kan de regularisatie voorlopig niet gunstig geadviseerd worden. Indien de opmerkingen worden verwerkt, gewijzigde plannen en de eventueel aanvullende data worden aangeleverd, kan het advies worden herbekeken.
Op 10 december 2024 werd het advies ontvangen van de stadsdienst Openbaar Domein van stad Geel, als volgt geformuleerd:
Riolering
De daken van de te regulariseren gebouwdelen worden niet aan een hemelwaterput aangesloten omdat herbruik van het opgevangen water "onmogelijk" zou zijn. Hiermee kan niet akkoord gegaan worden. Ten eerste is het technisch niet onmogelijk om een bestaand gebouw te moderniseren wat betreft de nutsleidingen. Ten tweede is er op het goed voldoende ruimte voor de plaatsing van een volledige hemelwaterinstallatie. Deze moet aangesloten worden op alle toiletten, een buitenkraan en op de wasplaats.
De som van alle te regulariseren horizontale dakoppervlaktes van de regulariseren uitbreidingen bedraagt volgens plan 22 m² + 23 m² + 24 m² + 38 m² = 107 m². Deze gebouwdelen zijn als nieuwe constructies te beschouwen. Deze oppervlakte moet op een juist gedimensioneerde hemelwaterput aangesloten worden. Bovendien moet er een dakoppervlakte van de "bestaande" daken dubbel zo groot dan deze eveneens aangesloten worden, tenzij deze kleiner is. De in rekening te brengen afwaterende oppervlakte bedraagt 107 m² + 2 x 107 m² = 321 m².
De "bestaande" daken hebben echter maar een gezamenlijk oppervlak van 52 m² + 27 m² = 79 m². M.a.w.: alle daken, zowel deze van de te regulariseren gebouwdelen als van het hoofdgebouw moeten op een of meerdere hemelwaterputten aangesloten worden. Het totaal volume van die hemelwaterputten moet een min. volume van (107 m² + 79 m²) x 100 L / m² = 18.600 L hebben. Hierop moeten i.f.v. een maximaal hergebruik van hemelwater alle toiletten, een buitenkraan en de wasplaats aangesloten worden.
De overloop van de hemelwaterput moet aangesloten worden op een infiltratievoorziening met deze minimale afmetingen:
infiltrerende oppervlakte: 0,08 x (321 m²- 30 m² ) = 23,28 m²,
waterbergend volume: 33 L / m² x (321 m²- 30 m² ) = 9.603 L.
De noodoverloop van de infiltratievoorziening mag op de ingebuisde baangracht aangesloten worden. Een noodoverloop is niet verplicht op voorwaarde dat dit geen wateroverlast op de aanpalende gronden veroorzaakt.
Toegangen
De inrit is t.h.v. de rooilijn 3,52 m + 4,07 = 7,59 m breed. Gezien de oprit over 2 percelen (04 D 934 Y en 04 D 934 V)verdeeld is, kan aanvaard worden dat hij breder is dan de door de stedenbouwkundige verordening max. toegestane 6 m.
Voorwaarden
Riolering
Riolering algemeen
• Men dient te zorgen voor een gescheiden stelsel van droogweerafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op het perceel tot aan de rooilijn.
• De afvoerbuizen voor het regenwater (grijs) en het huishoudelijk afvalwater (oranje) dienen een diameter te hebben van max. 160 mm.
• De afvoerbuis voor het regenwater moet worden aangesloten op een huisaansluitputje RWA als men een noodoverloop voorziet vanuit de infiltratievoorziening. De afvoerbuis van het huishoudelijk afvalwater moet aangesloten worden op een huisaansluitputje DWA.
• Putten of andere voorzieningen (zoals septische put, hemelwaterput, infiltratievoorziening) dienen bij plaatsing in de bouwvrije voortuinstrook, worden voorzien op minimum 8 meter uit de wegas en met een minimum van 2 meter uit de rooilijn.
Hemelwater
Men is verplicht om een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te plaatsen. De plaatsing en het gebruik dient te gebeuren uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of verharding.
