Het gewijzigde decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten dat in werking treed op 1 januari 2025, omvat onder andere het opstellen van een nieuw kerkenbeleidsplan;
Een kerkenbeleidsplan is een schriftelijk document dat een lokaal gedragen langetermijnvisie bevat voor alle parochiekerken op het grondgebied van de gemeente. Het is goedgekeurd en ondertekend door het representatief orgaan van de rooms-katholieke eredienst en door het gemeentebestuur. Het kerkenbeleidsplan bevat minstens al de volgende gegevens:
Het kerkenbeleidsplan, of de ondertekende bevestiging van een bestaand kerkenbeleidsplan, is niet ouder dan zes maanden als het meerjarenplan wordt ingediend met toepassing van artikel 42, eerste lid. Als dat nog niet het geval is op het ogenblik dat het meerjarenplan wordt ingediend, dan kan de gemeenteraad in het meerjarenplan investeringsuitgaven voor het gebouw van de eredienst waarvoor er geen overeenstemming bestaat over de toekomstige functie opschorten tot het ogenblik dat er een aangepast meerjarenplan wordt goedgekeurd dat wel gebaseerd is op een nieuw of herbevestigd kerkenbeleidsplan.”
Vanaf 1 januari 2025 wijzigt ook de premieregeling van het agentschap Onroerend Erfgoed voor gebouwen bestemd voor de erkende eredienst. Om in aanmerking te komen voor een verhoogde erfgoedpremie van 60% moet een rooms-katholiek eredienstgebouw beschermd als monument in het actuele kerkenbeleidsplan aangeduid zijn voor een ruimer gebruik dan louter de eredienst. Dit kan gaan om valorisatie, medegebruik, nevenbestemming of herbestemming. Wordt het eredienstgebouw uitsluitend gebruikt voor de eredienst? Dan geldt het basispremiepercentage van 40%.
Om de afspraken en beleidsvisie rond een nieuw kerkenbeleidsplan op te maken zijn volgende voorbereidende werken uitgevoerd;
Voor de opmaak van het kerkenbeleidsplan zal de werkgroep/stuurgroep vanuit de stad Geel uit volgende diensten worden samengesteld
Voor de begeleiding van de uitvoering van het kerkenbeleidsplan wordt de werkgroep/stuurgroep opgesteld als volgt;
Het belang om de burger te betrekken start al bij de opmaak van het nieuwe kerkenbeleidsplan. De werkwijze hierrond en beleidskeuzes zijn belangrijk om de diensten de nodige stappen te laten zetten.
Het aantal bestemmingsprojecten wordt, vanwege capaciteit van de stad Geel, beperkt. Een volgend project wordt pas opgestart als de lopende projecten afgerond zijn.
Een dorpsinitiatief kan de uitzondering op de regel vormen.
Via het CKB worden de samenwerking en de begeleiding tussen de kerkfabrieken en de stad Geel vastgelegd.
De stad Geel stelt een werkgroep samen, bestaande uit medewerkers van de diensten Algemeen Bestuur, Financiën en Patrimonium.
Meerjarenplanning en investeringsaanvragen
Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen monumentale kerken en gewone parochiekerken. Op basis van het nieuwe kerkenbeleidsplan wordt de conditie bepaald waaraan een kerk moet voldoen en wordt de rol vastgelegd die de stad Geel en de kerkfabriek onderling afspreken en uitvoeren. Het decreet is hierbij leidend.
Om de kerkgebouwen in optimale staat te houden, moet een nieuw meerjarenplan worden opgesteld waarin de investeringskosten in kaart worden gebracht. Voor alle kerken wordt hiervoor een beroep gedaan op Monumentenwacht. De kerkfabrieken bepalen de prioriteiten en nemen het initiatief. Hierbij kunnen zij advies vragen aan de stad Geel, dienst Patrimonium.
Het beheer en onderhoud van de kerken blijft de hoofdverantwoordelijkheid van de kerkfabriek. De stad Geel biedt ondersteuning en advies binnen de beschikbare capaciteit en maakt hierbij een onderscheid tussen monumentale kerken en parochiekerken. Investeringsaanvragen dienen tijdig via het CKB te worden ingediend.
Religiosoft wordt als tool voor het financieel beheer van de kerken gepromoot en als nieuwe afspraak opgenomen in de nota.
Bovenop het kerkenbeleidsplan is het ook logisch om een visie rond beheer kapellen op te stellen. Hier zijn geen wettelijke verplichtingen en betreft het enkel een beleidskeuze. Jaarlijks wordt een rondgang gedaan door de uitvoeringsdiensten om kapellen een onderhoudsbeurt te geven. Dagdagelijks beheer zit meestal in handen van burgers, niet geregistreerd als vrijwilliger.