De hemelwaterput moet aan volgende voorwaarden voldoen:
• De hemelwaterput dient te voldoen aan de code van de goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen.
• Het volume van de hemelwaterput moet min. 18.600 L bedragen.
• Men dient de afvoeren van alle daken hier op aan te sluiten.
• De hemelwaterput moet voorzien worden van een pomp in functie van hergebruik. Er moeten aanvoerleidingen voorzien worden naar alle toiletten, een wasmachine en één of meerdere dienstkranen (binnenkraan, buitenkraan).
• De overloop van de hemelwaterput dient te worden aangesloten op de infiltratievoorziening.
De infiltratievoorziening moet aan volgende voorwaarden voldoen:
• Men moet een bovengrondse infiltratievoorziening plaatsen. De diepte mag max. 50 cm onder het maaiveld bedragen.
• Het infiltratievolume dient minimum 9.603 L te bedragen.
• De infiltratieoppervlakte dient minimum 23,28 m² te bedragen.
Verplichte keuring privéwaterafvoer
Het is verplicht vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer deze te laten keuren door een erkende VLARIO-deskundige (VLARIO-keuring). Hierbij wordt nagegaan of de scheiding van hemelwater en afvalwater wordt nageleefd. Zonder keuringsattest van de erkende deskundige mag de privéwaterafvoer niet worden aangesloten op het openbaar rioleringsstelsel.
Toegangen
De oprit naar perceel 04 D 934 Y mag max. 3,52 m breed zijn, de oprit naar perceel 04 D 934 V mag max. 4,07 m breed zijn.
Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.
Planologische toets
Het perceel is volgens het gewestplan Herentals-Mol gelegen binnen de zonering 'woongebied'. De aanvraag voldoet aan de voorschriften van deze zonering.
Wegenis
Het perceel is gelegen langsheen een gemeenteweg.
Art. 4.3.5.§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie «wonen», «verblijfsrecreatie», dagrecreatie, met inbegrip van sport, detailhandel, dancing, restaurant en café, kantoorfunctie, dienstverlening, vrije beroepen, industrie, bedrijvigheid, «gemeenschapsvoorzieningen» of «openbare nutsvoorzieningen», kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.
§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.
§ 3. In het geval de opdrachtgever instaat voor zowel het bouwen van de gebouwen als de verwezenlijking van de voor het project noodzakelijke wegeniswerken, of in het geval de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een overheid de wegenis aanbesteedt, kan de omgevingsvergunning voor de gebouwen worden afgeleverd zodra de omgevingsvergunning voor de wegeniswerken is verleend. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan in dat geval een afdoende financiële waarborg voor de uitvoering van de wegeniswerken eisen.
§ 4. De voorwaarde, vermeld in § 1, is niet van toepassing :
1° in verkavelingen waar geen of beperktere lasten op het vlak van de weguitrusting zijn opgelegd;
2° voor land- of tuinbouwbedrijven en voor bedrijfswoningen van een land- of tuinbouwbedrijf;
3° op het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande constructies.
Watertoets
Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 gecoördineerd op 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 (BS 31 oktober 2006) en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan het watersysteem, aan de doelstellingen van artikel 1.2.2 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het bekkenbeheerplan.
De percelen gelegen te Geel, kadastraal gekend als 13374D0934/00Y00, 13374D0934/00N00 en 13374D0934/00V00 stromen af naar de Larumse loop, een (on)bevaarbare waterloop (van categorie II) die beheerd wordt door Provincie Antwerpen Kleine Nete.
De aanvraag is niet gelegen in signaalgebied.
Het project voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening.
De aanvraag is volgens de watertoetskaart niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied (8/03/2023) pluviaal en fluviaal.
Er werd advies gevraagd aan Provincie Antwerpen Dienst Integraal Waterbeleid omtrent de aanvraag. Zij gaven op 8/1/2025 een ongunstig advies. De aanvrager heeft na ontvangst van het advies de plannen aangepast.
Er is onder het hoofdvolume van de bestaande, vergund geachte woning reeds een regenwaterput van 3000 liter aanwezig. De aanvrager plaatst achter de woning een wadi met een volume van 2281 liter.
3. VERENIGBAARHEID MET HET WATERSYSTEEM
Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht. Het project wordt bijgevolg gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid.
Conclusie:
Gelet op de aard van de aangevraagde activiteiten zullen er geen schadelijke effecten zijn op het watersysteem. Bijgevolg wordt voldaan aan artikel 1.3.1.1. van het decreet betreffende het integraal waterbeleid, meer bepaald de watertoets.
Erfgoed-/archeologietoets
De woning is gelegen in de onmiddellijke omgeving van de molen van Larum. Deze molen en zijn omgeving zijn opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed in de provincie Antwerpen.
Er werd advies gevraagd aan Onroerend Erfgoed. Zij hebben geen bezwaar tegen het project.
Bijgevolg kunnen we stellen dat de erfgoedwaarden van de onmiddellijke omgeving niet geschaad worden.
Scheidingsmuren
De aanvraag heeft betrekking op de oprichting, uitbreiding, afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom. De aanpalende eigenaars werden per aangetekend schrijven op de hoogte gesteld.
Milieuaspecten
Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.
Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening
Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1§2 van VCRO:
Functionele inpasbaarheid
Het betreft de regularisatie van de uitbreiding van een ééngezinswoning die opgericht wordt in een straat met meerdere ééngezinswoningen. Het gebouw is inpasbaar.
De aanvraag omvat echter ook het regulariseren van een bijgebouw en koterij gelegen op 2 percelen, waarvan 1 perceel gelegen is binnen een goedgekeurde verkaveling.
Een garage is een residentieel bijgebouw en kan alleen maar worden toegestaan indien er tevens een woning aanwezig is. Verder is de dubbele garage 1 feitelijk gebouw. Er zijn geen interne muren. De constructie kan in de huidige vorm, binnen de huidige geldende verkaveling niet vergund worden.
Er is in deze aanvraag een procedure opgestart om dit lot (lot 1 van verkaveling 0597 d.d. 20/04/1970) uit de verkaveling te weren. De aanvrager heeft expliciet laten weten hier niet mee akkoord te gaan en wenst het goedgekeurde lot te behouden. Bijgevolg kan het bijgebouw niet vergund worden.
De aanvraag is gedeeltelijk niet functioneel inpasbaar.
Mobiliteitsimpact
De impact op de mobiliiteit blijft beperkt.
Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid
De projectsite is gelegen te St.-Corneliusstraat 42 en omvat 3 percelen, waarvan er 2 aan de straat grenzen en 1 achterliggend gelegen is. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door residentiële bebouwing in open of halfopen bouworde.
Op het linkse perceel binnen de projectzone staat een halfopen eengezinswoning tegen de linkse perceelsgrens en het linkse deel van een dubbele garage tegen de rechtse perceelsgrens. Het hiervan links aanpalende perceel is bebouwd met een halfopen woning met huisnummer 40. Op het rechtse perceel binnen de projectzone staat het rechtse deel van de dubbele garage, tegen de linkse perceelsgrens. Op het hiernaast gelegen perceel staat een halfopen woning met huisnummer 46, waarvan de gevel tegen de projectsite grenst.
Concreet omvat de projectzone 3 percelen, waarvan het rechtse perceel een lot is binnen een goedgekeurde verkaveling. Op dit lot staat een gedeelte van de dubbele garage.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van 3 uitbreidingen van de halfopen ééngezinswoning. Het hoofdvolume van de woning wordt geacht vergund te zijn.
Uitbreiding 1:
Achter het hoofdvolume, tegen de perceelsgrens is de woning uitgebreid met een achterbouw waarvan de bouwbreedte 3,65 meter bedraagt. De bouwdiepte van de uitbreiding bedraagt 7,61 meter. De uitbreiding is voorzien van een hellend dak waarvan de nokhoogte (tegen de perceelsgrens) 4,6 meter bedraagt. Het dak watert af richting het eigen perceel. De uitbreiding heeft een oppervlakte van 27m².