De kapel van de groenenheuvel zou in beheer van stad Geel kunnen komen. Dossier CBS op datum van 10 juni 2024 Kerkfabriek St.-Dimpna - Eigendomsverwerving St.-Dimpna Kapel Groenenheuvel - princiepsbeslissing
Hierin besliste het bestuur om de verwerving van de kapel te beslissen met de nieuwe bestuursploeg en samen met het nieuwe kerkenbeleidsplan.
Raming investeringskost als de kapel verworven wordt door de stad Geel.
Subsidie van 60% excl. btw
Totaal netto investeringskost stad Geel
Het opstellen van een nieuw kerkenbeleidsplan is wettelijk verplicht, maar vereist een brede en geïntegreerde aanpak. Dit impliceert samenwerking tussen de stedelijke diensten van Geel, de kerkelijke instanties, en de lokale gemeenschap. Het betrekken van burgers is hierbij essentieel om tot een breed gedragen plan te komen dat aansluit bij de behoeften en verwachtingen van alle betrokkenen.
De opgelegde timing vanuit hogere overheden brengt bijkomende uitdagingen met zich mee, vooral wat betreft het organiseren van een inclusieve consultatieronde en het afstemmen van diverse belangen. Daarnaast speelt de financiële draagkracht een cruciale rol. Wanneer kerkfabrieken onvoldoende middelen hebben, is de stad Geel verplicht als verantwoordelijke overheid op te treden. Dit vraagt om een beheerstrategie die aansluit bij het principe van goed huisvaderschap. Het vinden van mede-investeerders, bijvoorbeeld via nevenbestemmingen of multifunctioneel gebruik van kerkgebouwen, is hierbij niet alleen noodzakelijk maar ook strategisch aangewezen.
Hoewel het pastoraal plan richtinggevend is, ontslaat dit de kerkelijke instanties niet van de verantwoordelijkheid om te reflecteren op een breder gebruik van de kerkgebouwen. Nevenbestemmingen of een multifunctionele invulling van kerkgebouwen moeten daarbij serieus worden overwogen. Het is echter cruciaal om de gevoeligheden rond dergelijke beslissingen te respecteren en een grondige stakeholderanalyse uit te voeren.
Er wordt gestreefd om her-of nevenbestemmingen van onderuit te laten groeien, vanuit het dorp waarbij zowel de stad Geel en de kerkelijke instanties de nodige ondersteuning bieden naar eigen vermogen en capaciteit.
Om het proces van van dit plan en de uitvoering her- of nevenbestemming te ondersteunen, kan beroep worden gedaan op externe expertise. De gespecialiseerde begeleiding van "Platform Toekomst Parochiekerken" kan bijdragen aan een goed onderbouwd stappenplan en helpt bij het verzoenen van de religieuze, sociale en financiële belangen.
In het kielzog en met input van het kerkenbeleidsplan zal in de komende maanden werk gemaakt moeten worden van een nieuw meerjarenplan 2026-2031 voor elke kerkfabriek. Centraal kerkbestuur en stad zullen in eerste instantie de krijtlijnen van hun samenwerking moeten vastleggen in een afsprakennota. De wederzijdse verwachtingen worden hierin opgenomen.
De kerkfabrieken maken elk een meerjarenplan 2026-2031 op met de afsprakennota en het kerkenbeleidsplan als basis. In tegenstelling tot onze uitvoerende/beherende rol van de voorbije jaren willen we de kerkfabrieken responsabiliseren om maximaal te voldoen aan de decretale verplichtingen. De stad wil maximaal inzetten op ondersteuning van de kerkfabrieken inzake beheer van gebouwen en goederen. Het gebruik van een gespecialiseerde toepassing (Reliogiosoft) voor elke kerkfabriek kan hierbij helpen.
Het college van burgemeester en schepenen beslist om volgende standpunten mee te nemen voor de opmaak van het nieuwe kerkenbeleidsplan;
Het college van burgemeester en schepenen beslist om bij het opstellen van de afsprakennota met het centraal kerkbestuur (CKB), volgende punten te bespreken:
Het college van burgemeester en schepenen beslist om de verwerving van de kapel Groenenheuvel in overweging te nemen, op voorwaarde dat deze door de kerkfabriek goed beheerd kan worden en kan dienen voor een breder gemeenschapsgebruik. Het college vraagt de diensten om hierover in overleg te gaan.