De uitbreiding is uitgevoerd in rode gevelsteen. Het dak is voorzien van rode pannen.
Uitbreiding 2:
Achter het hoofdvolume, rechts van uitbreiding 1, is de woning uitgebreid met een achterbouw met plat dak. De bouwbreedte hiervan bedraagt 2,96 meter. De bouwdiepte van deze uitbreiding bedraagt 7,68 meter. Het plat dak heeft een hoogte van 3,10 meter. Deze uitbreiding heeft een oppervlakte van 22m².
De uitbreiding is voorzien in rode gevelsteen. Het plat dak is voorzien uit witte PVC.
Uitbreiding 3:
Achter uitbreiding 1, tegen de perceelsgrens, is er nog een achterbouw voorzien. Deze uitbouw heeft een bouwdiepte van 6,22 meter en heeft aan de achterzijde, grenzend tegen de perceelsgrens, een bouwbreedte van 3,59 meter. De uitbreiding is voorzien van een hellend dak waarvan het hoogste punt (2,85m) tegen de perceelsgrens ligt.
De uitbreiding is voorzien in rode gevelsteen. Het dak is voorzien in PVC goflplaten.
De uitbreidingen zijn voor wat betreft de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid aanvaardbaar. Er dient wel opgemerkt te worden dat de maximale bouwdiepte bereikt is. Verdere uitbreidingen in de diepte zijn onmogelijk.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van een bijgebouw/garage. De garage is staat ingeplant over de gemeenschappelijke perceelsgrens van perceel 934V en 934N. De constructie staat ingeplant op 2,03 meter achter de achtergevel van uitbreiding 2 en op 2,75 meter van de rechtergevel van uitbreiding 3. De garage is voorzien van plat dak waarvan de hoogte 2,62 meter bedraagt. De bouwbreedte van de garage bedraagt 7,65 meter. De bouwdiepte varieert tussen enerzijds 6,98 meter en anderzijds 9,06 meter. De totale oppervlakte van de constructie bedraagt 62m². Het is een dubbele garage zonder interne scheidingsmuur. De voorgevel van de garage is opgetrokken in rode gevelsteen. De andere gevels zijn opgetrokken in betonblokken.
Huidige aanvraag beoogt tevens het regulariseren van een koterij achter de garage. Deze koterij heeft een oppervlakte van 15m² en grenst aan de achtergevel van het langste deel van de garage. De bouwdiepte bedraagt 3,11 meter. De koterij is opgetrokken in betonplaten en voorzien van een hellend dak bestaande uit golfplaten.
De garage en de achterliggende koterij zijn niet aanvaardbaar voor wat betreft het ruimtegebruik. De constructies liggen (gedeeltelijk) op het rechtse perceel, dat tot een goedgekeurde verkaveling behoort. Deze constructies kunnen in de huidige vorm, op de huidige locatie niet aanvaard worden.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van een verharding die dienst doet als oprit voor de garage. Deze verharding heeft een oppervlakte van 171,8m² en is uitgevoerd in betonklinkers. De breedte aan de weg bedraagt 7,59 meter.
Gezien het feit dat de garage niet aanvaard kan worden, is het ook niet aanvaardbaar dat de dubbele inrit tot aan deze constructie wordt geregulariseerd. Een oprit van 171,8m² is buitensporig. Zowel de schaal als het ruimtegebruik zijn niet aanvaardbaar.
Huidige aanvraag beoogt het regulariseren van een verharding van 27m² in de achtertuin, tussen en rond de bebouwing. Deze verharding is uitgevoerd in betontegels.
De verharding achter de woning is aanvaardbaar.
Huidige aanvraag beoogt het aanleggen van een wadi achter uitbreiding 3. Het volume van deze wadi bedraagt 2281 liter.
De wadi is aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen
De uitbreidingen aan de woning zijn uitgevoerd in rode gevelsteen.
De garage en koterij zijn uitgevoerd in betonblokken en -platen. Betonplaten worden niet als kwaliteitsvolle materialen beschouwd.
Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid
Naast de beperkte hinder tijdens de bouwwerken wordt er geen verdere hinder verwacht.
Conclusie
Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag slechts gedeeltelijk in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening.
Resultaten openbaar onderzoek
Overeenkomstig artikel 85 van het omgevingsvergunningsdecreet heeft de gemeente de mogelijkheid om op eigen initiatief de bestaande verkavelingsvergunning bij te stellen.
Een bijstelling van de verkaveling is noodzakelijk om de garage in zijn huidige vorm te kunnen regulariseren.
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 16 november 2024 tot en met 15 december 2024. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.
De aanvrager heeft echter expliciet laten weten niet akkoord te gaan met de bijstelling van de verkaveling. Bijgevolg kan de garage niet vergund worden.
Bespreking adviezen
De omgevingsambtenaar heeft kennis genomen van de volgende adviezen en beoordeelt deze als volgt:
Deze adviezen worden bijgetreden.
Vooraleerst willen we opmerken dat het advies van DIW laattijdig is toegekomen.
De aanvrager heeft echter na ontvangst van het advies, in samenspraak met de diensten van Stad Geel, nog aanpassingen gedaan aan het dossier om tegemoet te komen aan het negatieve advies, wetende dat de garage uit de eventuele vergunning zal worden gesloten:
De gevraagde informatie, inclusief een plan met aanduidingen van de waterdoorlaatbaarheid, hellingsgraad en afstroomrichting van alle verharde oppervlaktes, is terug te vinden op het grondplan (gelijkvloers). Om de helling duidelijk weer te geven, heb ik de oprit onderverdeeld in de volgende zones:
De aanvrager kan niet bewijzen dat de huidige verharding met helling kleiner dan 0.5% voldoet aan het standaardbestek 250 voor waterdoorlatende verharding, aangezien daarvoor geen documenten beschikbaar zijn. De verharding is echter in zand gelegd en is daardoor wel degelijk waterdoorlatend. Om mogelijke problemen te voorkomen, is door de aanvrager voorgesteld om de voortuin 5 cm te verlagen, zodat het hemelwater van de volledige oprit hier kan worden opgevangen.
De bestaande hemelwaterput bevindt zich onder de woning bevindt en kan niet worden aangesloten op de uitbreiding. De uitbreiding van de woning en de koterijen aan de achterzijde van de woning zal rechtstreeks op de wadi worden aangesloten.
De bestaande hemelwaterput heeft een opslagcapaciteit van ongeveer 3000 liter (vermeld op het funderingsplan). Deze put wordt echter niet gebruikt voor deze aanvraag.
De benodigde informatie is opgenomen op het funderingsplan. Er verandert niets aan de bestaande afwatering.
Deze snede is toegevoegd en is zowel op het grondplan gelijkvloers als op het funderingsplan te vinden.
Conclusie
Stedenbouwkundig Advies
Er kan akkoord worden gegaan met de aanleg van de wadi, de regularisatie van de uitbreiding van de woning, alsook met de regularisatie van de achterliggende verharding.
Op vraag van de aanvrager wordt de verkaveling NIET bijgesteld.
Bijgevolg kan de regularisatie van de garage en de achterliggende koterij niet vergund worden.
Omwille hiervan wordt er ook een negatief advies afgeleverd voor het regulariseren van de volledige oprit.
Lasten
Niet van toepassing
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college van burgemeester en schepenen beslist het bijstellen van de goedgekeurde verkaveling (0579 d.d. 05/01/1970) te weigeren.
Het college van burgemeester en schepenen beslist het regulariseren van de garage, de achterliggende koterij en de volledige oprit te weigeren.
Het college van burgemeester en schepenen beslist de aanleg van de wadi, de regularisatie van de uitbreiding van de woning en de regularisatie van de achterliggende verharding goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die zich er toe verbindt volgende voorwaarden strikt na te leven:
De voorwaarden gesteld in het advies van AQUAFIN, met als referentie ‘P24006609’, d.d. 06/12/2024, dienen strikt te worden nageleefd.
Voorwaarden Riolering algemeen